Blog van medewerkers

WP_Query Object
(
    [query] => Array
        (
            [paged] => 8
            [news-type] => blog
        )

    [query_vars] => Array
        (
            [paged] => 8
            [news-type] => blog
            [error] => 
            [m] => 
            [p] => 0
            [post_parent] => 
            [subpost] => 
            [subpost_id] => 
            [attachment] => 
            [attachment_id] => 0
            [name] => 
            [pagename] => 
            [page_id] => 0
            [second] => 
            [minute] => 
            [hour] => 
            [day] => 0
            [monthnum] => 0
            [year] => 0
            [w] => 0
            [category_name] => 
            [tag] => 
            [cat] => 
            [tag_id] => 
            [author] => 
            [author_name] => 
            [feed] => 
            [tb] => 
            [meta_key] => 
            [meta_value] => 
            [preview] => 
            [s] => 
            [sentence] => 
            [title] => 
            [fields] => 
            [menu_order] => 
            [embed] => 
            [category__in] => Array
                (
                )

            [category__not_in] => Array
                (
                )

            [category__and] => Array
                (
                )

            [post__in] => Array
                (
                )

            [post__not_in] => Array
                (
                )

            [post_name__in] => Array
                (
                )

            [tag__in] => Array
                (
                )

            [tag__not_in] => Array
                (
                )

            [tag__and] => Array
                (
                )

            [tag_slug__in] => Array
                (
                )

            [tag_slug__and] => Array
                (
                )

            [post_parent__in] => Array
                (
                )

            [post_parent__not_in] => Array
                (
                )

            [author__in] => Array
                (
                )

            [author__not_in] => Array
                (
                )

            [search_columns] => Array
                (
                )

            [ignore_sticky_posts] => 
            [suppress_filters] => 
            [cache_results] => 1
            [update_post_term_cache] => 1
            [update_menu_item_cache] => 
            [lazy_load_term_meta] => 1
            [update_post_meta_cache] => 1
            [post_type] => 
            [posts_per_page] => 10
            [nopaging] => 
            [comments_per_page] => 50
            [no_found_rows] => 
            [taxonomy] => news-type
            [term] => blog
            [order] => DESC
        )

    [tax_query] => WP_Tax_Query Object
        (
            [queries] => Array
                (
                    [0] => Array
                        (
                            [taxonomy] => news-type
                            [terms] => Array
                                (
                                    [0] => blog
                                )

                            [field] => slug
                            [operator] => IN
                            [include_children] => 1
                        )

                )

            [relation] => AND
            [table_aliases:protected] => Array
                (
                    [0] => wp_term_relationships
                )

            [queried_terms] => Array
                (
                    [news-type] => Array
                        (
                            [terms] => Array
                                (
                                    [0] => blog
                                )

                            [field] => slug
                        )

                )

            [primary_table] => wp_posts
            [primary_id_column] => ID
        )

    [meta_query] => WP_Meta_Query Object
        (
            [queries] => Array
                (
                )

            [relation] => 
            [meta_table] => 
            [meta_id_column] => 
            [primary_table] => 
            [primary_id_column] => 
            [table_aliases:protected] => Array
                (
                )

            [clauses:protected] => Array
                (
                )

            [has_or_relation:protected] => 
        )

    [date_query] => 
    [queried_object] => WP_Term Object
        (
            [term_id] => 56
            [name] => Blog van medewerkers
            [slug] => blog
            [term_group] => 0
            [term_taxonomy_id] => 56
            [taxonomy] => news-type
            [description] => 
            [parent] => 0
            [count] => 1300
            [filter] => raw
        )

    [queried_object_id] => 56
    [request] => 
					SELECT SQL_CALC_FOUND_ROWS  wp_posts.ID
					FROM wp_posts  LEFT JOIN wp_term_relationships ON (wp_posts.ID = wp_term_relationships.object_id) LEFT  JOIN wp_icl_translations wpml_translations
							ON wp_posts.ID = wpml_translations.element_id
								AND wpml_translations.element_type = CONCAT('post_', wp_posts.post_type) 
					WHERE 1=1  AND ( 
  wp_term_relationships.term_taxonomy_id IN (56)
) AND ((wp_posts.post_type = 'post' AND (wp_posts.post_status = 'publish' OR wp_posts.post_status = 'acf-disabled' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-success' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-failed' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-schedule' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-pending' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-draft'))) AND ( ( ( wpml_translations.language_code = 'nl' OR (
					wpml_translations.language_code = 'nl'
					AND wp_posts.post_type IN ( 'attachment' )
					AND ( ( 
			( SELECT COUNT(element_id)
			  FROM wp_icl_translations
			  WHERE trid = wpml_translations.trid
			  AND language_code = 'nl'
			) = 0
			 ) OR ( 
			( SELECT COUNT(element_id)
				FROM wp_icl_translations t2
				JOIN wp_posts p ON p.id = t2.element_id
				WHERE t2.trid = wpml_translations.trid
				AND t2.language_code = 'nl'
                AND (
                    p.post_status = 'publish' OR p.post_status = 'private' OR 
                    ( p.post_type='attachment' AND p.post_status = 'inherit' )
                )
			) = 0 ) ) 
				) ) AND wp_posts.post_type  IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' )  ) OR wp_posts.post_type  NOT  IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' )  )
					GROUP BY wp_posts.ID
					ORDER BY wp_posts.menu_order, wp_posts.post_date DESC
					LIMIT 70, 10
				
    [posts] => Array
        (
            [0] => WP_Post Object
                (
                    [ID] => 39952
                    [post_author] => 60
                    [post_date] => 2023-11-23 10:41:04
                    [post_date_gmt] => 2023-11-23 09:41:04
                    [post_content] => Toegang tot een bankrekening is van essentieel belang om deel te kunnen nemen aan het economische verkeer. Uit artikel 4:71f Wft volgt dat op banken een verplichting rust om consumenten een betaalrekening aan te bieden. Er is echter geen wettelijke regel die banken verplicht om een zakelijke betaalrekening te verstrekken aan niet-consumenten. Het staat banken daardoor in principe vrij om een zakelijke cliënt te weigeren op grond van de contractsvrijheid. Een zakelijke bankrekening is ook voor ondernemers echter essentieel om deel te kunnen nemen aan het betalingsverkeer. Uit het ‘Yin Yang’-arrest van de Hoge Raad in 2021 volgt dat banken daardoor onder bijzondere omstandigheden toch verplicht kunnen worden om een zakelijke bankrekening aan te bieden. Eerder schreven wij hierover al deze blog. De belangenafweging uit het ‘Yin Yang’-arrest is de afgelopen twee jaar al een aantal keer door rechters toegepast. In dit artikel worden deze uitspraken nader toegelicht.

‘Yin Yang’-arrest

In 2021 oordeelde de hoge raad in het 'Yin Yang'-arrest dat de verplichting die voortvloeit uit artikel 4:71f Wft onder bepaalde omstandigheden ook kan gelden ten aanzien van niet-consumenten. In beginsel kunnen banken een gerechtvaardigd belang hebben om zakelijke cliënten te weigeren met een beroep op hun contractsvrijheid. Zonder zakelijke betaalrekening wordt het bestaansrecht van een onderneming echter in gevaar gebracht. Aan de hand van de omstandigheden van het geval dient daardoor te worden bekeken of het gerechtvaardigde belang van banken daadwerkelijk in de weg staat aan een verplichting tot het aanbieden van een betaalrekening. De rechter moet hierbij een belangenafweging maken en kijken of het belang van de ondernemer bij het openen van een bankrekening zwaarder weegt dan het belang van de bank om geen bankrekening aan te bieden.

Recente jurisprudentie

In 2022 had een ondernemer met een aantal BV’s bij veertien banken geprobeerd om een zakelijke betaalrekening te openen. Zijn verzoek was door elke bank afgewezen, waaronder door de ING. De ondernemer bankierde privé bij de ING en had daar ook een betaalrekening voor één van zijn andere BV’s. Het hof oordeelde dat de contractsvrijheid van ING beperkt kon worden doordat de bank op grond van haar maatschappelijke positie ook ten aanzien van zakelijke consumenten de verplichting kon hebben om een betaalrekening aan te bieden, zoals volgde uit het ‘Yin Yang’-arrest. Volgens de rechter woog het belang van de ondernemer om een betaalrekening te openen in dit geval zwaarder dan het belang van de ING. Doordat bij veertien banken een aanvraag voor een betaalrekening was ingediend, was voldoende duidelijk gemaakt dat deelname van het maatschappelijke verkeer voor de vennootschap van de ondernemer echt was uitgesloten. Hierdoor kon de ING verplicht worden om een zakelijke bankrekening te verstrekken. Eerder dit jaar oordeelde de rechtbank in een geschil tussen Triodos bank en een zakelijke cliënt. Triodos weigerde een onderneemster een zakelijke rekening te verstrekken, omdat zij niet aan de acceptatiecriteria voldeed. De aandeelhouder van de onderneming had een belang in de sector zakelijk vastgoed en Triodos accepteerde dit soort ondernemingen niet. De rechtbank beantwoordde de vraag of Triodos kon worden verplicht om een betaalrekening te openen aan de hand van de maatstaf uit het ‘Yin Yang’-arrest. De onderneemster had wel een duidelijk en zwaarwegend belang om een betaalrekening te hebben, maar werd bij Triodos uitgesloten door de acceptatiecriteria die de bank hanteerde op basis van haar missie. Bij andere banken kon zij waarschijnlijk wel gewoon een betaalrekening openen, Triodos werd daarom niet verplicht om een zakelijke bankrekening te verstrekken. De rechter stelde hierbij dat de belangenafweging waarschijnlijk anders uitgepakt had als alle Nederlandse banken de onderneemster uit zouden sluiten. Daarnaast oordeelde de rechter eerder dit jaar ook in een geschil tussen een bouwbedrijf en ABN AMRO. De bank had de rekening van het bouwbedrijf geblokkeerd wegens een fraudeonderzoek. Kort daarna had ABN AMRO de relatie met het bouwbedrijf opgezegd op grond van artikel 35 van de Algemene Bankvoorwaarden. Het bouwbedrijf vorderde bij de rechter om ABN AMRO te veroordelen om alsnog een bankrekening ter beschikking te stellen. De rechter maakte een belangenafweging en die viel uit in het nadeel van het bouwbedrijf. Het vertrouwen van ABN AMRO was ernstig geschaad en de risico’s voor hervatting van de relatie met het bouwbedrijf waren groot en evident. Tegenover dit zwaarwegende belang kon hervatting met de ABN AMRO niet opwegen. Daarnaast bleek ter zitting ook dat het bouwbedrijf elders een rekening had geopend, waardoor zij alsnog toegang had tot het betalingsverkeer. Dat het bouwbedrijf liever bij ABN AMRO bankierde, hoefde hierbij niet mee te wegen.

Conclusie

De uitspraak uit het ‘Yin Yang’-arrest maakt het voor bedrijven mogelijk onder omstandigheden een bank te dwingen een zakelijke betaalrekening te openen. Toch is de uitkomst van dit arrest geen vrijbrief en zeker geen hosanna. Rechters maken op basis van het arrest een belangenafweging om te bekijken hoe het gerechtvaardigde belang van banken om een zakelijke rekening te weigeren, zich verhoudt tot een verplichting tot het aanbieden van een betaalrekening aan zakelijke cliënten. Uit recente jurisprudentie volgt dat de bank hiertoe vrijwel alleen maar gedwongen kan worden als de ondernemer aan kan tonen dat het bij geen enkele bank, althans niet bij de systeembanken, mogelijk is een zakelijke rekening te openen. In dat geval wordt deelname aan het betalingsverkeer volledig uitgesloten en zal de rechter een bank kunnen verplichten om alsnog een zakelijke rekening te verschaffen. Als dit niet aangetoond kan worden, is de kans groot dat de belangenafweging uitvalt in het voordeel van de bank. Banken kunnen zich in dat geval beroepen op hun contractsvrijheid en de zakelijke cliënt weigeren. Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met één van onze specialisten van de afdeling Ondernemingsrecht. Karlijn van der Meule nieuw 1 [post_title] => Onder welke omstandigheden zijn banken verplicht om een zakelijke rekening te openen? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => onder-welke-omstandigheden-zijn-banken-verplicht-om-een-zakelijke-rekening-te-openen [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-11-23 10:41:04 [post_modified_gmt] => 2023-11-23 09:41:04 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=39952 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [1] => WP_Post Object ( [ID] => 39905 [post_author] => 85 [post_date] => 2023-11-20 15:32:07 [post_date_gmt] => 2023-11-20 14:32:07 [post_content] => Een pittig beoordelingsgesprek, een onenigheid met werkgever of een andere vervelende werksituatie leidt veelal tot ziekte van een werknemer. Zo'n ziekmelding brengt werkgever vaak in een lastig parket. Er kunnen ook twijfels ontstaan over de legitimiteit van de ziekmelding; is de werknemer écht ziek of probeert hij onder de situatie op werk uit te komen? En moet een werkgever in zo'n situatie altijd het loon betalen? Cas Kroese licht toe hoe u hier als werkgever mee omgaat.

De rol van de bedrijfsarts bij een arbeidsconflict

De bedrijfsarts moet beoordelen of er sprake is van arbeidsongeschiktheid. Bij een ziekmelding vanwege een arbeidsconflict is geen sprake van reguliere arbeidsongeschiktheid. De ziekmelding is niet te wijten aan een medische aandoening maar aan een conflictsituatie op het werk. In dergelijke gevallen volgt de bedrijfsarts de STECR-richtlijn. Deze richtlijn adviseert stappen te nemen zoals een interventieperiode, gesprekken met een derde partij en mediation. Een interventieperiode dient als een time out van (vaak) 2 weken om het conflict te laten bezinken zodat partijen vervolgens of in de tussentijd tot een oplossing kunnen komen.

Wanneer moet ik bij ziekte het loon doorbetalen?

De plicht tot loondoorbetaling bij arbeidsongeschiktheid is geregeld in artikel 7:629 BW. Dit artikel bepaalt dat werknemers in principe recht hebben op loon als zij hun werk niet kunnen verrichten vanwege ziekte. Een arbeidsconflict kan ook leiden tot een situatie waarin de werknemer niet bij zijn werkgever kan werken. In dit geval valt de loondoorbetalingsplicht niet onder artikel 7:629 BW maar onder artikel 7:628 BW. Dit artikel bepaalt dat de werknemer recht heeft op loon, tenzij het arbeidsconflict voor rekening en risico van de werknemer komt. Dit is in de praktijk zelden het geval. In de praktijk raakt een werknemer vaak overspannen door een conflict met de werkgever als het conflict niet wordt opgelost. De werknemer wordt dan alsnog door de bedrijfsarts als arbeidsongeschikt vanwege medische redenen gekwalificeerd. De loondoorbetalingsplicht verschuift dan van 7:628 naar 7:629 BW. Als er sprake is van een arbeidsconflict trekt de werkgever veelal aan het kortste eind en zal de werkgever het loon van de werknemer moeten doorbetalen. Als de werknemer niet meewerkt aan zijn re-integratie, dan kan dat wel reden zijn het loon op te schorten of zelfs stop te zetten.

Aanbevelingen voor werkgevers bij een arbeidsconflict

Voor werkgevers die te maken krijgen met een arbeidsconflict is het belangrijk om zich bewust te zijn van de volgende zaken:
  • Bij een arbeidsconflict is het zaak niet te escaleren. Onredelijk gedrag kan juridische consequenties hebben.
  • Wanneer de arbeidsverhouding onherstelbaar beschadigd is, kunt u een onderlinge regeling overwegen. Dit kan het conflict beslechten zonder verdere juridische escalatie.
  • Mocht een schikking niet binnen bereik liggen, kunt u een juridische procedure overwegen. Het is raadzaam om de werknemer vrij te stellen van werk. Een werknemer laten doorwerken is immers strijdig met het verzoek om de arbeidsovereenkomst te ontbinden vanwege een verstoorde arbeidsrelatie.
  • Het is van essentieel belang voor zowel de werknemer als de werkgever om de adviezen van de bedrijfsarts op te volgen.
Arbeidsongeschiktheid naar aanleiding van arbeidsconflicten is een delicate kwestie. Het vereist een zorgvuldige balans tussen het volgen van juridisch advies en het tonen van empathie voor de situatie van de werknemer. Een proactieve benadering, gericht op mediation en conflictresolutie, is vaak de beste manier om deze complexe situaties te beheren. In de praktijk merken we dat een dreigend arbeidsgeschil moeilijk zelf op te lossen is. Juridische ondersteuning kan dan bijdragen aan een goede aanpak. Onjuiste handelswijzen kunnen u duur komen te staan. Neem gerust contact op als u vragen heeft. Cas Kroese [post_title] => Moet het loon worden doorbetaald bij een ziekmelding door een arbeidsconflict? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => moet-het-loon-worden-doorbetaald-bij-een-ziekmelding-door-een-arbeidsconflict [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-11-20 15:56:46 [post_modified_gmt] => 2023-11-20 14:56:46 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=39905 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [2] => WP_Post Object ( [ID] => 39817 [post_author] => 10 [post_date] => 2023-11-17 09:29:37 [post_date_gmt] => 2023-11-17 08:29:37 [post_content] => Dit ‘weetje’ is overigens niets nieuws maar van voldoende belang om nog maar eens te benadrukken. Dit naar aanleiding van een uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van 13 oktober jl.

Wat zijn de feiten?

Een zorgaanbieder wil een overeenkomst sluiten met CZ-zorgkantoor voor het leveren van Wlz-zorg. Hiertoe heeft de zorgaanbieder zich ingeschreven voor de zorginkoopprocedure voor het jaar 2024. Het zorgkantoor constateert dat de inschrijving niet voldoet aan de eisen omdat in het ingediende ondernemingsplan is uitgegaan van een 100% bezettingsgraad met uitzondering van momenten van een mindere bezettingsgraad. Voor CZ Zorgkantoor is een permanente bezettingsgraad van 100% niet realistisch zoals de inschrijver zelf eigenlijk ook in de inschrijving heeft aangegeven. De uitgesloten inschrijver stapt naar de rechter, omdat zij vindt dat zij in de gelegenheid had moeten worden gesteld om in de inschrijving haar bezettingspercentage te herstellen naar een realistisch percentage. Zorginkoop

Wat vindt de rechter?

De rechter geeft aan dat hoewel een zorginkoopprocedure in beginsel civielrechtelijk van karakter is maar zodanige trekken vertoont van een openbare aanbestedingsprocedure dat CZ Zorgkantoor bij het voeren van de inkoopprocedure moet aansluiten bij de beginselen van het aanbestedingsrecht. Deze beginselen omvatten onder meer het gelijkheidsbeginsel en het transparantiebeginsel. Genoemde beginselen verzetten zich er in principe tegen dat een inschrijver zijn inschrijving na indiening nog aanpast. In uitzonderlijke gevallen mag een inschrijving echter worden verbeterd of aangevuld. De wijziging mag er niet toe leiden dat in werkelijkheid een nieuwe inschrijving wordt gedaan. En het verzoek om verbetering of aanvulling moet betrekking hebben op gegevens waarvan objectief kan worden vastgesteld, dat zij dateren van voor de datum van de inschrijving. Het aanpassen van een prognose die gebaseerd is op een 100% bezetting naar een prognose die gebaseerd is op een gedeeltelijke bezetting, zou ertoe leiden dat er materieel gezien sprake is van een nieuwe inschrijving. Het percentage dat behoort bij een realistische prognose, kan niet objectief worden vastgesteld op basis van de inschrijving. Er is dan ook geen sprake van een uitzonderlijk geval waarin aan de inschrijver de gelegenheid zou moeten worden geboden haar inschrijving te verbeteren of aan te vullen.

Conclusie

Dat de beginselen van aanbestedingsrecht van toepassing zijn op zorginkoop werkt naar twee kanten. Inkopers van zorg moeten die beginselen hanteren en dat komt de transparantie en de gelijke behandeling bij zorginkoop ten faveure van inschrijvende zorgaanbieders ten goede. Aan de andere kant, weet als zorgaanbieder dat je zelf verantwoordelijk bent voor het doen van een geldige inschrijving en dat dus juist vanwege diezelfde aanbestedingsbeginselen, de ruimte om bij fouten in de inschrijving herstel van die fouten door te voeren, er lang niet altijd is! Heeft u als zorgaanbieder vragen over uw komende inschrijving of over het aanbestedingsrecht? Neem dan vrijblijvend contact op met Rik Wevers via wevers@bg.legal. Rik Wevers 2       [post_title] => Zorgaanbieders let op: ook bij zorginkoopprocedure gelden beginselen aanbestedingsrecht! [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => zorgaanbieders-let-op-ook-bij-zorginkoopprocedure-gelden-beginselen-aanbestedingsrecht [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-11-17 09:39:10 [post_modified_gmt] => 2023-11-17 08:39:10 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=39817 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [3] => WP_Post Object ( [ID] => 39821 [post_author] => 6 [post_date] => 2023-11-15 09:55:14 [post_date_gmt] => 2023-11-15 08:55:14 [post_content] => In de dynamische wereld van innovatie en ondernemerschap is het beschermen van intellectueel eigendom essentieel voor het behouden van een concurrentievoordeel. Octrooirecht biedt bedrijven de mogelijkheid om hun unieke ideeën en uitvindingen te beschermen, maar het is niet voldoende om alleen octrooien te verkrijgen; voortvarende handhaving is net zo cruciaal. Hier zijn redenen waarom voortvarende handhaving van octrooirechten essentieel is.

1. Bescherming van innovatie

Het octrooirecht beschermt de unieke ideeën en uitvindingen van bedrijven. Een actieve handhaving voorkomt dat anderen ongeoorloofd profiteren van harde arbeid en creativiteit, waardoor bedrijven worden aangemoedigd om te blijven innoveren. Ja, de procedure om een octrooi verleend te krijgen en het onderhouden (taxes) van een octrooi kost geld. Daar staat een monopolie op het exploitatierecht tegenover. De octrooihouder heeft het exclusieve recht om te bepalen wie de geoctrooieerde techniek te gebruiken.

2. Marktvoordeel behouden

Het handhaven van octrooirechten helpt bedrijven hun concurrentiepositie en het exclusieve exploitatierecht, te behouden. Door anderen te beletten producten of diensten aan te bieden die inbreuk maken op het octrooirecht, behouden bedrijven hun unieke positie in de markt.

3. Investeerdersvertrouwen vergroten

Daarnaast fungeren octrooien als een waardevol zakelijk actief. Door actieve handhaving behoudt u niet alleen uw marktpositie, maar vergroot u ook de waarde van uw bedrijf. Investeerders zijn meer geneigd om in een bedrijf te stappen dat een intellectueel eigendomsrecht (ook wel IP genoemd) heeft en het intellectueel eigendomsrecht krachtig beschermt.

4. Juridische zekerheid

Door actief octrooirechten te handhaven, verzekeren bedrijven zich van juridische zekerheid. In geval van geschillen hebben ze een stevig juridisch fundament om hun intellectueel eigendom te verdedigen. Te lang wachten met actief handhaven kan leiden tot verval van het recht om handhavend op te treden. In een uitspraak van de rechtbank Rotterdam van 7 november 2023 was dit aan de orde. Deze zaak was aanhangig gemaakt door een partij die van de uitvinders een licentie had gekregen op het gebruik van het octrooi. De uitvinders zouden het octrooi, in strijd met de overeenkomst, zijn blijven gebruiken. In maart 2022, tijdens een demonstratiebijeenkomst door de licentiehouder, hadden de uitvinders aan publiek kenbaar gemaakt dat zij rechthebbende waren en niet de licentiehouder. Pas in september 2023 is de licentiehouder een kort geding procedure gestart. In deze procedure wordt een verbod gevorderd om de geoctrooieerde techniek te gebruiken. De kort geding rechter oordeelt dat de licentiehouder te lang gewacht heeft en dus geen spoedeisend belang heeft. Dat is nodig om een verordening in kort geding toegewezen te krijgen. De vorderingen worden daarom afgewezen. Kortom, voortvarende handhaving van octrooirechten is niet alleen een defensieve zet; het is een strategische beslissing die innovatie stimuleert, marktvoordeel behoudt, het vertrouwen van investeerders vergroot en noodzakelijk is om handhavend te kunnen optreden. Heb je meer vragen over het handhaven van je octrooirecht, of het verweer voeren tegen een claim op basis van een octrooirecht, neem dan contact op met Jos van der Wijst: wijst@bg.legal. Jos van der Wijst 1 [post_title] => Het belang van voortvarende handhaving van octrooirecht [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => het-belang-van-voortvarende-handhaving-van-octrooirecht [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-11-15 10:33:15 [post_modified_gmt] => 2023-11-15 09:33:15 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=39821 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [4] => WP_Post Object ( [ID] => 39797 [post_author] => 73 [post_date] => 2023-11-13 16:48:05 [post_date_gmt] => 2023-11-13 15:48:05 [post_content] => De nieuwe Europese NIS2-richtlijn verplicht bedrijven om passende cybersecurity maatregelen te nemen. Een recente rechterlijke uitspraak over een datalek bij een hogeschool laat zien wat de gevolgen kunnen zijn als je als bedrijf onvoldoende maatregelen neemt. In dit artikel behandelen we de belangrijkste lessen uit deze zaak en de relevantie met de nieuwe NIS2-richtlijn.

De feiten

De oud-student was in 2021 afgestudeerd met enige studievertraging vanwege persoonlijke omstandigheden. In 2022 kreeg de oud-student een bericht dat zijn gegevens zijn gestolen bij een hack. De applicatie die was gehackt (een webformulier) bevatte niet alleen de algemene persoonsgegevens van de oud-student, maar ook de reden van zijn studievertraging. De oud-student verzocht een schadevergoeding, maar dit wilde de hogeschool niet betalen.

Datalek onder de AVG

Niet iedere datalek levert een inbreuk op de AVG op; van belang is of het beveiligingsniveau passend was ten tijde van de datalek. Dit betekent niet dat alle mogelijke maatregelen getroffen moeten worden. Van de verwerkersverantwoordelijke, in dit geval de hogeschool, mag verlangd worden dat ze voor een adequate cybersecurity maatregelen treffen die, rekening houdend met de stand van de techniek, de uitvoeringskosten, de aard, de omvang, de context, de verwerkingsdoeleinden en de qua waarschijnlijkheid en ernst uiteenlopende risico’s voor de rechten en vrijheden van personen, van haar verwacht konden worden (art. 32 lid 1 AVG). De datalek heeft plaatsgevonden via een veel voorkomende hackmethode, een SQL-injectie. Dit weegt mee in de beoordeling of de hogeschool alle maatregelen heeft getroffen die van haar verwacht werden. De oud-student heeft betoogd dat er geen sprake was van een adequate cybersecurity nu de gegevens niet versleuteld waren opgeslagen. Ook waren er al langer kwetsbaarheden bekend in het webformulier op de site van de hogeschool. De hogeschool had op zitting niet concreet of inzichtelijk gemaakt welke veiligheidsmaatregelen zij had getroffen op het betreffende webformulier en/of de achterliggende server. Hierdoor kwam voor de rechter vast te staan dat ze inbreuk heeft gemaakt op grond van de AVG.

Schadevergoeding onder de AVG

In beginsel geeft zowel materiële als immateriële schade een recht op schadevergoeding. Artikel 82 van de AVG regelt het recht op schadevergoeding voor personen die (im)materiële schade hebben geleden als gevolg van een inbreuk op grond van de AVG. In de overwegingen van de AVG wordt bovendien bepaald dat het begrip schade ruim moet worden uitgelegd. In een eerder artikel schreven we al dat een betrokkene van een datalek niet altijd recht heeft op schadevergoeding. Het schenden van de AVG is niet voldoende om een vordering op schadevergoeding te rechtvaardigen. De betrokkene moet bewijzen dat de door hem/haar ondervonden negatieve gevolgen hebben geresulteerd in (im)materiële schade. De oud-student heeft volgens de rechter voldoende concreet gemaakt immateriële schade te ondervinden aan de gevolgen van de datalek. De oud-student had in eerste instantie namelijk al moeite met het delen van de gegevens met de hogeschool en maakt zich veel zorgen over het feit dat hij niet weet wat er met zijn gegevens gebeurt. De rechter oordeelde dat dit enkel gold voor de bijzondere persoonsgegevens van de oud-student.

De hoogte van de schadevergoeding

Artikel 82 AVG benadrukt dat de schade volledig en daadwerkelijk moet worden vergoed. Hierbij is de mate van schuld van de verwerkingsverantwoordelijke geen expliciete factor bij het bepalen van de hoogte van de schadevergoeding. Dit oordeelde het Hof van Justitie van Europa in een ander arrest. De reden van zijn studievertraging bevatte gegevens over de gezondheid van de oud-student. Dit zijn bijzondere persoonsgegevens die naar hun aard een hoger beschermingsniveau verlangen. In dat geval kan eerder worden aangenomen dat sprake is van schade. Gezien het feit dat het gevoelige (medische) gegevens betreft, het verlies aan controle over de gegevens blijvend is, afgezet tegen de omstandigheid dat niet is gebleken dat het datalek tot concrete negatieve gevolgen heeft geleid, komt de kantonrechter op een schadebedrag van € 300,00.

Wat betekent dit voor bedrijven in de praktijk?

Deze uitspraak laat zien dat het voor bedrijven van groot belang is om de cybersecurity op orde te hebben. Indien dit niet op orde is zal schadevergoeding betaald moeten worden aan de betrokkene in geval van een datalek. Bent u een essentiële of belangrijke entiteit die actief is in de sectoren die onder de NIS2-richtlijn vallen? Bijvoorbeeld een bedrijf in de financiële- of zorgsector dan wel een publiek instelling? Dan gelden binnenkort des te meer strenge regels voor cybersecurity. Ook brengt niet-naleving van de NIS2-richtlijn hoge boetes en reputatieschade met zich mee. Daarnaast wordt een inbreuk op de AVG sneller aangenomen indien u niet aan de NIS2-richtlijn voldoet. Wacht daarom niet langer met naleving! Wilt u meer weten over cybersecurity, de NIS2-richtlijn en hoe u deze boetes kunt voorkomen? Lees dit artikel en neem contact op met ons voor een vrijblijvend adviesgesprek. Wij navigeren u door het complexe landschap van NIS2-compliance. ECLI:NL:RBGEL:2023:5435 Jody Esveldt 1 [post_title] => Cybersecurity en datalekken: pas op voor schadevergoedingen en boetes [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => cybersecurity-en-datalekken-pas-op-voor-schadevergoedingen-en-boetes [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-11-13 16:48:05 [post_modified_gmt] => 2023-11-13 15:48:05 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=39797 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [5] => WP_Post Object ( [ID] => 39777 [post_author] => 16 [post_date] => 2023-11-13 14:41:58 [post_date_gmt] => 2023-11-13 13:41:58 [post_content] => Een patiënt heeft twee keer ingebroken in de praktijk van zijn huisarts en steekt de auto van de echtgenote van de huisarts in brand. De huisarts heeft hiervan aangifte gedaan. De patiënt stapt naar het Regionaal Tuchtcollege [RTC] en verwijt de huisarts dat hij zijn beroepsgeheim heeft geschonden bij het doen van de aangifte.

Het gebeuren

De huisarts was enkele dagen niet op de praktijk. De assistente was als enige op de praktijk om telefoontjes te beantwoorden en patiënten door te verwijzen naar de waarnemer. De patiënt wilde een TBC bloedonderzoek en de assistente verwees hem naar de waarnemer. Patiënt wilde niet naar de waarnemer. Hij liep zomaar door naar de spreekkamer van de huisarts. De assistente heeft hem overgehaald de praktijk te verlaten. ‘s-Nachts werd er ingebroken in de praktijk en brand gesticht. De assistente verdacht de betreffende patiënt. Het blijkt ook de klager geweest te zijn die heeft ingebroken en brand gesticht. Hij wordt  door de rechtbank strafrechtelijk veroordeeld voor die inbraken en de brandstichting. Hij krijgt een gevangenisstraf van 375 dagen en krijgt TBS opgelegd.

Aangifte door huisarts

De huisarts had aangifte gedaan van de inbraak en brandstichting. De huisarts vermeldde hierbij dat de klager vlak na de eerste inbraak en de brandstichting nog in de praktijk is geweest, omdat hij een TBC bloedonderzoek wilde en volgens de assistente toen verward overkwam.

Klacht door patiënt bij Tucht college

Patiënt/klager verwijt de huisarts dat bij de aangifte zonder zijn toestemming onnodig medische informatie aan de politie is verstrekt.

Verweer huisarts

De huisarts heeft het college verzocht de klacht ongegrond te verklaren. Al snel na de aangifte heeft de huisarts zich gerealiseerd dat hij beter niets over het TBC onderzoek had moeten vermelden en heeft de politie nog verzocht dit uit de aangifte te houden. De politie weigerde dit. Desondanks is de huisarts van mening dat hij met de mededeling van het TBC onderzoek nog geen medische informatie over de klager heeft verstrekt.

Oordeel Regionaal Tuchtcollege voor de Gezondheidszorg (RTG)

Het RTG beoordeelt of de huisarts zijn beroepsgeheim heeft geschonden en zo ja of hem dat tuchtrechtelijk verweten kan worden. Uitgangspunt bij deze beoordeling is de handreiking beroepsgeheim en politie/justitie uit het KNMG [Koninklijke Nederlandsche Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst]. Volgens deze handreiking mag een arts bij de aangifte tegen een patiënt geen medische informatie verstrekken over de verdachte patiënt en sowieso niet meer informatie verstrekken dan noodzakelijk. Het RTG is van mening dat de melding van het TBC onderzoek wel medische informatie betreft. En daarbij was het niet noodzakelijk om dit te melden bij de aangifte. De huisarts had wel mogen aangeven dat de klager voor een onderzoek kwam en daarbij een verwarde indruk op de assistente maakte, maar meer ook niet. De huisarts heeft zijn beroepsgeheim ten opzichte van de klager geschonden, aldus het RTG.

Maatregel door RTG

Het RTG legt echter geen maatregel op en overweegt in deze:
  • wat de huisarts is overkomen is zeer ingrijpend en traumatiserend geweest;
  • de huisarts heeft in die toestand een verklaring afgelegd;
  • de huisarts, echtgenote en assistente hebben nog steeds last van het gebeuren;
  • de huisarts heeft de volgende dag getracht zijn omissie te herstellen door de politie te verzoeken zijn aangifte aan te passen, maar tevergeefs.
De klacht is dus wel gegrond verklaard maar er wordt vanwege bovenstaande redenen geen maatregel opgelegd

Conclusie

Een hulpverlener kan aangifte doen tegen een patiënt bij een vermoeden van een strafbaar feit. Hierbij moet wel de handreiking in de KNMG worden gevolgd. Er mag bij aangifte niet meer gegevens verstrekt worden dan strikt noodzakelijk is. De naam en adresgegevens van de verdachte mogen vrijgegeven worden maar geen medische informatie. Er is immers ook dan een zorgrelatie waarvan het beroepsgeheim onderdeel uitmaakt. Gehele uitspraak. Edith de Koning [post_title] => Schending beroepsgeheim door aangifte tegen eigen patiënt? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => schending-beroepsgeheim-door-aangifte-tegen-eigen-patient [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-11-13 14:41:58 [post_modified_gmt] => 2023-11-13 13:41:58 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=39777 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [6] => WP_Post Object ( [ID] => 40765 [post_author] => 84 [post_date] => 2023-11-11 14:54:26 [post_date_gmt] => 2023-11-11 13:54:26 [post_content] => Zijn teksten, afbeeldingen en video's gecreëerd door kunstmatige intelligentie (AI) zoals Chat-GPT, Bing, DALL-E of Midjourney, écht origineel?  Volgens de Nederlandse auteurswet en de Europese auteursrichtlijn, is auteursrecht van toepassing op werken die origineel zijn en het persoonlijk stempel van de maker dragen. Maar wie is de 'maker' als het om AI gaat? Dit is een grijs gebied. AI-systemen kunnen niet als juridische entiteiten worden beschouwd, en zijn natuurlijk ook geen natuurlijke personen, wat betekent dat ze formeel geen auteursrecht kunnen claimen. Daarom kan de content die zij genereren in een juridisch vacuüm vallen.  Naast de juridische kant, zijn er ook ethische vragen. Is het eerlijk dat AI content genereert die lijkt op menselijke creaties zonder dezelfde inspanning? Dit kan leiden tot zorgen over devaluatie van menselijk creatief werk en mogelijke economische impact voor creatievelingen. 

Originaliteit en AI 

Originaliteit in het auteursrecht betekent dat een werk (bijv. jouw content) het resultaat moet zijn van creatieve keuzes en menselijke inspanningen, bovendien moet het werk een eigen karakter hebben. Originaliteit in AI-generatie is een complex begrip. Hoewel AI nieuwe inhoud kan creëren, is dit vaak gebaseerd op uitgebreide datasets van al bestaande werk, gemaakt door mensen. Betekent dit dat AI simpelweg 'kopieert' of kan het als een vorm van ‘creëren’ worden gezien? Oftewel, kan je de content via het auteursrecht beschermen?  In de praktijk betekent dit dat gebruikers van AI-gegenereerde content voorzichtig moeten zijn bij het opeisen van auteursrecht op AI-content. Het is mogelijk dat de door jou gegenereerde afbeelding of tekst door anderen wordt overgenomen zonder dat dit als inbreuk op jouw content wordt beschouwd. Aan de andere kant kan het ook problematisch zijn dat jouw gegenereerde content onbewust inbreuk maakt op het werk van anderen, als beschermde elementen van dat werk zijn overgenomen. In de praktijk zal het daarom altijd tot een afweging per geval leiden en is er (nog) geen algemene regel te stellen.  

Zwart-wit is het niet  

Het antwoord op de vraag over de originaliteit van AI-content is niet zwart-wit. Of de content gemaakt door AI juridisch beschermd kan worden is een dynamisch onderwerp dat nog volop in ontwikkeling is. Deze blog belicht slechts enkele van de vele aspecten. Heb je vragen, bedenkingen of wil je meer weten over de juridische en ethische aspecten van AI-content? Neem dan gerust contact met ons op! Wij staan klaar om je te helpen met juridisch advies.   Noa [post_title] => Hoe origineel is content die gemaakt is door AI? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => hoe-origineel-is-content-die-gemaakt-is-door-ai [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-01-11 15:26:05 [post_modified_gmt] => 2024-01-11 14:26:05 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=40765 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [7] => WP_Post Object ( [ID] => 39734 [post_author] => 71 [post_date] => 2023-11-10 09:06:41 [post_date_gmt] => 2023-11-10 08:06:41 [post_content] =>

Wetvoorstel ter verduidelijking van arbeidsrelaties

Momenteel ligt er een voorstel voor de “Wet verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden”. Dit voorstel bevat aanpassingen op de huidige Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (DBA) en is vooral bedoeld voor relaties waarbij het niet duidelijk is of er sprake is van een arbeidsovereenkomst of een overeenkomst van opdracht. Dit heeft onder andere te maken met de vraag of er wel of geen gezagsverhouding is, of er een langdurige relatie is, en hoe er wordt uitbetaald: per factuur of via een salarisstrook.

Gevolgen voor auteursrecht

De aanpassingen hebben niet alleen gevolgen voor arbeidsrechtelijke verhoudingen. Ook voor intellectuele eigendomsrechten zoals het auteursrecht kan een veranderende werkrelatie gevolgen hebben. Hoewel we het hier een wetsvoorstel betreft, zijn de onderstaande regels over wie auteursrechthebbende is hoe dan ook van toepassing. Fact Friday auteursrecht creatie 1

Arbeidsovereenkomst of overeenkomst van opdracht

Bij een opdrachtovereenkomst blijft de opdrachtnemer in beginsel de rechthebbende van de door hem of haar gecreëerde auteursrechtelijk beschermde werken. In een arbeidsovereenkomst, dus bij een maker die in loondienst werkzaam is, is dit precies omgekeerd. Dan is de werkgever in beginsel de auteursrechthebbende. Dit is belangrijk om te beseffen als je een relatie aangaat met een opdrachtgever/-nemer of werkgever/-nemer. Het heeft uiteraard ook gevolgen als je samen besluit om een arbeidsovereenkomst voor te stellen aan iemand die momenteel als zelfstandige voor je bedrijf werkt.

Uitzonderingen op de regel

Desalniettemin bestaan er uitzonderingen op deze regel. Je kan namelijk afwijken van bovengenoemde regels, mits die goed schriftelijk wordt vastgelegd. Mocht je hier vragen over hebben, neem dan gerust contact op met een van onze specialisten! Yvonne Vetjens [post_title] => De werkgever heeft het auteursrecht op de creatie van de werknemer [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => de-werkgever-heeft-het-auteursrecht-op-de-creatie-van-de-werknemer [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-11-10 09:06:41 [post_modified_gmt] => 2023-11-10 08:06:41 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=39734 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [8] => WP_Post Object ( [ID] => 39704 [post_author] => 73 [post_date] => 2023-11-09 08:56:54 [post_date_gmt] => 2023-11-09 07:56:54 [post_content] => De digitalisering in de zorg brengt veel voordelen met zich mee, maar ook risico's op het gebied van cybersecurity. Steeds meer medische apparaten, zoals MRI-scanners en infuuspompen, zijn namelijk verbonden met een netwerk en soms zelfs (direct) met het internet. Dit maakt ze kwetsbaar voor cyberaanvallen. Een succesvolle hack kan leiden tot onjuiste diagnoses, verkeerde behandelingen en zelfs direct levensgevaar voor patiënten. Ook kunnen gevoelige patiëntgegevens gestolen worden. Het is daarom van groot belang dat zorgmedewerkers, maar ook (software)ontwikkelaars en producenten zich bewust zijn van deze risico's en hoe ze hiermee om moeten gaan. In een eerder artikel schreven we al dat de zorgsector de meest gehackte sector van Nederland is.

Waarom zijn medische apparaten kwetsbaar?

Medische apparatuur is duur en wordt lang gebruikt. Uit het Cybersecurity Dreigingsbeeld en Adviesrapport 2023 van het Nederlandse Pinewood, specialist in cybersecurity, blijkt dat medische apparaten vaak verouderd zijn of verouderde software bevatten met zwakke plekken. De systemen zijn specifiek en op maat gemaakt, waardoor patches en updates ingewikkeld zijn. Veranderingen in de software kunnen onvoorziene gevolgen hebben omdat standaardtestprocedures mogelijk niet alle specifieke functies of interacties binnen het op maat gemaakte systeem dekken. Tevens is het moeilijk om de fysieke toegang tot apparaten te beperken, denk aan medische apparaten in openbare ruimtes waarbij snelle toegang in medische noodsituaties cruciaal is.

Wat zijn de risico’s?

Er zijn verschillende risico’s als er een cyberaanval plaatsvindt op een medisch apparaat:
  • Verkeerde diagnoses en behandelingen door gemanipuleerde meetgegevens.
  • Direct gevaar voor patiënten als apparaten worden uitgeschakeld of verkeerd worden ingesteld.
  • Diefstal van vertrouwelijke patiëntgegevens.
  • Mogelijkheid voor hackers om via de apparaten verder binnen te dringen in het ziekenhuisnetwerk.

NIS2

Met de aankomende NIS2-richtlijn worden hogere eisen gesteld aan risicoanalyses, preventieve maatregelen, beleid en security monitoring. Tevens verhoogt de richtlijn de aansprakelijkheid van organisaties in het geval ze het slachtoffer worden van cyberaanvallen. Bij nalatigheid kunnen zij onderworpen worden aan aanzienlijke boetes en andere sancties.

Hoe kan een zorginstelling bijdragen aan een betere beveiliging?

  • Wees terughoudend met het aansluiten van medische apparaten op het ziekenhuisnetwerk of internet, tenzij dit echt noodzakelijk is.
  • Laat, als het kan, periodiek kwetsbaarheidsscans uitvoeren op apparatuur om risico's in kaart te brengen.
  • Spreek collega's aan op onveilige omgang met medische apparaten en meld security-incidenten direct.
  • Stel interne richtlijnen op voor veilig gebruik van medische apparatuur.
  • Wees terughoudend met het delen van inloggegevens van apparaten en gebruik waar mogelijk sterke wachtwoorden.
  • Sta open voor bewustwordingstrainingen over het belang van cybersecurity.

Conclusie

In een periode waarin zorgorganisaties toenemend doelwit zijn van cyberaanvallen, is verbetering van de cybersecurity onmisbaar. Bij BG.legal adviseren we u graag over het navigeren in het continu evoluerende veld van zorg gerelateerde cybersecurity. Contacteer ons vandaag nog voor een eenmalige NIS2-complaince check en kom erachter hoe we de cyberweerbaarheid van uw zorginstelling kunnen vergroten. Voorkom boetes en reputatieschade en plan via onderstaande link een meeting in. Wij zijn er om u te helpen door het complexe landschap van NIS2-compliance te navigeren. Klik hier: Boek een meeting Frederick Droppert. [post_title] => Medische apparaten een groot risico voor de cybersecurity [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => medische-apparaten-een-groot-risico-voor-de-cybersecurity [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-11-09 09:04:55 [post_modified_gmt] => 2023-11-09 08:04:55 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=39704 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [9] => WP_Post Object ( [ID] => 39622 [post_author] => 73 [post_date] => 2023-11-06 13:24:43 [post_date_gmt] => 2023-11-06 12:24:43 [post_content] => Heeft een patiënt recht op een gratis afschrift van het medisch dossier op grond van de AVG? Deze vraag stond centraal in een uitspraak van het Hof van Justitie EU. In een eerder artikel gingen we al in op de vraag in hoeverre patiënten recht hebben op inzage in het medisch dossier. In dit artikel gaan we dieper in op de uitspraak en wat dit voor de zorgaanbieders in de praktijk betekent.

De achtergrond van het geschil: kosteloos verstrekken van medisch dossier door tandarts

Het geschil speelde zich af in Duitsland tussen een patiënt en zijn tandarts. Volgens de patiënt waren er fouten gemaakt in de tandheelkundige zorg van de patiënt. Om die reden vroeg de patiënt aan de tandarts om hem kosteloos een eerste kopie van zijn medisch dossier te verstrekken. De tandarts gaf aan dat zij het verzoek alleen zou inwilligen als de patiënt de kosten voor de verstrekking van de kopie van het medisch dossier zou betalen, zoals voorgeschreven door het Duitse nationale recht. Volgens de patiënt was dit in strijd met de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG). Een persoon heeft namelijk recht om te weten welke persoonsgegevens van hem worden verzameld. Hieruit vloeit ook voort dat een eerste kopie verplicht kosteloos beschikbaar wordt gesteld. De Duitse rechter merkte op dat het aansprakelijk stellen van een arts niet onder de doelstelling van de AVG (artikel 63) valt, dat is namelijk een persoon op de hoogte brengen van verwerking en het controleren van de rechtmatigheid daarvan. Tevens merkte de Duitse rechter op dat de Duitse nationale tariefregeling ter bescherming van de rechtmatige belangen van de zorgaanbieders was, om zo ongegronde verzoeken om kopieën te voorkomen. Als laatst merkt de rechter op dat de AVG ziet op een kopie van de persoonsgegevens die worden verstrekt, dit terwijl de patiënt het gehele medische dossier wenste. De Duitse rechter heeft vervolgens de behandeling geschorst en prejudiciële vragen gesteld aan het Hof van Justitie EU.

De prejudiciële vragen

  1. Moet de AVG (art. 12 lid 5 en artikel 15 lid 3) zo worden uitgelegd dat de behandelend arts (de verwerkingsverantwoordelijke) niet verplicht is om de patiënt kosteloos een eerste kopie te verstrekken, indien dit voor een ander doel is dan de controle van de rechtmatigheid van zijn persoonsgegevens, dat geen verband houdt met gegevensbescherming?
  2. Kan de kosteloze verstrekking van een kopie worden beperkt door een nationale bepaling die voor de AVG is vastgesteld? Zo ja, is het belang van vergoeding van de kosten een grond voor inperking van de reikwijdte van de rechten uit de AVG (artikel 23 lid 1 sub i)? Zo ja, vormt een nationale regeling, die stelt dat een arts altijd recht heeft op vergoeding van de kosten, een beperking van de rechten en verplichtingen uit de AVG?
  3. Indien voorgaande vragen negatief worden beantwoord, gaat het recht van verstrekken over alle delen van het medisch dossier, of enkel over het verstrekken van de persoonsgegevens zelf, waarbij de arts bepaalt hoe deze gegevens worden samengesteld?

Antwoord op vraag 1 – het doel van het kosteloos verstrekken van eerste kopie

Het Hof overweegt dat een patiënt het recht heeft om een eerste kopie van zijn medisch dossier te krijgen, zonder dat dit in beginsel kosten met zich meebrengt. De verwerkingsverantwoordelijke kan pas kosten in rekening brengen als de patiënt, na een eerste gratis kopie van zijn of haar gegevens te hebben ontvangen, opnieuw om dezelfde gegevens vraagt. De AVG meldt niet als voorwaarde dat personen een reden moeten geven voor hun verzoek om een eerste gratis kopie van de persoonsgegevens. De verwerkingsverantwoordelijke kan dus niet eisen dat de betrokkene zijn of haar verzoek tot inzage motiveert. Aangezien er geen motivatie vereist is voor het inzageverzoek, kan overweging 63 van de AVG niet zo worden geïnterpreteerd dat het verzoek moet worden afgewezen als het een ander doel dient dan het controleren van de gegevensverwerking en de rechtmatigheid ervan.

Antwoord op vraag 2 – beperking van het kosteloos verstrekken van eerste kopie

Het Hof heeft geoordeeld dat een beperking van de rechten uit artikel 15 AVG toegestaan kan zijn, mits deze beperking de essentie van de grondrechten en fundamentele vrijheden respecteert en een noodzakelijke en proportionele maatregel is in een democratische samenleving ter bescherming van de rechten en vrijheden van anderen. Simpelweg betekent dit dat zorgaanbieders bepaalde restricties kunnen stellen aan de toegang van patiënten tot hun eigen persoonsgegevens, zoals vermeld in artikel 15 AVG. Echter, deze restricties moeten zorgvuldig worden afgewogen en mogen niet de basisrechten van de patiënten aantasten. Ze moeten ook gerechtvaardigd en evenredig zijn met het doel om andere rechten en vrijheden te beschermen binnen een democratische samenleving. Het Hof merkte op dat de Duitse wetgeving bedoeld is om de economische belangen van behandelaars te beschermen, wat patiënten zou kunnen ontmoedigen om onnodig een kopie van hun medisch dossier aan te vragen. Het Hof stelde echter vast dat economische belangen niet worden beschouwd als "rechten en vrijheden van anderen" zoals bedoeld in artikel 23, lid 1, onder i), AVG. Concluderend betekent dit dat een nationale wet die de kosten van een eerste kopie van de verwerkte persoonsgegevens op de betrokkene afwentelt ter bescherming van de economische belangen van de verwerkingsverantwoordelijke, in strijd is met de AVG.

Antwoord op vraag 3 – alleen persoonsgegevens of geheel dossier

Het Hof oordeelt dat patiënten op grond van de AVG niet alleen recht hebben op een afschrift van persoonsgegevens maar ook het recht hebben om alle informatie in hun medisch dossier te zien. Dit bevat details zoals diagnoses, testresultaten en informatie over behandelingen. Het is belangrijk dat de informatie compleet, correct en makkelijk te begrijpen is. Soms kan een simpele samenvatting door de arts belangrijke details missen of verwarrend zijn. Daarom zegt het Hof dat patiënten recht hebben op een volledige kopie van hun medisch dossier om zeker te zijn dat alle informatie klopt en te begrijpen is.

Wat betekent dit voor de praktijk?

Het oordeel van het Hof van Justitie is in lijn met de Nederlandse wetgeving in de Wet op de Geneeskundige Behandelingsovereenkomst (WGBO). Indien een patiënt dus een eerste kopie vraagt van zijn medisch dossier mogen hier geen kosten voor in rekening worden gebracht. Het recht op inzage op grond van de AVG kan dus beperkt worden, maar niet om de economische belangen van een zorgaanbieder te beschermen. Indien een patiënt om meer dan één afschrift of als hij heel vaak om een afschrift vraagt, mag een redelijke vergoeding in rekening worden gebracht. In geval van buitensporige verzoeken mag het verzoek ook geweigerd worden. Let op, dit gaat alleen over de situatie dat een patiënt of een vertegenwoordiger van de patiënt om een afschrift vraagt. Als een derde partij informatie opvraagt via gerichte schriftelijke vragen, dan kan een zorgaanbieder daarvoor een NZa-tarief in rekening brengen. Heeft u vragen over het medisch dossier? Of de toepassing van de AVG op uw zorginstelling? Neem gerust contact op met een van onze medewerkers. Lees ook: Mag een hulpverlener medische info verstrekken aan derden? Jody Esveldt             [post_title] => Hof van Justitie EU werpt licht op kosteloze verstrekking medische dossiers [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => hof-van-justitie-eu-werpt-licht-op-kosteloze-verstrekking-medische-dossiers [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-11-06 13:24:43 [post_modified_gmt] => 2023-11-06 12:24:43 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=39622 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) ) [post_count] => 10 [current_post] => -1 [before_loop] => 1 [in_the_loop] => [post] => WP_Post Object ( [ID] => 39952 [post_author] => 60 [post_date] => 2023-11-23 10:41:04 [post_date_gmt] => 2023-11-23 09:41:04 [post_content] => Toegang tot een bankrekening is van essentieel belang om deel te kunnen nemen aan het economische verkeer. Uit artikel 4:71f Wft volgt dat op banken een verplichting rust om consumenten een betaalrekening aan te bieden. Er is echter geen wettelijke regel die banken verplicht om een zakelijke betaalrekening te verstrekken aan niet-consumenten. Het staat banken daardoor in principe vrij om een zakelijke cliënt te weigeren op grond van de contractsvrijheid. Een zakelijke bankrekening is ook voor ondernemers echter essentieel om deel te kunnen nemen aan het betalingsverkeer. Uit het ‘Yin Yang’-arrest van de Hoge Raad in 2021 volgt dat banken daardoor onder bijzondere omstandigheden toch verplicht kunnen worden om een zakelijke bankrekening aan te bieden. Eerder schreven wij hierover al deze blog. De belangenafweging uit het ‘Yin Yang’-arrest is de afgelopen twee jaar al een aantal keer door rechters toegepast. In dit artikel worden deze uitspraken nader toegelicht.

‘Yin Yang’-arrest

In 2021 oordeelde de hoge raad in het 'Yin Yang'-arrest dat de verplichting die voortvloeit uit artikel 4:71f Wft onder bepaalde omstandigheden ook kan gelden ten aanzien van niet-consumenten. In beginsel kunnen banken een gerechtvaardigd belang hebben om zakelijke cliënten te weigeren met een beroep op hun contractsvrijheid. Zonder zakelijke betaalrekening wordt het bestaansrecht van een onderneming echter in gevaar gebracht. Aan de hand van de omstandigheden van het geval dient daardoor te worden bekeken of het gerechtvaardigde belang van banken daadwerkelijk in de weg staat aan een verplichting tot het aanbieden van een betaalrekening. De rechter moet hierbij een belangenafweging maken en kijken of het belang van de ondernemer bij het openen van een bankrekening zwaarder weegt dan het belang van de bank om geen bankrekening aan te bieden.

Recente jurisprudentie

In 2022 had een ondernemer met een aantal BV’s bij veertien banken geprobeerd om een zakelijke betaalrekening te openen. Zijn verzoek was door elke bank afgewezen, waaronder door de ING. De ondernemer bankierde privé bij de ING en had daar ook een betaalrekening voor één van zijn andere BV’s. Het hof oordeelde dat de contractsvrijheid van ING beperkt kon worden doordat de bank op grond van haar maatschappelijke positie ook ten aanzien van zakelijke consumenten de verplichting kon hebben om een betaalrekening aan te bieden, zoals volgde uit het ‘Yin Yang’-arrest. Volgens de rechter woog het belang van de ondernemer om een betaalrekening te openen in dit geval zwaarder dan het belang van de ING. Doordat bij veertien banken een aanvraag voor een betaalrekening was ingediend, was voldoende duidelijk gemaakt dat deelname van het maatschappelijke verkeer voor de vennootschap van de ondernemer echt was uitgesloten. Hierdoor kon de ING verplicht worden om een zakelijke bankrekening te verstrekken. Eerder dit jaar oordeelde de rechtbank in een geschil tussen Triodos bank en een zakelijke cliënt. Triodos weigerde een onderneemster een zakelijke rekening te verstrekken, omdat zij niet aan de acceptatiecriteria voldeed. De aandeelhouder van de onderneming had een belang in de sector zakelijk vastgoed en Triodos accepteerde dit soort ondernemingen niet. De rechtbank beantwoordde de vraag of Triodos kon worden verplicht om een betaalrekening te openen aan de hand van de maatstaf uit het ‘Yin Yang’-arrest. De onderneemster had wel een duidelijk en zwaarwegend belang om een betaalrekening te hebben, maar werd bij Triodos uitgesloten door de acceptatiecriteria die de bank hanteerde op basis van haar missie. Bij andere banken kon zij waarschijnlijk wel gewoon een betaalrekening openen, Triodos werd daarom niet verplicht om een zakelijke bankrekening te verstrekken. De rechter stelde hierbij dat de belangenafweging waarschijnlijk anders uitgepakt had als alle Nederlandse banken de onderneemster uit zouden sluiten. Daarnaast oordeelde de rechter eerder dit jaar ook in een geschil tussen een bouwbedrijf en ABN AMRO. De bank had de rekening van het bouwbedrijf geblokkeerd wegens een fraudeonderzoek. Kort daarna had ABN AMRO de relatie met het bouwbedrijf opgezegd op grond van artikel 35 van de Algemene Bankvoorwaarden. Het bouwbedrijf vorderde bij de rechter om ABN AMRO te veroordelen om alsnog een bankrekening ter beschikking te stellen. De rechter maakte een belangenafweging en die viel uit in het nadeel van het bouwbedrijf. Het vertrouwen van ABN AMRO was ernstig geschaad en de risico’s voor hervatting van de relatie met het bouwbedrijf waren groot en evident. Tegenover dit zwaarwegende belang kon hervatting met de ABN AMRO niet opwegen. Daarnaast bleek ter zitting ook dat het bouwbedrijf elders een rekening had geopend, waardoor zij alsnog toegang had tot het betalingsverkeer. Dat het bouwbedrijf liever bij ABN AMRO bankierde, hoefde hierbij niet mee te wegen.

Conclusie

De uitspraak uit het ‘Yin Yang’-arrest maakt het voor bedrijven mogelijk onder omstandigheden een bank te dwingen een zakelijke betaalrekening te openen. Toch is de uitkomst van dit arrest geen vrijbrief en zeker geen hosanna. Rechters maken op basis van het arrest een belangenafweging om te bekijken hoe het gerechtvaardigde belang van banken om een zakelijke rekening te weigeren, zich verhoudt tot een verplichting tot het aanbieden van een betaalrekening aan zakelijke cliënten. Uit recente jurisprudentie volgt dat de bank hiertoe vrijwel alleen maar gedwongen kan worden als de ondernemer aan kan tonen dat het bij geen enkele bank, althans niet bij de systeembanken, mogelijk is een zakelijke rekening te openen. In dat geval wordt deelname aan het betalingsverkeer volledig uitgesloten en zal de rechter een bank kunnen verplichten om alsnog een zakelijke rekening te verschaffen. Als dit niet aangetoond kan worden, is de kans groot dat de belangenafweging uitvalt in het voordeel van de bank. Banken kunnen zich in dat geval beroepen op hun contractsvrijheid en de zakelijke cliënt weigeren. Heeft u nog vragen? Neem dan contact op met één van onze specialisten van de afdeling Ondernemingsrecht. Karlijn van der Meule nieuw 1 [post_title] => Onder welke omstandigheden zijn banken verplicht om een zakelijke rekening te openen? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => onder-welke-omstandigheden-zijn-banken-verplicht-om-een-zakelijke-rekening-te-openen [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-11-23 10:41:04 [post_modified_gmt] => 2023-11-23 09:41:04 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=39952 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [comment_count] => 0 [current_comment] => -1 [found_posts] => 1300 [max_num_pages] => 130 [max_num_comment_pages] => 0 [is_single] => [is_preview] => [is_page] => [is_archive] => 1 [is_date] => [is_year] => [is_month] => [is_day] => [is_time] => [is_author] => [is_category] => [is_tag] => [is_tax] => 1 [is_search] => [is_feed] => [is_comment_feed] => [is_trackback] => [is_home] => [is_privacy_policy] => [is_404] => [is_embed] => [is_paged] => 1 [is_admin] => [is_attachment] => [is_singular] => [is_robots] => [is_favicon] => [is_posts_page] => [is_post_type_archive] => [query_vars_hash:WP_Query:private] => 237f7d8208772a5ad3fd861c0114c28e [query_vars_changed:WP_Query:private] => [thumbnails_cached] => [allow_query_attachment_by_filename:protected] => [stopwords:WP_Query:private] => [compat_fields:WP_Query:private] => Array ( [0] => query_vars_hash [1] => query_vars_changed ) [compat_methods:WP_Query:private] => Array ( [0] => init_query_flags [1] => parse_tax_query ) [tribe_is_event] => [tribe_is_multi_posttype] => [tribe_is_event_category] => [tribe_is_event_venue] => [tribe_is_event_organizer] => [tribe_is_event_query] => [tribe_is_past] => [tribe_controller] => Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller Object ( [filtering_query:Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller:private] => WP_Query Object *RECURSION* ) )
Toegang tot een bankrekening is van essentieel belang om deel te kunnen nemen aan het economische verkeer. Uit artikel 4:71f Wft volgt dat op banken een verplichting rust om consumenten...
Lees meer
Een pittig beoordelingsgesprek, een onenigheid met werkgever of een andere vervelende werksituatie leidt veelal tot ziekte van een werknemer. Zo'n ziekmelding brengt werkgever vaak in een lastig parket. Er kunnen...
Lees meer
Dit ‘weetje’ is overigens niets nieuws maar van voldoende belang om nog maar eens te benadrukken. Dit naar aanleiding van een uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Zeeland-West-Brabant van...
Lees meer
In de dynamische wereld van innovatie en ondernemerschap is het beschermen van intellectueel eigendom essentieel voor het behouden van een concurrentievoordeel. Octrooirecht biedt bedrijven de mogelijkheid om hun unieke ideeën...
Lees meer
De nieuwe Europese NIS2-richtlijn verplicht bedrijven om passende cybersecurity maatregelen te nemen. Een recente rechterlijke uitspraak over een datalek bij een hogeschool laat zien wat de gevolgen kunnen zijn als...
Lees meer
Een patiënt heeft twee keer ingebroken in de praktijk van zijn huisarts en steekt de auto van de echtgenote van de huisarts in brand. De huisarts heeft hiervan aangifte gedaan....
Lees meer
Zijn teksten, afbeeldingen en video's gecreëerd door kunstmatige intelligentie (AI) zoals Chat-GPT, Bing, DALL-E of Midjourney, écht origineel?  Volgens de Nederlandse auteurswet en de Europese auteursrichtlijn, is auteursrecht van toepassing...
Lees meer
Wetvoorstel ter verduidelijking van arbeidsrelaties Momenteel ligt er een voorstel voor de “Wet verduidelijking beoordeling arbeidsrelaties en rechtsvermoeden”. Dit voorstel bevat aanpassingen op de huidige Wet Deregulering Beoordeling Arbeidsrelaties (DBA)...
Lees meer
De digitalisering in de zorg brengt veel voordelen met zich mee, maar ook risico's op het gebied van cybersecurity. Steeds meer medische apparaten, zoals MRI-scanners en infuuspompen, zijn namelijk verbonden...
Lees meer
Heeft een patiënt recht op een gratis afschrift van het medisch dossier op grond van de AVG? Deze vraag stond centraal in een uitspraak van het Hof van Justitie EU....
Lees meer