Aansprakelijkheid ziekenhuis bij plaatsing schouderprothese?

26 jun 2020

Eiseres heeft het ziekenhuis aangesproken vanwege vermeende medische fouten bij het plaatsen van een schouderprothese.

Schouderletsel

Eiseres is sinds 2008 al bekend met klachten aan haar linkerschouder veroorzaakt door slijtage.  In 2009 is zij hiervoor voor de eerste keer geopereerd. Eiseres is  tussen 2010 en 2015 nog vier keer aan de schouder geopereerd.

Verwijt ziekenhuis

Eiseres verwijt het ziekenhuis o.a. dat bij twee operaties een fout is gemaakt. Bij de derde operatie is de kop van de schouder vervangen door een hemischouderprotese met korte steel.  De schouderkom werd gespaard.  In 2014 vond de vierde operatie plaats. Hierbij is de kop van de schouder vervangen door een hemiprothese met lange steel. Ook is de schouderkom toen vervangen.

Gelet op de aanhoudende klachten laat eiseres een second opinion verrichten. Na deze second opinion werd eiseres op de wachtlijst geplaatst voor een Univers schouderprothese. Naar het oordeel van de ‘second opinion arts’  bestond er een mogelijke relatie  tussen de pijnklachten en slechte functionaliteit en de te hoog geplaatste steel en te grote offset van de kop van de prothese [42 mm]. De reden  voor de vijfde operatie was dan ook omdat de  geplaatste prothese niet diep genoeg zat en het kopje was te groot.

Tijdens de vijfde operatie is de hemischouderprothese vervangen door een Universprothese. Tijdens deze operatie is gekozen voor een 40 mm kop.  Na deze  laatste revisie operatie  was er een significante afname van de pijnklachten en er trad een licht verbeterde functie op.

Eiser verwijt het ziekenhuis dat er op onjuiste wijze een hemischouderprothese is geplaatst, tijdens de derde en vierde operatie. Tevens zou er sprake zijn van een onnodig  delay tussen de derde en vijfde operatie.

Deskundige

De zaak wordt voorgelegd aan een deskundige.

De deskundige stelt dat er achteraf, ten aanzien van de positie van de prothese wel aanmerkingen te plaatsen zijn en er aan de hand van de röntgenfoto’s te stellen valt dat een nog optimalere positie tot een betere functie had geleid, echter dit betekent niet dat de plaatsing  als onzorgvuldig aangemerkt moet worden.

Immers de literatuur onderbouwt ook dat er rondom de meest optimale positie een bepaalde marge is waarbinnen een  schouderprothese geplaatst kan worden zonder dat dit tot een aanwijsbaar functieverlies zal leiden. Een verschil van 2 mm diameter valt volgens de deskundige binnen de marge. Volgens de deskundige is er ook geen sprake van een delay tussen het plaatsen van een hemischouderprothese en een revisieoperatie.

Volgens de deskundige is de functie bij eiseres  vooral bepaald door een reactie van het kapsel. Eiseres heeft een erg stijf kapsel met een langdurige irritatie waarbij ook een frozen shoulder zich als complicatie heeft gemanifesteerd.

De deskundige komt tot de conclusie dat de orthopedisch chirurg niet onzorgvuldig heeft gehandeld.

Kantonrechter en het Hof volgen de uitslag van het deskundigenbericht.

Conclusie

Alhoewel er in eerdere operaties een meer optimale positie bereikt had kunnen worden is er toch geen sprake van een medische fout.

De arts/het ziekenhuis is pas aansprakelijk als de arts niet heeft gehandeld conform de zorgvuldigheid die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot onder vergelijkbare omstandigheden mag worden verwacht. De norm wordt in belangrijke mate bepaald door wat binnen de beroepsgroep gebruikelijk is.

In deze uitspraak was er volgens deskundige en uiteindelijk de Rechtbank en Hof geen sprake van onzorgvuldig handelen.

Volledige uitspraak: ECLI:NL:GHARL:2020:3226

Edith de Koning