Zevende WHOA-uitspraak: Openbare akkoordprocedure

09 feb 2021

Op 9 februari 2021 verscheen de zevende WHOA-uitspraak. Onderaan dit artikel zijn de blogjes over de zes voorgaande uitspraken te vinden. De zevende uitspraak wordt vooral gekenmerkt door (1) de keuze voor een openbare akkoordprocedure en (2) een verzoek tot opzegging van een overeenkomst.

Het verzoek

Verzoekers in de zevende WHOA-uitspraak zijn twee Jurlights B.V. en Jurlights Holding B.V. Beiden zijn gevestigd in Haarlem. Verzoekers hebben in hun startverklaring kenbaar gemaakt dat zij de openbare akkoordprocedure willen doorlopen. Om die reden zijn ook de namen van de Verzoekers openbaar. Verzoekers hebben de betrokkenen een voorstel gedaan en dienen nu een verzoek in tot homologatie van een akkoord ex artikel 383 Fw. Daarbij hebben Verzoekers toestemming verzocht om een lopende overeenkomst te kunnen opzeggen in het geval de rechtbank het akkoord homologeert. Blijkbaar zien Verzoekers zich in de voorbereiding geconfronteerd met een wederpartij die niet tot tussentijdse beëindiging (of wijziging) van de overeenkomst bereid is.

Mogelijkheid tot opzegging van een overeenkomst

De WHOA biedt de schuldenaar of herstructureringsdeskundige de mogelijkheid om een overeenkomst op te zeggen. Het idee erachter is dat het collectieve belang bij het doorgaan van een akkoord moet kunnen prevaleren boven het individuele belang van een wederpartij bij het voortduren van de overeenkomst. De schuldenaar dient eerst zelf na te gaan onder welke voorwaarden de wederpartij bereid is tot een wijziging of beëindiging van de overeenkomst. Als de schuldenaar geen reële mogelijkheden ziet en de wederpartij niet instemt met een voorstel, dan kan de schuldenaar de rechtbank verzoeken om toestemming te verlenen voor een opzegging in het licht van het akkoord. Dit verzoek moet de schuldenaar gelijktijdig met het verzoek tot homologatie indienen.

Rechtsmacht

De rechtbank gaat eerst na of de Nederlandse rechter bevoegd is het verzoek bij een openbare akkoordprocedure in behandeling te nemen. De rechtbank constateert dat de Insolventieverordening (nog) geen melding maakt van de WHOA-procedure, zodat deze (nog) niet van toepassing is. De rechtbank ontleent de rechtsmacht aan de Nederlandse wet (artikel 3 van het Wetboek van Burgerlijke Rechtsvordering).

Verdere verloop procedure

De rechtbank bepaalt de zitting waarop zij de verzoeken zal behandelen op 2 februari 2021. Dit betreft dan zowel de homologatie en het verzoek tot opzegging overeenkomst. Vermoedelijk hebben alle klassen van schuldeisers en aandeelhouders ingestemd met het akkoord, aangezien de rechtbank niet overgaat tot benoeming van een herstructureringsdeskundige of observator. De Verzoekers krijgen de taak om de stemgerechtigde schuldeisers en aandeelhouders onverwijld schriftelijk in kennis te stellen van de behandeling. Ten slotte moeten Verzoekers ervoor zorgen dat de relevante gegevens die horen bij de openbare akkoordprocedure in de registers en Staatscourant komen te staan.

Tot slot

De zevende WHOA-uitspraak belicht twee nieuwe elementen van de WHOA-procedure, namelijk de openbare akkoordprocedure en de mogelijkheid om overeenkomst met toestemming van de rechtbank te beëindigen. De problematiek van overeenkomsten die niet tussentijds opzegbaar zijn (of gewijzigd kunnen worden), vermoedelijk een huurovereenkomst, zal veel schuldenaren bekend voorkomen. De WHOA heeft niet het doel om dergelijke overeenkomsten te kunnen beëindigen of wijzigen, maar biedt in een uiterst geval wel een mogelijkheid hiertoe. Alleen als de rechter toestemming verleent en het onderhands akkoord homologeert, dan kan de schuldenaar de overeenkomst eenzijdig wijzigen of beëindigen. Overigens is het niet mogelijk om arbeidsovereenkomsten met behulp van de WHOA te beëindigen.

Blogs over de eerdere WHOA-uitspraken

Vormt de WHOA wellicht ook een oplossing voor de schulden van uw onderneming? Of wordt u geconfronteerd met een partij die een WHOA-traject wil starten? Neem dan eens vrijblijvend contact met ons op.

BG.legal