Is het interieur van een winkel beschermd?

04 sep 2019

Is het interieur van een winkel beschermd?

Dit kwam aan de orde in de zaak over het interieur van de schoenwinkels van Shoebaloo. Dat heeft geleid tot het vonnis van 7 augustus 2019 van de rechtbank Amsterdam (afbeeldingen zijn overgenomen uit het vonnis).

Bij het ontwerp zijn Amerikaanse canyons de inspiratiebron geweest. De eigenaar van het ontwerpbureau verklaart daarover: “Het uitgangspunt is geweest: een moderne canyon, met ribben die als één vloeiende beweging, de hele ruimte omvattend, over de wanden de volledige ruimte vormgeven en de schappen vormen, waarop de schoenen geëtaleerd worden”.

Dit ontwerp is toegepast in winkels in Amsterdam en Maastricht. Het ontwerpbureau claimt auteursrecht op de vormgeving van het interieur van de winkel.

Een winkel in Antwerpen (Invert) zou inbreuk maken op het auteursrecht op dit interieur.

 

De eerste vraag is of er auteursrecht is ontstaan

De procedure is aanhangig gemaakt door het bureau dat het ontwerp heeft gemaakt (de auteursrechthebbende) en Shoebaloo (licentiehouder). Volgens het ontwerpbureau is sprake van een werk dat door auteursrecht is beschermd door de volgende kenmerkende elementen in combinatie met elkaar, die gebaseerd zijn op gemaakte creatieve keuzes:

  1. Uit lagen opgebouwde, golvende wandpanelen;
  2. In de wandpanelen geïntegreerde in- en uitgolvende displays met een profiel dat vloeiend overgaat in het profiel van de achterliggende wandpanelen;
  3. In translucent materiaal uitgevoerde displays met geïntegreerde ledverlichting vanaf de onderzijde;
  4. Een ellipsvormige uitsnijding uit de wandpanelen ter hoogte van de voorpui ten behoeve van de winkeldeur.

De rechtbank neemt deze elementen over en geeft er een concrete beschrijving van deze elementen.

Invert stelt dat er geen sprake is van auteursrecht omdat het interieur geen eigen en oorspronkelijk karakter heeft. In al bestaande ontwerpen (het vormgevingserfgoed) komen de meeste elementen al voor. In wezen probeert het ontwerpbureau bescherming te krijgen voor bestaande stijlen en gangbare vormen, aldus Invert. De rechtbank oordeelt echter anders:

  • De ontwerper heeft met de combinatie van de (specifieke vormgeving van de) kenmerkende elementen van haar ontwerp op voldoende eigen wijze uiting gegeven aan bestaande stijlen
  • het gebruikmaken van verlichting en de wijze waarop betreffen in het ontwerp wel degelijk vrije keuzes.

Dat een interieurontwerp auteursrechtelijk kan zijn beschermd, was ook al eerder vastgesteld. Zoals op 16 december 2011 in de zaak Mazzo/Happy Italy.

 

De tweede vraag is of er inbreuk wordt gemaakt op het auteursrecht

De winkel in Antwerpen ziet er als volgt uit (afbeeldingen zijn overgenomen uit het vonnis):

 

De ontwerper stelt dat de winkel in Antwerpen een ‘klakkeloze kopie’ is omdat ‘alle afzonderlijke beschermde trekken van het werk van MVSA zijn overgenomen en de totaalindrukken overeenstemmen’.

 

De rechtbank bepaalt nu allereerst wat de ‘auteursrechtelijk beschermde elementen’ zijn en of deze zijn overgenomen (gekopieerd). Wanneer ze gedeeltelijk zijn overgenomen dan wordt gekeken of er voldoende afstand is gehouden tot het origineel.

De rechtbank oordeelt dat sprake is van zodanige overeenstemming dat sprake lijkt te zijn van een kopie. Daarbij noemt de rechtbank:

  • de wandpanelen zijn op exact dezelfde wijze opgebouwd en gevormd, met lagen van eenzelfde dikte, eenzelfde groepering en eenzelfde manier van golven.
  • de displays worden op gelijke wijze gevormd en belicht.
  • Ook in het interieur in Antwerpen is in de etalage van de winkel een (rondvormige) uitsparing aangebracht.

Invert heeft nog gesteld dat zij het winkelinterieur zelf heeft bedacht en samen met timmerlieden heeft gerealiseerd vóór of tegelijkertijd met de opening van de winkel van Shoebaloo. De gelijkenis zou op toeval berusten en van ontlening zou geen sprake zijn. Op zich zou het kunnen dat op hetzelfde moment, op verschillende plaatsen, eenzelfde, of sterk op elkaar gelijkend, werk wordt gecreëerd.

De rechtbank gaat hier echter niet in mee en Invert krijgt ook niet de gelegenheid om die stelling te bewijzen. De rechtbank noemt daarbij dat de winkel in Antwerpen op 24 september 2014 is gehuurd, terwijl de winkel in Maastricht (met een vergelijkbaar interieur als in Amsterdam) al in 2012 is geopend. De winkel in Amsterdam is op 27 november 2014 geopend. Daarbij is het mogelijk dat het (in aanbouw zijnde) interieur al eerder voor het publiek zichtbaar is geweest.

 

Conclusie

De rechtbank concludeert dat Invert inbreuk heeft gemaakt op het auteursrecht van het ontwerpbureau. Als gevolg daarvan moet Invert binnen drie maanden het winkelinterieur afbreken. Dit op het verbeuren van een dwangsom. Daarnaast moet zij een schadevergoeding van € 10.000,= aan de ontwerper betalen. En zij moet de volledige proceskosten van de ontwerper betalen.

 

Wat betekent dit voor de praktijk?
  • Het auteursrecht kan een goede basis bieden voor bescherming van een winkelinterieur.
  • In Nederland kan effectief opgetreden worden tegen inbreukmakers in andere EU landen.

Onze IE advocaten hebben ervaring met het procederen in zaken over vormgeving. Wij kunnen u adviseren over het al dan niet optreden tegen ‘copycats’. Wij treden ook op voor partijen die inbreuk zouden maken op IE rechten van anderen. Daarbij kunnen wij u adviseren over het weerspreken van die claim en het beperken van schade.

Lees een uitgebreide juridisch inhoudelijke versie van dit artikel in OpenRecht

En lees ook het artikel: Bescherming winkelinterieur