Biedt Airbnb de kans om extra inkomsten te verdienen?
Met name in grote steden, zoals Amsterdam is de toeristische verhuur van woningen vaak via boekingsplatforms, zoals Airbnb niet meer weg te denken. Maar als gevolg van corona zal de toeristische verhuur van woningen in kleinere plaatsen en op het platteland ook gaan toenemen. Er is meer behoefte aan ruimte en aan ontspanning in de natuur. Dergelijke toeristische verhuur van woonruimte heeft ook ongewenste neveneffecten. Denk aan overlast voor de omgeving en aan woonfraude, zoals het illegaal verhuren van een huurwoning van een wooncorporatie. Dergelijke verhuur leidt vaak ook tot discussie binnen een vereniging van eigenaren.
Mag het volgens de wet?
Afgezien van contractuele afspraken, zoals in een huurovereenkomst en afspraken binnen een vereniging van eigenaren [in de splitsingsakte en het bijbehorende [huishoudelijke] reglement], gelden overheidsregels voor de toeristische verhuur. Zo is in een bestemmingsplan de woonbestemming geregeld. Uit rechtspraak van de Raad van State blijkt dat bij de definitie van het begrip woning in een bestemmingsplan veelal sprake moet zijn van een zekere duurzaamheid in het gebruik. Vaak wordt in een bestemmingsplan gesproken over het voeren van een duurzame gemeenschappelijke huishouding.
De Raad van State heeft eerder het kortstondig recreatief verhuren van een woning in strijd geacht met de bestemming “woondoeleinden”, zodat de betreffende gemeente tot handhaving over kon gaan. Toeristische verhuur bij woondoeleinden kan dus in strijd zijn met de gebruiksbepalingen van het bestemmingsplan.
Daarnaast is het in de Huisvestingswet verboden om een door de gemeente aangewezen woonruimte “te onttrekken aan de woningvoorraad”. Als een dergelijk verbod voor een woning geldt, wil dat zeggen dat die woning niet verhuurd mag worden, bijvoorbeeld aan toeristen, ook al is dat maar voor een korte periode. Zo’n verbod geldt dan weer niet als daarvoor een vergunning van de gemeente is afgegeven. Zonder een dergelijke vergunning kan een boete opgelegd worden.
Nieuwe wet
Op 6 oktober jl. is door de Eerste Kamer de Wet toeristische verhuur van woonruimte aangenomen. Door deze wet zal de Huisvestingswet wijzigen. Het is nog niet bekend wanneer de wet in werking zal treden. De wet beoogt overlast en woonfraude in de sociale sector tegen te gaan. Voor woonfraude bestaande uit illegale verhuur van een huurwoning van een wooncorporatie kan een boete van maximaal € 83.000,= opgelegd worden.
Daarnaast regelt de wet dat verhuurders die hun woning aan toeristen willen verhuren, door gemeenten verplicht kunnen worden om een registratienummer aan te vragen. Dat nummer moet dan vermeld worden bij elke advertentie op een boekingsplatform [zoals Airbnb, Booking.com en Expedia]. Daardoor krijgt de gemeente meer zicht op adressen en personen die hun woning verhuren aan toeristen en kan zo nodig gehandhaafd worden.
De gemeenteraad kan in een huisvestingsverordening bepalen dat een woonruimte een maximaal aantal nachten per jaar toeristisch verhuurd mag worden om daarmee de druk op de woningmarkt te verminderen of de leefbaarheid in de wijk te bevorderen. Niet alleen kan een meldplicht bij verhuur ingesteld worden, een gemeente kan ook besluiten een vergunningplicht in te voeren waarbij niet uitgesloten is dat het aantal af te geven vergunningen beperkt wordt.
Tenslotte kan in een huisvestingsverordening aan de exploitant van het boekingsplatform verplichtingen en verboden opgelegd worden. Daarbij kan onder andere gedacht worden aan de verplichting de particuliere verhuurder te wijzen op het verbod om zonder registratienummer de woning te verhuren. Ook kan een verbod aan het boekingsplatform opgelegd worden om met woningen te adverteren die het maximum aantal verhuurnachten bereikt hebben. Toeristische verhuur biedt dus nog steeds de mogelijkheid om extra geld te verdienen, maar wel binnen vast omlijnde kaders.