Blog van medewerkers

WP_Query Object
(
    [query] => Array
        (
            [paged] => 7
            [news-type] => blog
        )

    [query_vars] => Array
        (
            [paged] => 7
            [news-type] => blog
            [error] => 
            [m] => 
            [p] => 0
            [post_parent] => 
            [subpost] => 
            [subpost_id] => 
            [attachment] => 
            [attachment_id] => 0
            [name] => 
            [pagename] => 
            [page_id] => 0
            [second] => 
            [minute] => 
            [hour] => 
            [day] => 0
            [monthnum] => 0
            [year] => 0
            [w] => 0
            [category_name] => 
            [tag] => 
            [cat] => 
            [tag_id] => 
            [author] => 
            [author_name] => 
            [feed] => 
            [tb] => 
            [meta_key] => 
            [meta_value] => 
            [preview] => 
            [s] => 
            [sentence] => 
            [title] => 
            [fields] => 
            [menu_order] => 
            [embed] => 
            [category__in] => Array
                (
                )

            [category__not_in] => Array
                (
                )

            [category__and] => Array
                (
                )

            [post__in] => Array
                (
                )

            [post__not_in] => Array
                (
                )

            [post_name__in] => Array
                (
                )

            [tag__in] => Array
                (
                )

            [tag__not_in] => Array
                (
                )

            [tag__and] => Array
                (
                )

            [tag_slug__in] => Array
                (
                )

            [tag_slug__and] => Array
                (
                )

            [post_parent__in] => Array
                (
                )

            [post_parent__not_in] => Array
                (
                )

            [author__in] => Array
                (
                )

            [author__not_in] => Array
                (
                )

            [search_columns] => Array
                (
                )

            [ignore_sticky_posts] => 
            [suppress_filters] => 
            [cache_results] => 1
            [update_post_term_cache] => 1
            [update_menu_item_cache] => 
            [lazy_load_term_meta] => 1
            [update_post_meta_cache] => 1
            [post_type] => 
            [posts_per_page] => 10
            [nopaging] => 
            [comments_per_page] => 50
            [no_found_rows] => 
            [taxonomy] => news-type
            [term] => blog
            [order] => DESC
        )

    [tax_query] => WP_Tax_Query Object
        (
            [queries] => Array
                (
                    [0] => Array
                        (
                            [taxonomy] => news-type
                            [terms] => Array
                                (
                                    [0] => blog
                                )

                            [field] => slug
                            [operator] => IN
                            [include_children] => 1
                        )

                )

            [relation] => AND
            [table_aliases:protected] => Array
                (
                    [0] => wp_term_relationships
                )

            [queried_terms] => Array
                (
                    [news-type] => Array
                        (
                            [terms] => Array
                                (
                                    [0] => blog
                                )

                            [field] => slug
                        )

                )

            [primary_table] => wp_posts
            [primary_id_column] => ID
        )

    [meta_query] => WP_Meta_Query Object
        (
            [queries] => Array
                (
                )

            [relation] => 
            [meta_table] => 
            [meta_id_column] => 
            [primary_table] => 
            [primary_id_column] => 
            [table_aliases:protected] => Array
                (
                )

            [clauses:protected] => Array
                (
                )

            [has_or_relation:protected] => 
        )

    [date_query] => 
    [queried_object] => WP_Term Object
        (
            [term_id] => 56
            [name] => Blog van medewerkers
            [slug] => blog
            [term_group] => 0
            [term_taxonomy_id] => 56
            [taxonomy] => news-type
            [description] => 
            [parent] => 0
            [count] => 1312
            [filter] => raw
        )

    [queried_object_id] => 56
    [request] => SELECT SQL_CALC_FOUND_ROWS  wp_posts.ID
					 FROM wp_posts  LEFT JOIN wp_term_relationships ON (wp_posts.ID = wp_term_relationships.object_id) LEFT  JOIN wp_icl_translations wpml_translations
							ON wp_posts.ID = wpml_translations.element_id
								AND wpml_translations.element_type = CONCAT('post_', wp_posts.post_type) 
					 WHERE 1=1  AND ( 
  wp_term_relationships.term_taxonomy_id IN (56)
) AND ((wp_posts.post_type = 'post' AND (wp_posts.post_status = 'publish' OR wp_posts.post_status = 'acf-disabled' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-success' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-failed' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-schedule' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-pending' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-draft'))) AND ( ( ( wpml_translations.language_code = 'nl' OR (
					wpml_translations.language_code = 'nl'
					AND wp_posts.post_type IN ( 'attachment' )
					AND ( ( 
			( SELECT COUNT(element_id)
			  FROM wp_icl_translations
			  WHERE trid = wpml_translations.trid
			  AND language_code = 'nl'
			) = 0
			 ) OR ( 
			( SELECT COUNT(element_id)
				FROM wp_icl_translations t2
				JOIN wp_posts p ON p.id = t2.element_id
				WHERE t2.trid = wpml_translations.trid
				AND t2.language_code = 'nl'
                AND (
                    p.post_status = 'publish' OR p.post_status = 'private' OR 
                    ( p.post_type='attachment' AND p.post_status = 'inherit' )
                )
			) = 0 ) ) 
				) ) AND wp_posts.post_type  IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' )  ) OR wp_posts.post_type  NOT  IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' )  )
					 GROUP BY wp_posts.ID
					 ORDER BY wp_posts.menu_order, wp_posts.post_date DESC
					 LIMIT 60, 10
    [posts] => Array
        (
            [0] => WP_Post Object
                (
                    [ID] => 40713
                    [post_author] => 86
                    [post_date] => 2024-01-10 16:30:49
                    [post_date_gmt] => 2024-01-10 15:30:49
                    [post_content] => Bij het aanvragen van een octrooi voor een uitvinding moet de uitvinder worden aangewezen. Traditioneel was de enige uitvinder een natuurlijk persoon, en dus was het vanzelfsprekend om zo'n natuurlijk persoon als uitvinder aan te wijzen. Met de voortgang van kunstmatige intelligentie ("AI") en AI die steeds meer een essentieel hulpmiddel wordt in de ontwikkeling van uitvindingen, rees de vraag of AI al dan niet als uitvinder kan worden vermeld. Over het antwoord op deze vraag laat het Verenigd Koninkrijk geen twijfel bestaan - het is een duidelijke nee.

De beslissende zaak - Achtergrond

In een recente Britse zaak van Thaler v Comptroller lag de focus op twee octrooiaanvragen. De aanvrager daarvan, Dr. Stephen Thaler ("Thaler"), wees zijn AI-machine genaamd DABUS aan als de autonome uitvinder van de geoctrooieerde uitvindingen. De geoctrooieerde uitvindingen waren respectievelijk een voedselcontainer en een waarschuwingslicht. Omdat de aanvrager niet dezelfde was als de uitvinder, moest Thaler aangeven hoe hij de rechten van DABUS had verkregen om octrooiaanvragen in te dienen. Hij verklaarde dat hij door eigenaarschap van de machine de rechten op de uitvindingen had verkregen.

Beslissing

In eerste instantie werden de octrooiaanvragen om twee redenen afgewezen. Ten eerste kon AI niet worden beschouwd als een natuurlijk persoon zoals vereist in de Octrooiwet. Ten tweede is louter eigenaarschap van een machine niet voldoende om eigendom te verwerven van de creaties van de machine. Op basis van deze redenen werden de octrooiaanvragen geacht te zijn ingetrokken. Duidelijk niet tevreden hiermee, ging Thaler in hoger beroep en kwam uiteindelijk bij de Hoge Raad (Supreme Court) uit. Hier oordeelde de Hoge Raad dat AI geen uitvinder kan zijn in een octrooiaanvraag. Deze beslissing volgt in de voetsporen van beslissingen van de Europese, Amerikaanse en Australische rechtbanken in overeenkomstige rechtszaken van Thaler.

Reden voor de beslissing

Bij het nemen van deze beslissing overwoog de Raad drie vragen, namelijk:
  1. Wat is de reikwijdte en betekenis van de term "uitvinder" zoals vermeld in de Octrooiwet?
  2. Was Thaler feitelijk de eigenaar van een uitvinding gemaakt door DABUS en dus gerechtigd om een octrooiaanvraag in te dienen?
  3. Was het juist om te concluderen dat de aanvragen moesten worden ingetrokken?
Op de eerste vraag oordeelde de Raad dat volgens de wet een uitvinder een natuurlijk persoon moet zijn. Dus, bij gebrek aan de menselijke aard van DABUS, kon DABUS niet worden aangewezen als uitvinder van de in de octrooiaanvragen beschreven uitvindingen. Op de tweede vraag oordeelde de Raad dat het louter feit dat Thaler eigenaar is van DABUS, hem niet het recht geeft op eigendom van diens creaties. Daarom was Thaler niet de eigenaar van de uitvinding en had hij dus geen recht om de octrooiaanvragen in te dienen. Op de derde vraag oordeelde de Raad dat de octrooiaanvragen niet voldeden aan de formele eisen voor een octrooiaanvraag omdat, zoals hierboven uiteengezet, geen uitvinder of gerechtigde aanvrager was aangewezen. Dus bevestigde de rechtbank dat het inderdaad correct was om de octrooiaanvragen in te trekken.

Effect van de beslissing op onderzoeks- en ontwikkelingsorganisaties

Deze beslissing zal een grote invloed hebben op sectoren die sterk afhankelijk zijn van octrooiaanvragen, zoals life sciences en farmaceutica. Deze beslissing bevestigt dat uitvindingen die autonoom zijn gecreëerd met behulp van AI geen aanspraak zullen kunnen maken op octrooibescherming, wat deze sectoren mogelijk berooft van aanzienlijke inkomsten. Bijgevolg zullen deze sectoren hun benaderingen van de integratie van AI in hun onderzoeks- en ontwikkelingsfasen moeten heroverwegen. Bij een dergelijke heroverweging moeten strategische maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat AI nooit de autonome uitvinder zal zijn van enige uitvinding. Om dit te bereiken, moet menselijke betrokkenheid naast AI gedurende het ontwikkelingsproces van de uitvinding worden gehandhaafd. Samenwerking tussen menselijke uitvinders en AI-technologieën is cruciaal om een natuurlijk persoon als uitvinder aan te wijzen. Bijgevolg zullen sectoren in aanmerking komen om octrooiaanvragen in te dienen voor uitvindingen waarbij AI tijdens de ontwikkeling ervan is gebruikt. Hierbij de Engelse versie. Magdaleen Jooste 3 [post_title] => AI als uitvinder in een octrooi? Nee. [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => ai-als-uitvinder-in-een-octrooi-nee [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-01-10 16:30:49 [post_modified_gmt] => 2024-01-10 15:30:49 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=40713 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [1] => WP_Post Object ( [ID] => 40655 [post_author] => 68 [post_date] => 2024-01-10 09:24:38 [post_date_gmt] => 2024-01-10 08:24:38 [post_content] => Sinds 1 februari 2023 is in Nederland de Code voor Duurzaamheidsreclame (CDR) van kracht. In de CDR worden specifieke regels vermeld waar reclame aan moet voldoen op het moment dat daarin duurzaamheidsclaims zijn opgenomen. Destijds schreven we al een blog over enkele vuistregels die je kan gebruiken wanneer je van plan bent duurzaamheidsclaims te maken. Eén van de branches waarin men druk bezig is om te verduurzamen, is de modebranche. Zo wordt bijvoorbeeld ook in de Europese Unie flink ingezet op een meer duurzame textielconsumptie. Het is dan ook niet vreemd dat verschillende fashionbedrijven graag in reclame-uitingen vermelden dat zij zich actief bezighouden met verduurzaming. Toch blijkt het in de praktijk nog niet altijd even goed te gaan. Waar eerder de H&M al gewaarschuwd is door de Autoriteit Consument & Markt, is er ditmaal bij de Reclame Code Commissie een klacht ingediend over verschillende duurzaamheidsclaims die de fast-fashion gigant Primark heeft gebruikt. In deze blog lees je om welke uitingen het gaat, en tot welk oordeel de Commissie van Beroep (CvB) in beroep is gekomen.

Feiten

In deze kwestie gaat het om een vijftal posters van  Primark Nederland die volgens de klaagster in kwestie misleidend zouden zijn. Het gaat om de volgende uitingen:
  1. "De CO2-uitstoot met 50% verminderen. Zodat de planeet vrij kan ademhalen."
  2. "Biologisch, gerecycled, duurzaam en betaalbaar katoen."
  3. "Geen wegwerpplastic meer. Voor onze enige planeet."
  4. "Opleidingen voor gelijkheid. Kansen voor iedereen."
  5. "We maken onze kleding circulair. Zodat de wereld blijft draaien."
Bij iedere uiting wordt in kleine letters vermeld welke doelstelling wordt gehanteerd, en wanneer deze doelstelling door Primark bereikt zal worden. De uitingen zouden worden gepresenteerd als een (absolute) duurzaamheidsclaim, terwijl het in werkelijkheid nu nog enkel toekomstplannen en duurzaamheidsambities zijn. Daarmee zouden uitingen 1 t/m 4 in strijd zijn met artikel 3.2 CDR. Ten aanzien van uiting 5 zou het onvoldoende duidelijk zijn of het gestelde hergebruik in voldoende mate wordt gerealiseerd, zoals vereist is volgens artikel 9 CDR.

Oordeel Commissie van Beroep

Nadat de Reclame Code Commissie eerder Primark in het ongelijk heeft gesteld, besloot Primark in beroep te gaan. Echter, ook het CvB achtte dat de uitingen in strijd waren met de CDR. Het CvB is van oordeel dat alle uitingen op de posters in strijd zijn met artikel 3.2, omdat onvoldoende duidelijk wordt gemaakt dat het enkel gaat om een duurzaamheidsambitie, en niet om de huidige situatie. Bij uiting 1 merkt het CvB op dat de consument dergelijk absolute claim zodanig kan interpreteren dat deze in ieder geval wordt waargemaakt. Dit kan Primark echter, op basis van de op dit moment beschikbare gegevens, nog niet zeggen. Ten aanzien van uitingen 2 t/m 5 bestaat er een kans dat de gemiddelde consument in Primarkwinkels de uiting niet correct interpreteert. Dit heeft vooral te maken met het gebruik van de kleine letters in combinatie met een claim die juist prominent wordt gepresenteerd op de poster. Daarnaast komt het CvB ook in haar eindoordeel tot de conclusie dat uitingen 2 en 5 ook in strijd zijn met artikel 3.1 CDR. Het is namelijk niet voldoende duidelijk welke specifieke invulling Primark toekent aan de begrippen "Biologisch, gerecycled, duurzaam en betaalbaar katoen" en “circulair”. CvB sluit zich dus uiteindelijk aan bij het oordeel van de Reclame Code Commissie, die al eerder de aanbeveling deed aan Primark om niet meer op een dergelijke wijze reclame te maken.

Conclusie

Als ondernemer wil je natuurlijk aan je consument kenbaar maken dat jij duurzaamheid hoog in het vaandel hebt. Desalniettemin is het wel belangrijk dat dit soort uitingen voldoen aan de CDR en natuurlijk ook aan de reguliere Nederlandse Reclamecode. Heeft u vragen over een bepaalde reclame-uiting of over het reclamerecht in het algemeen? Neem contact op met één van onze specialisten! Britt van den Branden nieuw [post_title] => Duurzaamheidsclaims van Primark ook in beroep als misleidend beoordeeld [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => duurzaamheidsclaims-van-primark-ook-in-beroep-als-misleidend-beoordeeld [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-01-10 10:35:20 [post_modified_gmt] => 2024-01-10 09:35:20 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=40655 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [2] => WP_Post Object ( [ID] => 40650 [post_author] => 65 [post_date] => 2024-01-05 14:57:45 [post_date_gmt] => 2024-01-05 13:57:45 [post_content] => Je bent bekend en je wil je eigen gezicht beschermen als merk. Kan dat zomaar? Om je gezicht als merk te beschermen zal je moeten voldoen aan de voorwaarden die daarvoor gelden. Een merk dient onderscheidend vermogen te hebben ten opzichte van de waren of diensten waarvoor het wordt aangevraagd. Onlangs heeft RTL al bericht over het feit dat de merkaanvraag van Jan Smit is afgewezen. Het betreft een portretfoto van zichzelf. Het Europese Bureau voor Intellectueel Eigendom (EUIPO) heeft deze aanvraag geweigerd. Jan Smit is echter niet de eerste geweest die er niet in is geslaagd om zijn portret als merk te registreren. De Europese merkaanvragen van supermodel Doutzen Kroes en influencer Mikky Kiemeney (vriendin van voetballer Frenkie de Jong) zijn Jan Smit voorgegaan. Ook de internationale bekendheid van Doutzen Kroes heeft er niet aan bijgedragen om het EUIPO anders te laten oordelen. De BN’ers kunnen nog in beroep tegen de uitspraak van het EUIPO. In beroep is het mogelijk dat de portretten toch als merk worden geregistreerd. Dit is het Nederlandse topmodel Maartje Verhoef namelijk wel gelukt. In het geval van Maartje Verhoef is geoordeeld dat het onderscheidend vermogen van een portret moeilijker is vast te stellen, maar niet uitgesloten is, indien  dit portret daadwerkelijk een herkomstfunctie kan vervullen. Dit is het geval indien het publiek met het merk de waren en/of diensten kan onderscheidend met die van andere ondernemingen. Het Kamer van Beroep oordeelt in dit geval in het voordeel van Maartje Verhoef wat heeft geresulteerd in een geregistreerd merk van het portret van Maartje Verhoef. Kortom, het is vooraf niet uit te sluiten dat een portret niet als merk geregistreerd kan worden. Vragen over het merkenrecht? Neem dan contact op met een van onze specialisten. Mustafa Kahya nieuw 1 [post_title] => Portret Jan Smit en Doutzen Kroes missen onderscheidend vermogen [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => portret-jan-smit-en-doutzen-kroes-missen-onderscheidend-vermogen [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-01-05 14:57:45 [post_modified_gmt] => 2024-01-05 13:57:45 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=40650 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [3] => WP_Post Object ( [ID] => 40770 [post_author] => 71 [post_date] => 2024-01-05 14:26:22 [post_date_gmt] => 2024-01-05 13:26:22 [post_content] => Opvallend: Waar de VS en de EU neigen naar het níet toekennen van auteursrecht aan door kunstmatige intelligentie gemaakt werkt, doet China dat in een recente rechtspraak wèl! Het Bejing Internet Court (hierna: ‘BIC') deed vorige week uitspraak in een auteursrechtzaak. Het betreft een man (de eiser in deze zaak) die met behulp van Stable Diffusion (AI) een afbeelding maakt. Een vrouw (de gedaagde) gebruikt deze afbeelding vervolgens zonder toestemming van de eiser op haar website. De rechtbank oordeelde dat de met AI gemaakt afbeelding auteursrechtelijk beschermd is. Dat is zeer interessant. De tendens in de Westerse wereld is namelijk dat (alleen) met AI gemaakte afbeeldingen niet beschermd zijn. Argumenten die worden aangedragen door het BIC zijn (onder andere):
  • De eiser is als maker bij het ontstaan van de afbeelding betrokken geweest en heeft daarvoor bepaalde keuzes gemaakt;
  • De rechtbank lijkt ook te zijn meegegaan in de redenering van de eiser dat het maken van normale foto’s (die auteursrechtelijk beschermd kunnen zijn) tegenwoordig vaak eenvoudiger is dan het maken van een AI-afbeeldingen. Een camera kun je soms zo instellen dat je letterlijk alleen op een knop hoeft te drukken om de gewenste afbeelding te krijgen, terwijl de eiser zegt voor de AI-afbeelding verschillende beschrijvingen en parameters gebruikt te hebben.
De uitspraak past in de lijn van de Chinese overheid, die AI in het bedrijfsleven promoot. Wel is het zo dat men nog in hoger beroep kan gaan tegen deze uitspraak en dat deze uitspraak niet voor álle toekomstige rechtszaken over AI zal gelden. Hoe dan ook is dit een interessant nieuw hoofdstuk in de discussie over AI en auteursrecht. Yvonne Vetjens [post_title] => In China is met AI gegenereerd werk wèl beschermd door auteursrecht [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => in-china-is-met-ai-gegenereerd-werk-wel-beschermd-door-auteursrecht [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-01-11 15:51:42 [post_modified_gmt] => 2024-01-11 14:51:42 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=40770 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [4] => WP_Post Object ( [ID] => 40636 [post_author] => 71 [post_date] => 2024-01-05 10:54:14 [post_date_gmt] => 2024-01-05 09:54:14 [post_content] =>

Publiek domein

Ieder jaar komt er weer een lijstje voorbij van bekende werken waarop het auteursrecht vervalt. In Nederland vervalt het auteursrecht op een werk zeventig jaar na de dood van de maker, te rekenen van 1 januari in het jaar volgend op de dood van de maker. In sommige landen is dit een langere of kortere termijn. Zo gaat het in dit artikel over Amerikaans recht, dat zegt dat auteursrecht (copyright) na 95 jaar vervalt. Dit werk komt vervolgens in het publiek domein terecht.

Mickey en Minnie Mouse

Dit jaar komt er wel een heel bekend voorbeeld voorbij: het auteursrecht op Mickey Mouse en Minnie Mouse zal namelijk per 1 januari 2024 vervallen. Betekent dat je nu met Mickey kan doen wat je wilt en dat Disney het nakijken heeft?

Auteursrecht

Alleen de eerste versies van Mickey en Minnie Mouse zullen in het publieke domein komen. Dit betreft de oude zwartwit-versies van Mickey en Minnie uit de Disney-cartoon “Willy the Stoamboat” uit 1928. Hierop rust geen auteursrecht meer en daarmee vervalt ook het auteursrecht op Mickey en Minnie, die voor het eerst in deze tekenfilm verschenen. Door de jaren heen zijn Mickey en Minnie behoorlijk veranderd. Ze hebben kleur gekregen en de manier waarop ze worden weergegeven is veranderd, zowel hun lijf als hun kleding. Deze latere versies zijn ook auteursrechtelijk beschermd en dit auteursrecht is nog niet vervallen. De latere versies kun je dus (nog) niet gebruiken.

Merkenrecht

Dan is er nog het merkenrecht. Walt Disney heeft Mickey en Minnie ook als merken geregistreerd. Dit betekent dat Walt Disney toch eenieder kan verbieden om het geregistreerd Mickey Mouse merk te gebruiken zonder daarvoor toestemming te hebben verkregen. Heb je toch twijfels of je deze figuurtjes of andere werken mag gebruiken? Neem contact met ons op! Yvonne Vetjens [post_title] => Mag je vanaf 1 januari met Mickey Mouse doen wat je wil? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => mag-je-vanaf-1-januari-met-mickey-mouse-doen-wat-je-wil [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-01-05 10:57:26 [post_modified_gmt] => 2024-01-05 09:57:26 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=40636 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [5] => WP_Post Object ( [ID] => 40619 [post_author] => 86 [post_date] => 2024-01-05 09:28:12 [post_date_gmt] => 2024-01-05 08:28:12 [post_content] => Wat een vreemde uitspraak zou je kunnen denken. Verleent een octrooi de houder ervan niet het exclusieve recht om de geoctrooieerde uitvinding te gebruiken? Dit is helaas een misvatting die vaak leidt tot inbreuk op octrooien van derden. Om dit te voorkomen, zal ik bespreken wat het doel van een octrooi is, hoe om inbreuk te vermijden en, als alternatief, hoe om het te voorkomen.

Het verleende recht

Een octrooi verleent zijn houder een negatief recht. Dit betekent dat een octrooi zich richt op “wat niet te doen” in plaats van “wat te doen”. Het octrooi informeert derden wat ze niet mogen doen om inbreuk te voorkomen. Als een derde partij ongeoorloofd gebruik maakt van de in het octrooi geclaimde uitvinding, zal deze derde partij inbreuk maken op het octrooi. Dus kan de octrooihouder zijn recht uitoefenen om de derde partij te weerhouden van verdere gebruik van de geclaimde uitvinding. Tegelijkertijd informeert het octrooi de octrooihouder niet "wat te doen". Zelfs het gebruik van de uitvinding precies zoals geclaimd in het octrooi is niet per se toegestaan voor de octrooihouder. Een dergelijk gebruik van de geoctrooieerde uitvinding kan leiden tot inbreuk op het octrooi van een ander. De reden hiervoor is dat geoctrooieerde uitvindingen vaak verbeteringen zijn van eerdere geoctrooieerde producten of processen. In wezen wordt een octrooi verleend voor deze verbeteringen. Echter, in de kern bevat de geoctrooieerde uitvinding nog steeds kenmerken die overeenkomen met het eerdere geoctrooieerde product of proces. Dus, door de geoctrooieerde uitvinding te gebruiken, wordt inbreuk gemaakt op het octrooi van het eerdere product of proces. Dit concept kan eenvoudig worden uitgelegd met het volgende voorbeeld: Partij A heeft een octrooi voor een koffer. Partij B verkrijgt later een octrooi voor een koffer met wielen. Als partij B zijn octrooi wil gebruiken, moet hij ook een koffer gebruiken, waarvoor partij A een octrooi heeft. Dus, partij B zal noodzakelijkerwijs inbreuk moeten maken op het octrooi van partij A bij het gebruik van zijn eigen octrooi. Daarom kan, hoewel partij B een derde partij kan verbieden een koffer met wielen te maken, partij A partij B ervan weerhouden zijn octrooi te gebruiken. Dus mag partij B geen koffer met wielen maken.

Hoe inbreuk te vermijden?

Om inbreuk te vermijden, en mogelijke schade als gevolg daarvan te voorkomen, kan een “Freedom-to-operate” ("FTO") onderzoek worden uitgevoerd. FTO houdt in dat men een uitvinding kan gebruiken zonder inbreuk te maken op de octrooirechten van derden. Een FTO-onderzoek geeft antwoord op de vraag of een specifieke uitvinding inbreuk zal maken op octrooien van derden. Dit antwoord bepaalt of de uitvinding FTO heeft. Het uitvoeren van een FTO-onderzoek maakt strategische beslissingen mogelijk voordat tijd en geld in een uitvinding worden geïnvesteerd. Afhankelijk van de uitkomst van het FTO, kunnen de beslissingen onder meer een mogelijke herontwerp van de uitvinding of het vooraf verkrijgen van een licentie van de andere octrooihouder omvatten. Fact Friday octrooi linkedin

Hoe een inbreuk te voorkomen?

Als een octrooihouder zijn geoctrooieerde uitvinding wil gebruiken, zelfs als dit inbreuk maakt op de rechten van een ander, zijn er enkele opties beschikbaar om dergelijke inbreuk te voorkomen. De beste optie hangt uiteindelijk af van de situatie. Hier zijn echter twee mogelijke opties om te overwegen. Ten eerste kan de octrooihouder een licentie aanvragen bij de andere octrooihouder. Deze licentie kan verschillende vormen aannemen. Ten tweede kan de octrooihouder het octrooi van de andere octrooihouder kopen. Hiermee is hij verzekerd van het feit dat er geen toekomstig risico op inbreuk op dat octrooi is.

Bij twijfel?

Net als bij elk rechtsgebied heeft het octrooirecht veel valkuilen. Om deze te vermijden, wordt altijd aanbevolen juridisch advies in te winnen bij twijfel. Als je twijfels of vragen hebt, neem dan graag contact met ons op. Hierbij de Engelse versie. Magdaleen Jooste 3 [post_title] => Wist je dat een octrooi niet het recht verleent om de uitvinding te gebruiken? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => wist-je-dat-een-octrooi-niet-het-recht-verleent-om-de-uitvinding-te-gebruiken [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-01-05 10:05:36 [post_modified_gmt] => 2024-01-05 09:05:36 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=40619 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [6] => WP_Post Object ( [ID] => 40277 [post_author] => 16 [post_date] => 2023-12-22 10:49:17 [post_date_gmt] => 2023-12-22 09:49:17 [post_content] => Fatbikes zijn niet meer weg te denken. Hoe zit het met verzekering en aansprakelijkheid bijvoorbeeld voor letselschade. Ben je verzekerd of helemaal niet? De fatbike overheerst steeds meer het straatbeeld, met name in de grote steden. Zijn de regels wel duidelijk? Ben je wel verzekerd als je een ongeval met de fatbike maakt? Je kan ook letselschade veroorzaken en de financiële belangen kunnen dan groot zijn.

Wat is een fatbike

Het zijn elektrische fietsen met dikke banden en een lage zit. Er is sprake van trapondersteuning normaliter tot 25 km/uur. Het zijn vooral jongeren die een fatbike kopen. Zeker sinds de helmplicht is ingesteld voor scooters/snorfietsen. In tegenstelling tot de scooters en snorfietsen hoef je geen helm op. En er geldt ook niet de minimumleeftijd van 16 jaar voor het besturen van een fatbike. De verkoop van fatbikes neemt dan ook gestaag toe.

Verzekering

Er geldt geen verzekeringsplicht nu een fatbike geen motorvoertuig is. Wel is het aan te raden een AVP verzekering [AansprakelijkheidsVerzekering Particulieren] af te sluiten zodat je verzekerd bent tegen aansprakelijkheid. Je hebt dan dekking als je zelf een ongeval veroorzaakt voor de schade aan derden. Hetzelfde als bij gewone fietsen. Ook loont het om een aparte verzekering tegen diefstal af te sluiten. Helaas worden de fatbikes in toenemende mate gestolen. Er zijn al verzekeraars die fatbikes niet meer willen verzekeren.

Wat als je zelf letselschade oploopt

Als je met je fatbike een ongeval overkomt waarbij een motorvoertuig is betrokken en je loopt zelf letsel op word je ook beschermd door art. 185 WVW. Immers fietsers en voetgangers worden gezien als zwakke verkeersdeelnemers en daarom extra beschermd in Nederland. Zij krijgen in de regel altijd minstens 50% van hun schade vergoed. Fact Friday fatbike

Echter:

Alhoewel het op zich een veilig vervoermiddel is kan je de fatbikes vrij eenvoudig opvoeren, dan kunnen zelfs snelheden van 40 tot 45 km/uur gehaald worden [of harder]. Je mag hiermee niet op de openbare weg en je bent niet meer verzekerd. Je zal zelf de schade die je veroorzaakt hebt aan een ander moeten betalen. Dit kan bij zwaar letsel oplopen. Mogelijk zal er dan beslag moeten worden gelegd op je woning of loon. Als je zelf letsel oploopt kan je ook geen beroep meer doen op art. 185 WVW. Dan zijn er ook fatbikes met een gashendel. Een gashendel mag slechts ondersteunen tot 6 km/uur. Je hoeft dan niet te trappen. Fatbikes die harder kunnen dan 25 km/uur zijn wettelijke gezien geen fiets meer maar een motorvoertuig. Je mag niet op de openbare weg en je bent evengoed niet verzekerd. Rijdt een minderjarig kind op een opgevoerde fatbike en veroorzaakt hij/zij een ongeval dan zijn de ouders aansprakelijk. Geen enkele verzekering dekt de veroorzaakte [letsel]schade en de kosten van het slachtoffer kunnen oplopen zeker bij zwaar letsel. Strafrechtelijk riskeert de bestuurder van een opgevoerde fatbike bij controle door de politie een boete van € 290,00 en in beslagname.

Kortom:

Bestuurders [of hun ouders] van fatbikes die harder kunnen dan 25 km/uur lopen een groot financieel risico. Daarnaast zijn de fatbikes die zijn opgevoerd of werken met een gashendel een gevaar op het fietspad. De verwachting is dat het aantal fietsongevallen en hierdoor letsel toe zal nemen. Met het verbannen van de fatbike naar de weg haal je niet de angel eruit. De opgevoerde fatbike zelf is het probleem en hiervoor moet duidelijke regelgeving komen en strenger worden gehandhaafd. Het is enigszins te vergelijken met de opgevoerde bromfietsen. Een groot verschil is wel dat ook kinderen onder de 16 jaar op de fatbikes mogen rijden. Mogen verkopers de opgevoerde fatbikes wel aanbieden? Ja dat mag, ook die met een gashendel. De fatbikes die harder kunnen dan 25 km/uur moeten wel voorzien zijn van een typegoedkeuring en de verkoper moet bij de verkoop wel vermelden dat er niet op de openbare weg mee mag gereden. Inmiddels heeft de inspectie al vele dwangsommen opgelegd aan o.a. webshops die geen typegoedkeuring hadden voor deze fatbikes.

Werk aan de winkel voor de wetgever

Er zal een leeftijdsgrens moeten komen voor de fatbikes en ook het opvoeren moet verboden worden. Nu is dit niet verboden. Alleen het rijden op de openbare weg met een opgevoerde fatbike is verboden. Ook zullen opgevoerde fatbikes niet meer voor de verkoop mogen worden aangeboden. Een mogelijke helmplicht [voor overigens alle e-bikes] zal wellicht het enthousiasme voor de koop van fatbikes doen verminderen. Zolang er geen verdergaande maatregelen worden getroffen zal de onveiligheid in het verkeer mede door opgevoerde fatbikes blijven bestaan. Edith de Koning [post_title] => Ben je wel verzekerd als je een ongeval met de fatbike maakt? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => ben-je-wel-verzekerd-als-je-een-ongeval-met-de-fatbike-maakt [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-12-22 10:49:17 [post_modified_gmt] => 2023-12-22 09:49:17 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=40277 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [7] => WP_Post Object ( [ID] => 40308 [post_author] => 60 [post_date] => 2023-12-20 10:07:33 [post_date_gmt] => 2023-12-20 09:07:33 [post_content] => Steeds meer bedrijven in Nederland starten met maatschappelijk verantwoord en missie-gedreven ondernemen. Deze organisaties werken vanuit één doel of missie, welke veelal bijdraagt aan mens, milieu en de economie. Toch zijn de meeste juridische structuren er vooral op gericht om de financiële wensen van hun aandeelhouders te dienen. Een groeiend aantal ondernemingen kiest daarom voor een bijpassende juridische structuur, zodat zij zich optimaal op hun missie kunnen richten. Steward-ownership is een ondernemingsvorm waarbij het stemrecht en het economisch recht van elkaar gescheiden worden. Steward-ownership kan voor dit soort ondernemingen de ideale oplossing zijn. In deze blog wordt daarom nader ingegaan op deze opkomende ondernemingsvorm.

Zelfbestuur

Volgens het steward-ownership model is een onderneming ‘van zichzelf’. Hierdoor worden verschillende soorten aandelen gecreëerd. Aan deze aandelen wordt een zeggenschapsrecht gekoppeld dat niet wordt gehouden door de aandeelhouder zelf, maar door zogenaamde stewards. Op deze manier verkrijgen de stewards bijzondere zeggenschapsrechten. Investeerders investeren dus in een onderneming zonder dat zij hiervoor zeggenschap verkrijgen. De stewards zijn veelal werkzaam bij de onderneming of ze zijn er nauw bij betrokken. Bovendien kunnen zij hun stemrecht niet zomaar vererven of verkopen. Hierdoor is het stemrecht in handen van personen die ook daadwerkelijk betrokken zijn bij de ondernemingen wordt er bestuurd op basis van de juiste informatie en de missie van de onderneming. De koers van de onderneming wordt bepaald door deze stewards, waarbij in hun besluiten de missie en het belang van de onderneming voorop staan. Overigens hebben stewards geen baat bij winstmaximalisatie, aangezien zij zelf geen investeerder zijn.

Winsten

Doordat een steward-owned onderneming van zichzelf is, dient de winst in eerste instantie ook de onderneming zelf. Het winstrecht dat rust op de aandelen is hierdoor vaak gemaximeerd. Door middel van beperkte winstdeling worden de aandeelhouders, samen met onder andere de oprichters, medewerkers en overige belanghebbenden, gecompenseerd voor hun bijdrage aan de onderneming. Hierdoor wordt een eerlijke compensatiegeboden zonder dat sprake is van winstmaximalisatie ten behoeve van de aandeelhouders. De overige winst wordt namelijk geherinvesteerd in de onderneming. Als drager van de missie is de onderneming namelijk de plek waar deze verwezenlijkt dient te worden. Overige winst kan daarnaast – in lijn met de missie – eventueel gedoneerd worden aan andere initiatieven.

Juridische structuur

Om bovenstaande kernprincipes toe te kunnen passen, kan een steward-owned onderneming op verschillende manieren worden vormgegeven. Zo kan ervoor worden gekozen om een gouden aandeel uit te geven. Stewards ontvangen dan aandelen met stemrecht, welke niet verkocht of vererfd kunnen worden. De economische aandelen worden uitgegeven aan investeerders, terwijl een onafhankelijke stichting een gouden aandeel houdt. Dit gouden aandeel is belast met vetorechten, waardoor gegarandeerd kan worden dat de structuur in stand blijft. Een andere optie is het geneutraliseerd kapitaal. In dat geval is er een stichting economisch eigenaar van de onderneming, waardoor de waarde geneutraliseerd is. Ook met deze structuur ligt het stemrecht bij stewards, die dit recht niet kunnen verkopen of vererven. Ten derde kan ervoor gekozen worden om een beheerstichting op te richten, die de gehele onderneming in handen heeft. Deze stichting heeft dan als taak om zowel de continuïteit als de missie van de onderneming te dienen.

Conclusie

Doordat steward-ownership goed aansluit bij missie-verantwoord en maatschappelijk ondernemen, wordt er steeds vaker gebruik gemaakt van deze ondernemingsvorm. Steward-ownership is gericht op het scheiden van het stemrecht en het economisch recht in ondernemingen waarbij de missie centraal staat. Hierdoor is de onderneming als het ware ‘van zichzelf’ en ligt het stemrecht in handen van personen die ook daadwerkelijk betrokken zijn bij de onderneming. De gemaakte winst wordt veelal geherinvesteerd in de onderneming, omdat de onderneming de drager is van de missie. Om deze principes toe te kunnen passen wordt in de meeste gevallen een gouden aandeel uitgegeven of wordt kapitaal geneutraliseerd. Daarnaast kan er ook voor gekozen worden om een beheerstichting op te richten, die de gehele onderneming in handen heeft. Overweegt u zelf om een steward-owned onderneming op te richten en kunt u daarbij hulp gebruiken of heeft u vragen? Neem dan contact op met één van onze ondernemingsrecht collega’s! Karlijn van der Meule nieuw 1 [post_title] => Steward-ownership: dé nieuwe manier van ondernemen? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => steward-ownership-de-nieuwe-manier-van-ondernemen [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-12-20 10:07:33 [post_modified_gmt] => 2023-12-20 09:07:33 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=40308 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [8] => WP_Post Object ( [ID] => 40303 [post_author] => 65 [post_date] => 2023-12-19 17:20:13 [post_date_gmt] => 2023-12-19 16:20:13 [post_content] => Het is mogelijk dat u vragen hebt over merkregistraties. Daarom hebben wij hieronder een overzicht met de meest gestelde vragen. Mocht je vraag er niet tussen staan of wil je persoonlijk contact? Neem dan contact op met Mustafa Kahya (kahya@bg.legal) of bel naar 088 141 08 00.
  • Wat is een merk?
Een merk is een teken waarmee producten of diensten van een bepaalde onderneming kunnen worden onderscheiden van die van andere ondernemingen. Dit kan een naam, logo, slogan, geluid, kleur, vorm of een combinatie daarvan zijn.
  • Moet ik mijn merk in de Benelux of Europese Unie registreren?
Dat is afhankelijk van waar je jouw waren en/of diensten wilt aanbieden. Als je buiten de Benelux actief bent (of binnen 5 jaar zult zijn), is het raadzaam om een Europees merk te registreren.
  • Waar moet ik op letten bij het kiezen van een merk?
Het gekozen ‘teken’ – dus het woord en/of het logo – mag niet beschrijvend zijn voor de waren en/of diensten die je onder het merk wilt aanbieden. Dus ‘Truien’ voor kleding of een kledingwinkel zal worden geweigerd. Klik hier voor meer informatie.
  • Moet ik mijn naam of logo registreren?
Hiervoor zijn diverse elementen van belang. Betreft het een beschrijvend woord, dan kan het raadzaam zijn om een logo te registreren. Indien het een niet-bestaand woord is, is het registreren van de naam geadviseerd.
  • Voor welke klassen moet ik mijn merk registreren?
De klasse nummers zijn niet van belang. Het is van belang om de juiste termen te selecteren. Hierbij moet je uitgaan van alle op dit moment aangeboden waren en/of diensten en de waren en/of diensten die je binnen 5 jaar zult aanbieden.
  • Hoelang duurt het om een merk te registreren?
De tijdsduur varieert, maar het proces duurt meestal enkele maanden. Dit hangt af van de complexiteit van de aanvraag, de werklijst van het merkenbureau en waar u het merk aanvraagt.
  • Moet ik mijn bedrijfsnaam registreren als merk?
Je bedrijfsnaam wordt in eerste instantie beschermd onder het handelsnaamrecht. Maar het is zeker aan te raden om je bedrijfsnaam ook als merk te registreren. Een merkrecht is een sterker recht dan een handelsnaamrecht. Klik hier voor meer informatie.
  • Kan ik mijn merk ook in specifieke landen registreren?
Ja dat kan, behalve voor de Benelux landen. Een merkaanvraag voor Nederland, België en/of Luxemburg zal altijd een Benelux merk zijn. Buiten de Benelux kun je naast een Europees merk ook een merk aanvragen voor specifieke landen in de Europese Unie.
  • Wanneer mag ik het TM-teken of R-teken gebruiken?
Het gebruik van het TM-teken of het R-teken is niet verplicht in de Benelux of de Europese Unie. Leer hier meer over deze tekens.
  • Kan ik een onderzoek doen naar andere merken?
De merkenregisters zijn openbaar. Dus is het mogelijk om de registers te doorzoeken naar al geregistreerde en/of aangevraagde merken. Ook is het mogelijk om een goed onderzoek uit te besteden. Klik hier voor meer informatie.
  • Mijn bedrijfsnaam is al geregistreerd, kan ik dan toch een merk aanvragen?
Dat is per situatie verschillend. Hierbij is het van belang om te onderzoeken voor welke waren en/of diensten de naam als merk is geregistreerd. Het kan zo zijn dat eenzelfde naam twee of meer keer geregistreerd kan worden als merk.
  • Hoeveel kost een merkregistratie?
Dit is mede afhankelijk van de waren en/of diensten waarvoor bescherming wordt gezocht en de landen waarin je het merk wilt registreren. Onze kosten voor het voorbereiden en aanvragen van een merk zijn vast.
  • Wat kan ik met mijn merk doen?
Het is mogelijk om uw merk te verkopen of een licentie te verstrekken. Met een licentie geeft u een andere partij het gebruiksrecht op uw merk.
  • Hoe kan ik ervoor zorgen dat niemand hetzelfde merk aanvraagt?
U dient hiervoor de merkenregisters in de gaten te houden voor nieuwe aanvragen. Of u kunt dit uitbesteden aan een specialist die de registers voor u in de gaten houdt en een melding maakt als er identieke of overeenstemmende merken worden aangevraagd. Dit wordt ook wel merkbewaking genoemd. Klik hier voor meer informatie.
  • Moet ik een advocaat of gemachtigde inschakelen voor mijn merkregistratie?
Hoewel het niet verplicht is, kan het inschakelen van een merkengemachtigde nuttig zijn, vooral als u te maken hebt met complexe merken, internationale registraties of als u onzeker bent of het teken geschikt is als merk. Mustafa Kahya [post_title] => FAQ merken [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => faq-merken [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-12-19 17:21:48 [post_modified_gmt] => 2023-12-19 16:21:48 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=40303 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [9] => WP_Post Object ( [ID] => 40248 [post_author] => 60 [post_date] => 2023-12-18 10:54:29 [post_date_gmt] => 2023-12-18 09:54:29 [post_content] => Recentelijk oordeelde de rechtbank Oost-Brabant over de vraag of een kredietverstrekker een pandrecht had gevestigd op een vordering van een kredietnemer. De kredietnemer was failliet gegaan, waarna een geschil ontstond over of het pandrecht wel of niet geldig zou zijn. In deze blog wordt de uitspraak van de rechtbank nader toegelicht.

Wat is een pandrecht?

Een pandrecht is een zekerheidsrecht dat kan worden gevestigd op roerende zaken en vermogensrechten. Door een pandrecht te vestigen, ontvangt een schuldeiser van de pandgever zekerheid dat zijn vordering wordt voldaan. Als dit niet het geval is, en de pandgever bijvoorbeeld failliet gaat, kan de pandhouder zich met voorrang verhalen op het verpande goed alsof er geen sprake is van faillissement. Er zijn verschillende soorten pandrechten, maar voor het vestigen van elk type pandrecht is het van belang dat er sprake is van een beschikkingsbevoegde pandgever, een geldige titel (vaak een overeenkomst) en moet er een formele vestigingshandeling worden verricht. In deze casus was sprake van verpanding van een vordering. Daarbij wordt onderscheid gemaakt tussen een stil en een openbaar pandrecht. Voor de vestiging van een openbaar pandrecht op een vordering moet er een authentieke of onderhandse akte worden opgesteld, waarna de verpanding moet worden gemeld aan de debiteur. In het geval van een stil pandrecht wordt een vordering verpand zonder mededeling aan de debiteur. Dit gebeurt ook door het opmaken van een authentieke of onderhandse akte. Bij het gebruik van een onderhandse akte bij het vestigen van een stil pandrecht geldt als constitutief vereiste dat de akte bij de Belastingdienst geregistreerd dient te worden. Zonder deze registratie ontstaat er dus geen pandrecht.

De feiten

Financieringsmaatschappij Atlantis heeft zaken gedaan met TPC, waardoor Atlantis de bedrijfsvoering van TPC gedeeltelijk gefinancierd heeft. TPC gaat failliet, maar heeft nog wel een vordering van bijna €15.000,- op het UWV. Atlantis meldt zich bij de curator en voert aan dat deze vordering rechtsgeldig aan Atlantis verpand is. Middels een verzamelpandakte heeft Atlantis alle vorderingen van haar cliënten aan zichzelf verpand, op basis van een door cliënten aan Atlantis verstrekte volmacht. Hierdoor is ook de vordering van TPC op het UWV via een door TPC verstrekte volmacht aan Atlantis verpand. Dit is volgens Atlantis terug te vinden in een pandakte die is opgesteld op basis van de volmacht en later is geregistreerd bij de Belastingdienst. In deze pandakte is de volgende bepaling terug te vinden: “onder cliënten worden verstaan de natuurlijke personen, rechtspersonen of andere juridische entiteiten die met Atlantis een ‘Kredietovereenkomst Impuls Krediet’ hebben gesloten.”

De beoordeling

Er ontstaat vervolgens een geschil over deze pandakte, waardoor de curator een procedure start. De curator vordert een verklaring voor recht dat Atlantis geen pandrecht heeft, terwijl Atlantis zich op het standpunt stelt dat zij wel een pandrecht heeft. Volgens de rechtbank volgt (o.a.) uit het arrest Mulder/Rabobank dat de pandakte zodanige gegevens dient te bevatten dat achteraf aan de hand daarvan objectief kan worden vastgesteld op welke vorderingen deze betrekking heeft. In deze situatie gaat het echter niet om de identificatie van vorderingen die worden verpand, maar moet de definitie van “cliënten” in de pandakte vastgesteld worden. De rechtbank is van mening dat dit op hetzelfde neerkomt, aangezien de vraag of er een geldige verpanding van de vordering op TPC plaats heeft gevonden beantwoord moet worden. De rechtbank beoordeelt de definitie van “cliënten” in de pandakte en stelt dat TPC alleen kwalificeert als een cliënt in de zin van de pandakte indien zij een zogenaamde ‘Kredietovereenkomst Impuls Krediet’ heeft gesloten. Omdat de overeenkomst tussen Atlantis en TPC deze naam niet vermeldt, en Atlantis hierover wisselende verklaringen gegeven heeft, komt de rechtbank tot de conclusie dat er geen geldige verpanding van de vordering op TPC plaats heeft gevonden. De jurisprudentie van de Hoge Raad is op dit gebied erg helder en heeft grenzen, waardoor Atlantis geen pandrecht heeft op de vordering op het UWV.

Conclusie

Om een pandrecht te vestigen moet aan een aantal vestigingsvereisten worden voldaan. Veelal ontstaan er geschillen omdat de formele vestigingshandeling onjuist wordt verricht. In deze uitspraak van de rechtbank Oost-Brabant ontstond echter onenigheid, omdat de definitie van “cliënten” in de pandakte onduidelijk was. Uit het arrest Rabobank/Mulder volgt dat een pandakte zodanige gegevens dient te bevatten dat achteraf aan de hand daarvan objectief kan worden vastgesteld op welke vorderingen deze betrekking heeft. Omdat de documentatie van Atlantis niet op orde was en niet kon worden bewezen of TPC een cliënt was in de zin van de pandakte, heeft Atlantis de grenzen die de jurisprudentie van de Hoge Raad voorschrijft overschreden. Hierdoor is geen sprake van een rechtsgeldige verpanding van de vordering en heeft Atlantis geen pandrecht op de vordering van het UWV. Een pandrecht kan de positie van schuldeisers enorm versterken, maar hiervoor is het wel van belang dat dit pandrecht op de juiste manier wordt gevestigd. Bovenstaande uitspraak benadrukt dat hierbij vastgesteld moet kunnen worden op welke vorderingen het pandrecht betrekking heeft, om eventuele onenigheden over de verpanding te voorkomen. Het is dus belangrijk dat uw documentatie helemaal op orde is. Ontvangt u graag advies over de mogelijkheid tot het vestigen van zekerheden? Neem dan contact op met één van onze ondernemingsrecht advocaten! Karlijn van der Meule nieuw [post_title] => Pandrecht: zorg voor voldoende duidelijkheid [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => pandrecht-zorg-voor-voldoende-duidelijkheid [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-12-18 12:11:54 [post_modified_gmt] => 2023-12-18 11:11:54 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=40248 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) ) [post_count] => 10 [current_post] => -1 [before_loop] => 1 [in_the_loop] => [post] => WP_Post Object ( [ID] => 40713 [post_author] => 86 [post_date] => 2024-01-10 16:30:49 [post_date_gmt] => 2024-01-10 15:30:49 [post_content] => Bij het aanvragen van een octrooi voor een uitvinding moet de uitvinder worden aangewezen. Traditioneel was de enige uitvinder een natuurlijk persoon, en dus was het vanzelfsprekend om zo'n natuurlijk persoon als uitvinder aan te wijzen. Met de voortgang van kunstmatige intelligentie ("AI") en AI die steeds meer een essentieel hulpmiddel wordt in de ontwikkeling van uitvindingen, rees de vraag of AI al dan niet als uitvinder kan worden vermeld. Over het antwoord op deze vraag laat het Verenigd Koninkrijk geen twijfel bestaan - het is een duidelijke nee.

De beslissende zaak - Achtergrond

In een recente Britse zaak van Thaler v Comptroller lag de focus op twee octrooiaanvragen. De aanvrager daarvan, Dr. Stephen Thaler ("Thaler"), wees zijn AI-machine genaamd DABUS aan als de autonome uitvinder van de geoctrooieerde uitvindingen. De geoctrooieerde uitvindingen waren respectievelijk een voedselcontainer en een waarschuwingslicht. Omdat de aanvrager niet dezelfde was als de uitvinder, moest Thaler aangeven hoe hij de rechten van DABUS had verkregen om octrooiaanvragen in te dienen. Hij verklaarde dat hij door eigenaarschap van de machine de rechten op de uitvindingen had verkregen.

Beslissing

In eerste instantie werden de octrooiaanvragen om twee redenen afgewezen. Ten eerste kon AI niet worden beschouwd als een natuurlijk persoon zoals vereist in de Octrooiwet. Ten tweede is louter eigenaarschap van een machine niet voldoende om eigendom te verwerven van de creaties van de machine. Op basis van deze redenen werden de octrooiaanvragen geacht te zijn ingetrokken. Duidelijk niet tevreden hiermee, ging Thaler in hoger beroep en kwam uiteindelijk bij de Hoge Raad (Supreme Court) uit. Hier oordeelde de Hoge Raad dat AI geen uitvinder kan zijn in een octrooiaanvraag. Deze beslissing volgt in de voetsporen van beslissingen van de Europese, Amerikaanse en Australische rechtbanken in overeenkomstige rechtszaken van Thaler.

Reden voor de beslissing

Bij het nemen van deze beslissing overwoog de Raad drie vragen, namelijk:
  1. Wat is de reikwijdte en betekenis van de term "uitvinder" zoals vermeld in de Octrooiwet?
  2. Was Thaler feitelijk de eigenaar van een uitvinding gemaakt door DABUS en dus gerechtigd om een octrooiaanvraag in te dienen?
  3. Was het juist om te concluderen dat de aanvragen moesten worden ingetrokken?
Op de eerste vraag oordeelde de Raad dat volgens de wet een uitvinder een natuurlijk persoon moet zijn. Dus, bij gebrek aan de menselijke aard van DABUS, kon DABUS niet worden aangewezen als uitvinder van de in de octrooiaanvragen beschreven uitvindingen. Op de tweede vraag oordeelde de Raad dat het louter feit dat Thaler eigenaar is van DABUS, hem niet het recht geeft op eigendom van diens creaties. Daarom was Thaler niet de eigenaar van de uitvinding en had hij dus geen recht om de octrooiaanvragen in te dienen. Op de derde vraag oordeelde de Raad dat de octrooiaanvragen niet voldeden aan de formele eisen voor een octrooiaanvraag omdat, zoals hierboven uiteengezet, geen uitvinder of gerechtigde aanvrager was aangewezen. Dus bevestigde de rechtbank dat het inderdaad correct was om de octrooiaanvragen in te trekken.

Effect van de beslissing op onderzoeks- en ontwikkelingsorganisaties

Deze beslissing zal een grote invloed hebben op sectoren die sterk afhankelijk zijn van octrooiaanvragen, zoals life sciences en farmaceutica. Deze beslissing bevestigt dat uitvindingen die autonoom zijn gecreëerd met behulp van AI geen aanspraak zullen kunnen maken op octrooibescherming, wat deze sectoren mogelijk berooft van aanzienlijke inkomsten. Bijgevolg zullen deze sectoren hun benaderingen van de integratie van AI in hun onderzoeks- en ontwikkelingsfasen moeten heroverwegen. Bij een dergelijke heroverweging moeten strategische maatregelen worden genomen om ervoor te zorgen dat AI nooit de autonome uitvinder zal zijn van enige uitvinding. Om dit te bereiken, moet menselijke betrokkenheid naast AI gedurende het ontwikkelingsproces van de uitvinding worden gehandhaafd. Samenwerking tussen menselijke uitvinders en AI-technologieën is cruciaal om een natuurlijk persoon als uitvinder aan te wijzen. Bijgevolg zullen sectoren in aanmerking komen om octrooiaanvragen in te dienen voor uitvindingen waarbij AI tijdens de ontwikkeling ervan is gebruikt. Hierbij de Engelse versie. Magdaleen Jooste 3 [post_title] => AI als uitvinder in een octrooi? Nee. [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => ai-als-uitvinder-in-een-octrooi-nee [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-01-10 16:30:49 [post_modified_gmt] => 2024-01-10 15:30:49 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=40713 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [comment_count] => 0 [current_comment] => -1 [found_posts] => 1312 [max_num_pages] => 132 [max_num_comment_pages] => 0 [is_single] => [is_preview] => [is_page] => [is_archive] => 1 [is_date] => [is_year] => [is_month] => [is_day] => [is_time] => [is_author] => [is_category] => [is_tag] => [is_tax] => 1 [is_search] => [is_feed] => [is_comment_feed] => [is_trackback] => [is_home] => [is_privacy_policy] => [is_404] => [is_embed] => [is_paged] => 1 [is_admin] => [is_attachment] => [is_singular] => [is_robots] => [is_favicon] => [is_posts_page] => [is_post_type_archive] => [query_vars_hash:WP_Query:private] => 46046a2997558118ded8dea7a512e057 [query_vars_changed:WP_Query:private] => [thumbnails_cached] => [allow_query_attachment_by_filename:protected] => [stopwords:WP_Query:private] => [compat_fields:WP_Query:private] => Array ( [0] => query_vars_hash [1] => query_vars_changed ) [compat_methods:WP_Query:private] => Array ( [0] => init_query_flags [1] => parse_tax_query ) [tribe_is_event] => [tribe_is_multi_posttype] => [tribe_is_event_category] => [tribe_is_event_venue] => [tribe_is_event_organizer] => [tribe_is_event_query] => [tribe_is_past] => [tribe_controller] => Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller Object ( [filtering_query:Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller:private] => WP_Query Object *RECURSION* ) )
Bij het aanvragen van een octrooi voor een uitvinding moet de uitvinder worden aangewezen. Traditioneel was de enige uitvinder een natuurlijk persoon, en dus was het vanzelfsprekend om zo'n natuurlijk...
Lees meer
Sinds 1 februari 2023 is in Nederland de Code voor Duurzaamheidsreclame (CDR) van kracht. In de CDR worden specifieke regels vermeld waar reclame aan moet voldoen op het moment dat...
Lees meer
Je bent bekend en je wil je eigen gezicht beschermen als merk. Kan dat zomaar? Om je gezicht als merk te beschermen zal je moeten voldoen aan de voorwaarden die...
Lees meer
Opvallend: Waar de VS en de EU neigen naar het níet toekennen van auteursrecht aan door kunstmatige intelligentie gemaakt werkt, doet China dat in een recente rechtspraak wèl! Het Bejing...
Lees meer
Publiek domein Ieder jaar komt er weer een lijstje voorbij van bekende werken waarop het auteursrecht vervalt. In Nederland vervalt het auteursrecht op een werk zeventig jaar na de dood...
Lees meer
Wat een vreemde uitspraak zou je kunnen denken. Verleent een octrooi de houder ervan niet het exclusieve recht om de geoctrooieerde uitvinding te gebruiken? Dit is helaas een misvatting die...
Lees meer
Fatbikes zijn niet meer weg te denken. Hoe zit het met verzekering en aansprakelijkheid bijvoorbeeld voor letselschade. Ben je verzekerd of helemaal niet? De fatbike overheerst steeds meer het straatbeeld,...
Lees meer
Steeds meer bedrijven in Nederland starten met maatschappelijk verantwoord en missie-gedreven ondernemen. Deze organisaties werken vanuit één doel of missie, welke veelal bijdraagt aan mens, milieu en de economie. Toch...
Lees meer
Het is mogelijk dat u vragen hebt over merkregistraties. Daarom hebben wij hieronder een overzicht met de meest gestelde vragen. Mocht je vraag er niet tussen staan of wil je...
Lees meer
Recentelijk oordeelde de rechtbank Oost-Brabant over de vraag of een kredietverstrekker een pandrecht had gevestigd op een vordering van een kredietnemer. De kredietnemer was failliet gegaan, waarna een geschil ontstond...
Lees meer