ICT Werkgever vs. ICT werknemer, wie heeft het auteursrecht op software?

05 jul 2016

 

Wanneer u uw geld verdient met de ontwikkeling van ICT-producten [software, apps, e.d.] is het belangrijk om te beschermen wat u hebt ontwikkeld. Dat met de ontwikkeling van software auteursrecht ontstaat bij de maker daarvan, zie ik als bekende informatie. Ik ga in dit artikel dan ook geen tijd besteden aan wat het auteursrecht is en welke rechten dat aan de maker van het werk geeft. Wilt u daar mee over weten, dan is een simpele zoekopdracht via Google meer dan voldoende.

Nee, wat ik wel ga doen is wijzen op een ondergeschoven kindje qua aandachtspunten van ICT bedrijven. De bescherming van uw auteursrecht kan richting uw klanten nog zo goed vastgelegd worden door middel van  contractuele bepalingen, het gevaar komt van binnenuit!

Het gevaar komt van binnenuit?!

Zoals het kopje al doet vermoeden is een van de grootste gevaren voor inbreuk op uw auteursrecht te vinden bij uw werknemers.

Ongetwijfeld hebt u als ICT-bedrijf arbeidsovereenkomsten afgesloten met uw werknemers, waarin ook een bepaling staat opgenomen over het auteursrecht dat ontstaat bij de ontwikkeling van software. Gebruikelijk is een bepaling zoals de volgende:

Alle intellectuele eigendomsrechten, ontstaan tijdens de uitoefening van het dienstverband en waarop de werknemer enig recht kan uitoefenen, komen toe aan de werkgever, als ware de werkgever de maker van het werk. Voor zover het intellectueel eigendomsrecht niet op basis van de wet noch de vorige volzin, overgaat op de werkgever, dan zal werknemer zijn/haar medewerking verlenen voor de overdracht van enig intellectueel eigendomsrecht aan werkgever. Werkgever is voor deze overdracht geen vergoeding verschuldigd aangezien dat reeds in het salaris is verdisconteerd.

Bovenstaande schuingedrukte tekst is een voorbeeld om aan te sluiten bij de Auteurswet, doordat hiermee bereikt wordt dat het auteursrecht dat (mogelijk) bij de werknemer ontstaat, toekomt aan de werkgever. Even een zijstapje, deze regel geldt niet in die gevallen dat een opdrachtnemer (ZZP-er/freelancer) wordt ingeschakeld bij wie het auteursrecht komt te rusten, aangezien een opdrachtnemer per definitie niet in dienst zal zijn van de opdrachtgever.

Terug naar de werkgever en de werknemer. Uit een recente uitspraak[1] blijkt dat er soms wel degelijk sprake kan zijn van discussie over de vraag waar het auteursrecht rust, ook al is er een bepaling waarin wordt vastgesteld dat het auteursrecht aan de werkgever wordt overgedragen. Dit laatste speelt met name in die gevallen dat het auteursrecht door een werknemer kan worden geclaimd op een werk dat niet is gecreëerd bij de uitoefening van het dienstverband. Uit deze uitspraak blijkt dat het auteursrecht op de werken die door de werknemer zijn vervaardigd, terwijl deze niet tot de taakomschrijving van de werknemer horen, aan de werknemer toekomt . Ook in het geval de werkgever het werk nuttig kan gebruiken. Dit ongeacht een bepaling zoals hierboven weergegeven.

Ik hoor u als ICT-werkgever denken; wat moeten we hieraan doen?

Er zijn een aantal opties die u hier hebt. Deze worden hierna in willekeurige volgorde gegeven, aangezien niet één oplossing de beste is.

Taakomschrijving

  • Maak de taakomschrijving van de werknemer zo breed mogelijk. Voorkom dat een werknemer bijvoorbeeld is ingehuurd als appontwikkelaar en hij in een onbewaakt moment een aantal regels code schrijft, die voor een belangrijke softwaretoepassing van de werkgever uitermate nuttig zijn. Zoals al bleek, kan in die gevallen gesteld worden dat het schrijven van die code niet tot de taakomschrijving van de werknemer behoorde, en het auteursrecht op de code dus bij de werknemer blijft rusten. Als gezegd kan dit voorkomen worden door een brede taakomschrijving, die rekening houdt met alle mogelijke werkzaamheden van de werknemer.

 Overdragen auteursrecht

  • In voorkomende gevallen kan de werkgever van de werknemer verlangen om zijn handtekening onder een document dat het auteursrecht overdraagt te plaatsen. In dat geval zal er geen enkele discussie kunnen ontstaan over de overdracht. Lastig is natuurlijk wel dat de werknemer zich op dat moment mogelijk beseft dat hij een belangrijk recht in handen heeft en dus zijn huid duur zal verkopen.

Beter toezicht op werknemers

  • Een laatste oplossing en waarschijnlijk ook het intrappen van een open deur, komt neer op het beter controleren van activiteiten van de werknemers. Probeer als werkgever zoveel mogelijk inzichtelijk te hebben waar je werknemers mee bezig zijn en welke intellectuele eigendomsrechten daarmee zouden kunnen ontstaan. Dit heeft weer twee voordelen, aan de ene kant zijn intellectuele eigendomsrechten natuurlijk waardevol en kunnen ze ook voor de onderneming een belangrijke extra bron van inkomsten vormen en aan de andere kant geldt dat ook arbeidsrechtelijk gezien toezicht zal moeten worden gehouden op de werknemers.

In de ICT-branche is het natuurlijk wel zo dat werknemers heel veel vrijheid krijgen en die vrijheid ook willen hebben. U zult als ICT-ondernemer ook steeds goed moeten laveren tussen aan de ene kant volledige controleren van de werknemers, wat mogelijk de creativiteit inperkt en aan de andere kan niet al teveel toestaan, omdat daarmee het risico bestaat dat intellectuele eigendomsrechten misgelopen worden.

Wat de allerbeste oplossing is en of er niet meer oplossingen zijn te combineren, is natuurlijk lastig in zijn algemeenheid te zeggen, maar wees in ieder geval bewust van de risico’s.

 

[1] Voorzieningenrechter Rechtbank Amsterdam, 6 april 2016, ECLI:NL:RBAMS:2016:1938
BG.legal