Verhuurders die te hoge huur vragen riskeren bestuurlijke boete
Het kabinet wil het al bestaande puntensysteem voor huurwoningen, op basis waarvan de huurprijs wordt bepaald, uitbreiden en verplicht maken. Hierdoor worden verhuurders in zowel het lage- als middenhuursegment verplicht de maximale huurprijzen te respecteren. Verhuurders die dit niet doen riskeren een bestuurlijke boete van ruim 20.000 euro. Verhuurders die nogmaals de fout ingaan riskeren een boete van ruim 80.000 euro.
Woningwaarderingsstelstel
De maximale huurprijs van een woning wordt vastgesteld aan de hand van een puntensysteem, ook wel het woningwaarderingsstelstel [WWS] genoemd. Voor zelfstandige en onzelfstandige woningen zijn aparte puntensystemen waarbij op basis van kenmerken van de woning punten worden toegekend, bijvoorbeeld op basis van de oppervlakte van de woonruimte en de aanwezige voorzieningen. Het totaal aantal punten bepaalt vervolgens de maximale huurprijs.
Het woningwaarderingsstelstel bestaat al langer, maar geldt op dit moment alleen voor woningen tot en met 148 punten, oftewel sociale huur. Voor deze woningen mag de huurprijs maximaal 808 euro bedragen. Uit onderzoek blijkt echter dat ongeveer de helft [!] van de circa 284.000 huurwoningen tot 148 punten voor een hogere huurprijs wordt verhuurd dan op basis van het WWS is toegestaan. Hierbij ligt de huurprijs gemiddeld circa 150 euro boven het WWS-maximum. Dit maximum is overigens niet verplicht; huurders die menen te veel huur te betalen kunnen hiertegen bezwaar maken bij de huurcommissie. In de praktijk gebeurt dit echter weinig.
Wetsvoorstel
Het wetsvoorstel zorgt ervoor dat het woningwaarderingsstelstel wordt uitgebreid naar woningen tot en met 187 punten waarvoor een maximale huurprijs van 1123 euro geldt. Hierdoor gaat de huurbescherming van het woningwaarderingsstelstel voor zowel het lage- als het middenhuursegment gelden. Dit met als tweeledig doel om de huurprijs in dit segment beter in verhouding te brengen met de kwaliteit van de woning en hierdoor de kans voor middeninkomens op een betaalbare woning te verbeteren.
Daarnaast wordt de huurprijsbescherming van het woningwaarderingsstelstel dwingend, wat betekent dat verhuurders verplicht worden de maximale huurprijzen te respecteren. Ook dienen zij een puntentelling op te nemen in de bijlage van het huurcontract. Hiermee beoogt het kabinet de huurbescherming effectiever te maken.
In het wetsvoorstel wordt verder de jaarlijkse huurverhoging gemaximaliseerd en wordt de duurzaamheid van de woning een kenmerk op basis waarvan punten worden toegekend of zelfs afgetrokken. Hierover schreef mijn collega al in een eerdere blog.
Handhaving
In het kader van het dwingend maken van het woningwaarderingsstelstel om de huurprijsbescherming effectiever te maken wordt de handhaving bij gemeenten neergelegd. Gemeenten krijgen het juridisch instrumentarium om te handhaven op de maximale huurprijzen om huurders beter te beschermen. Zij kunnen onder meer een verklaring over de maximale huurprijs opvragen bij de Huurcommissie. Als blijkt dat een verhuurder een te hoge huurprijs vraagt dan kan de gemeentelijke een bestuurlijke boete opleggen van maximaal 20.500 euro. Verhuurders die binnen vier jaar nog een keer in de fout gaan, kunnen een bestuurlijke boete van maximaal 82.000 euro opgelegd krijgen.
Het kabinet verwacht dat met het wetsvoorstel ruim 300.000 woningen een lagere huurprijs zullen krijgen dan zij nu hebben. Hierbij zal de huurprijs van deze woningen naar schatting met gemiddeld 190 euro per maand naar beneden gaan.[1] Op dit moment ligt het wetsvoorstel ter consulatie en geïnteresseerden kunnen tot eind maart op het wetsvoorstel reageren. Vervolgens zal de Raad van State advies over de wet uitbrengen waarna zowel de Tweede als Eerste kamer nog met het wetsvoorstel moeten instemmen. Desondanks hoopt het kabinet dat de wet al per 1 januari 2024 in werking treedt.
[1] https://www.internetconsultatie.nl/wetbetaalbarehuur/document/10006