Hof van Justitie EU werpt licht op kosteloze verstrekking medische dossiers

06 nov 2023

Heeft een patiënt recht op een gratis afschrift van het medisch dossier op grond van de AVG? Deze vraag stond centraal in een uitspraak van het Hof van Justitie EU. In een eerder artikel gingen we al in op de vraag in hoeverre patiënten recht hebben op inzage in het medisch dossier. In dit artikel gaan we dieper in op de uitspraak en wat dit voor de zorgaanbieders in de praktijk betekent.

De achtergrond van het geschil: kosteloos verstrekken van medisch dossier door tandarts

Het geschil speelde zich af in Duitsland tussen een patiënt en zijn tandarts. Volgens de patiënt waren er fouten gemaakt in de tandheelkundige zorg van de patiënt. Om die reden vroeg de patiënt aan de tandarts om hem kosteloos een eerste kopie van zijn medisch dossier te verstrekken.

De tandarts gaf aan dat zij het verzoek alleen zou inwilligen als de patiënt de kosten voor de verstrekking van de kopie van het medisch dossier zou betalen, zoals voorgeschreven door het Duitse nationale recht.

Volgens de patiënt was dit in strijd met de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Een persoon heeft namelijk recht om te weten welke persoonsgegevens van hem worden verzameld. Hieruit vloeit ook voort dat een eerste kopie verplicht kosteloos beschikbaar wordt gesteld.

De Duitse rechter merkte op dat het aansprakelijk stellen van een arts niet onder de doelstelling van de AVG (artikel 63) valt, dat is namelijk een persoon op de hoogte brengen van verwerking en het controleren van de rechtmatigheid daarvan.

Tevens merkte de Duitse rechter op dat de Duitse nationale tariefregeling ter bescherming van de rechtmatige belangen van de zorgaanbieders was, om zo ongegronde verzoeken om kopieën te voorkomen.

Als laatst merkt de rechter op dat de AVG ziet op een kopie van de persoonsgegevens die worden verstrekt, dit terwijl de patiënt het gehele medische dossier wenste.

De Duitse rechter heeft vervolgens de behandeling geschorst en prejudiciële vragen gesteld aan het Hof van Justitie EU.

De prejudiciële vragen

  1. Moet de AVG (art. 12 lid 5 en artikel 15 lid 3) zo worden uitgelegd dat de behandelend arts (de verwerkingsverantwoordelijke) niet verplicht is om de patiënt kosteloos een eerste kopie te verstrekken, indien dit voor een ander doel is dan de controle van de rechtmatigheid van zijn persoonsgegevens, dat geen verband houdt met gegevensbescherming?
  2. Kan de kosteloze verstrekking van een kopie worden beperkt door een nationale bepaling die voor de AVG is vastgesteld? Zo ja, is het belang van vergoeding van de kosten een grond voor inperking van de reikwijdte van de rechten uit de AVG (artikel 23 lid 1 sub i)? Zo ja, vormt een nationale regeling, die stelt dat een arts altijd recht heeft op vergoeding van de kosten, een beperking van de rechten en verplichtingen uit de AVG?
  3. Indien voorgaande vragen negatief worden beantwoord, gaat het recht van verstrekken over alle delen van het medisch dossier, of enkel over het verstrekken van de persoonsgegevens zelf, waarbij de arts bepaalt hoe deze gegevens worden samengesteld?

Antwoord op vraag 1 – het doel van het kosteloos verstrekken van eerste kopie

Het Hof overweegt dat een patiënt het recht heeft om een eerste kopie van zijn medisch dossier te krijgen, zonder dat dit in beginsel kosten met zich meebrengt. De verwerkingsverantwoordelijke kan pas kosten in rekening brengen als de patiënt, na een eerste gratis kopie van zijn of haar gegevens te hebben ontvangen, opnieuw om dezelfde gegevens vraagt.

De AVG meldt niet als voorwaarde dat personen een reden moeten geven voor hun verzoek om een eerste gratis kopie van de persoonsgegevens. De verwerkingsverantwoordelijke kan dus niet eisen dat de betrokkene zijn of haar verzoek tot inzage motiveert.

Aangezien er geen motivatie vereist is voor het inzageverzoek, kan overweging 63 van de AVG niet zo worden geïnterpreteerd dat het verzoek moet worden afgewezen als het een ander doel dient dan het controleren van de gegevensverwerking en de rechtmatigheid ervan.

Antwoord op vraag 2 – beperking van het kosteloos verstrekken van eerste kopie

Het Hof heeft geoordeeld dat een beperking van de rechten uit artikel 15 AVG toegestaan kan zijn, mits deze beperking de essentie van de grondrechten en fundamentele vrijheden respecteert en een noodzakelijke en proportionele maatregel is in een democratische samenleving ter bescherming van de rechten en vrijheden van anderen.

Simpelweg betekent dit dat zorgaanbieders bepaalde restricties kunnen stellen aan de toegang van patiënten tot hun eigen persoonsgegevens, zoals vermeld in artikel 15 AVG. Echter, deze restricties moeten zorgvuldig worden afgewogen en mogen niet de basisrechten van de patiënten aantasten. Ze moeten ook gerechtvaardigd en evenredig zijn met het doel om andere rechten en vrijheden te beschermen binnen een democratische samenleving.

Het Hof merkte op dat de Duitse wetgeving bedoeld is om de economische belangen van behandelaars te beschermen, wat patiënten zou kunnen ontmoedigen om onnodig een kopie van hun medisch dossier aan te vragen.

Het Hof stelde echter vast dat economische belangen niet worden beschouwd als "rechten en vrijheden van anderen" zoals bedoeld in artikel 23, lid 1, onder i), AVG. Concluderend betekent dit dat een nationale wet die de kosten van een eerste kopie van de verwerkte persoonsgegevens op de betrokkene afwentelt ter bescherming van de economische belangen van de verwerkingsverantwoordelijke, in strijd is met de AVG.

Antwoord op vraag 3 – alleen persoonsgegevens of geheel dossier

Het Hof oordeelt dat patiënten op grond van de AVG niet alleen recht hebben op een afschrift van persoonsgegevens maar ook het recht hebben om alle informatie in hun medisch dossier te zien. Dit bevat details zoals diagnoses, testresultaten en informatie over behandelingen.

Het is belangrijk dat de informatie compleet, correct en makkelijk te begrijpen is. Soms kan een simpele samenvatting door de arts belangrijke details missen of verwarrend zijn. Daarom zegt het Hof dat patiënten recht hebben op een volledige kopie van hun medisch dossier om zeker te zijn dat alle informatie klopt en te begrijpen is.

Wat betekent dit voor de praktijk?

Het oordeel van het Hof van Justitie is in lijn met de Nederlandse wetgeving in de Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO). Indien een patiënt dus een eerste kopie vraagt van zijn medisch dossier mogen hier geen kosten voor in rekening worden gebracht.

Het recht op inzage op grond van de AVG kan dus beperkt worden, maar niet om de economische belangen van een zorgaanbieder te beschermen. Indien een patiënt om meer dan één afschrift of als hij heel vaak om een afschrift vraagt, mag een redelijke vergoeding in rekening worden gebracht. In geval van buitensporige verzoeken mag het verzoek ook geweigerd worden.

Let op, dit gaat alleen over de situatie dat een patiënt of een vertegenwoordiger van de patiënt om een afschrift vraagt. Als een derde partij informatie opvraagt via gerichte schriftelijke vragen, dan kan een zorgaanbieder daarvoor een NZa-tarief in rekening brengen.

Heeft u vragen over het medisch dossier? Of de toepassing van de AVG op uw zorginstelling? Neem gerust contact op met een van onze medewerkers.

Lees ook: Mag een hulpverlener medische info verstrekken aan derden?

Jody Esveldt