Artificial Intelligence vs kunstenaars 1-0?
Tussenstand in Amerikaanse AI Auteursrechtzaak
Er lopen momenteel in de Verenigde Staten meerdere rechtszaken waarin moet worden beslist over Artificial Intelligence (AI) en verschillende juridische aspecten. In het artikel dat je nu leest ga ik het hebben over een vorm van generatieve kunstmatige intelligentie waarbij men met behulp van input van een groot aantal afbeeldingen zelf ‘nieuwe’ afbeeldingen (output) kan maken. Op het gebied van auteursrecht (copyright) zijn hierover een paar belangrijke discussies ontstaan. Kan er wel auteursrecht rusten op met AI gemaakte afbeeldingen? Wie is dan de rechthebbende? En maak je geen auteursrechtinbreuk door de input van afbeeldingen, waarvan er velen zonder toestemming van de oorspronkelijke maker/rechthebbende gebruikt zijn?
Met name over die laatste vraag heeft een Amerikaanse rechter zijn licht laten schijnen en een eerste mening gevormd. In de zaak Sandersen vs. Stability AI heeft een groep kunstenaars (waaronder cartoonist Sarah Sandersen) begin dit jaar meerdere AI-platforms aangesproken, waaronder Stability AI, Midjourney en DeviantArt. De rechter in deze zaak, William Orrick, heeft zich tijdens een zitting die vorige week plaatsvond op bepaalde punten al uitgelaten. Op het eerste oog ziet het er niet goed uit voor de kunstenaars als eisende kant.
De eisers stellen dat met AI gegenereerde afbeeldingen, de output, afgeleiden zijn van de input. Deze input omvat werken van de kunstenaars welke zonder toestemming van de kunstenaars als input gebruikt zijn om de AI te trainen. Dat betekent volgens de eisers dat de output inbreuk maakt op de rechten van de kunstenaars die de input-afbeeldingen hebben gemaakt. De verweerders stellen zich onder meer op het standpunt dat de afbeeldingen wel gebruikt worden om de AI te laten leren, maar niet gekopieerd worden. Eisers laten ook geen concrete voorbeelden van vermeende inbreuk zien. Er is dus geen sprake van auteursrechtinbreuk.
Orrick liet zich kritisch uit over de stellingen van de eisers. Hij betwijfelt of er specifieke werken van de eisers zijn gebruikt voor het genereren van output, omdat de input uit letterlijk een paar miljard afbeeldingen bestaat. De output lijkt ook niet substantieel op de werken van de kunstenaars. Ook is niet duidelijk hoe de vermeende inbreukmakende handelingen dan plaats zouden vinden. De eisers moeten kortgezegd terug naar de tekentafel om hun vorderingen beter te onderbouwen.
De discussie zet zich dus langzaam voort in een snel bewegend veld. Ook over de vraag of er auteursrecht rust op AI-afbeeldingen en bij wie die rechten dan rusten, zullen juristen en rechters zich in de toekomst waarschijnlijk nog vaak het hoofd breken.
Ons kantoor specialiseert zich in AI en aanverwante juridische vraagstukken waaronder het auteursrecht. Lees hier meer. Vragen? Neem contact met ons op!