
In arrest C-282/24 van 16 oktober 2025 verduidelijkt het HvJ wanneer een raamovereenkomst (geldt ook voor overheidsopdracht) mag worden gewijzigd zonder nieuwe aanbestedingsprocedure.
In a nutshell:
Een wijziging van beperkte waarde mag zonder aanbesteding, maar de wijziging mag de algemene aard van de raamovereenkomst niet veranderen.
Dit ziet op artikel 72 lid 2 Richtlijn 2014/24/EU (artikel 2.163 b Aw 2012).
De term "algemene aard" ziet op wijzigingen die dusdanig ingrijpend zijn dat ze de opdracht of de raamovereenkomst geheel transformeren.
Een wijziging mag zonder nieuwe aanbestedingsprocedure, ongeacht de waarde, als de wijziging niet wezenlijk is.
Dit ziet op artikel 72 lid 1 onder e Richtlijn 2014/24/EU (artikel 2.163 g Aw 2012).
Nu geldt in aanbestedingsland vaak de wijsheid dat als de wijziging wezenlijk is, er opnieuw aanbesteed moet worden. Het ligt genuanceerder.
Als de wijziging een lage waarde behelst (zie hiervoor artikel 2.163 b Aw 2012), beneden de toepasselijke Europese drempelwaarde blijft én de algemene aard van de opdracht of raamovereenkomst niet wijzigt, is ongeacht of de wijziging mogelijk wel of niet wezenlijk is, wijziging zonder aanbesteding toegestaan. Er hoeft dan ook niet onderzocht te worden of de wijziging wezenlijk is.
Kortom, in de verhouding tussen de twee genoemde artikelen geldt dat ook bij wezenlijke wijzigingen, deze wijzigingen zonder aanbesteding doorgevoerd mogen worden mits er wordt voldaan aan de cumulatieve voorwaarden van artikel 2.162 b Aw 2012.
Heeft u vragen over een aanbesteding? Neem contact op met een van onze specialisten.
Contact met Rik Wevers