De taalkundige uitleg van de Earn-Out

01 aug 2019

Als een bedrijf verkocht wordt, moet een koopprijs betaald worden. Professionele adviseurs bepalen doorgaans de waarde van de aandelen. Soms is een deel van de koopprijs afhankelijk van toekomstige prestaties. Dan biedt een earn-out clausule uitkomst. Daarin leggen partijen vast onder welke voorwaarden op welke momenten er een bedrag betaald moet worden. Vaak wordt een deel van de koopprijs bij levering van de aandelen betaald en een deel later. Na de verkoop heeft de verkoper geen invloed meer op de prestaties van de onderneming. Daarom moet de verkoper de formulering van de earn-out zorgvuldig kiezen.

Zorgvuldig formuleren

Dat bleek onlangs ook in een arrest van het Gerechtshof Amsterdam. Ingenium was met anderen aandeelhouder van de onderneming Buckaroo. Dit is een aanbieder van online betaaldiensten en geautomatiseerde incassodiensten. Intrum Justitia had interesse in die aandelen om de diensten van Buckaroo toe te kunnen voegen aan de diensten van Intrum. Intrum werkt internationaal in 20 landen. Dit was een kans om Buckaroo internationaal op de kaart te kunnen zetten. De koopprijs kwam niet eenvoudig tot stand. Partijen kozen voor een lage betaling ineens en een earn-out in de toekomst.

Afspraken

Partijen sloten een aparte earn-out overeenkomst. Daarin legden ze vast dat Intrum Justitia vrij was het beleid bij Buckaroo te bepalen. Dat hoefde niet gericht te zijn op betalingen onder de earn-out regeling. Wel moest Intrum justitia de bepalingen van de “commercial agreement” in acht nemen. Dat was een bijlage bij de earn-out overeenkomst waarin beleidsvoornemens opgenomen waren. Het ging er dan vooral om dat Buckaroo geïntegreerd zou worden in de Intrum organisatie. Haar diensten werden zodoende opgenomen in het dienstenpakket van Intrum. Zo zou Buckaroo haar entree in Europa maken. Intrum justitia kende dat beleidsvoornemen, maar had het niet onderschreven.

Interpretatie

Gaandeweg bleek dat Indigium geen earn-out betaald kreeg. Dat kwam omdat het beleid van Buckaroo afweek van de voornemens, althans dat vond Indigium. Intrum zou daarmee in strijd gehandeld hebben met de verplichtingen uit de “commercial agreement”. Dat rechtvaardigde volgens Indigium een vordering tot schadevergoeding. De rechtbank dacht daar anders over. Die legde de overeenkomsten taalkundig uit. De verplichting van Intrum om voor de earn-out te zorgen, bestond simpelweg niet.

Hoger beroep

In hoger beroep oordeelde het Gerechtshof Amsterdam nagenoeg hetzelfde. Onder normale omstandigheden “komt het bij de uitleg van een overeenkomst aan op de vraag welke zin partijen in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan de desbetreffende bepalingen mochten toekennen en hetgeen ze redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten”[1]. Zowel Indigium als Intrum Justitia zijn professionele partijen. Ze hadden zich bovendien laten bijstaan door deskundige adviseurs. Ook hield de overeenkomst ook een zogenaamde “entire agreement clause” in. Dat betekent dat wat er in staat, de volledige overeenkomst tussen partijen is.

Taalkundige uitleg

Volgens het hof lag het daarom meest voor de hand dat voor de uitleg van de overeenkomsten een taalkundige uitleg gehanteerd wordt. Weliswaar moest Intrum Justitia rekening houden met de belangen van Buckaroo en haar beleidsvoornemens, tegelijk stond het haar vrij het beleid bij Buckaroo zelf in alle vrijheid te bepalen. Daar ging het mis. Het hof kon daar onmogelijk een verplichting van Intrum Justitia in lezen tot het werkelijk ten uitvoer leggen van die beleidsvoornemens. Om die reden ging het hof aan de vordering van Indigium voorbij. Hij bekrachtigde hij het vonnis van de rechtbank.

Conclusie

Dit arrest leert opnieuw dat het bij het formuleren van een contract aankomt op een zorgvuldige woordkeuze. Dat geldt eens te meer als de partijen bij een overeenkomst zich bedienen van juridische bijstand. Normaal bieden de omstandigheden van het geval en de Haviltex-maatstaf nog uitkomst als een contract voor meerdere uitleg vatbaar is. Dat schuift dan op richting een taalkundige uitleg als er deskundige adviseurs bij betrokken zijn. Die taalkundige uitleg laat veel minder ruimte voor interpretatie. Hoe meer onduidelijkheden, des te meer risico voor de partij die het van de uitleg van een overeenkomst moet hebben.

[1] Dit wordt het Haviltex-criterium genoemd, naar het gelijknamige arrest van de Hoge Raad van 13 maart 1981 (NJ 1981-635)