Grens aan werking dwangsombesluit op rechtsopvolger
Uitspraak Hoge Raad 14 maart 2014, ECLI: NL: HR: 2014: 624 [Gemeente Amstelveen / J & B Vastgoed en DNC Vastgoed].
De zaak gaat over de vraag of de Gemeente Amstelveen een tweetal door haar in 2004 aan een bedrijf genaamd Rams-Yve-Terra opgelegde lasten onder dwangsom, kan innen bij J & B Vastgoed en DNC Vastgoed, rechtsopvolgers van eerstgenoemd bedrijf. De lasten waren opgelegd vanwege de met het bestemmingsplan strijdige aanwezigheid van opstallen op het perceel van Rams-Yve-Terra. Aan de lasten is niet voldaan en ook de dwangsommen zijn door Rams-Yve-Terra niet betaald. J & B en DNC hebben het perceel in een executieverkoop gekocht en kort nadien de illegale opstallen verwijderd. Dit weerhoudt de gemeente er niet van een dwangbevel [gegrond op artikel 100e [oud] Woningwet] op te leggen aan J & B en DNC tot betaling van ruim € 120.000,=.
Tegen dit besluit hebben J & B en DNC zich verzet. Het gerechtshof te Amsterdam heeft het verzet gegrond geoordeeld en het dwangbevel buiten werking gesteld. De gemeente komt tegen de uitspraak van het Hof in cassatie.
De Hoge Raad stelt het volgende voorop. Artikel 100e [oud] Woningwet, evenals zijn opvolger artikel 100e [nieuw] Woningwet heeft ten doel om beter te kunnen handhaven. Beide artikelen vormen een reactie op een praktijk waarbij men aan toepassing van bestuursdwang en last onder dwangsom weet te ontkomen door het onroerend goed over te dragen, soms herhaalde malen. Artikel 100e [oud] Woningwet kent daarom ook aan het desbetreffende dwangsombesluit of last onder dwangsom, de werking toe jegens rechtsopvolgers. Artikel 100e [nieuw] Woningwet houdt in dat burgemeester en wethouders die werking jegens rechtsopvolgers aan het besluit kunnen verbinden. Aldus kunnen bestuursdwang en lasten onder dwangsom ook ten uitvoer worden gelegd jegens rechtsopvolgers. Beide artikelen maken het mogelijk om ook al vóór de rechtsopvolging gemaakte kosten van bestuursdwang en verbeurde dwangsommen te verhalen op de rechtsopvolgers.
De Hoge Raad overweegt dat deze laatste mogelijkheid, verhaal van al gemaakte kosten en al verbeurde dwangsommen op rechtsopvolgers, niet wordt gelegitimeerd door het doel en de strekking van beide bepalingen, en dit verhaal daarom zonder nadere wettelijke basis in elk geval niet gerechtvaardigd te achten is, indien de rechtsopvolger geheel buiten de niet-naleving van de Woningwet staat, aan die niet-naleving onmiddellijk een einde heeft gemaakt na de rechtsopvolging en bovendien geen voordeel trekt uit de niet-naleving.
De Hoge Raad stelt dat sprake is van een situatie waarin het College van B&W van de Gemeente Amstelveen in redelijkheid niet tot de uitoefening van de bevoegdheid tot tenuitvoerlegging jegens de rechtsopvolger hier heeft kunnen komen.
advocaat te Boxtel, Den Bosch, Eindhoven en Tilburg