WP_Query Object
(
[query] => Array
(
[paged] => 5
[news-type] => blog
)
[query_vars] => Array
(
[paged] => 5
[news-type] => blog
[error] =>
[m] =>
[p] => 0
[post_parent] =>
[subpost] =>
[subpost_id] =>
[attachment] =>
[attachment_id] => 0
[name] =>
[pagename] =>
[page_id] => 0
[second] =>
[minute] =>
[hour] =>
[day] => 0
[monthnum] => 0
[year] => 0
[w] => 0
[category_name] =>
[tag] =>
[cat] =>
[tag_id] =>
[author] =>
[author_name] =>
[feed] =>
[tb] =>
[meta_key] =>
[meta_value] =>
[preview] =>
[s] =>
[sentence] =>
[title] =>
[fields] =>
[menu_order] =>
[embed] =>
[category__in] => Array
(
)
[category__not_in] => Array
(
)
[category__and] => Array
(
)
[post__in] => Array
(
)
[post__not_in] => Array
(
)
[post_name__in] => Array
(
)
[tag__in] => Array
(
)
[tag__not_in] => Array
(
)
[tag__and] => Array
(
)
[tag_slug__in] => Array
(
)
[tag_slug__and] => Array
(
)
[post_parent__in] => Array
(
)
[post_parent__not_in] => Array
(
)
[author__in] => Array
(
[0] => 16
)
[author__not_in] => Array
(
)
[search_columns] => Array
(
)
[ignore_sticky_posts] =>
[suppress_filters] =>
[cache_results] => 1
[update_post_term_cache] => 1
[update_menu_item_cache] =>
[lazy_load_term_meta] => 1
[update_post_meta_cache] => 1
[post_type] =>
[posts_per_page] => 10
[nopaging] =>
[comments_per_page] => 50
[no_found_rows] =>
[taxonomy] => news-type
[term] => blog
[order] => DESC
)
[tax_query] => WP_Tax_Query Object
(
[queries] => Array
(
[0] => Array
(
[taxonomy] => news-type
[terms] => Array
(
[0] => blog
)
[field] => slug
[operator] => IN
[include_children] => 1
)
)
[relation] => AND
[table_aliases:protected] => Array
(
[0] => wp_term_relationships
)
[queried_terms] => Array
(
[news-type] => Array
(
[terms] => Array
(
[0] => blog
)
[field] => slug
)
)
[primary_table] => wp_posts
[primary_id_column] => ID
)
[meta_query] => WP_Meta_Query Object
(
[queries] => Array
(
)
[relation] =>
[meta_table] =>
[meta_id_column] =>
[primary_table] =>
[primary_id_column] =>
[table_aliases:protected] => Array
(
)
[clauses:protected] => Array
(
)
[has_or_relation:protected] =>
)
[date_query] =>
[queried_object] => WP_Term Object
(
[term_id] => 56
[name] => Blog van medewerkers
[slug] => blog
[term_group] => 0
[term_taxonomy_id] => 56
[taxonomy] => news-type
[description] =>
[parent] => 0
[count] => 1415
[filter] => raw
)
[queried_object_id] => 56
[request] => SELECT SQL_CALC_FOUND_ROWS wp_posts.ID
FROM wp_posts LEFT JOIN wp_term_relationships ON (wp_posts.ID = wp_term_relationships.object_id) LEFT JOIN wp_icl_translations wpml_translations
ON wp_posts.ID = wpml_translations.element_id
AND wpml_translations.element_type = CONCAT('post_', wp_posts.post_type)
WHERE 1=1 AND (
wp_term_relationships.term_taxonomy_id IN (56)
) AND wp_posts.post_author IN (16) AND ((wp_posts.post_type = 'post' AND (wp_posts.post_status = 'publish' OR wp_posts.post_status = 'acf-disabled' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-success' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-failed' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-schedule' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-pending' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-draft'))) AND ( ( ( wpml_translations.language_code = 'nl' OR (
wpml_translations.language_code = 'nl'
AND wp_posts.post_type IN ( 'attachment' )
AND ( (
( SELECT COUNT(element_id)
FROM wp_icl_translations
WHERE trid = wpml_translations.trid
AND language_code = 'nl'
) = 0
) OR (
( SELECT COUNT(element_id)
FROM wp_icl_translations t2
JOIN wp_posts p ON p.id = t2.element_id
WHERE t2.trid = wpml_translations.trid
AND t2.language_code = 'nl'
AND (
p.post_status = 'publish' OR p.post_status = 'private' OR
( p.post_type='attachment' AND p.post_status = 'inherit' )
)
) = 0 ) )
) ) AND wp_posts.post_type IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' ) ) OR wp_posts.post_type NOT IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' ) )
GROUP BY wp_posts.ID
ORDER BY wp_posts.menu_order, wp_posts.post_date DESC
LIMIT 40, 10
[posts] => Array
(
[0] => WP_Post Object
(
[ID] => 24473
[post_author] => 16
[post_date] => 2021-03-10 11:15:06
[post_date_gmt] => 2021-03-10 10:15:06
[post_content] => Vaccinatie en aansprakelijkheid
Er wordt thans volop gevaccineerd tegen Covid-19 ter voorkoming van nieuwe Covid-19 slachtoffers. Hopelijk doen deze vaccins hun werk.
Maar wat als het niet de veiligheid biedt die verwacht wordt. Of erger als er vanwege een gebrekkig vaccin (toekomstige) schade wordt opgelopen. Wie is dan aansprakelijk?
Menig (huis)arts vraagt zich af of hij/zij aansprakelijk kan zijn als blijkt dat het vaccin minder bescherming biedt dan gedacht of zelfs schade toebrengt.
Bij de beantwoording van de vraag of een arts een beroepsfout heeft gemaakt, komt het erop neer of het handelen van de arts in overeenstemming is geweest met de zorgvuldigheid die een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot in dezelfde omstandigheden zou hebben betracht, waarbij de professionele standaard uitgangspunt is.
Risico's
Als de arts het vaccin op juiste wijze heeft toegediend en er op dat moment geen bijzondere risico’s bekend zijn, heeft de arts voldaan aan de professionele norm. De huisarts is dan dus niet aansprakelijk.
Het vaccin is een geregistreerd geneesmiddel en door de overheid voldoende veilig geacht. Wel zal de arts de te vaccineren persoon moeten voorlichten over de op dat moment bekende bijwerkingen.
Is de producent/farmaceut aansprakelijk voor schade vanwege een gebrekkig vaccin?
Het is mogelijk om de farmaceut aan te spreken op grond van product aansprakelijkheid (art. 6:185 BW). Er moet dan wel sprake zijn van een ‘gebrekkig’ product. Het enkele feit dat een vaccin bijwerkingen heeft, is niet voldoende voor een geslaagd beroep op de productaansprakelijkheid.
Er zal aangetoond moeten worden dat het vaccin niet de veiligheid biedt die men daarvan mocht verwachten, op het moment van het toedienen van het vaccin. Dit wordt beoordeeld aan de hand van de ‘state of the art’. Dus de stand van de wetenschap op het moment dat het Covid-19 vaccin op de markt beschikbaar was.
Bijwerkingen
Volgens de farmaceuten, maar ook de overheid, hoeft men op dit moment geen rekening te houden met abnormaal ernstige bijwerkingen. Men moet wel enigszins rekening houden met mogelijke zeldzame bijwerkingen op lange termijn.
Het is natuurlijk wel mogelijk dat door de druk, om zo spoedig mogelijk een vaccin op de markt te brengen, er toch onvoorziene bijwerkingen zijn.
Komt dit dan op het bordje van de farmaceut, of is hier sprake van een uitzonderlijke situatie waarbij ook de overheid haar steentje bij moet dragen? De overheid voert immers druk op het vaccinprogramma. Dit omdat vereist is dat 70% van Nederland gevaccineerd moet worden om te kunnen spreken van een geslaagd vaccinprogramma.
Schadefonds
Thans wordt er al wel gesproken over een speciaal schadefonds (gefinancierd door overheid en farmaceuten), waar gedupeerden hun eventuele schade kunnen verhalen.
Hopelijk is het vaccin veilig en hoeft deze discussie in de toekomst niet gevoerd te worden.
[post_title] => Vaccinatie Covid-19: Wie is aansprakelijk?
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => vaccinatie-covid-19-wie-is-aansprakelijk
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2021-03-11 11:46:55
[post_modified_gmt] => 2021-03-11 10:46:55
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=24473
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[1] => WP_Post Object
(
[ID] => 22852
[post_author] => 16
[post_date] => 2020-11-23 10:06:44
[post_date_gmt] => 2020-11-23 09:06:44
[post_content] => Een 3 jarige veroorzaakt schade aan de auto van een ander. Moet verzekering van de ouders de schade vergoeden?
Wat is er gebeurd?
Het 3 jarig zoontje van een kennis van eiser zat in de auto bij eiser. Eiser gaat tanken en laat de sleutel in het contact. Het zoontje zou zelf de veiligheidsgordel hebben losgemaakt en het panoramadak hebben geopend. Vervolgens heeft hij [al hangend aan het dak] door het geopende dak een blikje naar buiten op de motorkap gegooid. Er is aanzienlijke schade op de motorkap en het panoramadak functioneert niet meer. De moeder van het zoontje meldt de schade op haar verzekering.
Standpunt verzekeraar
De verzekeraar vergoedt de schade niet. Volgens haar kan de schade nooit zijn ontstaan op de wijze zoals door eiser is gesteld. Uit de expertise volgt:
- het is het vrijwel onmogelijk dat het niet functioneren van het panoramadak is veroorzaakt door de driejarige, de vermoedelijke oorzaak is zeer waarschijnlijk een mechanisch eigen gebrek;
-het is onaannemelijk dat een driejarige de juiste knop voor de bediening van het dak weet te vinden;
-de deuk in de motorkap kan volgens de expert niet zijn ontstaan door een blikje wat uit het dak is gegooid. De afstand van het dak naar de plaats waar de deuk in de motorkap zit kan volgens de expert niet door een 3 jarig kind worden overbrugt.
Tevens beroept de verzekeraar zich op eigen schuld aan de zijde van de eiser.
Eiser stapt naar de rechter.
Oordeel kantonrechter
Het verweer inzake eigen schuld behandelt de rechter eerst en gaat hier blijkbaar uit van de gang van zaken zoals die door eiser is gesteld.
De ouders van het driejarig kind zijn risico aansprakelijk. Echter de rechter oordeelt dat er eigen schuld is aan de zijde van de eigenaar van de auto. De eigenaar van de auto had de sleutels moeten meenemen bij het verlaten van de auto. Hij heeft echter de sleutels in het contact laten zitten en daarmee het contact aangelaten. Dit terwijl het constructieboekje duidelijk bepaalt:
“Neem altijd alle voertuigsleutels mee wanneer u het voertuig verlaat. Kinderen of onbevoegden kunnen het voertuig vergrendelen, de motor starten of het contact inschakelen en zo elektrische apparatuur bedienen, zoals bijvoorbeeld de ramen”
Als reden voor het aan laten staan van het contact geeft eiser aan dat de verwarming van de auto aan kon blijven gelet op de wintertemperaturen. Dit weegt echter niet op tegen de gevaarzetting die het aan laten staan van het contact met zich brengt in de situatie dat kleine kinderen zich zonder verder toezicht in de auto bevinden, aldus de kantonrechter.
De schade blijft geheel voor eigen rekening.
Uitspraak kantonrechter: ECL:NL:RBMNE:2020:3130
[post_title] => Moet verzekering van ouders de schade van een 3 jarig kind vergoeden?
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => moet-verzekering-van-de-ouders-de-schade-van-een-3-jarig-kind-vergoeden
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2020-11-23 10:17:13
[post_modified_gmt] => 2020-11-23 09:17:13
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=22852
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[2] => WP_Post Object
(
[ID] => 22685
[post_author] => 16
[post_date] => 2020-11-13 08:05:13
[post_date_gmt] => 2020-11-13 07:05:13
[post_content] => Schizofrene patiënt maakt diverse betalingen over aan ‘vriendinnen’ in het buitenland. Is de behandelend psychiater aansprakelijk voor de financiële schade van deze verkwistende patiënt?
De moeder van een schizofrene zoon spreekt GGZ instelling Rivierduinen aan op grond van het tekortschieten van het nakomen van de verplichtingen van Rivierduinen dan wel op grond van onrechtmatige daad.
Wat is er gebeurd?
De meerderjarige zoon staat al ongeveer 20 jaar onder psychiatrische behandeling wegens een schizofrene stoornis met paranoïde wanen.
De zoon waant zich rijk en succesvol bij vrouwen die hij via het internet heeft leren kennen. Hij heeft regelmatig geld overgemaakt aan diverse buitenlandse vrouwen. In september 2016 kwam de eiseres erachter dat haar zoon ruim € 8.000,00 had overgemaakt aan diverse vrouwen.
Op enig moment verkoopt hij zelfs zijn huis aan een Nigeriaan. De woning was in 2008 aangekocht voor € 195.000,00. De zoon had het verkocht voor € 122.500,00 en een aanbetaling ontvangen van € 22.500,00 waarvan hij € 19.500,00 weer had gestort op een Nigeriaanse bank.
Acties moeder
De zoon wenst geen bewindvoering. Eiseres [moeder] slaagt er uiteindelijk toch in om bewindvoering af te dwingen en uiteindelijk wordt zij ook curator. Zij slaagt er ook in, via een procedure, om de verkoop van het huis aan de Nigeriaan ongedaan te maken. Er blijft echter nog veel schade over.
Geschil
Eiseres heeft, namens de zoon, de koper van het huis ruim € 24.000,00 terugbetaald. Zij vordert dit van Rivierduinen als voorschot bij de rechter. Eiseres is van mening dat de behandelend psychiaters geen oog hebben gehad voor de problematiek en spreekt daarom Rivierduinen aan.
Argumenten aansprakelijkstelling eiseres
Eiseres stelt dat Rivierduinen op meerdere momenten en op meerdere manieren in strijd heeft gehandeld met hetgeen van een redelijk bekwaam en redelijk handelend hulpverlener onder vergelijkbare omstandigheden mocht worden verwacht.
De verwijten zijn:
- Rivierduinen heeft niet tijdig en niet deugdelijk geadviseerd over de mogelijkheid met spoed een beschermingsmaatregel ten behoeve van de zoon aan te vragen.
- Rivierduinen heeft haar zoon onvoldoende intensief begeleid, onvoldoende zicht en onvoldoende controle gehouden.
- Rivierduinen heeft een onjuiste diagnose gesteld. Rivierduinen had de conclusie moeten trekken dat de zoon de consequenties van zijn financiële acties niet kon overzien en hierover een verklaring moeten afgeven.
Oordeel rechter
Ad. 1. De rechter oordeelt dat eiseres zelf juridisch advies had moeten inwinnen, aangezien eiseres al lang van de verkwisting wist en ook de bankpas van haar zoon al had ingenomen.
Ad 2. Volgens de rechtbank is er voldoende intensief begeleid. Uit het medisch dossier blijkt dat er wekelijks huisbezoeken zijn afgelegd. Daarbij werd ook in de gaten gehouden of er redenen bestonden voor het aanvragen van een rechterlijke machtiging voor gedwongen opname [Wet Bopz].
Ad.3. De rechter wijst op de KNMG richtlijn waarin wordt afgeraden tot afgifte van een geneeskundige verklaring door behandelend artsen.
Niettemin heeft de psychiater de geestelijke toestand beoordeeld. Hij oordeelde de zoon wilsbekwaam en achtte een tweede beoordeling zorgvuldig en wenselijk. Er zijn geen aanknopingspunten gebleken waaruit volgt dat de psychiater op basis van zijn medische expertise niet in redelijkheid tot de conclusie heeft kunnen komen dat de zoon wilsbekwaam was, aldus de rechter.
De claim wordt dus afgewezen.
Conclusie
In dit geval was de behandelend psychiater niet aansprakelijk. De moeder van de zoon had zelf juridische hulp moeten inroepen. Deze verantwoording lag i.c. niet bij de psychiater. Er was verder voldoende verweer van Rivierduinen op de overige verwijten die gemaakt werden. Hierbij is het wel noodzakelijk dat er uit een gedegen medisch dossier kan worden geput.
Ook haalde de rechter de KNMG richtlijnen nog eens aan. Mede op basis van tuchtrecht uitspraken wordt het afgeven van geneeskundige verklaringen door behandelend artsen afgeraden. De reden daarvoor is, dat het bij zo’n verklaring vaak om een belang van de patiënt gaat, dat buiten de deskundigheid en verantwoordelijkheid van de arts ligt en een ander doel dient dan de behandeling of begeleiding. Ook is de arts veelal niet op de hoogte van de medische criteria waaraan de instantie die de verklaring nodig heeft, de verklaring toetst. Bovendien is de kans groot dat de vertrouwensrelatie tussen de behandelend arts en de patiënt in gevaar komt. Immers, zulke verklaringen worden nogal eens opgesteld op basis van ‘indrukken’ van de arts of patiënt en niet op basis van medisch-inhoudelijke argumenten. De behandelrelatie tussen arts en patiënt dient vrij te blijven van belangenconflicten, die mogelijk kunnen spelen bij het al dan niet afgeven van een geneeskundige verklaring. Toch ook weer een puntje van aandacht voor de medische sector.
De volledige uitspraak: ECLI:NL:RBDHA:2019:8340
[post_title] => Schizofrene patiënt maakt betalingen over aan ‘vriendinnen’ in het buitenland.
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => schizofrene-patient-maakt-betalingen-over-aan-vriendinnen-in-het-buitenland
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2020-11-14 19:05:24
[post_modified_gmt] => 2020-11-14 18:05:24
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=22685
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[3] => WP_Post Object
(
[ID] => 22039
[post_author] => 16
[post_date] => 2020-10-06 08:46:53
[post_date_gmt] => 2020-10-06 06:46:53
[post_content] => Nog een nieuwe golf? Maar dan claims van niet-coronapatiënten? De zorgsector loopt meer dan andere sectoren kans op aansprakelijkheidsclaims;
- De claims van het zorgpersoneel die verwijt dat het ziekenhuis/instelling hen niet voldoende heeft beschermd tegen corona, de werkgeversaansprakelijkheid. Zie ook het artikel van collega Marlies Hol.
-Claims van coronapatiënten door mogelijke behandelingsfouten.
- Maar ook claims van niet-coronapatiënten vanwege [onverantwoorde] uitgestelde zorg, verkeerde of te late diagnoses etc.
Bij huisartsen en ziekenhuizen lag immers de focus op de behandeling van coronapatiënten en werd de reguliere hulp zoveel mogelijk uitgesteld. Fysiek contact met patiënten werd zoveel mogelijk vermeden. Hierdoor kunnen fouten ontstaan in behandeling en vaststellen van diagnoses.
Te denken valt aan het stellen van een te late kankerdiagnose, waardoor ook de behandeling te laat is gestart met alle mogelijke gevolgen van dien. Of het stellen van een verkeerde diagnose of nemen van verkeerde beslissingen door het werken op afstand, geen fysieke onderzoeken etc.
Uitgestelde claims
Tijdens de eerste coronagolf was er veel lof voor de inzet van de zorgmedewerkers, van artsen, verpleegkundigen, overige hulpverleners, etc. Niemand stelt zich dan de vraag of hij of zij of een familielid wel de juiste medische reguliere hulp heeft gehad. Deze vraag komt beslist nog. Zeker als het met de ‘reguliere’ patiënt niet goed is gegaan.
Medische aansprakelijkheid
Het betreft hier dus de medische aansprakelijkheid. Niet alleen het ziekenhuis maar ook bv psychologen en psychotherapeuten, die alleen nog zorg op afstand verlenen. Deze worden mogelijk aangesproken op vermeende medische fouten tijdens de coronaperiode.
Bij de beantwoording van de vraag of de hulpverlener [arts, verpleegkundige, psycholoog] een beroepsfout heeft gemaakt komt het erop neer of het handelen van de arts in overeenstemming is geweest met de zorgvuldigheid die een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot in dezelfde omstandigheden zou hebben betracht, waarbij de professionele standaard uitgangspunt is.
Medische aansprakelijkheid in crisistijd
Deze drempel in het medisch aansprakelijkheidsrecht is al vaak, ook buiten corona, moeilijk te nemen. Laat staan in een crisistijd, zoals de huidige coronaperiode, is het aantonen van de onzorgvuldigheid [en het dus niet handelen conform professionele standaard] van de hulpverlener een lastige zaak.
Uiteraard zal de aangesproken hulpverlener een beroep doen op de uitzonderlijke en extreme situatie. Een rechter kan dit meewegen bij de professionele standaard. Maar ook kan een rechter in een dergelijke situatie een beroep op overmacht rechtvaardigen.
De patiënt staat dan met lege handen.
Dit laat onverlet om juridisch uit te laten zoeken of er, ook tijdens coronatijd, toch mogelijk sprake is van een medische fout. Mogelijk heeft de foutieve behandeling/verkeerde diagnose niets met de coronamaatregelen in de zorg te maken.
[post_title] => Een nieuwe golf? Maar dan claims van niet-corona patiënten?
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => claims-een-nieuwe-golf
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2020-10-06 09:13:26
[post_modified_gmt] => 2020-10-06 07:13:26
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=22039
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[4] => WP_Post Object
(
[ID] => 21599
[post_author] => 16
[post_date] => 2020-08-24 09:56:30
[post_date_gmt] => 2020-08-24 07:56:30
[post_content] => Dierenarts gewond bij noodslachting stier. Veehouder aansprakelijk? In 2016 moest een stier op het bedrijf van de veehouder worden gedood. De stier kon niet meer vervoerd worden naar het slachthuis omdat hij niet op zijn poten kon staan. De stier woog ruim 600 kg. Het uitvoeren van een dergelijke noodslachting is voorbehouden aan de dierenarts. Dit ging niet helemaal goed.
Wijze van slachten
Een noodslachting wordt uitgevoerd door een geladen schiettoestel (ook wel schietmasker genoemd) op het voorhoofd van het dier te zetten en af te vuren waarna een metalen pen in het hoofd van het dier schiet en het dier direct bedwelmd c.q. bewusteloos moet raken. Vervolgens dienen de halsslagaders van het dier doorgesneden te worden, waarna het doodbloedt.
Het ongeval
De dierenarts is naar de stal gegaan met de veehouder. De stier lag rustig in een hok. De dierenarts is het hok ingegaan, heeft zijn schiettoestel op het voorhoofd van de stier gezet en heeft de pen afgevuurd. De stier bleek echter van het schot niet bedwelmd te zijn geraakt, maar lag wel weer rustig. De dierenarts is een paar meter bij de stier vandaan gegaan om zijn toestel opnieuw te laden. Op dat moment heeft de stier zich plotseling opgericht en een sprong gemaakt. De stier is uiteindelijk op het rechter onderbeen van de dierenarts terecht gekomen, dat daarbij is gebroken.
Letsel en gevolgen
Vanwege complicaties waren 6 operaties noodzakelijk. De dierenarts kan korte stukken lopen. De dierenarts houdt praktijk voor gezelschapsdieren en is daarnaast ook veearts in loondienst. Hij is vanwege het letsel inmiddels afgekeurd voor zijn werk als veearts.
Aansprakelijkstelling
De dierenarts heeft de eigenaar van de stier en diens verzekeraar aansprakelijk gesteld op basis van 6:179 BW.
De grondslag voor risico-aansprakelijkheid voor door een dier aangerichte schade is het gevaar dat schuilt in de eigen energie van het dier en het onberekenbare element dat in die energie ligt opgesloten. Dit brengt mee dat voor toepassing van artikel 6:179 BW nodig is dat de schade veroorzaakt is door een eigen gedraging van het dier, waarbij het dier dus niet 'als instrument handelt van de persoon, die hem berijdt of leidt' . Het gaat om onberekenbaar gedrag van het dier.
De dierenarts stelt kort gezegd dat de veehouder als bezitter dan wel als bedrijfsmatig gebruiker van de stier aansprakelijk is voor de schade die de stier heeft aangericht en gehouden is [dan wel zijn verzekeraar] deze schade te vergoeden.
De veehouder [diens verzekeraar] stelt dat de dierenarts niet het slachtoffer is geworden van het onberekenbare gedrag van de stier echter van onberekenbaar gedrag na een onjuiste behandeling. De plotselinge sprong van de stier is geen uiting van de eigen energie van het dier, maar een voorzienbaar gevolg van een niet goed uitgevoerde noodslachting, aldus de veehouder. Op de eerste plaats heeft de dierenarts een fout gemaakt bij het schieten. En op de tweede plaats had de dierenarts de stier moeten fixeren.
Beoordeling rechtbank
De dierenarts heeft de plotselinge sprong van de stier niet verlangd. In tegendeel, De dierenarts heeft juist beoogd de stier bewusteloos te schieten. Enige tijd nadat was gebleken dat het schot niet dit beoogde effect had, heeft het dier plotseling, spontaan, autonoom en onverwacht een sprong gemaakt. Dergelijk onberekenbaar gedrag van dieren rechtvaardigt juist de risico-aansprakelijkheid van art. 6:179 BW.
Redelijk handelend en bekwaam dierenarts
Dat het schot niet tot bedwelming van het dier heeft geleid wil niet zegen dat de dierenarts niet heeft gehandeld als een redelijk handelend bekwaam dierenarts. Dat een rund niet bewusteloos raakt van een eerste schot is niet ongewoon blijkt uit onderzoek van het NVWA. De veehouder /verzekeraar had moeten stellen en toelichten waarom de dierenarts niet heeft geschoten zoals van een redelijk handelend en bekwaam veearts mocht worden verwacht.
Dat de dierenarts tot fixatie was gehouden heeft de veehouder/verzekeraar onvoldoende toegelicht. Volgens het NVWA moet de kop worden gefixeerd ter bescherming van het rund. Dat dit voorschrift (mede) ertoe strekt de betrokken veearts tegen het dier te beschermen, volgt nergens uit en heeft de veehouder/verzekeraar ook niet nader toegelicht.
Risicoaanvaarding door dierenarts?
De uitvoering van de opdracht tot het uitvoeren van de noodslachting bracht voor de dierenarts noodzakelijkerwijs risico’s mee, die de dierenarts vrijwillig en bewust heeft aanvaard.
De rechtbank oordeelt echter dat er geen grond is om in dit geval het risico bij de dierenarts te leggen. Immers zonder concrete directe aanleiding had de stier op een onverwacht moment een sprong gemaakt waardoor de dierenarts, die toen enige meters van de stier verwijderd was, werd geraakt, Ook volgens de verklaring van de veehouder ter zitting was dit een uniek en onvoorzienbaar voorval.
Een beroep op eigen schuld gaat niet op.
De veehouder is volledig aansprakelijk en zal de letselschade moeten vergoeden.
Volledige uitspraak: ECLI:NL:RBGEL:2020:4086
Edith de Koning, specialist letselschade
[post_title] => Dierenarts gewond bij noodslachting stier. Veehouder aansprakelijk?
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => dierenarts-gewond-bij-noodslachting-stier
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2020-08-24 10:13:41
[post_modified_gmt] => 2020-08-24 08:13:41
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=21599
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[5] => WP_Post Object
(
[ID] => 21408
[post_author] => 16
[post_date] => 2020-08-05 09:30:14
[post_date_gmt] => 2020-08-05 07:30:14
[post_content] => Als de arts gebruik maakt van een ongeschikte hulpzaak dan wordt dit toegerekend aan de arts en het ziekenhuis tenzij dit onredelijk zou zijn.
Uit de wet blijkt de risicoaansprakelijkheid voor het gebruik van gebrekkige medische hulpmiddelen van de hulpverlener, artikel 6:77 BW ;
“Wordt bij de uitvoering van een verbintenis gebruik gemaakt van een zaak die daartoe ongeschikt is, dan wordt de tekortkoming die daardoor ontstaat de schuldenaar toegerekend, tenzij dit, gelet op inhoud en strekking van de rechtshandeling waaruit de verbintenis voortspruit, de in het verkeer geldende opvattingen en de overige omstandigheden van het geval, onredelijk zou zijn.”
Tussen patiënt en hulpverlener is sprake van een geneeskundige behandelingsovereenkomst. Op grond hiervan kan de patiënt de hulpverlener en ziekenhuis aanspreken als er sprake is van een tekortkoming in de uitvoering van de behandelingsovereenkomst.
Artsen en ziekenhuizen worden dan ook met regelmaat aangesproken voor schade ontstaan door het gebruik van een ongeschikt hulpmiddel.
De uitspraken van de lagere rechtspraak laat echter vele uitkomsten zien.
In de literatuur wordt al geruime tijd bepleit dat voor artsen en/of ziekenhuizen een [risico] aansprakelijkheid bestaat voor productfalen van medische hulpzaken, mede gelet op artikel 6:77 BW. Deze risico aansprakelijkheid is in het belang van de patiënt die schade lijdt door het gebruik van een ongeschikt hulpmiddel. Dit maakt nl. het verhaal van de schade eenvoudiger voor het slachtoffer. Het slachtoffer zou zich anders moeten wenden tot de producent.
De Hoge Raad gaat hier echter niet in mee.
Zij heeft zich onlangs gebogen over dit vraagstuk in twee zaken.
1. Miragelplombe
In 1992 werd patiënt in het toenmalige RadboudUmc geopereerd aan zijn rechteroog wegens loslating van het netvlies. Bij die operatie werd onder meer gebruik gemaakt van een miragel plombe.
In verband met aanhoudende klachten besloot de arts om de miragelplombe in 2006 te verwijderen. De Miragelplombe bleek te zijn gezwollen en fragmenteerde bij verwijdering, met schade als gevolg.
De Rechtbank en het Gerechtshof waren van oordeel dat er sprake was van een ongeschikte zaak in de zin van art. 6:77 BW. Arts en ziekenhuis zijn aansprakelijk, aldus deze lagere rechtspraak.
De Hoge Raad oordeelt thans echter anders. Van doorslaggevend belang is of de hulpzaak volgens de destijds heersende medische inzichten geschikt werd geacht [zgn. ‘state of art’].
Het enkele feit dat naderhand is gebleken dat de plombe niet geschikt was brengt niet met zich mee dat het gebruik ervan als tekortkoming kan worden aangemerkt, aldus de Hoge Raad. Dus geen aansprakelijkheid van arts en ziekenhuis.
2. PIP implantaten
Voor borstvergroting zijn implantaten bij verschillende patiënten geplaatst. Het implantaat blijkt ongeschikt en er ontstaat schade bij de betreffende patiënten.
Ook hier kwam de Hoge Raad niet tot aansprakelijkheid van de arts en ziekenhuis. De Hoge Raad concludeert dat de toerekening van de gebrekkige hulpzaak aan de arts en het ziekenhuis niet redelijk was. De volgende omstandigheden waren hierbij van belang:
- Het ging om grootschalige en ernstige fraude.
- De hulpverlener had daardoor geen grotere deskundigheid over de hulpzaken.
- Het aannemen van aansprakelijkheid tot een grote hoeveelheid omvangrijke schadeclaims terwijl de hulpverlener slechts een beperkte verzekering kan afsluiten.
- De hulpverlener kan de schade niet verhalen op de producent nu deze failliet is.
Conclusie
Uit deze arresten blijkt dat art. 6:77 BW slechts een beperkte omvang heeft. Je kan niet meer echt van een risico aansprakelijkheid spreken voor de arts en het ziekenhuis voor het gebruik van ongeschikte medische hulpzaken.
Het enkele feit dat het medisch hulpmiddel op grond van naderhand opgekomen medische inzichten ongeschikt wordt bevonden, brengt niet mee dat het gebruik van de zaak als een tekortkoming moet worden aangemerkt.
Ook de toerekenbaarheid wordt niet snel aangenomen.
Dit betekent dat de patiënten die een dergelijke kwestie overkomt veelal de producent aansprakelijk moeten stellen. In het geval van faillissement van de producent blijft de patiënt helaas met lege handen staan.
Volledige uitspraken:
ECLI:NL:HR:2020:1090
ECLI:NL:HR:2020:1082
[post_title] => Hoge Raad: arts niet aansprakelijk voor gebruik ongeschikte medische hulpzaak
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => hoge-raad-arts-niet-aansprakelijk-voor-het-gebruik-van-een-ongeschikte-medische-hulpzaak
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2020-08-05 09:53:27
[post_modified_gmt] => 2020-08-05 07:53:27
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=21408
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[6] => WP_Post Object
(
[ID] => 21194
[post_author] => 16
[post_date] => 2020-07-15 11:25:15
[post_date_gmt] => 2020-07-15 09:25:15
[post_content] =>
Je gaat scheiden. Wat gebeurt er met je letselschadeuitkering die je tijdens het huwelijk hebt ontvangen?
Valt de letselschadeuitkering geheel in de boedel? Of valt deze buiten de boedel en onder welke voorwaarden? Rechtbank Den Haag heeft hier recent uitspraak over gedaan.
Verdeling vermogen
Als het tot een echtscheiding komt van gehuwden die in gemeenschap van goederen zijn getrouwd, moet het gezamenlijk [huwelijks]vermogen verdeeld worden tussen de [ex]echtgenoten. Een eventuele letselschadeuitkering die ten tijde van het huwelijk aan een van de echtgenoten is
uitgekeerd behoort in beginsel ook tot dat
gezamenlijk vermogen.
Verknochtheid
Het vermogensbestanddeel dat echter verknocht is aan één van de [ex]echtgenoten hoeft niet verdeeld te worden. Een vermogensbestanddeel is verknocht als de vergoeding op bijzondere wijze is verbonden aan een van de [ex]echtgenoten.
Materiële en immateriële schadeuitkering
Een smartengelduitkering [zgn. immateriële schade] is in ieder geval verknocht nu dat enkel het leed van de echtgenoot die het ongeval heeft meegemaakt vergoedt. De materiële schadevergoeding is slechts verknocht voor zover deze schade na ontbinding van het huwelijk geleden wordt.
Letselschadeuitkering traceerbaar en identificeerbaar
Uit uitspraken van rechters blijkt dat degene die zich beroept op verknochtheid van de letselschadeuitkering aan moet tonen;
- dat de letselschadeuitkering nog binnen de boedel aanwezig is; het mag niet met ander geld van de gemeenschap vermengd zijn.
- om welke schadecomponenten het gaat.
Verknochtheid gaat alleen op zolang de uitkering
identificeerbaar en
traceerbaar is.
Hierover gaat een recente uitspraak van Rechtbank Den Haag;
De vrouw had ten tijde van het huwelijk een letselschadeuitkering gekregen. De man heeft aangetoond dat dit om een bedrag van € 80.000,00 gaat. De man stelt dat dit bedrag geheel in de gemeenschap is opgegaan nu de vergoeding niet is geadministreerd door de vrouw en dus niet traceerbaar is.
Door het ontbreken van de administratie, die ziet op de letselschadevergoeding, is niet meer te herleiden in welke bedragen de door de vrouw ontvangen schadevergoeding uiteenviel.
Rechtbank Den Haag beslist op basis van redelijkheid
Nu de vrouw blijvend letsel heeft opgelopen, door welk letsel zij naar verwachting blijvend volledig arbeidsongeschikt is, acht de rechtbank het waarschijnlijk dat de schadevergoeding deels ziet op niet-verknochte schade, zoals gemaakte kosten en verlies van arbeidsvermogen tijdens het huwelijk en deels op wel verknochte schade zoals immateriële schade en verlies arbeidsvermogen in het tijdvak na de ontbinding van het huwelijk.
De rechtbank bepaalt het vergoedingsrecht ten aanzien van het verknochte deel van de letselschadevergoeding in redelijkheid op € 45.000,00.
Zie volledige uitspraak
ECLI:NL:RBDHA:2020:3194
Conclusie
De beoordeling of een letselschadeuitkering bij echtscheiding binnen of buiten de boedel moet blijven blijft lastig. Een van de voorwaarden is dat de letselschadeuitkering traceerbaar en identificeerbaar moet zijn.
Echter indien de letselschadeuitkering niet meer identificeerbaar is kan de rechter, afhankelijk van de omstandigheden van het geval, op basis van redelijkheid toch tot een verknocht deel komen.
Om niet voor verrassingen te komen te staan is het verstandig om uw letselschadeuitkering op een aparte rekening te storten. Bij een eventuele scheiding kunt u dan beroep doen op de verknochtheid van de letselschadevergoeding. Ook is het belangrijk om bij de afwikkeling van de letselschade een gespecificeerde schadestaat op te stellen, zodat u ook aan kunt tonen uit welke schadecomponenten de uitkering bestaat.
[post_title] => Gevolgen letselschadeuitkering na beëindiging huwelijk.
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => gevolgen-letselschadeuitkering-na-beeindiging-huwelijk
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2020-07-15 11:39:02
[post_modified_gmt] => 2020-07-15 09:39:02
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=21194
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[7] => WP_Post Object
(
[ID] => 21009
[post_author] => 16
[post_date] => 2020-06-26 11:16:50
[post_date_gmt] => 2020-06-26 09:16:50
[post_content] => Eiseres heeft het ziekenhuis aangesproken vanwege vermeende medische fouten bij het plaatsen van een schouderprothese.
Schouderletsel
Eiseres is sinds 2008 al bekend met klachten aan haar linkerschouder veroorzaakt door slijtage. In 2009 is zij hiervoor voor de eerste keer geopereerd. Eiseres is tussen 2010 en 2015 nog vier keer aan de schouder geopereerd.
Verwijt ziekenhuis
Eiseres verwijt het ziekenhuis o.a. dat bij twee operaties een fout is gemaakt. Bij de derde operatie is de kop van de schouder vervangen door een hemischouderprotese met korte steel. De schouderkom werd gespaard. In 2014 vond de vierde operatie plaats. Hierbij is de kop van de schouder vervangen door een hemiprothese met lange steel. Ook is de schouderkom toen vervangen.
Gelet op de aanhoudende klachten laat eiseres een second opinion verrichten. Na deze second opinion werd eiseres op de wachtlijst geplaatst voor een Univers schouderprothese. Naar het oordeel van de ‘second opinion arts’ bestond er een mogelijke relatie tussen de pijnklachten en slechte functionaliteit en de te hoog geplaatste steel en te grote offset van de kop van de prothese [42 mm]. De reden voor de vijfde operatie was dan ook omdat de geplaatste prothese niet diep genoeg zat en het kopje was te groot.
Tijdens de vijfde operatie is de hemischouderprothese vervangen door een Universprothese. Tijdens deze operatie is gekozen voor een 40 mm kop. Na deze laatste revisie operatie was er een significante afname van de pijnklachten en er trad een licht verbeterde functie op.
Eiser verwijt het ziekenhuis dat er op onjuiste wijze een hemischouderprothese is geplaatst, tijdens de derde en vierde operatie. Tevens zou er sprake zijn van een onnodig delay tussen de derde en vijfde operatie.
Deskundige
De zaak wordt voorgelegd aan een deskundige.
De deskundige stelt dat er achteraf, ten aanzien van de positie van de prothese wel aanmerkingen te plaatsen zijn en er aan de hand van de röntgenfoto’s te stellen valt dat een nog optimalere positie tot een betere functie had geleid, echter dit betekent niet dat de plaatsing als onzorgvuldig aangemerkt moet worden.
Immers de literatuur onderbouwt ook dat er rondom de meest optimale positie een bepaalde marge is waarbinnen een schouderprothese geplaatst kan worden zonder dat dit tot een aanwijsbaar functieverlies zal leiden. Een verschil van 2 mm diameter valt volgens de deskundige binnen de marge. Volgens de deskundige is er ook geen sprake van een delay tussen het plaatsen van een hemischouderprothese en een revisieoperatie.
Volgens de deskundige is de functie bij eiseres vooral bepaald door een reactie van het kapsel. Eiseres heeft een erg stijf kapsel met een langdurige irritatie waarbij ook een frozen shoulder zich als complicatie heeft gemanifesteerd.
De deskundige komt tot de conclusie dat de orthopedisch chirurg niet onzorgvuldig heeft gehandeld.
Kantonrechter en het Hof volgen de uitslag van het deskundigenbericht.
Conclusie
Alhoewel er in eerdere operaties een meer optimale positie bereikt had kunnen worden is er toch geen sprake van een medische fout.
De arts/het ziekenhuis is pas aansprakelijk als de arts niet heeft gehandeld conform de zorgvuldigheid die van een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot onder vergelijkbare omstandigheden mag worden verwacht. De norm wordt in belangrijke mate bepaald door wat binnen de beroepsgroep gebruikelijk is.
In deze uitspraak was er volgens deskundige en uiteindelijk de Rechtbank en Hof geen sprake van onzorgvuldig handelen.
Volledige uitspraak:
ECLI:NL:GHARL:2020:3226
[post_title] => Aansprakelijkheid ziekenhuis bij plaatsing schouderprothese?
[post_excerpt] => Eiseres heeft het ziekenhuis aangesproken vanwege vermeende medische fouten bij het plaatsen van een schouderprothese.
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => aansprakelijkheid-ziekenhuis-bij-plaatsing-schouderprothese
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2020-06-26 12:16:27
[post_modified_gmt] => 2020-06-26 10:16:27
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=21009
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[8] => WP_Post Object
(
[ID] => 20922
[post_author] => 16
[post_date] => 2020-06-17 15:12:46
[post_date_gmt] => 2020-06-17 13:12:46
[post_content] =>
Werkgeversaansprakelijkheid algemeen
De
werkgeversaansprakelijkheid is geregeld in art 7:658 van het burgerlijk wetboek. Volgens dit artikel heb je als werkgever een
zorgplicht.
De zorgplicht houdt in dat de werkgever verplicht is maatregelen te nemen, die nodig zijn om te voorkomen dat de werknemer schade lijdt in de uitoefening van zijn werk.
Deze maatregelen zijn bedoeld voor het scheppen van een veilige en gezonde werkomgeving. De werkgever moet duidelijke en goede instructies geven aan zijn werknemers en toezien op naleving hiervan.
Werkgeversaansprakelijkheid en Corona
Het Coronavirus heeft ervoor gezorgd dat een werkgever extra maatregelen moet treffen om te zorgen voor een
veilige werkomgeving en zodoende te voldoen aan zijn zorgplicht. Invulling van deze zorgplicht is wel afhankelijk van de bedrijfstak en dus enigszins ingekleurd. Het is voor te stellen dat maatregelen in de zorg anders zijn dan in de supermarkt of kantoren.
De regels die in Nederland zijn ingevoerd moeten ook op de werkvloer gehandhaafd worden. Onder andere de 1 ½ m afstand en het treffen van hygiënemaatregelen, zoals bijvoorbeeld het beschikbaar stellen van handalcohol.
De werkgever zal haar werknemers hier duidelijke instructies over moeten geven. Maar ook controle moeten uitoefenen of deze instructies worden nageleefd, om te voldoen aan zijn zorgplicht. De werkgever zal de werknemer moeten aanspreken als de instructies niet worden nageleefd. Immers mensen zijn nu eenmaal niet altijd voorzichtig genoeg.
Het is niet zo dat de zorgplicht van de werkgever zo ver gaat dat het risico nihil is, maar deze is wel gericht op verkleining van de kans op corona besmetting.
Aansprakelijk stellen werkgever bij besmetting
De werknemer hoeft alleen te bewijzen dat hij schade heeft opgelopen bij de uitvoering van zijn werkzaamheden, waarna de werkgever schadeplichtig is. De schadeplicht van de werkgever vervalt alleen als de werkgever kan aantonen dat hij aan zijn zorgplicht heeft voldaan.
Voor een werknemer is het echter lastig om aan te tonen dat hij het corona virus heeft gekregen op het werk. Immers dit kan hij overal opgedaan hebben zoals bijvoorbeeld in de supermarkt. Hij kan de ziekte dus ook ergens anders hebben opgelopen. Aan het eerste vereiste voor werkgeversaansprakelijkheid zal niet snel kunnen worden voldaan.
Als echter zeer duidelijk is dat de werkgever haar zorgplicht heeft geschonden door bijvoorbeeld de minimale maatregelen ter voorkoming van corona niet te treffen kan de rechter oordelen dat het voldoende waarschijnlijk is dat de werknemer het virus heeft opgelopen op het werk. De privé omstandigheden worden dan ook in ogenschouw genomen.
De rechter kan bij schending van de zorgplicht ook de bewijslast omdraaien. De werkgever moet dan bewijzen dat de betreffende werknemer de ziekte op een andere plaats heeft opgelopen.
Conclusie
Alhoewel de bewijsrechtelijke drempel voor de werknemer moeilijk is, kan het dus zijn dat hij alsnog in zijn bewijspositie wordt tegemoet gekomen en
met succes de werkgever kan aanspreken.
Wilt u meer informatie over
aansprakelijkheid neem dan contact met met
Edith de Koning.
[post_title] => Werknemer getroffen door Corona. Is werkgever aansprakelijk?
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => werknemer-getroffen-door-corona-is-werkgever-aansprakelijk
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2020-06-17 15:17:51
[post_modified_gmt] => 2020-06-17 13:17:51
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=20922
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[9] => WP_Post Object
(
[ID] => 19054
[post_author] => 16
[post_date] => 2020-01-23 13:25:26
[post_date_gmt] => 2020-01-23 12:25:26
[post_content] =>
De december en januari maand was wederom de tijd van gezellige recepties, borrels en etentjes met……wijn.
Niets mis mee maar helaas is toch weer gebleken dat er in die periode eerder achter het stuur wordt gekropen met alcohol op. Het aantal verkeersongevallen waarbij alcohol in het spel is stijgt in deze maanden. Met vaak letsel ook bij inzittenden. Is de letselschade verhaalbaar? Wat kunnen de gevolgen zijn voor bestuurder en inzittende?
Letselschade inzittende
De passagier spreekt de bestuurder aan voor zijn letselschade. Had de passagier wel mee moeten rijden terwijl hij wist dat de bestuurder onder invloed was? Heeft hij dan nog wel recht op vergoeding van zijn letselschade?
Het is
onjuist dat wie bewust meerijdt met een beschonken bestuurder geheel
geen recht op schadevergoeding zou hebben. Maar door mee te rijden met een dronken chauffeur draagt de gewonde passagier, in de meeste gevallen, wel een percentage eigen schuld voor de gevolgen van het ongeval. De verzekeraar van de bestuurder zal dus meestal niet de volledige letselschade vergoeden van de passagier. Een deel van de schade blijft voor rekening van de gewonde passagier.
Uit de
rechtspraak blijkt dat, afhankelijk van de omstandigheden, een eigen schuld percentage aangerekend kan worden tussen 15 en 50%. In geval van ernstig letsel zal dan een
hoog bedrag aan schade voor rekening van de gewonde inzittende blijven.
Gevolgen voor de bestuurder onder invloed van alcohol
Bewijslast omkering
Een bestuurder onder invloed van alcohol is
niet automatisch aansprakelijk voor het ontstaan van een ongeval maar krijgt wel de bewijslast.
Stel je verleent geen voorrang aan een automobilist die onder invloed van alcohol verkeert. Als vast staat dat die automobilist teveel alcohol heeft gedronken krijgt de automobilist die gedronken heeft de bewijslast. Hij zal moeten bewijzen dat het ongeval ook was ontstaan als hij geen alcohol op had. Dit is vaak moeilijk te bewijzen. Tot het moment dat dat bewezen is, zal de rechter er in principe vanuit gaan dat de aanrijding is veroorzaakt door het alcoholgebruik. De bestuurder die onder invloed reed is dus vaak aansprakelijk voor de schade, ook al verleende de andere partij geen voorrang.
Geen dekking op Schadeverzekering Inzittenden [SVI] voor de bestuurder
Mogelijk is er op de autoverzekering een SVI dekking. Dit betekent dat ook de letselschade van een bestuurder is gedekt ook al is hijzelf aansprakelijk voor het ontstaan van het ongeval.
Als de bestuurder die gedronken heeft ook letsel heeft is zijn letselschade echter niet gedekt. Alcoholgebruik tijdens het rijden is een uitsluiting op de verzekering.
WAM verzekeraar vordert betalingen aan slachtoffers terug bij de bestuurder
Wettelijk moet de autoverzekeraar de slachtoffers [inzittenden of andere verkeersdeelnemers] schadeloos stellen ook als er sprake is van alcoholgebruik van hun verzekerde [de bestuurder].
Als alcoholgebruik vast staat zal de verzekeraar de betalingen terugvorderen bij de bestuurder/verzekeringnemer. Bij ernstig blijvend letsel bij de inzittende en/of andere verkeersdeelnemers, zijn dit gigantische bedragen en kan dit degene die onder invloed een ongeval heeft veroorzaakt dus financieel ruïneren.
Strafrecht
De bestuurder die onder invloed heeft gereden zal vervolgd worden en heeft dus voortaan een strafblad. Rechtbank Limburg heeft onlangs een bestuurder veroordeeld tot 12 maanden gevangenisstraf en 5 jaar rijontzegging. Onder invloed van alcohol heeft hij een dodelijk ongeval veroorzaakt.
Los van de bovenstaande consequenties zal degene die onder invloed van alcohol een ongeval veroorzaakt waardoor er slachtoffers zijn met ernstig letsel [of slachtoffers die zijn overleden] verder moeten leven met deze last.
Laat je daarom voortaan rijden en breng anderen [en jezelf]
niet in gevaar, feestdagen of niet.
Dit artikel is gepubliceerd in De Uitstraling, januari 2020.
[post_title] => Glaasje op? Laat je rijden. En stap niet in bij een chauffeur die ook gedronken heeft.
[post_excerpt] => Het aantal verkeersongevallen waarbij alcohol in het spel is stijgt in deze maanden. Met vaak letsel ook bij inzittenden. Is de letselschade verhaalbaar? Wat kunnen de gevolgen zijn voor bestuurder en inzittende?
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => glaasje-op-laat-je-rijden-en-stap-niet-in-bij-een-chauffeur-die-ook-gedronken-heeft
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2020-01-28 08:52:36
[post_modified_gmt] => 2020-01-28 07:52:36
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=19054
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
)
[post_count] => 10
[current_post] => -1
[before_loop] => 1
[in_the_loop] =>
[post] => WP_Post Object
(
[ID] => 24473
[post_author] => 16
[post_date] => 2021-03-10 11:15:06
[post_date_gmt] => 2021-03-10 10:15:06
[post_content] =>
Vaccinatie en aansprakelijkheid
Er wordt thans volop gevaccineerd tegen Covid-19 ter voorkoming van nieuwe
Covid-19 slachtoffers. Hopelijk doen deze vaccins hun werk.
Maar wat als het niet de veiligheid biedt die verwacht wordt. Of erger als er vanwege een gebrekkig vaccin (toekomstige) schade wordt opgelopen.
Wie is dan aansprakelijk?
Menig (huis)arts vraagt zich af of hij/zij aansprakelijk kan zijn als blijkt dat het vaccin minder bescherming biedt dan gedacht of zelfs
schade toebrengt.
Bij de beantwoording van de vraag of een arts een beroepsfout heeft gemaakt, komt het erop neer of het handelen van de arts in overeenstemming is geweest met de zorgvuldigheid die een redelijk bekwaam en redelijk handelend vakgenoot in dezelfde omstandigheden zou hebben betracht, waarbij de professionele standaard uitgangspunt is.
Risico's
Als de arts het vaccin op juiste wijze heeft toegediend en er op dat moment geen bijzondere risico’s bekend zijn, heeft de arts voldaan aan de professionele norm. De huisarts is dan dus
niet aansprakelijk.
Het vaccin is een geregistreerd geneesmiddel en door de overheid voldoende veilig geacht. Wel zal de arts de te vaccineren persoon moeten voorlichten over de op dat moment bekende bijwerkingen.
Is de producent/farmaceut aansprakelijk voor schade vanwege een gebrekkig vaccin?
Het is mogelijk om de farmaceut aan te spreken op grond van product aansprakelijkheid (
art. 6:185 BW). Er moet dan wel sprake zijn van een ‘gebrekkig’ product. Het enkele feit dat een vaccin bijwerkingen heeft, is niet voldoende voor een geslaagd beroep op de productaansprakelijkheid.
Er zal aangetoond moeten worden dat het vaccin niet de veiligheid biedt die men daarvan mocht verwachten, op het moment van het
toedienen van het vaccin. Dit wordt beoordeeld aan de hand van de ‘state of the art’. Dus de stand van de wetenschap op het moment dat het
Covid-19 vaccin op de markt beschikbaar was.
Bijwerkingen
Volgens de farmaceuten, maar ook de overheid, hoeft men op dit moment geen rekening te houden met abnormaal ernstige bijwerkingen. Men moet wel enigszins rekening houden met mogelijke
zeldzame bijwerkingen op lange termijn.
Het is natuurlijk wel mogelijk dat door de druk, om zo spoedig mogelijk een vaccin op de markt te brengen, er toch onvoorziene bijwerkingen zijn.
Komt dit dan op het bordje van de farmaceut, of is hier sprake van een uitzonderlijke situatie waarbij ook de overheid haar steentje bij moet dragen? De overheid voert immers druk op het vaccinprogramma. Dit omdat vereist is dat 70% van Nederland gevaccineerd moet worden om te kunnen spreken van een
geslaagd vaccinprogramma.
Schadefonds
Thans wordt er al wel gesproken over een speciaal schadefonds (gefinancierd door overheid en farmaceuten), waar gedupeerden hun eventuele schade kunnen verhalen.
Hopelijk is het vaccin
veilig en hoeft deze discussie in de toekomst niet gevoerd te worden.
[post_title] => Vaccinatie Covid-19: Wie is aansprakelijk?
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => vaccinatie-covid-19-wie-is-aansprakelijk
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2021-03-11 11:46:55
[post_modified_gmt] => 2021-03-11 10:46:55
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=24473
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[comment_count] => 0
[current_comment] => -1
[found_posts] => 64
[max_num_pages] => 7
[max_num_comment_pages] => 0
[is_single] =>
[is_preview] =>
[is_page] =>
[is_archive] => 1
[is_date] =>
[is_year] =>
[is_month] =>
[is_day] =>
[is_time] =>
[is_author] =>
[is_category] =>
[is_tag] =>
[is_tax] => 1
[is_search] =>
[is_feed] =>
[is_comment_feed] =>
[is_trackback] =>
[is_home] =>
[is_privacy_policy] =>
[is_404] =>
[is_embed] =>
[is_paged] => 1
[is_admin] =>
[is_attachment] =>
[is_singular] =>
[is_robots] =>
[is_favicon] =>
[is_posts_page] =>
[is_post_type_archive] =>
[query_vars_hash:WP_Query:private] => c72201f208943a06ac2af639be162b64
[query_vars_changed:WP_Query:private] => 1
[thumbnails_cached] =>
[allow_query_attachment_by_filename:protected] =>
[stopwords:WP_Query:private] =>
[compat_fields:WP_Query:private] => Array
(
[0] => query_vars_hash
[1] => query_vars_changed
)
[compat_methods:WP_Query:private] => Array
(
[0] => init_query_flags
[1] => parse_tax_query
)
[tribe_is_event] =>
[tribe_is_multi_posttype] =>
[tribe_is_event_category] =>
[tribe_is_event_venue] =>
[tribe_is_event_organizer] =>
[tribe_is_event_query] =>
[tribe_is_past] =>
[tribe_controller] => Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller Object
(
[filtering_query:Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller:private] => WP_Query Object
*RECURSION*
)
)
Vaccinatie en aansprakelijkheid Er wordt thans volop gevaccineerd tegen Covid-19 ter voorkoming van nieuwe Covid-19 slachtoffers. Hopelijk doen deze vaccins hun werk. Maar wat als het niet de veiligheid biedt...
Lees meer
Een 3 jarige veroorzaakt schade aan de auto van een ander. Moet verzekering van de ouders de schade vergoeden? Wat is er gebeurd? Het 3 jarig zoontje van een kennis...
Lees meer
Schizofrene patiënt maakt diverse betalingen over aan ‘vriendinnen’ in het buitenland. Is de behandelend psychiater aansprakelijk voor de financiële schade van deze verkwistende patiënt? De moeder van een schizofrene zoon...
Lees meer
Nog een nieuwe golf? Maar dan claims van niet-coronapatiënten? De zorgsector loopt meer dan andere sectoren kans op aansprakelijkheidsclaims; - De claims van het zorgpersoneel die verwijt dat het ziekenhuis/instelling...
Lees meer
Dierenarts gewond bij noodslachting stier. Veehouder aansprakelijk? In 2016 moest een stier op het bedrijf van de veehouder worden gedood. De stier kon niet meer vervoerd worden naar het slachthuis...
Lees meer
Als de arts gebruik maakt van een ongeschikte hulpzaak dan wordt dit toegerekend aan de arts en het ziekenhuis tenzij dit onredelijk zou zijn. Uit de wet blijkt de risicoaansprakelijkheid...
Lees meer
Je gaat scheiden. Wat gebeurt er met je letselschadeuitkering die je tijdens het huwelijk hebt ontvangen? Valt de letselschadeuitkering geheel in de boedel? Of valt deze buiten de boedel en...
Lees meer
Eiseres heeft het ziekenhuis aangesproken vanwege vermeende medische fouten bij het plaatsen van een schouderprothese.
Lees meer
Werkgeversaansprakelijkheid algemeen De werkgeversaansprakelijkheid is geregeld in art 7:658 van het burgerlijk wetboek. Volgens dit artikel heb je als werkgever een zorgplicht. De zorgplicht houdt in dat de werkgever verplicht...
Lees meer
Het aantal verkeersongevallen waarbij alcohol in het spel is stijgt in deze maanden. Met vaak letsel ook bij inzittenden. Is de letselschade verhaalbaar? Wat kunnen de gevolgen zijn voor bestuurder en inzittende?
Lees meer