Wat is vervangende toestemming medische behandeling?

01 mrt 2022

Zorgverleners hebben uiteraard toestemming van de patiënt nodig voor medische behandelingen. Voor kinderen tot 12 jaar moeten de wettelijk vertegenwoordigers toestemming verlenen. Voor kinderen boven 12 jaar gelden specifieke regels inzake de toestemming.

Is er ook vervangende toestemming mogelijk voor kinderen boven 12 jaar?

Van wie is toestemming nodig bij minderjarige kinderen?

De wet onderscheidt naar leeftijd de volgende categorieën;

  1. Kind jonger dan 12 jaar

De arts heeft de toestemming nodig van de wettelijk  vertegenwoordigers. Het kind mag niet beslissen.

  1. Kind vanaf 12 jaar t/m 15 jaar

Hiervoor geldt dat het kind mag beslissen over handelingen die algemeen gebruikelijk zijn in het dagelijks leven, bijvoorbeeld het bezoeken van de huisarts of tandarts. Voor andere medische behandelingen is de toestemming van zowel de wettelijk vertegenwoordigers als het kind nodig. Dus dubbele toestemming.

Enkele uitzonderingen hierop :

-De medische behandeling mag zonder toestemming van de ouders plaatsvinden als het ter voorkoming van ernstig nadeel van het kind geboden is.

-De hulpverlener mag toch tot behandeling overgaan zonder toestemming ouders en het kind de behandeling weloverwogen deze behandeling wilt.

-De toestemming is alleen van de ouders nodig als het kind niet in staat is tot redelijke waardering van zijn belangen.

  1. Kind van 16 jaar en ouder

Een 16- of 17 jarige moet op dezelfde wijze worden behandeld als een meerderjarige. Toestemming van de ouders voor een medische behandeling is niet noodzakelijk. Het kind beslist zelf tenzij het kind niet in staat is tot waardering van redelijke belangen.

Toestemming bij gescheiden ouders

Na een echtscheiding houden ouders meestal beiden ouderlijk gezag. Toestemming van beide ouders is dan ook nodig. Ouders dienen hierover te overleggen, ook na de scheiding. Weigert één ouder toestemming dan kan de andere ouder dit meningsverschil voorleggen aan de kantonrechter en vragen om vervangende toestemming.

Wat te doen bij weigering van toestemming?

Een zorgverlener mag zich niet zomaar neerleggen bij een weigering van de toestemming. Dit kan nl. in strijd zijn met zijn verplichting als een goed hulpverlener op te treden. Er zal vervangende toestemming gevraagd moeten worden bij de kantonrechter.

Praktijkvoorbeeld

Drie minderjarige kinderen staan onder toezicht van GGZ instelling bureau Jeugdzorg. De kinderen wonen bij de moeder. Het gezag wordt door beide ouders uitgeoefend.

De vader weigert toestemming voor een medische behandeling. De instelling verzoekt de kantonrechter vervangende toestemming te verlenen voor intensieve behandeling [familietherapie].

In deze zaak gaat het om drie minderjarigen. De medische behandeling is intensieve familietherapie.  Het is dus van belang dat er toestemming komt voor alle kinderen.

Eén minderjarige is jonger dan 12 jaar. De andere minderjarigen zijn ouder dan 12 jaar. De vader weigert toestemming.  Ook één minderjarige [ouder dan 12] weigert toestemming nu hij de behandeling niet nodig vindt.

Uitspraak rechter

De rechter oordeelt dat hier sprake is van een medische behandeling. Tevens oordeelt de rechter dat de behandeling medisch noodzakelijk is gezien de ernst van de problematiek.

De rechter verleent vervangende toestemming. Ook voor het kind dat ouder is dan 12 jaar en zelf de behandeling niet wilt. Naar het oordeel van de rechter is dit kind niet in staat tot een redelijke waardering van zijn belangen.

Gelet op de noodzaak om ernstig gevaar voor de psychische gezondheid van de kinderen af te wenden acht de rechter het noodzakelijk om vervangende toestemming te verlenen.

Conclusie

Ook als een kind ouder is dan 12 jaar en het kind de behandeling zelf niet wil kan vervangende toestemming toegewezen worden. Dit speelt met name als het kind niet in staat is tot redelijke waardering van zijn belangen.

Het ging in het voorbeeld ook om familietherapie. Dit kan alleen ingezet worden als alle minderjarigen deze therapie konden starten. De rechter is dan ook wat praktisch omgegaan met het toestemmingsvereiste.

Voor zorgverleners is nog van belang om zich niet zomaar neer te leggen bij weigering van toestemming. Zij kunnen hiervoor uiteindelijk aansprakelijk gehouden worden. Immers op basis van de wet moeten zij zich als een ‘goed hulpverlener’ gedragen.

Volledige uitspraak: ECLI:NL:RBLIM:2021:9224

Edith de Koning