Blog van medewerkers
WP_Query Object ( [query] => Array ( [paged] => 2 [news-type] => blog ) [query_vars] => Array ( [paged] => 2 [news-type] => blog [error] => [m] => [p] => 0 [post_parent] => [subpost] => [subpost_id] => [attachment] => [attachment_id] => 0 [name] => [pagename] => [page_id] => 0 [second] => [minute] => [hour] => [day] => 0 [monthnum] => 0 [year] => 0 [w] => 0 [category_name] => [tag] => [cat] => [tag_id] => [author] => [author_name] => [feed] => [tb] => [meta_key] => [meta_value] => [preview] => [s] => [sentence] => [title] => [fields] => [menu_order] => [embed] => [category__in] => Array ( ) [category__not_in] => Array ( ) [category__and] => Array ( ) [post__in] => Array ( ) [post__not_in] => Array ( ) [post_name__in] => Array ( ) [tag__in] => Array ( ) [tag__not_in] => Array ( ) [tag__and] => Array ( ) [tag_slug__in] => Array ( ) [tag_slug__and] => Array ( ) [post_parent__in] => Array ( ) [post_parent__not_in] => Array ( ) [author__in] => Array ( [0] => 60 ) [author__not_in] => Array ( ) [search_columns] => Array ( ) [ignore_sticky_posts] => [suppress_filters] => [cache_results] => 1 [update_post_term_cache] => 1 [update_menu_item_cache] => [lazy_load_term_meta] => 1 [update_post_meta_cache] => 1 [post_type] => [posts_per_page] => 10 [nopaging] => [comments_per_page] => 50 [no_found_rows] => [taxonomy] => news-type [term] => blog [order] => DESC ) [tax_query] => WP_Tax_Query Object ( [queries] => Array ( [0] => Array ( [taxonomy] => news-type [terms] => Array ( [0] => blog ) [field] => slug [operator] => IN [include_children] => 1 ) ) [relation] => AND [table_aliases:protected] => Array ( [0] => wp_term_relationships ) [queried_terms] => Array ( [news-type] => Array ( [terms] => Array ( [0] => blog ) [field] => slug ) ) [primary_table] => wp_posts [primary_id_column] => ID ) [meta_query] => WP_Meta_Query Object ( [queries] => Array ( ) [relation] => [meta_table] => [meta_id_column] => [primary_table] => [primary_id_column] => [table_aliases:protected] => Array ( ) [clauses:protected] => Array ( ) [has_or_relation:protected] => ) [date_query] => [queried_object] => WP_Term Object ( [term_id] => 56 [name] => Blog van medewerkers [slug] => blog [term_group] => 0 [term_taxonomy_id] => 56 [taxonomy] => news-type [description] => [parent] => 0 [count] => 1409 [filter] => raw ) [queried_object_id] => 56 [request] => SELECT SQL_CALC_FOUND_ROWS wp_posts.ID FROM wp_posts LEFT JOIN wp_term_relationships ON (wp_posts.ID = wp_term_relationships.object_id) LEFT JOIN wp_icl_translations wpml_translations ON wp_posts.ID = wpml_translations.element_id AND wpml_translations.element_type = CONCAT('post_', wp_posts.post_type) WHERE 1=1 AND ( wp_term_relationships.term_taxonomy_id IN (56) ) AND wp_posts.post_author IN (60) AND ((wp_posts.post_type = 'post' AND (wp_posts.post_status = 'publish' OR wp_posts.post_status = 'acf-disabled' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-success' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-failed' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-schedule' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-pending' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-draft'))) AND ( ( ( wpml_translations.language_code = 'nl' OR ( wpml_translations.language_code = 'nl' AND wp_posts.post_type IN ( 'attachment' ) AND ( ( ( SELECT COUNT(element_id) FROM wp_icl_translations WHERE trid = wpml_translations.trid AND language_code = 'nl' ) = 0 ) OR ( ( SELECT COUNT(element_id) FROM wp_icl_translations t2 JOIN wp_posts p ON p.id = t2.element_id WHERE t2.trid = wpml_translations.trid AND t2.language_code = 'nl' AND ( p.post_status = 'publish' OR p.post_status = 'private' OR ( p.post_type='attachment' AND p.post_status = 'inherit' ) ) ) = 0 ) ) ) ) AND wp_posts.post_type IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' ) ) OR wp_posts.post_type NOT IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' ) ) GROUP BY wp_posts.ID ORDER BY wp_posts.menu_order, wp_posts.post_date DESC LIMIT 10, 10 [posts] => Array ( [0] => WP_Post Object ( [ID] => 38761 [post_author] => 60 [post_date] => 2023-09-21 16:36:58 [post_date_gmt] => 2023-09-21 14:36:58 [post_content] => Uit de tenzij-bepaling van artikel 6:265 lid 1 BW volgt dat alleen een tekortkoming van voldoende gewicht recht geeft op ontbinding van een overeenkomst. Mogen partijen in hun overeenkomst ook een andere regeling voor ontbinding overeenkomen? De Hoge Raad boog zich over die vraag in een zaak tussen twee partijen die een (huur)overeenkomst aangingen. Zij weken in deze overeenkomst af van artikel 6:265 lid 1 BW. Hierbij stond de vraag of artikel 6:265 lid 1 BW van regelend recht is centraal.De feiten
Twee partijen gaan eind juni 2018 eenhuurovereenkomstaan met betrekking tot een hotel in Cadzand-Bad. In deze huurovereenkomst is opgenomen dat de Verhuurder moet garanderen dat de exploitatie van het hotel voldoet aan de eisen van volksgezondheid en brandveiligheid. Daarnaast dienen ook alle overige veiligheidseisen en overheidsvoorschriften in acht te worden genomen. Alle ondersteunende apparatuur ten behoeve van de exploitatie van het hotel moeten naar gebruikelijke maatstaven ook goed functioneren. Uit de overeenkomst volgt dat de Huurder het recht heeft om de overeenkomst per direct te ontbinden indien de Verhuurder deze garanties niet of niet volledig nakomt. In dit geval heeft de Huurder ook recht op een opeisbare boete van € 50.000,00 per overtreding. Het staat hem dan ook vrij om schadevergoeding te vorderen als gevolg van de door de ontbinding geleden schade. Een paar maanden later, eind augustus 2018, ontdekt de Huurder dat er sprake is van overtreding van meerdere garanties. De Huurder stelt deVerhuurderhiervoor aansprakelijk en eist van de Verhuurder betaling van een schadevergoeding en boetes. In oktober 2018 ontvangt de Verhuurder een brief waarin de Huurder aangeeft de huurovereenkomst wegens het schenden van meerdere garanties te ontbinden en de exploitatie van het hotel per direct te staken.De kantonrechter
De Huurder vordert bijde kantonrechterdat de Verhuurder wordt veroordeeld tot betaling van contractuele boetes en schadevergoeding. De Verhuurder verzoekt de kantonrechter daarentegen om uit te spreken dat de ontbinding niet gerechtvaardigd kan worden, waardoor deze geen stand houdt. Ook eist de Verhuurder dat de Huurder hierdoor veroordeeld wordt tot vergoeding van de schade die de Verhuurder door de ongerechtvaardigde ontbinding heeft geleden en nog zal lijden. Door de kantonrechter wordt vastgesteld dat bepaalde garanties door de Verhuurder overtreden zijn. De Verhuurder wordt veroordeeld tot betaling van contractuele boetes en er wordt een geldbedrag opgelegd uit hoofde van vrijwaring. Daarnaast oordeelt de kantonrechter dat de door Huurder ingeroepen ontbinding, gelet op de aard en omvang van de tekortkoming, niet gerechtvaardigd was. De Huurder wordt veroordeeld tot vergoeding van de als gevolg van de ongerechtvaardigde ontbinding geleden en nog te lijden schade.Het Hof
Het Hof vernietigt de eerdere uitspraak ten aanzien van de door Verhuurder verbeurdeboetes en de vrijwaringen verlaagt deze. Het Hof gaat verder mee in het oordeel van de kantonrechter en stelt dat ontbinding van de overeenkomst op 25 oktober 2018 door de Huurder niet gerechtvaardigd was. Door het Hof wordt aangevoerd dat artikel 6:265 lid 1 BW een tenzij-bepaling bevat. Deze bepaling stelt dat alleen een tekortkoming van voldoende gewicht, recht geeft op ontbinding van de overeenkomst. Deze maatstaf is gebaseerd op de redelijkheid en billijkheid, hierbij moet rekening gehouden worden met de omstandigheden van het geval. Volgens het Hof zijn de door de Huurder gestelde tekortkomingen in de nakoming niet van voldoende gewicht om ontbinding van de tussen de partijen gesloten overeenkomst op grond van artikel 6:265 lid 1 BW te kunnen rechtvaardigen.De Hoge Raad
Bij de Hoge Raad wordt door de Huurder aangevoerd dat het Hof voorbij is gegaan aan het feit dat artikel 6:265 lid 1 BW van regelend recht is. Partijen hebben in hun overeenkomst afgeweken van de tenzij-bepaling van artikel 6:265 lid 1 BW, maar doordat deze bepaling van regelend recht is zou dit volgens de Huurder mogelijk moeten zijn. Aangezien het Hof heeft vastgesteld dat de Verhuurder bepaalde garantiebepalingen heeft overtreden, zou ontbinding van de overeenkomst gerechtvaardigd moeten worden. Volgens de Huurder heeft het Hof de bevoegdheid om de overeenkomst te ontbinden onterecht onderzocht aan de hand van de tenzij-bepaling van artikel 6:265 lid 1 BW.De Hoge Raadgaat hierin mee en oordeelt dat artikel 6:265 lid 1 BW inderdaad van regelend recht is. Hierdoor staat het partijen vrij om hier in hun overeenkomst vanaf te wijken. Partijen hebben in hun overeenkomst opgenomen dat de Huurder het recht heeft om de overeenkomst per direct te ontbinden indien de Verhuurder de in de huurovereenkomst opgenomen garanties niet (volledig) nakomt. Het Hof heeft eerder geoordeeld dat de Verhuurder inderdaad garantieverplichtingen overtreden heeft. Of de ontbindingsverklaring van de Huurder gerechtvaardigd kan worden, moet daarom worden onderzocht aan de hand van hetgeen partijen hierover zijn overeengekomen. Hiermee vernietigt de Hoge Raad de eerdere uitspraak van het Hof. De zaak wordt door de Hoge Raad terug verwezen naar het Hof voor verdere behandeling en beslissing.Conclusie
Artikel 6:265 lid 1 BW is volgens de Hoge Raad een bepaling vanregelend recht. Deze bepaling is van toepassing op alle wederkerige overeenkomsten, waardoor het partijen bij het aangaan van dit soort overeenkomsten vrij staat om af te wijken van deze bepaling. Zij kunnen hierdoor andere afspraken maken over de ontbinding van de overeenkomst. In gevallen waarbij de overeenkomst ontbonden wordt, dient dan aan de hand van hetgeen partijen zijn overeengekomen te worden onderzocht of ontbinding gerechtvaardigd kan worden. Een tekortkoming van voldoende gewicht is dus niet altijd een vereiste voor ontbinding van de overeenkomst! Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met één van onze specialisten van de afdeling Ondernemingsrecht. [post_title] => Ontbinding van een overeenkomst van regelend recht? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => ontbinding-van-een-overeenkomst-van-regelend-recht [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-09-21 16:38:11 [post_modified_gmt] => 2023-09-21 14:38:11 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=38761 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [1] => WP_Post Object ( [ID] => 38407 [post_author] => 60 [post_date] => 2023-09-01 11:37:17 [post_date_gmt] => 2023-09-01 09:37:17 [post_content] => In 1981 oordeelde de Hoge Raad in het Haviltex-arrest dat bij de uitleg van een overeenkomst niet alleen naar de grammaticale betekenis van de tekst moet worden gekeken. De betekenis die partijen aan de tekst gaven in de gegeven omstandigheden en wat zij van elkaar mochten verwachten is hierbij ook van belang.[1] HetHaviltex-criteriumwordt sindsdien regelmatig toegepast in geschillen over de uitleg van overeenkomsten. Vorige week, op 25 augustus 2023, heeft de Hoge Raad geoordeeld over de vraag of partijen kunnen afwijken van het Haviltex-criterium. In deze blog wordt dit arrest van de Hoge Raad nader besproken.[2]De feiten
In 2009 stellen een vrouw en een man na hun scheiding eenvaststellingsovereenkomstop met betrekking tot de partneralimentatie. In deze vaststellingsovereenkomst nemen zij op dat – in afwijking van het Haviltex-criterium – bij de uitleg van de overeenkomst alleen dient te worden gekeken naar de grammaticale betekenis van de tekst. Volgens de door partijen gesloten overeenkomst eindigt de partneralimentatie op de dag dat de vrouw de pensioengerechtigde leeftijd bereikt, te weten op 24 mei 2021. In een latere procedure verzoekt de curator van de vrouw om de partneralimentatie tot 25 mei 2022 te verlengen, de dag waarop de vrouw 65 jaar wordt. Dit verzoek wordt door de rechtbank toegewezen.Oordeel van het Hof
De man gaat in hoger beroep. Het Hof vernietigt vervolgens de beschikking van de rechtbank en wijst het verzoek tot verlenging van de partneralimentatie af. Doordat partijen in hun vaststellingsovereenkomst toepassing van het Haviltex-criterium hebben uitgesloten, moet de rechter de bepaling in de vaststellingsovereenkomst alleen beoordelen op grond van degrammaticale betekenisvan de tekst. Aangezien in de oorspronkelijke overeenkomst een datum is opgenomen om het moment waarop de vrouw de pensioengerechtigde leeftijd bereikt aan te duiden, moet deze datum worden aangehouden en is een verlenging van de alimentatieverplichting niet mogelijk. Door het verzoek tot verlenging van de alimentatie toe te wijzen was de rechtbank onterecht buiten de grammaticale uitleg van de vaststellingsovereenkomst getreden.Uitspraak Hoge Raad
De Hoge Raad bevestigt de eerdere uitspraak van het Hof en oordeelt dat bij het uitleggen van de vaststellingsovereenkomst uitsluitend de grammaticale betekenis van de bepaling gebruikt moet worden. Nu de overeenkomst een eigen uitlegmaatstaf bevat, is het volgens de Hoge Raad toegestaan om af te wijken van het Haviltex-criterium. Dit maakt het voor partijencontractueelmogelijk om andere afspraken te maken over de uitlegmaatstaf van overeenkomsten.Wat betekent dit voor de praktijk?
Het is erg waarschijnlijk dat we in de praktijk steeds vaker contracten voorbij gaan zien komen meteen eigen uitlegmaatstafwelke afwijkt van het Haviltex-criterium. Hierbij zal er vaak sprake zijn van uitlegmaatstaven waarbij enkel dient te worden gekeken naar de grammaticale betekenis van de tekst, waardoor de betekenis die partijen aan de tekst gaven in de gegeven omstandigheden zo veel mogelijk buitenspel gezet zal worden. Heeft u nog vragen? U kunt contact opnemen met de sectie Ondernemingsrecht. [1] Hoge Raad 13-03-1981 ECLI:NL:HR:1981:AG4158 [2] Hoge Raad 25-08-2023 ECLI:NL:HR:2023:1131 [post_title] => Mag het Haviltex-criterium contractueel worden uitgesloten? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => mag-het-haviltex-criterium-contractueel-worden-uitgesloten-2 [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-09-05 11:16:49 [post_modified_gmt] => 2023-09-05 09:16:49 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=38407 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [2] => WP_Post Object ( [ID] => 31689 [post_author] => 60 [post_date] => 2022-08-18 10:36:58 [post_date_gmt] => 2022-08-18 08:36:58 [post_content] => We zien het onder andere in de incassopraktijk geregeld mis gaan. Er is niet duidelijk vastgelegd of we te maken hebben met een bemiddelaar, principaal/handelsagent of lastgever/lasthebber. Maar wat houden deze begrippen in? En welke overeenkomsten liggen hieraan ten grondslag? Zowel de bemiddelings-, agentuur- als lastgevingsovereenkomst zijnbijzondere overeenkomsten van opdracht. Dit zijn overeenkomsten waarbij een opdrachtgever een opdracht geeft aan een opdrachtnemer en laatstgenoemde deze opdracht aanneemt. Er zijn echter veel verschillende overeenkomsten die onder deze categorie vallen. Bovengenoemde drie bijzondere overeenkomsten van opdracht worden nader gespecificeerd in de wet.Bemiddelingsovereenkomst (artikel 425 boek 7 Burgerlijk Wetboek)
Debemiddelingsovereenkomst is een overeenkomst waarbij een bemiddelaar (oftewel de opdrachtnemer) zich verplicht tegenover de opdrachtgever om tegen vergoeding als tussenpersoon werkzaam te zijn bij het tot stand brengen van één of meer overeenkomsten tussen de opdrachtgever en derden. In dit geval wordt uitsluitend gehandeld op naam van de opdrachtgever. De opdrachtgever is verplicht om de overeengekomen vergoeding aan de bemiddelaar te betalen, indien er een overeenkomst tot stand komt door zijn bemiddelingswerkzaamheden. Daarentegen moet de bemiddelaar zijn bemiddelingswerkzaamheden goed uitvoeren en zich als een goed bemiddelaar gedragen.Agentuurovereenkomst (artikel 428 boek 7 Burgerlijk Wetboek)
Deagentuurovereenkomstis een overeenkomst tussen de principaal (de ondernemer) en de handelsagent (de zelfstandige verkoper). De handelsagent bemiddelt bij de totstandkoming van overeenkomsten tussen de principaal en derden. Het verdient opmerking dat de handelsagent daarbij niet ondergeschikt is aan de principaal. De handelsagent kan op eigen naam of op naam en voor rekening van de principaal overeenkomsten sluiten of orders bezorgen aan de principaal. De principaal moet hiervoor een provisie betalen.Verschil agentuurovereenkomst en bemiddelingsovereenkomst
Zo op het eerste gezicht heeft de agentuurovereenkomst veel weg van de bemiddelingsovereenkomst. Er is echter een belangrijk verschil tussen beiden. De bemiddelingsovereenkomst ziet op het tot stand brengen van één of meerdere overeenkomsten. Hier kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een makelaar die eenmalig bemiddelt bij de verkoop van een huis. Zodra deze overeenkomst tot stand is gebracht, is voldaan aan de bemiddelingsovereenkomst. Bovendien is er bij de bemiddelingsovereenkomst geen sprake van vertegenwoordiging van de opdrachtgever. Bij de agentuurovereenkomst is het natuurlijk ook de bedoeling om te bemiddelen in het sluiten van overeenkomsten, maar het gaat dan om een onbepaald aantal overeenkomsten. Op het moment dat er een agentuurovereenkomst wordt gesloten tussen twee partijen is het de bedoeling om een duurzame zakelijke relatie met elkaar aan te gaan. Het is van belang dit onderscheid goed te maken bij de uitleg van een overeenkomst. Beide figuren hebben immers een eigen wettelijke regeling met elk eigen consequenties. Beter is het natuurlijk om bij de totstandkoming van de overeenkomst na te denken over welke figuur nu juist bedoeld wordt en dat goed te definiëren.Lastgevingsovereenkomst (artikel 414 boek 7 Burgerlijk Wetboek)
Delastgevingsovereenkomst wordt gesloten tussen de lastgever en lasthebber. De lasthebber verplicht zich om voor rekening van de lastgever één of meer rechtshandelingen te verrichten. Vaak gaat het dan om het sluiten van overeenkomsten. De lasthebber kan de rechtshandelingen verrichten op eigen naam (maar voor rekening van de lastgever) of op naam van de lastgever. De lasthebber heeft echter wel een volmacht nodig om bevoegd in naam van de lastgever te handelen (artikel 62 boek 3 Burgerlijk Wetboek). Met betrekking tot lastgeving gelden behoorlijk wat specifieke regels. Deze regels zien vooral op het gebied van tegenstrijdig belang en de relatie met een derde partij. Er bestaat een verschil tussen de lasthebber en de gevolmachtigde. Waar de lasthebber verplicht is om bepaalde rechtshandelingen uit te voeren, is de gevolmachtigde bevoegd om rechtshandelingen uit te voeren, maar is dit geen verplichting. Haal de lasthebber en de gevolmachtigde daarom niet door elkaar.Tot slot
Gezien de complexe materie die gepaard gaat met deze bijzondere overeenkomsten van opdracht, is het verstandig om bij het opstellen van deze overeenkomst juridische hulp in te schakelen. Mocht u over bovenstaand onderwerp een vraag hebben, neem dan gerust contact op met onze BG.legal specialisten. [post_title] => Bijzondere overeenkomsten [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => bijzondere-overeenkomsten [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-08-29 11:11:21 [post_modified_gmt] => 2022-08-29 09:11:21 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=31689 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) ) [post_count] => 3 [current_post] => -1 [before_loop] => 1 [in_the_loop] => [post] => WP_Post Object ( [ID] => 38761 [post_author] => 60 [post_date] => 2023-09-21 16:36:58 [post_date_gmt] => 2023-09-21 14:36:58 [post_content] => Uit de tenzij-bepaling van artikel 6:265 lid 1 BW volgt dat alleen een tekortkoming van voldoende gewicht recht geeft op ontbinding van een overeenkomst. Mogen partijen in hun overeenkomst ook een andere regeling voor ontbinding overeenkomen? De Hoge Raad boog zich over die vraag in een zaak tussen twee partijen die een (huur)overeenkomst aangingen. Zij weken in deze overeenkomst af van artikel 6:265 lid 1 BW. Hierbij stond de vraag of artikel 6:265 lid 1 BW van regelend recht is centraal.De feiten
Twee partijen gaan eind juni 2018 eenhuurovereenkomstaan met betrekking tot een hotel in Cadzand-Bad. In deze huurovereenkomst is opgenomen dat de Verhuurder moet garanderen dat de exploitatie van het hotel voldoet aan de eisen van volksgezondheid en brandveiligheid. Daarnaast dienen ook alle overige veiligheidseisen en overheidsvoorschriften in acht te worden genomen. Alle ondersteunende apparatuur ten behoeve van de exploitatie van het hotel moeten naar gebruikelijke maatstaven ook goed functioneren. Uit de overeenkomst volgt dat de Huurder het recht heeft om de overeenkomst per direct te ontbinden indien de Verhuurder deze garanties niet of niet volledig nakomt. In dit geval heeft de Huurder ook recht op een opeisbare boete van € 50.000,00 per overtreding. Het staat hem dan ook vrij om schadevergoeding te vorderen als gevolg van de door de ontbinding geleden schade. Een paar maanden later, eind augustus 2018, ontdekt de Huurder dat er sprake is van overtreding van meerdere garanties. De Huurder stelt deVerhuurderhiervoor aansprakelijk en eist van de Verhuurder betaling van een schadevergoeding en boetes. In oktober 2018 ontvangt de Verhuurder een brief waarin de Huurder aangeeft de huurovereenkomst wegens het schenden van meerdere garanties te ontbinden en de exploitatie van het hotel per direct te staken.De kantonrechter
De Huurder vordert bijde kantonrechterdat de Verhuurder wordt veroordeeld tot betaling van contractuele boetes en schadevergoeding. De Verhuurder verzoekt de kantonrechter daarentegen om uit te spreken dat de ontbinding niet gerechtvaardigd kan worden, waardoor deze geen stand houdt. Ook eist de Verhuurder dat de Huurder hierdoor veroordeeld wordt tot vergoeding van de schade die de Verhuurder door de ongerechtvaardigde ontbinding heeft geleden en nog zal lijden. Door de kantonrechter wordt vastgesteld dat bepaalde garanties door de Verhuurder overtreden zijn. De Verhuurder wordt veroordeeld tot betaling van contractuele boetes en er wordt een geldbedrag opgelegd uit hoofde van vrijwaring. Daarnaast oordeelt de kantonrechter dat de door Huurder ingeroepen ontbinding, gelet op de aard en omvang van de tekortkoming, niet gerechtvaardigd was. De Huurder wordt veroordeeld tot vergoeding van de als gevolg van de ongerechtvaardigde ontbinding geleden en nog te lijden schade.Het Hof
Het Hof vernietigt de eerdere uitspraak ten aanzien van de door Verhuurder verbeurdeboetes en de vrijwaringen verlaagt deze. Het Hof gaat verder mee in het oordeel van de kantonrechter en stelt dat ontbinding van de overeenkomst op 25 oktober 2018 door de Huurder niet gerechtvaardigd was. Door het Hof wordt aangevoerd dat artikel 6:265 lid 1 BW een tenzij-bepaling bevat. Deze bepaling stelt dat alleen een tekortkoming van voldoende gewicht, recht geeft op ontbinding van de overeenkomst. Deze maatstaf is gebaseerd op de redelijkheid en billijkheid, hierbij moet rekening gehouden worden met de omstandigheden van het geval. Volgens het Hof zijn de door de Huurder gestelde tekortkomingen in de nakoming niet van voldoende gewicht om ontbinding van de tussen de partijen gesloten overeenkomst op grond van artikel 6:265 lid 1 BW te kunnen rechtvaardigen.De Hoge Raad
Bij de Hoge Raad wordt door de Huurder aangevoerd dat het Hof voorbij is gegaan aan het feit dat artikel 6:265 lid 1 BW van regelend recht is. Partijen hebben in hun overeenkomst afgeweken van de tenzij-bepaling van artikel 6:265 lid 1 BW, maar doordat deze bepaling van regelend recht is zou dit volgens de Huurder mogelijk moeten zijn. Aangezien het Hof heeft vastgesteld dat de Verhuurder bepaalde garantiebepalingen heeft overtreden, zou ontbinding van de overeenkomst gerechtvaardigd moeten worden. Volgens de Huurder heeft het Hof de bevoegdheid om de overeenkomst te ontbinden onterecht onderzocht aan de hand van de tenzij-bepaling van artikel 6:265 lid 1 BW.De Hoge Raadgaat hierin mee en oordeelt dat artikel 6:265 lid 1 BW inderdaad van regelend recht is. Hierdoor staat het partijen vrij om hier in hun overeenkomst vanaf te wijken. Partijen hebben in hun overeenkomst opgenomen dat de Huurder het recht heeft om de overeenkomst per direct te ontbinden indien de Verhuurder de in de huurovereenkomst opgenomen garanties niet (volledig) nakomt. Het Hof heeft eerder geoordeeld dat de Verhuurder inderdaad garantieverplichtingen overtreden heeft. Of de ontbindingsverklaring van de Huurder gerechtvaardigd kan worden, moet daarom worden onderzocht aan de hand van hetgeen partijen hierover zijn overeengekomen. Hiermee vernietigt de Hoge Raad de eerdere uitspraak van het Hof. De zaak wordt door de Hoge Raad terug verwezen naar het Hof voor verdere behandeling en beslissing.Conclusie
Artikel 6:265 lid 1 BW is volgens de Hoge Raad een bepaling vanregelend recht. Deze bepaling is van toepassing op alle wederkerige overeenkomsten, waardoor het partijen bij het aangaan van dit soort overeenkomsten vrij staat om af te wijken van deze bepaling. Zij kunnen hierdoor andere afspraken maken over de ontbinding van de overeenkomst. In gevallen waarbij de overeenkomst ontbonden wordt, dient dan aan de hand van hetgeen partijen zijn overeengekomen te worden onderzocht of ontbinding gerechtvaardigd kan worden. Een tekortkoming van voldoende gewicht is dus niet altijd een vereiste voor ontbinding van de overeenkomst! Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met één van onze specialisten van de afdeling Ondernemingsrecht. [post_title] => Ontbinding van een overeenkomst van regelend recht? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => ontbinding-van-een-overeenkomst-van-regelend-recht [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-09-21 16:38:11 [post_modified_gmt] => 2023-09-21 14:38:11 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=38761 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [comment_count] => 0 [current_comment] => -1 [found_posts] => 13 [max_num_pages] => 2 [max_num_comment_pages] => 0 [is_single] => [is_preview] => [is_page] => [is_archive] => 1 [is_date] => [is_year] => [is_month] => [is_day] => [is_time] => [is_author] => [is_category] => [is_tag] => [is_tax] => 1 [is_search] => [is_feed] => [is_comment_feed] => [is_trackback] => [is_home] => [is_privacy_policy] => [is_404] => [is_embed] => [is_paged] => 1 [is_admin] => [is_attachment] => [is_singular] => [is_robots] => [is_favicon] => [is_posts_page] => [is_post_type_archive] => [query_vars_hash:WP_Query:private] => 74d79219e096fa8982c7c8c8390db59b [query_vars_changed:WP_Query:private] => 1 [thumbnails_cached] => [allow_query_attachment_by_filename:protected] => [stopwords:WP_Query:private] => [compat_fields:WP_Query:private] => Array ( [0] => query_vars_hash [1] => query_vars_changed ) [compat_methods:WP_Query:private] => Array ( [0] => init_query_flags [1] => parse_tax_query ) [tribe_is_event] => [tribe_is_multi_posttype] => [tribe_is_event_category] => [tribe_is_event_venue] => [tribe_is_event_organizer] => [tribe_is_event_query] => [tribe_is_past] => [tribe_controller] => Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller Object ( [filtering_query:Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller:private] => WP_Query Object *RECURSION* ) )
Uit de tenzij-bepaling van artikel 6:265 lid 1 BW volgt dat alleen een tekortkoming van voldoende gewicht recht geeft op ontbinding van een overeenkomst. Mogen partijen in hun overeenkomst ook...
Lees meer
In 1981 oordeelde de Hoge Raad in het Haviltex-arrest dat bij de uitleg van een overeenkomst niet alleen naar de grammaticale betekenis van de tekst moet worden gekeken. De betekenis...
Lees meer
18 aug 2022
We zien het onder andere in de incassopraktijk geregeld mis gaan. Er is niet duidelijk vastgelegd of we te maken hebben met een bemiddelaar, principaal/handelsagent of lastgever/lasthebber. Maar wat houden...
Lees meer