Het einde van het verpandingsverbod: wat betekent dit voor u?

17 jun 2024

Om onze cliënten optimaal te kunnen adviseren volgt BG.legal advocaten nauwgezet de juridische ontwikkelingen die impact kunnen hebben op uw bedrijfsvoering. Een recente en belangrijke ontwikkeling is het wetsvoorstel tot opheffing van het verpandingsverbod. Mijn kantoorgenoot Marc Heuvelmans schreef al in 2020 hierover een blog. De Tweede Kamer heeft inmiddels ingestemd met dit wetsvoorstel, wat grote gevolgen kan hebben voor de financiering van het midden- en kleinbedrijf (mkb). Dit blog geeft een snel overzicht van wat het inhoudt en wat het voor u als mkb’er kan betekenen.

Wat is het verpandingsverbod?

Binnen het huidige recht kunnen partijen in een contract bepalen dat een vordering niet te verpanden is, het zogeheten verpandingsverbod. Dit principe van contractsvrijheid stelt ondernemingen in staat om te regelen dat vorderingen die zij op hun debiteuren hebben, niet kunnen worden verpand aan derden zoals banken of factormaatschappijen. Dit verpandingsverbod kan een grote rol spelen in de manier waarop bedrijven afspraken maken met handelspartners en hoe zij hun financiering regelen.

Waarom afschaffen?

Het verpandingsverbod is vooral problematisch voor het mkb. Veel mkb-ondernemers hebben te maken met grote opdrachtgevers die in hun inkoopvoorwaarden een verpandingsverbod opnemen. Dit beperkt de mogelijkheid voor banken om deze vorderingen als zekerheid te gebruiken bij het verstrekken van kredieten. Hierdoor wordt het moeilijker voor mkb-bedrijven om werkkapitaal en kredietruimte aan te trekken.

Juridische achtergrond

De juridische discussie rond verpandingsverboden is niet nieuw. In 2003 oordeelde de Hoge Raad in het arrest Oryx/Van Eesteren dat een verpandingsverbod goederenrechtelijke werking had, wat betekende dat een verpandingsverbod tegen iedereen (contractspartij of niet) werkte en banken op die manier geen rechtsgeldig pandrecht kon verkrijgen. In 2014 kwam de Hoge Raad hierop terug in het arrest Coface/Intergamma, waarin werd bepaald dat een verpandingsverbod slechts verbintenisrechtelijke werking had, tenzij uitdrukkelijk anders was bepaald. Dus: Ook al is er een verpandingsverbod afgesproken tussen partijen, dan wil dat niet zeggen dat dit verpandingsverbod automatisch tegen iedereen kan worden ingeroepen.

Het nieuwe wetsvoorstel

Het nieuwe wetsvoorstel, dat recentelijk is aangenomen door de Tweede Kamer, maakt het onmogelijk om de overdraagbaarheid of verpandbaarheid uit te sluiten van een vordering die op naam staat en voortkomt uit de uitoefening van een beroep of bedrijf. Dit betekent dat banken en andere financiers door de nieuwe wetgeving meer zekerheid kunnen verkrijgen door pandrechten op vorderingen van mkb-ondernemingen te vestigen, zelfs als de oorspronkelijke overeenkomst een verpandingsverbod bevatte.

Voordelen voor het mkb

VNO-NCW en MKB-Nederland hebben zich sterk gemaakt voor deze wetswijziging. Zij wijzen op de cruciale voordelen voor het mkb:

  • Verbeterde kredietruimte: Mkb-ondernemers kunnen gemakkelijker financiering verkrijgen.
  • Snellere betaling: Doordat vorderingen gemakkelijker als zekerheid kunnen worden verpand, zullen financiers sneller bereid zijn om kredieten te verstrekken.
  • Meer werkkapitaal: De mogelijkheid om vorderingen te verpanden kan uiteindelijk leiden tot een betere liquiditeitspositie voor mkb-ondernemingen.

Conclusie

De opheffing van het verpandingsverbod is een belangrijke stap richting betere financieringsmogelijkheden voor het mkb. Voor zakelijke cliënten betekent dit dat het eenvoudiger wordt om financiering te verkrijgen en de liquiditeitspositie te versterken. Dit wetsvoorstel, dat nog moet worden goedgekeurd door de Eerste Kamer voordat het in werking treedt, kan daarom goed uitpakken voor uw onderneming.

Blijf op de hoogte van deze en andere juridische ontwikkelingen die uw bedrijfsvoering kunnen beïnvloeden. Heeft u vragen over hoe dit wetsvoorstel specifiek voor uw bedrijf kan uitpakken? Wij praten u graag bij. Neem gerust contact met ons op voor vragen of juridisch advies met betrekking tot financieringen.

Robbert van de Ven 1