Kunt u gemeentelijk beleid laten toetsen door de rechter?
Wist u dat u gemeentelijk beleid kunt laten toetsen door de rechter?
We zien het nu veel bij huisvesting van arbeidsmigranten. Nieuw beleid. Veelal strenger, omdat gemeenten de huisvesting van arbeidsmigranten willen beperken. Of meer willen spreiden. Daarvoor wordt er vaak beleid opgesteld. In sommige gevallen worden ook eisen in een verordening opgenomen. Het is algemeen bekend dat een belanghebbende tegen een beschikking bezwaar en beroep kan instellen. Een belanghebbende kan dergelijke besluiten laten toetsen door de rechter. Maar hoe zit dat met beleidsregels en verordeningen? Die zijn niet gericht op een individu, in tegenstelling tot een beschikking. Kunnen die ook ter toetsing worden voorgelegd aan de rechter? En zo ja, hoe dan?
Kan je bezwaar of beroep instellen tegen een beleidsregel of verordening?
Dat antwoord is eenvoudig: nee, dat kan niet. Dat betekent dat er geen bezwaar of beroep kan worden ingesteld tegen de vaststelling van een beleidsregel of verordening. In de Algemene wet bestuursrecht is dat ook bepaald. Het heeft dus geen zin om tegen dergelijke besluiten een rechtsmiddel aan te wenden. Overigens kunnen dergelijke besluiten wel worden voorgelegd aan de civiele rechter. Dat gebeurt overigens niet vaak.
Betekent dat dan dat een beleidsregel of verordening niet door de rechter getoetst kan worden?
Zo eenvoudig is het niet. Een bepaling in een beleidsregel of verordening kan wél getoetst worden door de bestuursrechter. Dat heet de ‘exceptieve toetsing’. Het is dus niet zo dat een belanghebbende helemaal met lege handen staat.
Hoe kan ik een bepaling in een beleidsregel of verordening laten toetsen door een rechter?
Om een beleidsregel of verordening aan de kaak te stellen, moet een belanghebbende een besluit ‘uitlokken’ dat [deels] is gebaseerd op die beleidsregel of verordening. Bijvoorbeeld de weigering van een vergunning of ontheffing. Tegen een weigering van een vergunning staat bezwaar en beroep open. Dus dat weigeringsbesluit kan voorgelegd worden aan de rechter. In het bezwaarschrift of beroepschrift stelt de belanghebbende dan de beleidsregel aan de kaak en bepleit dat de beleidsregel onrechtmatig is en dus geen toepassing had mogen vinden. De bestuursrechter zal zich dan moeten buigen over de rechtmatigheid van de beleidsregel. En dan blijkt dat de beleidsregel tóch door de rechter getoetst te worden. Indien het betoog slaagt, kan de beleidsregel onverbindend worden verklaard. Dat betekent dat die bepaling niet van toepassing is. Dat geldt ook voor een verordening. De bestuursrechter toetst het algemeen verbindend voorschrift aan hoger recht, algemene rechtsbeginselen en algemene beginselen van behoorlijk bestuur.
Wat houdt die toets van de bestuursrechter in?
Een bestuursorgaan heeft beleidsvrijheid. Dat betekent dat een bestuursorgaan in grote mate zelf mag bepalen hoe het beleid wordt vormgegeven. In de regels toetst een rechter een beleidsregel of verordening terughoudend. Wel is het zo dat, naar mate de beleidsregel of de verordening ingrijpender is voor een belanghebbende, die toets ook indringender zal zijn.
Heeft u een vraag over het aanvechten van een beleidsregel of verordening? Neem u dan gerust vrijblijvend contact met mij op via boogers@bg.legal.