Blog van medewerkers

WP_Query Object
(
    [query] => Array
        (
            [paged] => 3
            [news-type] => blog
        )

    [query_vars] => Array
        (
            [paged] => 3
            [news-type] => blog
            [error] => 
            [m] => 
            [p] => 0
            [post_parent] => 
            [subpost] => 
            [subpost_id] => 
            [attachment] => 
            [attachment_id] => 0
            [name] => 
            [pagename] => 
            [page_id] => 0
            [second] => 
            [minute] => 
            [hour] => 
            [day] => 0
            [monthnum] => 0
            [year] => 0
            [w] => 0
            [category_name] => 
            [tag] => 
            [cat] => 
            [tag_id] => 
            [author] => 
            [author_name] => 
            [feed] => 
            [tb] => 
            [meta_key] => 
            [meta_value] => 
            [preview] => 
            [s] => 
            [sentence] => 
            [title] => 
            [fields] => 
            [menu_order] => 
            [embed] => 
            [category__in] => Array
                (
                )

            [category__not_in] => Array
                (
                )

            [category__and] => Array
                (
                )

            [post__in] => Array
                (
                )

            [post__not_in] => Array
                (
                )

            [post_name__in] => Array
                (
                )

            [tag__in] => Array
                (
                )

            [tag__not_in] => Array
                (
                )

            [tag__and] => Array
                (
                )

            [tag_slug__in] => Array
                (
                )

            [tag_slug__and] => Array
                (
                )

            [post_parent__in] => Array
                (
                )

            [post_parent__not_in] => Array
                (
                )

            [author__in] => Array
                (
                )

            [author__not_in] => Array
                (
                )

            [search_columns] => Array
                (
                )

            [ignore_sticky_posts] => 
            [suppress_filters] => 
            [cache_results] => 1
            [update_post_term_cache] => 1
            [update_menu_item_cache] => 
            [lazy_load_term_meta] => 1
            [update_post_meta_cache] => 1
            [post_type] => 
            [posts_per_page] => 10
            [nopaging] => 
            [comments_per_page] => 50
            [no_found_rows] => 
            [taxonomy] => news-type
            [term] => blog
            [order] => DESC
        )

    [tax_query] => WP_Tax_Query Object
        (
            [queries] => Array
                (
                    [0] => Array
                        (
                            [taxonomy] => news-type
                            [terms] => Array
                                (
                                    [0] => blog
                                )

                            [field] => slug
                            [operator] => IN
                            [include_children] => 1
                        )

                )

            [relation] => AND
            [table_aliases:protected] => Array
                (
                    [0] => wp_term_relationships
                )

            [queried_terms] => Array
                (
                    [news-type] => Array
                        (
                            [terms] => Array
                                (
                                    [0] => blog
                                )

                            [field] => slug
                        )

                )

            [primary_table] => wp_posts
            [primary_id_column] => ID
        )

    [meta_query] => WP_Meta_Query Object
        (
            [queries] => Array
                (
                )

            [relation] => 
            [meta_table] => 
            [meta_id_column] => 
            [primary_table] => 
            [primary_id_column] => 
            [table_aliases:protected] => Array
                (
                )

            [clauses:protected] => Array
                (
                )

            [has_or_relation:protected] => 
        )

    [date_query] => 
    [queried_object] => WP_Term Object
        (
            [term_id] => 56
            [name] => Blog van medewerkers
            [slug] => blog
            [term_group] => 0
            [term_taxonomy_id] => 56
            [taxonomy] => news-type
            [description] => 
            [parent] => 0
            [count] => 1383
            [filter] => raw
        )

    [queried_object_id] => 56
    [request] => SELECT SQL_CALC_FOUND_ROWS  wp_posts.ID
					 FROM wp_posts  LEFT JOIN wp_term_relationships ON (wp_posts.ID = wp_term_relationships.object_id) LEFT  JOIN wp_icl_translations wpml_translations
							ON wp_posts.ID = wpml_translations.element_id
								AND wpml_translations.element_type = CONCAT('post_', wp_posts.post_type) 
					 WHERE 1=1  AND ( 
  wp_term_relationships.term_taxonomy_id IN (56)
) AND ((wp_posts.post_type = 'post' AND (wp_posts.post_status = 'publish' OR wp_posts.post_status = 'acf-disabled' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-success' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-failed' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-schedule' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-pending' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-draft'))) AND ( ( ( wpml_translations.language_code = 'nl' OR (
					wpml_translations.language_code = 'nl'
					AND wp_posts.post_type IN ( 'attachment' )
					AND ( ( 
			( SELECT COUNT(element_id)
			  FROM wp_icl_translations
			  WHERE trid = wpml_translations.trid
			  AND language_code = 'nl'
			) = 0
			 ) OR ( 
			( SELECT COUNT(element_id)
				FROM wp_icl_translations t2
				JOIN wp_posts p ON p.id = t2.element_id
				WHERE t2.trid = wpml_translations.trid
				AND t2.language_code = 'nl'
                AND (
                    p.post_status = 'publish' OR p.post_status = 'private' OR 
                    ( p.post_type='attachment' AND p.post_status = 'inherit' )
                )
			) = 0 ) ) 
				) ) AND wp_posts.post_type  IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' )  ) OR wp_posts.post_type  NOT  IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' )  )
					 GROUP BY wp_posts.ID
					 ORDER BY wp_posts.menu_order, wp_posts.post_date DESC
					 LIMIT 20, 10
    [posts] => Array
        (
            [0] => WP_Post Object
                (
                    [ID] => 24660
                    [post_author] => 26
                    [post_date] => 2024-08-11 13:30:15
                    [post_date_gmt] => 2024-08-11 11:30:15
                    [post_content] => BG.legal biedt vastgoedeigenaren en beheerders de mogelijkheid om tegen een vast bedrag van € 350,- het omgevingsplan te laten screenen voor onder meer het huisvesten van arbeidsmigranten, studenten of expats of het splitsen van woningen. Wij geven in een kort en bondig advies aan wat de mogelijkheden zijn op basis van het omgevingsplan.

Huisvesting omgevingsplan

Lees hier meer informatie over huisvesting arbeidsmigranten.

Onze specialisten arbeidsmigranten:

mr. R.J. (Rutger) Boogers en mr. M. (Michael) de Marco

Rutger BoogersMichael de Marco 4
                    [post_title] => Arbeidsmigranten huisvesten? Wat zijn de mogelijkheden?
                    [post_excerpt] => 
                    [post_status] => publish
                    [comment_status] => open
                    [ping_status] => open
                    [post_password] => 
                    [post_name] => arbeidsmigranten-huisvesten-wat-zijn-de-mogelijkheden
                    [to_ping] => 
                    [pinged] => 
                    [post_modified] => 2024-08-12 10:17:49
                    [post_modified_gmt] => 2024-08-12 08:17:49
                    [post_content_filtered] => 
                    [post_parent] => 0
                    [guid] => https://bg.legal/?p=24660
                    [menu_order] => 0
                    [post_type] => post
                    [post_mime_type] => 
                    [comment_count] => 0
                    [filter] => raw
                )

            [1] => WP_Post Object
                (
                    [ID] => 43115
                    [post_author] => 60
                    [post_date] => 2024-08-09 13:56:32
                    [post_date_gmt] => 2024-08-09 11:56:32
                    [post_content] => In 2019 werd de Green Deal gelanceerd, een reeks beleidsinitiatieven met als doelstelling om Europa in 2050 klimaatneutraal te maken. Een van de beleidsinitiatieven die is gedaan in het kader van de Green Deal is de Europese Corporate Sustainability Due Diligence Directive. De richtlijn ziet op due diligence-verplichtingen voor ondernemingen op het gebied van mensenrechten en milieu en is na veel onderhandelen recentelijk aangenomen en in werking getreden. De CSDDD wordt in deze blog toegelicht, waarbij wordt uitgelegd waarom deze ook voor kleinere ondernemingen van belang is.

Wat houdt de CSDDD in?

Op grond van de CSDDD moeten ondernemingen er voornamelijk voor zorgen dat zij doorlopend zorgvuldigheidsonderzoeken (due diligence) uitvoeren naar hun eigen bedrijfsactiviteiten, naar de bedrijfsactiviteiten van dochterondernemingen en naar die van de directe en indirecte partners waarmee zij vast samenwerken. Ondernemingen moeten processen implementeren om negatieve effecten op mensenrechten en het milieu in hun waardeketen aan te pakken. Daarbij moet in kaart gebracht worden wat voor effect de bedrijfsactiviteiten hebben op het gebied van mensenrechten en milieu, met als doel om de schadelijke impact van deze bedrijfsactiviteiten effectief te identificeren, voorkomen, beperken en beëindigen. Zo wordt gezorgd voor transparantie in de toeleveringsketens en kunnen ondernemingen aansprakelijk worden gehouden voor misstanden die plaatsvinden bij zichzelf en bij hun partners.

Welke ondernemingen moeten voldoen aan de CSDDD?

De CSDDD richt zich voornamelijk op grotere EU-ondernemingen met meer dan 1000 werknemers en een omzet van meer dan 450 miljoen euro. De richtlijn is ook van toepassing op ondernemingen van buiten de EU, die de gestelde omzetgrens halen binnen de EU. Op dit moment gelden er nog uitzonderingen voor ondernemingen in de financiële sector: zij hoeven voorlopig maar aan een deel van de verplichtingen te voldoen. Vanaf welk jaar de ondernemingen in kwestie precies aan alle due diligence-verplichtingen moeten voldoen, is afhankelijk van hun omzet en het aantal werknemers.

Wat zijn de gevolgen van de CSDDD voor kleinere ondernemingen?

Invoering van de CSDDD leidt tot een verbeterde bescherming van het milieu en de mensenrechten. Ondanks het feit dat de CSDDD zich richt op grotere ondernemingen, zullen kleinere ondernemingen ook aan de vereisten van de CSDDD moeten gaan voldoen. Op grotere ondernemingen rust namelijk de plicht om onderzoek te verrichten naar de bedrijfsactiviteiten van de partners waarmee zij samenwerken, waardoor deze grotere ondernemingen van hun (kleinere) partners zullen gaan eisen dat ook zij aan de vereisten van de CSDDD voldoen. Daardoor is het mogelijk dat ook kleinere ondernemingen hun werkwijze aan moeten passen om CSDDD-compliant te worden en zullen zij informatie moeten verstrekken aan de grotere ondernemingen om te bewijzen dat zij de CSDDD correct naleven.

Handhaving, sancties en implementatie in Nederland

Europese lidstaten moeten een toezichthoudend orgaan oprichten dat naleving van de CSDDD monitort. Het toezichthoudend orgaan kan onderzoeken instellen en is bevoegd om geldboetes op te leggen indien een onderneming niet aan de richtlijn voldoet. Daarnaast kan overtreding van de CSDDD er ook toe leiden dat schadevergoedingen betaald moeten worden aan benadeelden. Op dit moment hebben Europese lidstaten, waaronder Nederland, twee jaar de tijd om de CSDDD te implementeren in de nationale wet- en regelgeving. In Nederland is momenteel het initiatiefwetsvoorstel, dat qua inhoud overeenkomt met de doelstellingen van de CSDDD, aanhangig bij de Tweede Kamer.

Conclusie

De CSDDD bewerkstelligt een aanzienlijke verschuiving in de manier waarop ondernemingen verantwoordelijk worden gehouden voor hun impact op het milieu en de mensenrechten en benadrukt het belang van een duurzame bedrijfsvoering door due diligence-verplichtingen op te leggen aan ondernemingen. Hoewel de richtlijn zich voornamelijk richt op grote ondernemingen, zal de impact ervan ook voelbaar zijn bij kleinere ondernemingen. Grote ondernemingen zullen immers van hun kleinere partners eisen dat zij eveneens voldoen aan de normen van de CSDDD om aan hun eigen verplichtingen te kunnen voldoen. Hierdoor worden kleinere ondernemingen indirect gedwongen hun processen en praktijken te evalueren en waar nodig aan te passen. De CSDDD markeert een belangrijke stap naar een duurzamere toekomst en benadrukt de cruciale rol van ondernemingen in het aanpakken van problemen op het gebied van milieu en mensenrechtenschendingen wereldwijd. Heeft u vragen over de implementatie van de CSDDD in uw eigen onderneming? Neem dan contact op met één van onze specialisten! Karlijn van der Meule nieuw 1 [post_title] => De CSDDD: ook van belang voor kleinere ondernemingen! [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => de-csddd-ook-van-belang-voor-kleinere-ondernemingen [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-08-09 13:57:23 [post_modified_gmt] => 2024-08-09 11:57:23 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=43115 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [2] => WP_Post Object ( [ID] => 43110 [post_author] => 16 [post_date] => 2024-08-09 10:25:23 [post_date_gmt] => 2024-08-09 08:25:23 [post_content] => In een recente uitspraak van de Hoge Raad oordeelt De Hoge Raad dat er zwaarwegende redenen zijn om het medisch beroepsgeheim te doorbreken, een uitzondering op de regel.

Het gebeuren

Een jonge vrouw werd behandeld  voor anorexia nervosa. Zij had daarnaast ook te kampen met andere psychische problemen. Zij is een tijdlang onder behandeling geweest bij een GGZ instelling. Zij kwam helaas te overlijden aan [de complicaties] van anorexia nervosa.

Inspectie Gezondheidszorg en Jeugd [IGJ]

Er waren alarmerende signalen over het overlijden van de vrouw. Als toezichthouder heeft de inspectie dan ook een onderzoek ingesteld. Tijdens het onderzoek waren er verdenkingen gerezen van onzorgvuldig en onprofessioneel handelen dat kan hebben geleid tot of hebben bijgedragen aan het overlijden van de vrouw.

Aangifte

De inspectie heeft tegen de directeur van de GGZ instelling aangifte gedaan. Het OM is daarop een strafrechtelijk onderzoek gestart. Zij vordert tbv het onderzoek het complete medisch dossier van de vrouw. De vordering is door de RC [Rechter commissaris] toegewezen, en het verzet daarop is dus afgewezen. Het patiënten dossier bevindt zich sedertdien in een kluis in het kabinet RC van de rechtbank. Ook de rechtbank heeft de door de GGZ instelling ingediende klaagschriften ongegrond verklaard. De klagers hebben beroep in cassatie ingesteld bij de Hoge Raad.

Juridisch kader

Een arts is verplicht om de vertrouwelijke informatie van zijn patiënt geheim te houden, ook bij overlijden van de patiënt. Er kunnen uitzonderlijke omstandigheden zijn waarbij het medisch beroepsgeheim doorbroken wordt. Bijvoorbeeld in het geval van ernstige delicten en de gegevens niet op een andere manier kunnen worden verkregen.

Hoge Raad

De beslissing van de rechtbank dat er in casu zwaarwegende redenen zijn om het medisch beroepsgeheim te doorbreken blijft in stand. De gevraagde gegevens zijn nodig voor de waarheidsvinding en kunnen niet op andere wijze verkregen worden. Ernstig strafbare feiten waarbij mensenlevens te betreuren zijn moeten onderzocht kunnen worden en berecht. In deze zaak was de jonge vrouw twee jaar in behandeling bij iemand die geen medische opleiding had gevolgd. Ook moet ervoor gewaakt worden, indien de verwijten juist zijn, dat de verdachte nogmaals in de gelegenheid kan komen medische handelingen te verrichten zonder de vereiste kennis en kunde. Temeer nu er geen weg is naar de tuchtrechter omdat de verdachte niet BIG is geregistreerd.

Conclusie

In zeer uitzonderlijke gevallen kan het medisch beroepsgeheim dus doorbroken worden. In casu was hiervan sprake. Een zorgzinstelling kan echter niet zomaar op een verzoek van politie/justitie ingaan. Als politie/justitie afgifte verlangt van de zorginstelling moet dit wel via een vordering van de Officier van Justitie plaats vinden. Het verzoek kan dan op juiste wijze getoetst worden. Gehele uitspraak: ECLI:HR:2024:972 Edith juist [post_title] => Medisch beroepsgeheim terecht doorbroken? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => medisch-beroepsgeheim-terecht-doorbroken [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-08-09 10:29:08 [post_modified_gmt] => 2024-08-09 08:29:08 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=43110 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [3] => WP_Post Object ( [ID] => 43093 [post_author] => 65 [post_date] => 2024-08-07 16:37:29 [post_date_gmt] => 2024-08-07 14:37:29 [post_content] => In een recente uitspraak komt weer eens naar voren dat het maken van schriftelijke afspraken én het in de gaten houden van wat er is overeengekomen van groot belang is. Het gevolg is namelijk dat er inbreuk wordt gemaakt op intellectuele eigendomsrechten.

Relevante feiten

Een Nederlandse onderneming laat door haar ontworpen e-bikes voorzien haar eigen merk Qwic erop produceren in Bulgarije. Partijen hebben een sales agreement gesloten waarin een “entire agreement clausule” is opgenomen die alle eerder gemaakte afspraken vervangt. Tevens is overeengekomen dat wijzigingen alleen schriftelijk overeengekomen kunnen worden. Als de Nederlandse onderneming in zwaar weer verkeert, heeft de Nederlandse onderneming de Bulgaarse producent mondeling toestemming verleend om in het geval van faillissement de fietsen zelf te mogen verkopen. De Nederlandse onderneming ging ook daadwerkelijk failliet, maar de Bulgaarse producent had nog een voorraad van 20.000 e-bikes en bood deze aan Fietsenwinkel.nl aan. Na het faillissement zijn alle intellectuele eigendomsrechten, waaronder de auteursrechten op het ontwerp van de fietsen en de merkrechten, uit  de faillissementsboedel gekocht door Ecomotion. De vraag die hier centraal staat is of Fietsenwinkel.nl de e-bikes mag verkopen.

Juridische beoordeling

Een cruciaal punt was of de mondelinge toestemming voldoende was om de e-bikes te mogen verkopen. Het antwoord hierop is duidelijk. Doordat wijzigingen aan de sales agreement tussen de failliet en de producent alleen schriftelijk konden plaatsvinden, heeft mondelinge toestemming juridisch geen waarde. Het beroep op uitputting door Fietsenwinkel.nl, namelijk dat de Bulgaarse producent de e-bikes in het economisch verkeer had gebracht waardoor er geen sprake kon zijn van inbreuk op het merk Qwic, slaagt hierdoor dan ook niet. Immers is er juridisch gezien geen toestemming verleend. Naast dat de uitspraak luidt dat er sprake is van inbreuk op het merkrecht van Ecomotion, heeft Ecomotion ook een beroep gedaan op haar auteursrecht. Fietsenwinkel.nl is er niet in geslaagd om aan te tonen dat de e-bikes niet auteursrechtelijk beschermd zijn. Alhoewel losse elementen van het ontwerp niet auteursrechtelijk zijn beschermd, zijn er voldoende creatieve keuzes gemaakt in het ontwerp als geheel. Dit heeft als gevolg dat Fietsenwinkel.nl ook is veroordeeld voor inbreuk op auteursrechten.

Conclusie

Deze uitspraak benadrukt nogmaals dat het van groot belang is om afspraken die worden gemaakt schriftelijk vast te leggen. Hierbij is ook van belang om goed voor ogen te hebben wat er eventueel in eerdere overeenkomsten is opgenomen. Vragen over het auteursrecht, merkenrecht of contracten? Neem dan contact op met een van onze specialisten. Mustafa Kahya [post_title] => Belang van schriftelijke afspraken [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => belang-van-schriftelijke-afspraken [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-08-07 16:37:29 [post_modified_gmt] => 2024-08-07 14:37:29 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=43093 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [4] => WP_Post Object ( [ID] => 43082 [post_author] => 71 [post_date] => 2024-08-07 15:54:57 [post_date_gmt] => 2024-08-07 13:54:57 [post_content] => Op 5 augustus 2024 heeft miljardair Elon Musk een rechtszaak heropend tegen OpenAI, de maker van ChatGPT, en diens CEO Sam Altman. Deze zaak maakt maar weer eens duidelijk hoe belangrijk het is om goed na te denken over partnerschappen, licenties en contractuele verplichtingen.

Open AI en xAI

Musk, mede-oprichter van OpenAI in 2015, verliet de organisatie drie jaar later. Sindsdien heeft OpenAI zich ontwikkeld tot een toonaangevend bedrijf in generatieve AI. Musk richtte in 2022 een concurrerende startup op, xAI.

Licentie voor gebruik van AI

Deze rivaliteit heeft geleid tot de heropleving van een oudere rechtszaak die Musk eerder dit jaar startte en enkele maanden later weer introk. OpenAI heeft aan Microsoft een licentie gegeven om diens AI modellen te gebruiken. Musk eist dat deze licentie ongeldig wordt verklaard. Hij betoogt dat de taalmodellen buiten het bereik van OpenAI's partnerschap met Microsoft vallen. Daarmee zouden de licentievoorwaarden zijn overschreden, voornamelijk dat de AI technieken worden ontwikkeld voor humanitaire doeleinden .

Doel van het gebruik

OpenAI zou door dit het geven van de betreffende licentie aan Microsoft juist commerciële belangen boven het publieke belang stellen. Volgens Musk verdienen OpenAI en Microsoft immers grof geld door deze technieken aan het publiek te verkopen, iets wat niet mogelijk zou zijn als de non-profit moederorganisatie van OpenAI onderzoek en technologie vrij beschikbaar zou stellen – wat CEO Altman verschillende malen aan Musk zou hebben beloofd. Uit andere berichten zou overigens blijken dat Musk destijds wel degelijk van plan was om ook een for-profit organisatie op te zetten voor deze AI-werkzaamheden.

Monitoren van afspraken

Musk's argument dat de licentievoorwaarden zijn overschreden, onderstreept maar weer eens de noodzaak voor bedrijven om hun contractuele afspraken – zoals samenwerkingsovereenkomsten en licenties -  nauwgezet te monitoren en te handhaven.

Strategisch partnerschap

Daarnaast toont de zaak het belang van strategische partnerschappen. De samenwerking tussen OpenAI en Microsoft geeft Microsoft een aanzienlijke voorsprong in de race om dominantie in de wereld van generatieve AI. Strategische samenwerkingen met andere bedrijven kunnen zowel kansen als risico's met zich mee brengen. Zulke partnerschappen kunnen aanzienlijke voordelen bieden. Ze kunnen echter nog leiden tot afhankelijkheid en mogelijke conflicten over onder andere intellectuele eigendomsrechten zoals auteursrecht – zeker nu er nog steeds veel juridische discussie plaatsvinden over of er nu wel of geen auteursrecht op AI kan rusten.

Conclusie

Kortom, uit bovenstaande zaak blijkt dat het altijd belangrijk is om als onderneming goed de gemaakte afspraken met andere bedrijven te blijven monitoren. Staan alles neuzen nog dezelfde kant op? Zo niet, dan kan dat grote gevolgen hebben voor bijvoorbeeld je intellectuele eigendom of andere belangrijke aspecten binnen je onderneming. Heb je vragen, neem dan contact op met onze specialisten. Yvonne Vetjens 2 [post_title] => Musk vs OpenAI: AI licentie geschonden of niet? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => musk-vs-openai-ai-licentie-geschonden-of-niet [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-08-07 16:11:30 [post_modified_gmt] => 2024-08-07 14:11:30 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=43082 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [5] => WP_Post Object ( [ID] => 43046 [post_author] => 86 [post_date] => 2024-08-05 11:00:39 [post_date_gmt] => 2024-08-05 09:00:39 [post_content] => In gerechtelijke procedures komt het regelmatig voor dat bewijs geleverd moet worden door een van de partijen, maar dat dit bewijs vertrouwelijke informatie bevat, zoals bedrijfsinformatie. Het leveren van bewijs kan daarom schadelijk zijn voor de betreffende partij. Indien de rechtbank het eens is dat het bewijs vertrouwelijk moet blijven, kan de rechtbank maatregelen nemen om de vertrouwelijkheid ervan te beschermen. In een recente zaak betreffende een octrooi-inbreukgeschil tussen Huawei en Netgear, kwam dit opnieuw naar voren. In deze zaak voor het Unified Patent Court ("UPC") moest bewijs worden geleverd terwijl de inhoud hiervan vertrouwelijke informatie bevat.

Het geschil

In dit geschil heeft Huawei een rechtszaak aangespannen tegen Netgear wegens inbreuk op hun Standaard Essentieel Octrooi ("SEP") EP 3611989 ("EP’989"), getiteld " Method and apparatus for transmitting wireless local area network information". Huawei voert aan dat dit octrooi essentieel is voor naleving van de Wi-Fi 6-standaard en dat, aangezien Netgear deze standaard naleeft, ze ook inbreuk maken. Op haar beurt heeft Netgear een beroep gedaan op uitputting van rechten van EP’989. (Zie blog over uitputting van octrooirechten hier). De uitputting van rechten was gebaseerd op een licentieovereenkomst tussen Netgear's leverancier, Qualcomm Corp, en Huawei. Volgens Netgear bevatten de mogelijk inbreukmakende producten chips die door Qualcomm aan hen worden geleverd. Deze chips gebruiken Huawei’s Wi-Fi 6-standaard octrooien, waarvan het gebruik al is betaald volgens de licentieovereenkomst. Dus, aangezien de licentievergoeding al door Qualcomm is betaald, kan Huawei geen tweede betaling van Netgear vorderen, omdat deze vergoeding al door Qualcomm is voldaan en de octrooirechten dus zijn uitgeput.

De licentieovereenkomst

Deze licentieovereenkomst werd gebruikt als bewijs in een discovery-procedures die parallel loopt in de Verenigde Staten ("VS"), en was ook beschikbaar voor Netgear. Netgear werd echter door de Amerikaanse rechtbank verhinderd om deze aan het UPC voor te leggen of om details daarover te verstrekken. Als reactie op een verzoek om indiening van de overeenkomst in deze procedure adviseerde de Amerikaanse rechtbank Netgear om een verzoek bij de UPC in te dienen om deze overeenkomst te vorderen.

De beslissing van het UPC

Het UPC oordeelde op het indieningsverzoek dat, aangezien Netgear al toegang had tot de overeenkomst via de Amerikaanse procedures, het alleen eerlijk zou zijn om hen ook in staat te stellen de overeenkomst voor het UPC te gebruiken. De vertrouwelijkheidsbelangen van Huawei en Qualcomm bij het niet presenteren van de overeenkomst wogen ook minder zwaar dan het feit dat Netgear al in bezit was van de overeenkomst. Huawei werd daarom bevolen om de productie van de licentieovereenkomst van de Amerikaanse rechtbank te verzoeken. Het UPC oordeelde verder dat, vanwege de legitieme vertrouwelijkheidsbelangen van Huawei en Qualcomm, beschermende maatregelen moesten worden genomen. De maatregelen omvatten dat de inhoud van de licentieovereenkomst als vertrouwelijk moet worden geclassificeerd. Bovendien mag de inhoud van de licentieovereenkomst alleen worden bekendgemaakt aan de juridische vertegenwoordigers van Netgear, hun assistenten en de vice-president van legal van Netgear. De informatie in de overeenkomst moet strikt vertrouwelijk worden behandeld, zelfs na afloop van de procedure. Ook zal het publiek worden uitgesloten van deelname aan het deel van de procedure waarin de overeenkomst zal worden onthuld. De vertrouwelijke informatie zal ook worden geredigeerd in het vonnis en niet beschikbaar zijn voor derden. Bovendien mag de licentie alleen als bewijs worden gebruikt in de UPC-procedures en niet in andere procedures.

Toepassing van de UPC-procedurele regels

Deze beslissing illustreert de implementatie van de mechanismen die worden geboden in regel 190 van de UPC's Rules of Procedure ("RoP"), bevel tot het opleveren  van bewijs, en regel 262A, bescherming van vertrouwelijke informatie. Volgens regel 190 kan de rechtbank de productie van bewijs in het bezit van een partij bevelen. Bovendien, en hier van belang, voorziet regel 262A RoP in de mogelijkheid van maatregelen ter bescherming van legitieme vertrouwelijkheidsbelangen.

Toepassing in de praktijk

Deze beslissing bevestigt dat het UPC de belangen van partijen bij het opleveren van bewijs zal afwegen. Enerzijds zal het belang van het bewijs worden geëvalueerd, en anderzijds de vertrouwelijkheid van het bewijs. Als het bewijs van belang is voor de procedure en het bewijs vertrouwelijke informatie bevat, zal het UPC zorgen voor de implementatie van redelijke maatregelen om de vertrouwelijke informatie te beschermen. Het is echter belangrijk om de rechtbank erop te wijzen dat het bewijs vertrouwelijke informatie bevat en dat het opleveren ervan de vertrouwelijkheid in gevaar zou brengen. Hierbij de Engelse versie. Magdaleen Jooste 3 [post_title] => Bescherming van vertrouwelijke informatie in procedures bij het UPC [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => bescherming-van-vertrouwelijke-informatie-in-procedures-bij-het-upc [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-08-05 11:14:00 [post_modified_gmt] => 2024-08-05 09:14:00 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=43046 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [6] => WP_Post Object ( [ID] => 43019 [post_author] => 65 [post_date] => 2024-08-02 10:09:04 [post_date_gmt] => 2024-08-02 08:09:04 [post_content] => Wat is dat, inburgering van een merk? Een teken wordt geweigerd als merk als het onderscheidend vermogen mist. Dit is het geval wanneer het teken uitsluitend bestaat uit benamingen, aanduidingen of kenmerken voor de waren en diensten waar het merk voor is aangevraagd, of als het teken in normaal taalgebruik gebruikelijk is geworden.[1] Er is echter een uitzondering mogelijk op deze hoofdregel, namelijk als het teken is ingeburgerd. Een merk wordt toch ingeschreven als het teken door gebruik ervan onderscheidend vermogen heeft verkregen.[2] Voor de beoordeling of een teken onderscheidend vermogen heeft verkregen, dient rekening gehouden te worden met alle relevante factoren. Het  Europese Hof van Justitie geeft een aantal niet-uitputtende factoren die relevant zijn. Denk hierbij aan het marktaandeel, de intensiteit van gebruik, de geografische spreiding en de duur van het gebruik, de hoogte van reclamekosten en verklaringen van beroepsverenigingen met betrekking tot het gebruik als merk.[3]

Samenhangend(e) merk(en)

Het komt regelmatig voor dat tekens deel uitmaken van een ingeschreven merk of dat een teken in samenhang met andere merken wordt gebruikt. Denk hierbij aan de naam van het product dat samen met het merk van de onderneming wordt gebruikt. Bijvoorbeeld “Duo Penotti” als merk voor chocoladepasta van de onderneming “Penotti”.  Wanneer dat specifieke teken als merk wordt aangevraagd, moet worden aangetoond dat, dat specifieke teken als merk voor de betreffende waren en/of diensten wordt gepercipieerd. Dit moet met aanvullende stukken worden aangetoond. TM

(Taal)gebied

Als het gaat om inburgering van tekens, is de Benelux een bijzonder geval binnen de EU. De Benelux bestaat namelijk uit drie landen waarin twee talen worden gesproken: Nederlands (/Vlaams) en Frans. Wanneer een weigeringsgrond bestaat in één taalgebied, moet het teken in dat taalgebied onderscheidend vermogen verkrijgen. Hiervoor moet worden vastgesteld dat een aanzienlijk deel van het taalgebied het teken als merk ervaart. Onder aanzienlijk deel voor het Nederlandse taalgebied wordt bijvoorbeeld verstaan het gehele Nederlandse publiek. Het Vlaamssprekende publiek in België is in dat geval geen vereiste.

Belang van inburgering

Het komt regelmatig voor dat een onderneming kiest voor een beschrijvend teken als merknaam voor haar waren en/of diensten. Het gevolg is dat het teken in principe niet in aanmerking komt voor een merkregistratie.[4] Na verloop van tijd kan deze onderneming dusdanig zijn gegroeid dat het een bekende naam heeft gekregen. Deze onderneming doet er dan verstandig aan om haar naam als merk te registreren. Een merkrecht biedt immers meer bescherming dan alleen een handelsnaam. Vragen over het merkenrecht? Neem dan contact op met een van onze specialisten. [1] Artikel 2.2bis lid 1 sub b, c en d BVIE. [2] Artikel 2.2bis lid 3 BVIE. [3] HvJ EG 4 mei 1999, zaken C-108/97 en C-109/907 (Windsurfing Chiemsee). [4] Hierbij gaan we uit van een woordmerk. Het kan onder omstandigheden mogelijk zijn om een gecombineerd woord- en beeldmerk te verkrijgen voor tekens die in beginsel onvoldoende onderscheidend vermogen hebben om als woordmerk geregistreerd te worden. Mustafa Kahya [post_title] => Inburgering van een merk [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => inburgering-van-een-merk [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-08-02 10:22:47 [post_modified_gmt] => 2024-08-02 08:22:47 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=43019 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [7] => WP_Post Object ( [ID] => 43014 [post_author] => 71 [post_date] => 2024-08-01 15:27:06 [post_date_gmt] => 2024-08-01 13:27:06 [post_content] => Vandaag, 1 augustus 2024, treedt de Europese AI Act in werking. Dit is een mijlpaal in de regulering van kunstmatige intelligentie binnen de Europese Unie. De AI Act heeft verstrekkende gevolgen voor het bedrijfsleven. Wat houdt de AI Act kort gezegd in, en waar moeten bedrijven op letten?

Wat is de AI Act?

De AI Act is een verordening die is ontworpen om een kader te bieden voor het veilig en ethisch gebruik van kunstmatige intelligentie (Artificial Intelligence, oftewel AI) binnen de EU. De verordening introduceert een risico gebaseerde aanpak, waarbij AI-systemen worden ingedeeld in verschillende risicocategorieën: een minimaal, beperkt, hoog of een onaanvaardbaar risico. Systemen met een onaanvaardbaar risico, bijvoorbeeld systemen die mensen manipuleren of kwetsbare groepen uitbuiten, worden verboden. Hoog-risico AI-systemen, die onder andere toepassingen in kritieke infrastructuur, onderwijs, werkgelegenheid en rechtshandhaving omvatten, worden aan strikte eisen onderworpen waaronder conformiteitsbeoordelingen en transparantieverplichtingen.

Belang voor bedrijven

Voor ondernemers biedt de AI Act zowel uitdagingen als kansen. Veel bedrijven bevinden zich in een fase waarin ze voldoende middelen hebben om te investeren in innovatieve technologieën zoals AI. Er is echter ook een kans dat deze reguleringen kwetsbaarheden blootleggen, waardoor een onderneming meer of andere investeringen moet doen dan eerder gedacht.

Vertrouwen en veiligheid

De AI Act heeft onder meer als doel een bijdrage te leveren aan het verhogen van het vertrouwen van consumenten en zakelijke klanten in AI-oplossingen. Door te voldoen aan de strenge eisen van de AI Act kunnen bedrijven laten zien dat hun AI-systemen veilig, betrouwbaar en ethisch verantwoord zijn. Dit kan een concurrentievoordeel opleveren in een markt waar consumenten steeds kritischer worden over de technologieën die ze gebruiken.

Markttoegang

Door te voldoen aan de normen van de AI Act kunnen bedrijven aantonen dat ze daarmee voldoen aan bepaalde vereisten om hun producten en diensten aan te bieden op de Europese markt. Dit is vooral belangrijk voor bedrijven die zich bezighouden met grensoverschrijdende handel binnen de EU. Bovendien kunnen bedrijven die al voldoen aan de strenge EU-regels, gemakkelijker toegang krijgen tot andere markten die vergelijkbare regelgeving kunnen volgen.

Innovatie en groei

De AI Act stimuleert bedrijven om te investeren in veilige en verantwoorde AI-innovaties. Voor bedrijven betekent dit de mogelijkheid om te groeien en zich te onderscheiden door middel van geavanceerde technologieën. De verordening kan ook leiden tot nieuwe zakelijke kansen en samenwerking met onderzoeksinstellingen en andere bedrijven.

Kosten en naleving

Aan de andere kant brengt de AI Act ook uitdagingen, vooral op het gebied van naleving en kosten. Bedrijven zullen moeten investeren in conformiteitsbeoordelingen en mogelijk zelfs in het aanpassen van hun AI-systemen. Dit kan aanzienlijke financiële en operationele gevolgen hebben. Wij kunnen u helpen met behulp van verschillende diensten die wij aanbieden.

Conclusie

De AI Act is een belangrijke stap in de richting van het reguleren van AI binnen de EU. Voor bedrijven biedt de verordening zowel kansen als uitdagingen. Door te voldoen aan de regelgeving kunt u profiteren van verhoogd vertrouwen, verbeterde markttoegang en gestimuleerde innovatie. Bereidt u tegelijkertijd voor op nodige investeringen om aan de regelgeving te voldoen. Bij vragen kunt u gerust contact opnemen met onze juridische specialisten. Yvonne Vetjens 1 [post_title] => Het belang van de AI Act voor ondernemers [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => het-belang-van-de-ai-act-voor-ondernemers [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-08-01 15:33:23 [post_modified_gmt] => 2024-08-01 13:33:23 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=43014 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [8] => WP_Post Object ( [ID] => 42982 [post_author] => 6 [post_date] => 2024-07-29 12:04:16 [post_date_gmt] => 2024-07-29 10:04:16 [post_content] => De vormgeving van een gebruiksvoorwerp kan auteursrechtelijk beschermd zijn. Dus ook van bijvoorbeeld een kaasschaaf. De drempel daarvoor blijkt in de praktijk hoog te zijn. Al snel is vormgeving bepaald door het gebruik of functionele eisen. Maar het kan wel. Aan de onderbouwing worden hogen eisen gesteld. In een kortgeding procedure liep het niet goed af voor Boska.[1] Boska is producent van diverse food gereedschappen zoals kaasschaven, kaasraspen en smeermessen. Haar designafdeling heeft deze ontworpen, zoals de Copenhagenlijn. Sinds 2009 verkoopt PLUS deze in haar supermarkten: Afbeelding1 Boska In 2023 eindigt de samenwerking. PLUS vraagt een andere partij om een kaasschaaf, kaasrasp en smeermes te leveren. Deze partij doet dit onder de naam Klaverland. Afbeelding2 Boska Boska stelt dat haar producten auteursrechtelijk zijn beschermd en dat PLUS (en de leverancier) inbreuk daarop maakt door de Klaverblad producten aan te bieden. PLUS heeft de Klaverblad producten vervolgens uit haar winkels en online gehaald. De leverancier en Boska komen niet tot een regeling. Boska stelt in een kortgedingprocedure dat de leverancier inbreuk heeft gemaakt op het auteursrecht van Boska en daarnaast onrechtmatig heeft gehandeld door slaafs na te bootsen. De vorderingen worden afgewezen. In een goed onderbouwd vonnis, past de rechter het werkbegrip uit de Auteurswet toe, in overeenstemming met de Auteursrecht richtlijn. In deze casus gaat het om gebruiksvoorwerpen. De toepassing van het werkbegrip is niet anders dan bij andere werken.

Auteursrechtelijke bescherming

Aan een werk worden twee voorwaarden gesteld; het moet i) nauwkeurig en objectief identificeerbaar en ii) oorspronkelijk zijn. Aan de eerste voorwaarde is voldaan. Het is voldoende duidelijk waar de auteursrechtelijke bescherming van wordt ingeroepen. De tweede voorwaarde vormt een probleem. De rechter overweegt: “De rechter moet nagaan of de maker van het product door de keuze van de verschijningsvorm ervan zijn creatieve vermogen op originele wijze tot uitdrukking heeft gebracht door vrije en creatieve keuzen te maken en het product zodanig heeft vormgegeven dat het zijn persoonlijkheid weerspiegelt”. Omdat het een gebruiksvoorwerp is gelden er functionele en technische vereisten. Dat betekent vaak een beperkte ruimte om ‘vrije en creatieve’ keuzes te maken. En daar waar die keuzes bestaan mag het niet overeenstemmen met wat er al bestond (‘het vormgevingserfgoed’). Boska heeft van de drie producten aangegeven wat de auteursrechtelijk beschermde elementen zijn (o.a. “het handvat is hol, de ‘ronde’ vormgeving van het handvat, het handvat is niet volledig rond, maar is aan de boven- en onderkant afgevlakt”). Boska vat dit samen als een eigen ‘look and feel’ van de producten. Tijdens de mondelinge behandeling heeft Boska aangegeven dat zij zich niet beroept op de auteursrechtelijke bescherming van één of meerdere specifieke elementen van de Boska producten. Boska beroept zich op de auteursrechtelijke bescherming van de combinatie van deze (stuk voor stuk onbeschermde) elementen. De rechter vindt echter dat het niet duidelijk is welke beschermingswaardige creativiteit Boska heeft toegepast om met de combinatie van de op zichzelf onbeschermde elementen, een auteursrechtelijk beschermd werk te creëren. Boska heeft onvoldoende onderbouwd op grond waarvan de combinatie van de onbeschermde elementen in de Boska Producten, de persoonlijke visie van de maker tot uiting brengt. Dit had wel van haar verwacht mogen worden.” Een andere uitkomst zou dus mogelijk zijn geweest wanneer Boska beter had onderbouwd waar de vrije en creatieve keuzes zijn gemaakt die afwijken van het vormgevingserfgoed. Verder overweegt de rechter dat het hier om gebruiksvoorwerpen gaat. Deze hebben naar hun aard een bepaalde basisvorm. En hoewel die niet per definitie uitgesloten zijn van auteursrechtelijke bescherming, is de basisvorm vaak bepaald door de gebruiksbestemming en daarmee dus functioneel bepaald. De rechtbank overweegt: “Het gaat hierbij bijvoorbeeld om de keuzes die zijn gemaakt met betrekking tot (de ronde vorm, en breedte en lengte van) het handvat, de lengte van het blad en de totale lengte van het product, in het geval van de kaasschaaf en de smeermessen (de vorm van) het blad, en in het geval van de kaasrasp de (hoeveelheid) gaatjes waarmee geraspt kan worden.” Deze elementen en de combinatie daarvan zijn ingegeven door bruikbaarheid en/of ergonomische overwegingen en ruim in het vormgevingserfgoed aanwezig. Van enige creatieve keuzes om dergelijke elementen in de Boska Producten op te nemen is geen sprake. Ook hier had de beoordeling anders kunnen uitpakken wanneer op dit onderdeel een betere onderbouwing was gegeven. Het kan natuurlijk ook dat er geen andere onderbouwing te geven was. Kortom, geen auteursrechtelijke bescherming voor de Boska producten.

Slaafse nabootsing

Voor slaafse nabootsing is vereist dat het ene product een “eigen plaats in de markt” heeft. De leverancier betwist dit ten aanzien van de Boska producten. De leverancier stelt dat Boska merk  wellicht wordt herkend door consumenten, maar dat dit niet geldt voor de vormgeving van de Boska producten. De rechter overweegt dat Boska onvoldoende aannemelijk heeft gemaakt dat de Boska producten voldoende onderscheidend waren en nog steeds zijn toen de Klaverland Producten op de markt kwamen. Uit het vormgevingserfgoed blijkt dat er een aantal kaasschaven, kaasraspen en smeermessen van verschillende producenten op de markt zijn die nauwelijks afwijken van de Boska producten. Kortom, er is geen sprake van een eigen gezicht op de markt. En dus geen slaafse nabootsing. Wat betekent dit voor de praktijk:
  • Vormgeving van gebruiksvoorwerpen kan auteursrechtelijk beschermd zijn maar de drempel lijkt hoog te zijn;
  • Wanneer je auteursrechtelijke bescherming wilt onderbouwen, dan moet je tijdens het design proces zorgen voor een goede dossiervorming (wat is het vormgevingserfgoed, waar wijkt het nieuwe ontwerp af, wat zijn de vrije en creatieve keuzes die daarbij zijn gemaakt.
  • Voor concurrenten kan dit ook kansen betekenen. Gebruiksvoorwerpen die niet aan de werktoets voldoen en die geen eigen plaats in de markt hebben, zijn vrij te kopiëren.
Voor meer informatie: neem contact op met mij. Zie ook mijn eerder blog hierover. [1] ECLI:NL:RBMNE:2024:4318, Rechtbank Midden-Nederland, C/16/576257 / KG ZA 24-279 (rechtspraak.nl) Jos van der Wijst 2 [post_title] => BOSKA kaasschaaf niet auteursrechtelijk beschermd [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => boska-kaasschaaf-niet-auteursrechtelijk-beschermd [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-07-29 12:04:16 [post_modified_gmt] => 2024-07-29 10:04:16 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=42982 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [9] => WP_Post Object ( [ID] => 42957 [post_author] => 68 [post_date] => 2024-07-25 12:10:10 [post_date_gmt] => 2024-07-25 10:10:10 [post_content] => De voorzieningenrechter bij de Rechtbank Midden-Nederland heeft producent Upfield verboden om de naam "ROOMBETER" te gebruiken voor hun plantaardige alternatief voor roomboter. Deze beslissing kwam na een klacht van de Nederlandse Zuivelorganisatie (NZO). In deze blog lees je hoe de rechter oordeelde in deze kwestie.

De zaak

Upfield bracht in 2023 een zuiver plantaardig alternatief voor roomboter op de markt onder de merknaam BLUE BAND en de productnaam ROOMBETER. De NZO maakte bezwaar tegen deze naam. De benamingen 'room' en 'boter' zou volgens de NZO alleen mogen worden gebruikt voor zuivelproducten. Dit leidt zij af uit artikel 78 lid 2 van de Gemeenschappelijke marktordening voor landbouwproducten (GMO) uit de Europese unie, en dan meer specifiek punt 5 uit bijlage VII / deel III. Upfield stelt dat zij de naam ‘room’ niet gebruikt ter aanduiding van haar product. Haar product heet namelijk niet 'ROOMBETER', maar 'BLUE BAND ROOMBETER'. Met gebruik van deze volledige naam, in combinatie met de overige vermeldingen op het product (100% plantaardig alternatief voor roomboter) wordt volgens Upfield niet gesuggereerd dat het een zuivelproduct betreft. Daarbij komt dat BLUE BAND al 100 jaar bekend staat als margarinemerk – dus met plantaardige producten - waardoor voor de consument duidelijk is dat het om een plantaardig product gaat. Ook wordt met de samenstelling van de woorden ‘room’ en ‘beter’ benadrukt dat het geen roomboter is, maar een beter product, in die zin dat het plantaardig is en minder CO2-uitstoot veroorzaakt.

Oordeel voorzieningenrechter

De voorzieningenrechter volgt het betoog van de NZO en stelt haar dus ook in het gelijk. Daarbij maakt zij direct duidelijk onderscheid dat BLUE BAND een merknaam is, en ROOMBETER de productnaam  die Upfield gebruikt om haar nieuwe product bij de afzet en in reclame aan te duiden. Verder verwijst de voorzieningenrecht onder meer naar eerdere rechtspraak van het Hof van Justitie van de EU, namelijk het TofuTown-arrest. Hieruit volgt dat het gebruik van een voorbehouden zuivelbenaming, in de productnaam van een plantaardig product, in strijd is met het verbod van punt 5 uit de GMO-verordening. De voorzieningenrechter past ook hier deze strikte interpretatie toe, waardoor de rechtbank tot de conclusie komt dat Upfield de term ‘ROOMBETER’ niet langer mag gebruiken. Upfield moet het product binnen 3 maanden uit de schappen hebben. Het staat Upfield wel vrij om de producten te promoten als een beter alternatief voor roomboter, onder een andere naam.

Conclusie

Dit vonnis onderstreept het belang van correcte productbenamingen en claims, in een tijd waarin steeds meer aandacht wordt besteed aan plantaardige alternatieven en duurzaamheid. Heb je vragen over het reclamerecht? Neem contact op met een van onze specialisten. Britt van den Branden nieuw 1 [post_title] => "ROOMBETER" moet uit de schappen [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => roombeter-moet-uit-de-schappen [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-07-25 12:10:10 [post_modified_gmt] => 2024-07-25 10:10:10 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=42957 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) ) [post_count] => 10 [current_post] => -1 [before_loop] => 1 [in_the_loop] => [post] => WP_Post Object ( [ID] => 24660 [post_author] => 26 [post_date] => 2024-08-11 13:30:15 [post_date_gmt] => 2024-08-11 11:30:15 [post_content] => BG.legal biedt vastgoedeigenaren en beheerders de mogelijkheid om tegen een vast bedrag van € 350,- het omgevingsplan te laten screenen voor onder meer het huisvesten van arbeidsmigranten, studenten of expats of het splitsen van woningen. Wij geven in een kort en bondig advies aan wat de mogelijkheden zijn op basis van het omgevingsplan. Huisvesting omgevingsplan Lees hier meer informatie over huisvesting arbeidsmigranten. Onze specialisten arbeidsmigranten: mr. R.J. (Rutger) Boogers en mr. M. (Michael) de Marco Rutger BoogersMichael de Marco 4 [post_title] => Arbeidsmigranten huisvesten? Wat zijn de mogelijkheden? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => arbeidsmigranten-huisvesten-wat-zijn-de-mogelijkheden [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-08-12 10:17:49 [post_modified_gmt] => 2024-08-12 08:17:49 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=24660 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [comment_count] => 0 [current_comment] => -1 [found_posts] => 1383 [max_num_pages] => 139 [max_num_comment_pages] => 0 [is_single] => [is_preview] => [is_page] => [is_archive] => 1 [is_date] => [is_year] => [is_month] => [is_day] => [is_time] => [is_author] => [is_category] => [is_tag] => [is_tax] => 1 [is_search] => [is_feed] => [is_comment_feed] => [is_trackback] => [is_home] => [is_privacy_policy] => [is_404] => [is_embed] => [is_paged] => 1 [is_admin] => [is_attachment] => [is_singular] => [is_robots] => [is_favicon] => [is_posts_page] => [is_post_type_archive] => [query_vars_hash:WP_Query:private] => 3539225a62ecaebeff475252779cc77e [query_vars_changed:WP_Query:private] => [thumbnails_cached] => [allow_query_attachment_by_filename:protected] => [stopwords:WP_Query:private] => [compat_fields:WP_Query:private] => Array ( [0] => query_vars_hash [1] => query_vars_changed ) [compat_methods:WP_Query:private] => Array ( [0] => init_query_flags [1] => parse_tax_query ) [tribe_is_event] => [tribe_is_multi_posttype] => [tribe_is_event_category] => [tribe_is_event_venue] => [tribe_is_event_organizer] => [tribe_is_event_query] => [tribe_is_past] => [tribe_controller] => Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller Object ( [filtering_query:Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller:private] => WP_Query Object *RECURSION* ) )
BG.legal biedt vastgoedeigenaren en beheerders de mogelijkheid om tegen een vast bedrag van € 350,- het omgevingsplan te laten screenen voor onder meer het huisvesten van arbeidsmigranten, studenten of expats of het splitsen van woningen....
Lees meer
In 2019 werd de Green Deal gelanceerd, een reeks beleidsinitiatieven met als doelstelling om Europa in 2050 klimaatneutraal te maken. Een van de beleidsinitiatieven die is gedaan in het kader...
Lees meer
In een recente uitspraak van de Hoge Raad oordeelt De Hoge Raad dat er zwaarwegende redenen zijn om het medisch beroepsgeheim te doorbreken, een uitzondering op de regel. Het gebeuren...
Lees meer
In een recente uitspraak komt weer eens naar voren dat het maken van schriftelijke afspraken én het in de gaten houden van wat er is overeengekomen van groot belang is....
Lees meer
Op 5 augustus 2024 heeft miljardair Elon Musk een rechtszaak heropend tegen OpenAI, de maker van ChatGPT, en diens CEO Sam Altman. Deze zaak maakt maar weer eens duidelijk hoe...
Lees meer
In gerechtelijke procedures komt het regelmatig voor dat bewijs geleverd moet worden door een van de partijen, maar dat dit bewijs vertrouwelijke informatie bevat, zoals bedrijfsinformatie. Het leveren van bewijs...
Lees meer
Wat is dat, inburgering van een merk? Een teken wordt geweigerd als merk als het onderscheidend vermogen mist. Dit is het geval wanneer het teken uitsluitend bestaat uit benamingen, aanduidingen...
Lees meer
Vandaag, 1 augustus 2024, treedt de Europese AI Act in werking. Dit is een mijlpaal in de regulering van kunstmatige intelligentie binnen de Europese Unie. De AI Act heeft verstrekkende...
Lees meer
De vormgeving van een gebruiksvoorwerp kan auteursrechtelijk beschermd zijn. Dus ook van bijvoorbeeld een kaasschaaf. De drempel daarvoor blijkt in de praktijk hoog te zijn. Al snel is vormgeving bepaald...
Lees meer
De voorzieningenrechter bij de Rechtbank Midden-Nederland heeft producent Upfield verboden om de naam "ROOMBETER" te gebruiken voor hun plantaardige alternatief voor roomboter. Deze beslissing kwam na een klacht van de...
Lees meer