Wanneer is sprake van een fatale termijn voor de levering van een ERP systeem?
Inter Access zou voor Tyco een ERP-systeem ontwikkelen en hosting, onderhoud en support met betrekking tot dat systeem leveren. Het was de bedoeling dat de feitelijke ingebruikname plaats zou vinden op 1 oktober 2007. Op 1 oktober 2007 was het systeem niet gebruiksklaar. Bij brief van 11 oktober 2007 schrijft Tyco dat Inter Access haar verplichtingen niet is nagekomen. Tyco stelt dat de “Go Live” datum van 1 oktober 2007 als een fatale termijn geldt. Inter Access betwist dit en stelt dat zij nog niet in verzuim verkeert omdat zij niet in gebreke is gesteld. Zij vordert betaling van facturen en een schadevergoeding omdat zij door Tyco niet in staat is gesteld om verder na te komen.
Inter Access verwijst naar een bijlage bij de overeenkomst waar staat “Start date Operatione phase II: Expected 2nd half 2007”. Tyco heeft niet gesteld dat een exacte datum als fatale datum is afgesproken. Een “Go Live” datum is niet noodzakelijkerwijs een “fatale datum”.
Tyco stelt dat partijen gedurende de looptijd van de overeenkomst alsnog een fatale termijn zijn overeengekomen. Partijen zouden de streefdatum van 1 oktober 2007 gaandeweg als fatale termijn hebben aangemerkt. De opmerking in e-mails dat een “Go Live” “has been scheduled for” 1 oktober 2007 is te vaag om overeenstemming ten aanzien van een fatale datum aan te nemen. Het zelfde geldt voor het stelselmatig herhalen van 1 oktober 2007 als datum voor de “Go Live”. Van belang is dat uit niets blijkt dat partijen aan de datum van 1 oktober 2007 de betekenis van een fatale datum hebben gegeven.
Tyco stelt verder dat de “Go Live” datum op grond van gewoontes in de ICT-wereld moet worden gezien als een fatale datum. Tyco legt een deskundigenrapport over waarin in deze zin zou zijn geconcludeerd. Het gerechtshof overweegt dat daarmee niet zonder meer is gezegd dat sprake is van een fatale termijn.
Tyco stelt verder dat Inter Access in verzuim zou zijn op grond van de “aanvullende werking van de redelijkheid en billijkheid”. Dit gelet op het slechte presteren van Inter Access gedurende het gehele proces. Het hof volgt Tyco niet en overweegt dat Tyco niet heeft aangegeven waarom uit de door haar gestelde tekortkomingen voortvloeit dat van haar niet gevergd kon worden Inter Access in gebreke te stellen en haar daarbij een redelijke termijn te gunnen om alsnog na te komen.
De vorderingen van Inter Acces
Tyco betwist [voor het eerst] facturen uit 2007. Dit strandt omdat er niet binnen bekwame tijd na ontvangst van de facturen is geprotesteerd.
Inter Acces vordert betaling van de termijnbetalingen tot einde van de duur van de overeenkomst. Het hof wijst deze vordering toe omdat Tyco de overeenkomst niet rechtsgeldig heeft ontbonden. Er hoeft geen rekening te worden gehouden met mogelijke besparingen aan de zijde van Inter Access.
Gerechtshof Amsterdam, 9 juli 2013, Tycobuilding Services Products / Inter Access
Zie uitspraak.
Wat betekent dit voor de praktijk?
- wanneer een partij een contractuele verplichting niet nakomt, dan kunnen daar pas consequenties aan verbonden worden nadat die partij te kennen is gegeven dat zij een verplichting niet is nagekomen, dat ze binnen een redelijke termijn deze verplichting alsnog moeten nakomen en dat wanneer ze dat wederom niet doet ze aansprakelijk is voor schade, de overeenkomst ontbonden wordt, etc. Dit is een ingebrekestelling. Pas na een ingebrekestelling kan een partij in verzuim zijn.
- een uitzondering hierop is de situatie wanneer een termijn is aangemerkt als een “fatale termijn”. In dat geval is geen ingebrekestelling nodig wanneer een partij niet tijdig een verplichting nakomt.
- uit deze uitspraak blijkt dat niet te snel moet worden aangenomen dat een termijn een fatale termijn is. Dit moet zonneklaar vastliggen.
- wanneer discussie mogelijk is over de vraag of een termijn een “fatale termijn” is dan is het raadzaam zekerheidshalve [“voor zover vereist] toch een ingebrekestelling te sturen.
- formuleer een ingebrekestelling zorgvuldig. Rechters oordelen regelmatig dat een ingebrekestelling niet aan de vereisten voldoet waardoor de afnemer zijn verplichtingen alsnog moet nakomen.
Zie ook pagina Software & ICT