Ingrijpende wijziging regels voor distributieovereenkomsten per 1 juni 2022

24 jun 2022

Ben je distributeur of heb je distributeurs? Maak je onderdeel uit van een selectief distributie stelsel?

Dan is de kans groot dat je te maken gaat krijgen met de nieuwe Europese regels voor verticale overeenkomsten. In sommige gevallen betekent dit dat bestaande onderdelen van de distributieovereenkomst aangepast moeten worden omdat bepaalde afspraken niet langer zijn toegestaan. In andere gevallen wordt er meer mogelijk. Dat kan kansen bieden. In ieder geval zullen distributeurs en leveranciers tot een nieuwe distributieovereenkomst moeten komen.

1. Wat betekenen de nieuwe regels

In een distributieovereenkomst maakt een leverancier afspraken met zijn distributeurs. Hierdoor krijgt de leverancier grip op de wijze waarop zijn producten of diensten verder worden verhandeld. Vaak worden afspraken gemaakt over onderwerpen zoals exclusiviteit, toegewezen gebied of klantengroep, prijsvorming, non-concurrentie, merkgebruik en promotie. Door deze afspraken wordt de mededinging beperkt en daardoor zijn deze overeenkomsten in beginsel verboden (kartelverbod).

Om te voorkomen dat van iedere overeenkomst beoordeeld moet worden of deze mededingingsrechtelijk is toegestaan, heeft de Europese Commissie groepsvrijstellingsverordeningen gemaakt. Als een overeenkomst compliant is met datgeen wat bepaald is in een groepsvrijstellingsverordening, dan is de overeenkomst vrijgesteld van het kartelverbod.

Zo heeft de Europese commissie groepsvrijstellingsverordeningen gemaakt voor (onder meer) verticale overeenkomsten en horizontale overeenkomsten. Verticale overeenkomsten zien op ondernemingen in verschillende schakels van de distributieketen: te denken valt aan overeenkomsten tussen leveranciers en distributeurs. Horizontale overeenkomsten zien op ondernemingen in dezelfde schakel.

Per 31 mei 2022 is de groepsvrijstellingsverordening (EU) 330/210 komen te vervallen. Per 1 juni 2022 is de nieuwe groepsvrijstellingsverordening (EU) 2022/720 in werking getreden (‘VBER’).

Naast de VBER heeft de Europese commissie ook een toelichting bij de VBER gepubliceerd (‘richtsnoeren’). In deze richtsnoeren geeft de Europese commissie aan hoe de VBER moet worden toegepast en uitgelegd.

2. Voor wie zijn de nieuwe regels van belang

De VBER ziet op alle verticale overeenkomsten. Dus niet alleen distributieovereenkomsten, maar ook op agentuur- en franchiseovereenkomsten.

De VBER en de richtsnoeren hebben ook directe betekenis voor de toepassing en uitleg van de Nederlandse mededingingswet. Daarom zijn de VBER en de richtsnoeren ook van belang voor distributieovereenkomsten zonder internationaal karakter.

3. Wat zijn belangrijke veranderingen

Een paar in het oog springende wijzigingen zijn:

  • De leverancier kan verschillende verkoopprijzen hanteren voor goederen/diensten die offline (in een fysiek verkooppunt) of online (via een webshop) worden verkocht.
  • De VBER geeft nu een definitie van de begrippen selectief distributiestelsel en van een exclusief distributiestelsel. Deze definitie wijkt af van de definitie die tot voor kort gebruikelijk was.
  • Exclusieve en selectieve distributiestelsels kunnen beter worden beschermd tegen (parallel)import.
  • Een leverancier mag van zijn distributeur én diens directe klanten eisen dat zij zich onthouden van verkoopactiviteiten in de gebieden die exclusief aan een andere distributeur zijn toegewezen of aan de leverancier zijn voorbehouden. Voorheen kon deze verplichting enkel aan de distributeur worden opgelegd.
  • Overeenkomsten die betrekking hebben op het aanbieden van onlinetussenhandelsdiensten (e.g. online markplaatsen en app-stores) worden ook gezien als verticale overeenkomsten die (onder bepaalde voorwaarden) voor vrijstelling in aanmerking kunnen komen.
  • Afspraken waarin de distributeur wordt verhinderd om het internet te gebruiken voor de (weder)verkoop van de producten en/of diensten is (onder bepaalde omstandigheden) niet toegestaan.

4. Wat moet je doen

De VBER is in werking getreden op 1 juni 2022. Voor bestaande distributieovereenkomsten (die op 31 mei 2022 reeds van kracht zijn) geldt een overgangsperiode van 1 jaar. Bestaande distributieovereenkomsten dienen dus uiterlijk op 31 mei 2023 in overeenstemming te zijn met de nieuwe VBER. Alle distributieovereenkomsten die na 1 juni 2022 tot stand  komen, moeten al compliant zijn met de VBER.

5. Wat is het gevolg wanneer bestaande overeenkomsten niet worden aangepast

Wanneer een bestaande distributieovereenkomst niet wordt aangepast, kunnen er bepalingen in zijn opgenomen die niet langer zijn toegestaan. Dat kan betekenen dat de bepaling nietig is (tussen partijen niet meer geldt). Wanneer het een kernbepaling betreft kan dat betekenen dat de hele overeenkomst nietig is. Bovendien zouden contractspartijen een boete kunnen krijgen voor het overtreden van de Mededingingswet.

6. Wat kunnen wij doen?

Wij kunnen:

  • Een bestaande distributieovereenkomst controleren en aangeven welke bepalingen niet langer in overeenstemming zijn met de VBER en hoe deze weer compliant kunnen worden gemaakt.
  • Een nieuwe distributieovereenkomst opstellen die geheel compliant is met de nieuwe VBER
  • Met u (leverancier of distributeur) inventariseren waar de nieuwe VBER kansen biedt om bepaalde aspecten (anders) te regelen dan voorheen mogelijk was onder de ‘oude’ VBER.

Mocht u hier vragen over hebben, dan kunt u contact opnemen met Jos van der Wijst. Jos is onder meer lid van het internationale netwerk International Distribution Initiative (IDI project).

Jos van der Wijst 2