Schending van deponeringsplicht is economisch delict
Het is een jaarlijks terugkerend thema: het vaststellen, opmaken en openbaar maken (deponeren) van de jaarrekening. Wat veel bestuurders of ondernemers vergeten is dat aan het niet of niet-tijdig deponeren van de jaarrekening verstrekkende gevolgen kunnen kleven. Niet alleen voor de bestuurder in privé in geval van faillissement, maar ook voor de rechtspersoon. In deze blog sta ik kort stil bij de gevolgen voor de rechtspersoon.
Deponeringsverplichting
Op grond van artikel 2:394 BW zijn rechtspersonen verplicht hun jaarrekening openbaar te maken. De jaarrekening moet uiterlijk binnen twaalf maanden na afloop van het boekjaar bij de Kamer van Koophandel zijn neergelegd (gedeponeerd).
Economisch delict
Schending van de deponeringsverplichting is een economisch delict op grond van de Wet op de economische delicten (‘WED’). Opsporingsambtenaren van de Belastingdienst/Bureau Economische Handhaving zijn belast met de opsporing van dit strafbare feit. Genoemde opsporingsambtenaren zijn bevoegd om hiervoor een proces-verbaal op de maken. Dat proces-verbaal wordt door de opsporingsambtenaar naar het Openbaar Ministerie toegezonden. De Officier van Justitie bij het Functioneel Parket kan vervolgens besluiten om een strafbeschikking aan de rechtspersoon op te leggen of de zaak aanhangig te maken bij de rechter.
Tot voor kort werd door opsporingsambtenaren weinig aandacht besteed aan de opsporing van dit strafbare feit. Mijns inziens terecht, omdat het (in de meeste gevallen) nog maar de vraag is of en in hoeverre stakeholders van een onderneming worden benadeeld door het niet of te laat deponeren van de jaarrekening. Bovendien kunnen zij zelf actie ondernemen.
Geldboete en strafblad
Hoe dit ook zij, aan de rechtspersoon kan een geldboete van de vierde categorie worden opgelegd. Deze boete bedraagt maximaal € 22.500. Een overtreding van de WED wordt bovendien genoteerd op de justitiële documentatie (het strafblad) van de rechtspersoon. Deze notitie kan gevolgen hebben voor het aanvragen van integriteitsverklaringen (bijv. bij de aanvraag van subsidies of vergunningen). Kortom: overtreding van de deponeringsplicht kan voor sommige bedrijven verstrekkende gevolgen hebben. Laat u daarom op tijd bijstaan door een specialist als u wordt geconfronteerd met een aanzegging van proces-verbaal wegens een vermeende overtreding van de deponeringsplicht.
Afleggen verklaring
Indien uw onderneming proces-verbaal wordt aangezegd voor het niet of te laat deponeren van jaarrekeningen, dan heeft u de mogelijkheid om te reageren. Daartoe bent u niet verplicht. Het is echter wel raadzaam om een verklaring af te leggen. Zo kunt u proberen te voorkomen dat (1) een strafbeschikking wordt opgelegd of (2) het OM tot vervolging overgaat.
Wilt u zich verweren tegen een vermeende overtreding van de deponeringsplicht, neem dan contact op met één van onze specialisten.