WP_Query Object
(
[query] => Array
(
[paged] => 50
[news-type] => blog
)
[query_vars] => Array
(
[paged] => 50
[news-type] => blog
[error] =>
[m] =>
[p] => 0
[post_parent] =>
[subpost] =>
[subpost_id] =>
[attachment] =>
[attachment_id] => 0
[name] =>
[pagename] =>
[page_id] => 0
[second] =>
[minute] =>
[hour] =>
[day] => 0
[monthnum] => 0
[year] => 0
[w] => 0
[category_name] =>
[tag] =>
[cat] =>
[tag_id] =>
[author] =>
[author_name] =>
[feed] =>
[tb] =>
[meta_key] =>
[meta_value] =>
[preview] =>
[s] =>
[sentence] =>
[title] =>
[fields] => all
[menu_order] =>
[embed] =>
[category__in] => Array
(
)
[category__not_in] => Array
(
)
[category__and] => Array
(
)
[post__in] => Array
(
)
[post__not_in] => Array
(
)
[post_name__in] => Array
(
)
[tag__in] => Array
(
)
[tag__not_in] => Array
(
)
[tag__and] => Array
(
)
[tag_slug__in] => Array
(
)
[tag_slug__and] => Array
(
)
[post_parent__in] => Array
(
)
[post_parent__not_in] => Array
(
)
[author__in] => Array
(
)
[author__not_in] => Array
(
)
[search_columns] => Array
(
)
[ignore_sticky_posts] =>
[suppress_filters] =>
[cache_results] => 1
[update_post_term_cache] => 1
[update_menu_item_cache] =>
[lazy_load_term_meta] => 1
[update_post_meta_cache] => 1
[post_type] =>
[posts_per_page] => 10
[nopaging] =>
[comments_per_page] => 50
[no_found_rows] =>
[taxonomy] => news-type
[term] => blog
[order] => DESC
)
[tax_query] => WP_Tax_Query Object
(
[queries] => Array
(
[0] => Array
(
[taxonomy] => news-type
[terms] => Array
(
[0] => blog
)
[field] => slug
[operator] => IN
[include_children] => 1
)
)
[relation] => AND
[table_aliases:protected] => Array
(
[0] => wp_term_relationships
)
[queried_terms] => Array
(
[news-type] => Array
(
[terms] => Array
(
[0] => blog
)
[field] => slug
)
)
[primary_table] => wp_posts
[primary_id_column] => ID
)
[meta_query] => WP_Meta_Query Object
(
[queries] => Array
(
)
[relation] =>
[meta_table] =>
[meta_id_column] =>
[primary_table] =>
[primary_id_column] =>
[table_aliases:protected] => Array
(
)
[clauses:protected] => Array
(
)
[has_or_relation:protected] =>
)
[date_query] =>
[queried_object] => WP_Term Object
(
[term_id] => 56
[name] => Blog van medewerkers
[slug] => blog
[term_group] => 0
[term_taxonomy_id] => 56
[taxonomy] => news-type
[description] =>
[parent] => 0
[count] => 1453
[filter] => raw
)
[queried_object_id] => 56
[request] => SELECT SQL_CALC_FOUND_ROWS wp_posts.ID
FROM wp_posts LEFT JOIN wp_term_relationships ON (wp_posts.ID = wp_term_relationships.object_id) LEFT JOIN wp_icl_translations wpml_translations
ON wp_posts.ID = wpml_translations.element_id
AND wpml_translations.element_type = CONCAT('post_', wp_posts.post_type)
WHERE 1=1 AND (
wp_term_relationships.term_taxonomy_id IN (56)
) AND ((wp_posts.post_type = 'post' AND (wp_posts.post_status = 'publish' OR wp_posts.post_status = 'acf-disabled' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-success' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-failed' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-schedule' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-pending' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-draft'))) AND ( ( ( wpml_translations.language_code = 'nl' OR (
wpml_translations.language_code = 'nl'
AND wp_posts.post_type IN ( 'attachment' )
AND ( (
( SELECT COUNT(element_id)
FROM wp_icl_translations
WHERE trid = wpml_translations.trid
AND language_code = 'nl'
) = 0
) OR (
( SELECT COUNT(element_id)
FROM wp_icl_translations t2
JOIN wp_posts p ON p.id = t2.element_id
WHERE t2.trid = wpml_translations.trid
AND t2.language_code = 'nl'
AND (
p.post_status = 'publish' OR p.post_status = 'private' OR
( p.post_type='attachment' AND p.post_status = 'inherit' )
)
) = 0 ) )
) ) AND wp_posts.post_type IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' ) ) OR wp_posts.post_type NOT IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' ) )
GROUP BY wp_posts.ID
ORDER BY wp_posts.menu_order, wp_posts.post_date DESC
LIMIT 490, 10
[posts] => Array
(
[0] => WP_Post Object
(
[ID] => 31689
[post_author] => 60
[post_date] => 2022-08-18 10:36:58
[post_date_gmt] => 2022-08-18 08:36:58
[post_content] => We zien het onder andere in de incassopraktijk geregeld mis gaan. Er is niet duidelijk vastgelegd of we te maken hebben met een bemiddelaar, principaal/handelsagent of lastgever/lasthebber. Maar wat houden deze begrippen in? En welke overeenkomsten liggen hieraan ten grondslag?
Zowel de bemiddelings-, agentuur- als lastgevingsovereenkomst zijn bijzondere overeenkomsten van opdracht. Dit zijn overeenkomsten waarbij een opdrachtgever een opdracht geeft aan een opdrachtnemer en laatstgenoemde deze opdracht aanneemt. Er zijn echter veel verschillende overeenkomsten die onder deze categorie vallen. Bovengenoemde drie bijzondere overeenkomsten van opdracht worden nader gespecificeerd in de wet.
Bemiddelingsovereenkomst (artikel 425 boek 7 Burgerlijk Wetboek)
De bemiddelingsovereenkomst is een overeenkomst waarbij een bemiddelaar (oftewel de opdrachtnemer) zich verplicht tegenover de opdrachtgever om tegen vergoeding als tussenpersoon werkzaam te zijn bij het tot stand brengen van één of meer overeenkomsten tussen de opdrachtgever en derden. In dit geval wordt uitsluitend gehandeld op naam van de opdrachtgever.
De opdrachtgever is verplicht om de overeengekomen vergoeding aan de bemiddelaar te betalen, indien er een overeenkomst tot stand komt door zijn bemiddelingswerkzaamheden. Daarentegen moet de bemiddelaar zijn bemiddelingswerkzaamheden goed uitvoeren en zich als een goed bemiddelaar gedragen.
Agentuurovereenkomst (artikel 428 boek 7 Burgerlijk Wetboek)
De agentuurovereenkomst is een overeenkomst tussen de principaal (de ondernemer) en de handelsagent (de zelfstandige verkoper). De handelsagent bemiddelt bij de totstandkoming van overeenkomsten tussen de principaal en derden. Het verdient opmerking dat de handelsagent daarbij niet ondergeschikt is aan de principaal. De handelsagent kan op eigen naam of op naam en voor rekening van de principaal overeenkomsten sluiten of orders bezorgen aan de principaal. De principaal moet hiervoor een provisie betalen.
Verschil agentuurovereenkomst en bemiddelingsovereenkomst
Zo op het eerste gezicht heeft de agentuurovereenkomst veel weg van de bemiddelingsovereenkomst. Er is echter een belangrijk verschil tussen beiden. De bemiddelingsovereenkomst ziet op het tot stand brengen van één of meerdere overeenkomsten. Hier kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een makelaar die eenmalig bemiddelt bij de verkoop van een huis. Zodra deze overeenkomst tot stand is gebracht, is voldaan aan de bemiddelingsovereenkomst. Bovendien is er bij de bemiddelingsovereenkomst geen sprake van vertegenwoordiging van de opdrachtgever.
Bij de agentuurovereenkomst is het natuurlijk ook de bedoeling om te bemiddelen in het sluiten van overeenkomsten, maar het gaat dan om een onbepaald aantal overeenkomsten. Op het moment dat er een agentuurovereenkomst wordt gesloten tussen twee partijen is het de bedoeling om een duurzame zakelijke relatie met elkaar aan te gaan.
Het is van belang dit onderscheid goed te maken bij de uitleg van een overeenkomst. Beide figuren hebben immers een eigen wettelijke regeling met elk eigen consequenties. Beter is het natuurlijk om bij de totstandkoming van de overeenkomst na te denken over welke figuur nu juist bedoeld wordt en dat goed te definiëren.
Lastgevingsovereenkomst (artikel 414 boek 7 Burgerlijk Wetboek)
De lastgevingsovereenkomst wordt gesloten tussen de lastgever en lasthebber. De lasthebber verplicht zich om voor rekening van de lastgever één of meer rechtshandelingen te verrichten. Vaak gaat het dan om het sluiten van overeenkomsten. De lasthebber kan de rechtshandelingen verrichten op eigen naam (maar voor rekening van de lastgever) of op naam van de lastgever. De lasthebber heeft echter wel een volmacht nodig om bevoegd in naam van de lastgever te handelen (artikel 62 boek 3 Burgerlijk Wetboek). Met betrekking tot lastgeving gelden behoorlijk wat specifieke regels. Deze regels zien vooral op het gebied van tegenstrijdig belang en de relatie met een derde partij.
Er bestaat een verschil tussen de lasthebber en de gevolmachtigde. Waar de lasthebber verplicht is om bepaalde rechtshandelingen uit te voeren, is de gevolmachtigde bevoegd om rechtshandelingen uit te voeren, maar is dit geen verplichting. Haal de lasthebber en de gevolmachtigde daarom niet door elkaar.
Tot slot
Gezien de complexe materie die gepaard gaat met deze bijzondere overeenkomsten van opdracht, is het verstandig om bij het opstellen van deze overeenkomst juridische hulp in te schakelen. Mocht u over bovenstaand onderwerp een vraag hebben, neem dan gerust contact op met onze BG.legal specialisten.
[post_title] => Bijzondere overeenkomsten
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => bijzondere-overeenkomsten
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2022-08-29 11:11:21
[post_modified_gmt] => 2022-08-29 09:11:21
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=31689
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[1] => WP_Post Object
(
[ID] => 31593
[post_author] => 10
[post_date] => 2022-08-12 10:53:08
[post_date_gmt] => 2022-08-12 08:53:08
[post_content] => Op 1 juli 2022 is Wet maatschappelijk verantwoord inkopen Jeugdwet en Wmo 2015 in werking getreden. Deze wet leidt tot een aantal belangrijke wijzigingen in de Wmo 2015 en de Jeugdwet.
In zowel de Jeugdwet als de Wmo 2015 wordt de basis gelegd voor een zogenoemde ‘algemene maatregel van bestuur’ (afgekort AMVB, zijnde een set van regels waarmee een wet verder wordt uitgewerkt) waarin de bij de inkoop of subsidiëring van deze zorg in acht te nemen zorgvuldigheidseisen kunnen worden geregeld.
Het gaat hierbij om zorgvuldigheidseisen die de continuïteit van de beschikbaarheid van de bewuste zorg ten goede komen en in het bijzonder de continuïteit van de zorgverlening aan individuele cliënten. Daarbij valt te denken aan onderwerpen als het tijdig afronden van de inkoopprocedure, meerjarige contracten en contractuele afspraken over de continuïteit van zorg voor cliënten na afloop van een contract.
Daarnaast is specifiek in de Jeugdwet de basis gelegd voor een wettelijke grondslag voor een algemene maatregel van bestuur Reële Prijzen Jeugdwet. Uit de rechtspraak volgt dat ook voor de inkoop van jeugdhulp reële prijzen moeten worden betaald. Deze rechtspraak leidt er nu toe dat er voor de Jeugdwet wordt voorzien in een wettelijke regeling voor reële prijzen. In de WMO 2015 bestaat al langer een AMVB voor reële prijzen.
Voor de praktijk zal vooral van belang zijn de opsomming in de AMVB van de kostprijselementen die zullen moeten worden betrokken in het tarief. Bijvoorbeeld overheadkosten en verplichte indexatie.
Verder wordt het aanbesteden vergemakkelijkt door de plicht om te gunnen op de ‘economisch meest voordelige inschrijving’ (emvi-criterium) uit beide wetten te schrappen. Hieraan is eerder een blog gewijd.
[post_title] => Voor de inkoop van jeugdhulp moeten reële prijzen worden betaald
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => voor-de-inkoop-van-jeugdhulp-moeten-reele-prijzen-worden-betaald
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2022-08-12 10:53:08
[post_modified_gmt] => 2022-08-12 08:53:08
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=31593
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[2] => WP_Post Object
(
[ID] => 31670
[post_author] => 46
[post_date] => 2022-08-12 09:19:55
[post_date_gmt] => 2022-08-12 07:19:55
[post_content] => Een werknemer komt naar werk en klokt in, zet zijn computer aan en vertrekt vervolgens via de achterdeur. Aan het einde van de werkdag komt de werknemer terug en klokt die uit. In de tussentijd werd aantoonbaar niet gewerkt. De werknemer ontvangt over deze dagen salaris. Pas later blijkt het frauduleus in- en uitklokken van werknemer. De werkgever probeert daarna de arbeidsovereenkomst te beëindigen.
Frauduleus in- en uitklokken en inloggen bedrijfssysteem zonder te werken
Tijdens corona werkte veel medewerkers volledig of deels thuis. Het toezicht en de controle op thuiswerkers is lastig. Het fysiek aanwezig zijn op de werkvloer is eenvoudiger te controleren. Een werksysteem waarbij werknemers inloggen en activiteiten worden bijgehouden, zorgt voor enige controle. Dit systeem werkt zowel thuis als op kantoor. Toch is zo’n systeem niet waterdicht, zo blijkt uit deze zaak.
De betreffende werknemer heeft zichzelf negentien werkdagen geregistreerd in het bedrijfssysteem als ingelogd en aanwezig. In werkelijkheid was hij op die werkdagen een groot deel van de dag afwezig en zijn er geen (of nauwelijks) werkzaamheden verricht. Nadat werkgever dit ontdekte, startte zij een procedure bij de rechtbank om de arbeidsovereenkomst te ontbinden.
Voor de rechtbank Noord-Holland was dit gedrag reden genoeg de arbeidsovereenkomst te ontbinden. De rechter noemt het gedrag van de werknemer ‘dagdieverij’. Tot deze uitspraak had ik nog nooit van deze term gehoord. Vrij uitgelegd wordt hiermee bedoeld dat de dag als het ware wordt gestolen (‘dag’ en ‘dief’).
Omdat de arbeidsovereenkomst wegens ernstig verwijtbaar handelen wordt ontbonden, krijgt de werknemer geen transitievergoeding en wordt de opzegtermijn niet in acht genomen.
Bekijk hier de video over ontslagrecht:
https://www.youtube.com/watch?v=BhmW0wQl-yg
Meer weten over ontslag?
Wilt u specifiek weten hoe om te gaan met een ontslag? Of heeft u andere arbeidsrechtelijke vragen? Neem dan gerust contact op met mij [Marlies Hol]. Ik ben advocaat arbeidsrecht bij BG.legal in ’s-Hertogenbosch en omgeving.
[post_title] => Inklokken, maar niet werken: reden voor ontslag
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => inklokken-maar-niet-werken-reden-voor-ontslag
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2023-06-14 11:17:04
[post_modified_gmt] => 2023-06-14 09:17:04
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=31670
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[3] => WP_Post Object
(
[ID] => 31632
[post_author] => 6
[post_date] => 2022-08-11 09:25:43
[post_date_gmt] => 2022-08-11 07:25:43
[post_content] => Recent boog het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden zich over de vraag of het monitoren van een zakelijk e-mailaccount van een werknemer is toegestaan.[1] In de desbetreffende zaak verweet ING een van haar werknemers dat hij in strijd handelde met de arbeidsovereenkomst en vermoedelijk betrokken was geweest bij verschillende strafbare feiten. Voldoende aanleiding om het zakelijke e-mailverkeer van de werknemer te monitoren, aldus ING.
Benieuwd naar wat het Hof ervan vindt? Je leest het in de onderstaande blog.
Controle zakelijke e-mail door werkgever
ING ontving in april 2021 een anonieme melding, waarin stond dat de werknemer betrokken was geweest bij witwassen en hypotheekfraude. Naar aanleiding van deze melding raadpleegde ING het incidentenregister. Daaruit bleek dat het Openbaar Ministerie (OM) en een (niet nader genoemde) overheidsinstantie in 2018-2019 een bevel aan ING hadden gegeven om informatie over verweerder te verstrekken, aangezien deze (vermoedelijk) betrokken was bij het plegen van strafbare feiten.
Gelet op de inhoud van de anonieme melding en de bevelen tot het verstrekken van informatie, was er volgens de ING voldoende aanleiding om de zakelijke e-mailaccounts van de werknemer te controleren.
Uit het onderzoek kwam naar voren dat de werknemer (i) niet-gemelde nevenwerkzaamheden (onder werktijd) verrichte, (ii) zijn zakelijke e-mailadres (inclusief handtekening met ING-logo) gebruikte voor privéaangelegenheden en (iii) meerdere keren – zonder zakelijke reden – de gegevens van ING klanten raadpleegde. Mede omdat het functioneren van de werknemer in 2018 en 2020 als onvoldoende werd beoordeeld, verzocht ING de kantonrechter de arbeidsovereenkomst te ontbinden.
De werknemer bepleitte dat het verzoek van ING moest worden afgewezen. Als het verzoek toch zou worden toegewezen, wenste de werknemer een transitievergoeding en een forse billijke vergoeding omdat ING ernstig verwijtbaar zou handelen.
Voorwaarden inzage werkgever werkmail
Voor het antwoord op de vraag of ING het zakelijke e-mailaccount van de werknemer mocht monitoren, verwijst het hof naar de uitspraak van het Europees Hof voor de Rechten van de Mens (EHRM) in de zaak Bărbulescu.[2] Daarin worden de volgende richtsnoeren gegeven:
I. Is de werknemer vooraf geïnformeerd over (de aard van) de mogelijke monitoring van correspondentie en andere communicatie door de werkgever?
II. Wat is de omvang van de monitoring en hoe ernstig is de inbreuk op de privacy van de werknemer?
III. Heeft de werkgever legitieme gronden die de toegepaste monitoring rechtvaardigen?
IV. Was monitoring met minder indringende methoden en maatregelen mogelijk geweest?
V. Welke gevolgen heeft de monitoring voor de werknemer gehad?
VI. Zijn de werknemer adequate waarborgen geboden, in het bijzonder bij indringende vormen van monitoring?
In de Bărbulescu-richtlijnen zie je verschillende kernbegrippen en -waarden uit de Algemene Verordening Gegevensbescherming (AVG) terugkomen: (ad I.) transparantie/informatieplicht, (ad II.) proportionaliteit, (ad III.) gerechtvaardigd belang van de verwerkingsverantwoordelijke en (ad IV.) subsidiariteit.
Volgens het hof moeten deze richtsnoeren in onderlinge samenhang worden bezien, waarbij het gewicht dat wordt toegekend aan de verschillende richtsnoeren afhankelijk is van de omstandigheden van het geval. Het niet voldoen aan één van de richtsnoeren, hoeft dus niet perse in negatieve zin doorslaggevend te zijn.
Volgens het hof staat vast dat de werknemer van ING niet vooraf is geïnformeerd over (de aard van) de mogelijke monitoring (richtsnoer I). Wat betreft richtsnoer III, heeft ING aangevoerd dat zij een gerechtvaardigd belang (legitieme reden) had om de e-mails van de werknemer te controleren, namelijk het voorkomen/bestrijden van financieel economische delicten. Deze poortwachtersfuncties wordt ook door de wetgever onderschreven.
Wat betreft de overige richtsnoeren, is er volgens het hof nog onvoldoende bekend om een sluitend oordeel te geven. Zonder kennis over de aard en inhoud van de meldingen, kan het hof niet beoordelen of het monitoren van het e-mailaccount proportioneel was. Zij kan evenmin vaststellen of de beschuldigingen direct verband houden met de meldingen of dat er slechts sprake was van ‘bijvangst’.
Het hof stelt ING dan ook in de gelegenheid om aanvullend bewijs aan te dragen en houdt iedere verdere beslissing aan.
Mag werkgever werkmail van werknemers lezen?
Er zitten aardig wat haken en ogen aan het monitoren van een zakelijk e-mailaccount. Allereerst dient de werknemer vooraf geïnformeerd te worden over (de aard van) de mogelijke monitoring. Dit kan via een intern protocol of door dergelijke bepalingen te verwerken in de gedragsregels.
De werkgever dient ook een gerechtvaardigd belang te hebben bij het monitoren van het zakelijke e-mailverkeer. Denk bijvoorbeeld aan het beschermen van bedrijfsgeheimen of het voorkomen/bestrijden van strafbare feiten.
Zelfs wanneer aan al deze richtsnoeren is voldaan, kan het monitoren alsnog niet toegestaan zijn wanneer dit disproportioneel of anderszins niet noodzakelijk is.
Het monitoren van een zakelijk e-mailaccount is dus een verstrekkende maatregel waar een uitgebreide belangenafweging aan vooraf dient te gaan. Ben je voornemens om deze maatregel toch in te zetten? Neem dan contact op met Marlies Hol. Wij helpen je graag bij het inventariseren van de mogelijkheden/risico’s.
[1] Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden 5 juli 2022, ECLI:NL:GHARL:2022:6203 (ING/Verweerder)
[2] EHRM 5 september 2017, ECLI:CE:ECHR:2017:0905JUD006149608 (Bărbulescu).
[post_title] => Zakelijke e-mail en privacy: wanneer mag je de mailbox van een werknemer controleren?
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => zakelijke-e-mail-en-privacy-wanneer-mag-je-de-mailbox-van-een-werknemer-controleren
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2023-10-25 12:29:56
[post_modified_gmt] => 2023-10-25 10:29:56
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=31632
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[4] => WP_Post Object
(
[ID] => 31528
[post_author] => 46
[post_date] => 2022-08-10 09:40:25
[post_date_gmt] => 2022-08-10 07:40:25
[post_content] => Tegenwoordig zijn er veel organisaties die vraag en aanbod bij elkaar brengen als dienstverlening. Uber doet dit voor transport, Deliveroo voor eten en Gorillas voor boodschappenbezorging. Op Temper.works kunnen bedrijven zelfs vacatures voor losse diensten zetten, zoals een dienst in de bediening van een restaurant.
Deze bedrijven werken met werknemers of zzp’ers. Eén van de verschillen tussen zzp’ers en werknemers is dat een zelfstandige ondernemer zelf bepaalt welke opdracht ze accepteren en hoe ze die vervolgens uitvoeren. Ze staan niet onder gezag van een bedrijf. Ze zijn eigen baas en autonoom in de uitvoering. Een ander verschil tussen een werknemer en een zelfstandige is de wijze van vergoeding. Werknemers ontvangen namelijk loon en zelfstandigen sturen facturen. Een laatste onderscheid wordt gemaakt in de mogelijkheid van vrije vervanging van een zelfstandige. Een zelfstandige mag zijn werkzaamheden door een ander laten uitvoeren (hoewel dit in de praktijk niet vaak gebeurt).
In dit artikel wordt ingegaan op de aandachtspunten voor zelfstandigen. Een gelijksoortig artikel over werknemers staat hier.
Hoe behoud ik goede arbeidskrachten?
Gezien de huidige krapte op de arbeidsmarkt, hebben bedrijven groot belang bij het behouden van arbeidskrachten. Je wil voorkomen dat goede arbeidskrachten worden weggekaapt door concurrenten. Welke belemmeringen mag een bedrijf opleggen om te voorkomen dat arbeidskrachten overstappen?
Waar moet ik op letten bij een concurrentie- en relatiebeding voor zelfstandigen?
Het is toegestaan om een concurrentie-relatiebeding op te leggen aan opdrachtnemers. Dit wil zeggen dat arbeidskrachten niet zomaar voor opdrachtgevers mogen gaan werken buiten het platform om. Let wel op het volgende.
Bij opdrachtnemers/zelfstandige kan een inperking van de vrijheid om ergens anders te werken ertoe leiden dat sprake is van een verkapt dienstverband ofwel een schijnconstructie. Er is dan een overeenkomst van opdracht gesloten, maar eigenlijk is sprake van een arbeidsrelatie.
Is een concurrentie- en relatiebeding mogelijk bij detachering en uitlening aan een ander bedrijf (belemmeringsverbod)?
Als een zelfstandige wordt gedetacheerd of wordt uitgeleend aan een ander bedrijf, dan mag de arbeidskracht niet worden verboden daar rechtstreeks werkzaamheden voor te gaan verrichten. Het is niet mogelijk arbeidskrachten te verbieden/belemmeren in dienst te treden bij de klant waar zij aan zijn uitgeleend of zijn gedetacheerd. Dit heet het belemmeringsverbod (artikel 9a Waadi).
Het belemmeringsverbod geldt voor zzp’ers die gelijk te stellen zijn aan werknemers en werkzaam zijn op grond van een overeenkomst van opdracht, artikel 7:400 BW.
Het belemmeringsverbod staat in de weg aan een concurrentie- en relatiebeding. Als een zelfstandige bij een ander bedrijf heeft gewerkt onder diens leiding en toezicht geldt een concurrentie- en relatiebeding dus niet.
Op grond van de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs (Waadi) mag de arbeidskracht niet na de inlening worden belemmerd om bij de inlener in dienst te treden. Tijdens de inlening mag de opdrachtgever wel verbieden dat de arbeidskracht bij de klant in dienst treedt. Dit kan dus ook in een overeenkomst worden opgenomen. Het is de vraag of een dergelijk beding in de praktijk veel zin heeft, omdat er bijna altijd mogelijkheden bestaan om de opdracht eerder te stoppen. Als de opdrachtnemer de samenwerking eindigt, staat hem/haar niks in de weg bij het inlenende bedrijf te starten.
Tip: sluit in een concurrentie- en relatiebeding het werken voor inlenende bedrijven uit. Anders is het concurrentie- en relatiebeding mogelijk nietig en gelden deze ook niet meer voor andere bedrijven. Met deze uitzondering geldt het concurrentie- en relatiebeding nog wel voor andere bedrijven.
Mogelijkheden om een overstap van opdrachtnemers te beperken
Wat kan dan wel? Er kunnen wel andere acties worden ondernomen om arbeidskrachten zoveel mogelijk aan je te binden. Zo kan je een concurrentie-, relatie- (klanten waarvoor is gewerkt uitgezonderd) en boetebeding opnemen.
Daarnaast kan met de inlener wél worden afgesproken dat een vergoeding moet worden betaald als zij jouw arbeidskrachten in dienst nemen.
Werken voor één opdrachtgever (exclusiviteit)
Een ander aandachtspunt voor zelfstandigen is dat vaak in een overeenkomst van opdracht staat dat zij mogen werken voor andere opdrachtgevers. Hoe verhoudt zich dat tot het concurrentiebeding?
Een exclusiviteitsbeding (het alleen mogen werken voor de opdrachtgever) er niet perse toe leidt dat sprake is van een (ongewenst) fictief dienstverband. Dit kan wel een indicatie zijn, maar daarvoor is veel meer nodig. Op basis van de mij bekende informatie hoeft u zich daar dus geen zorgen om te maken.
Meer weten over het binden van zzp’ers?
Marlies Hol is gespecialiseerd advocaat arbeidsrecht in ’s-Hertogenbosch en omgeving.
[post_title] => Alles over detachering en uitlenen van zelfstandigen (zzp’ers) en opdrachtnemers
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => alles-over-detachering-en-uitlenen-van-zelfstandigen-zzpers-en-opdrachtnemers
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2023-06-14 11:17:27
[post_modified_gmt] => 2023-06-14 09:17:27
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=31528
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[5] => WP_Post Object
(
[ID] => 31571
[post_author] => 65
[post_date] => 2022-08-08 12:12:20
[post_date_gmt] => 2022-08-08 10:12:20
[post_content] => Van trademark squatting is sprake als een ander jouw merk registreert met het doel om het merk met winst aan jou te verkopen of op jouw succes mee te liften. Dit kan gebeuren als je jouw teken niet registreert als merk of als het teken niet is geregistreerd in een bepaalde jurisdictie.
Louche partijen houden in de gaten of ondernemingen al een merkregistratie hebben én voor welke jurisdictie(s) het is geregistreerd. Als blijkt dat een onderneming de potentie heeft om internationaal te groeien, vragen zij het merk aan in hun eigen (of een andere) jurisdictie. Het gevolg is dat je in die jurisdictie geen waren of diensten kunt aanbieden met teken (merk). Doe je dit toch, dan zal je beticht worden van merkinbreuk.
Tesla en Wendy’s
Tesla Inc. heeft ‘Tesla’ als merk aangevraagd in de Verenigde Staten in 2013. Voordat Tesla Inc. ‘Tesla’ als merk had geregistreerd in China heeft een Chinees zakenman dit zelf gedaan. Het gevolg was dat Tesla een langdurige procedure heeft moeten voeren. Het geschil over het merk is uiteindelijk afgewikkeld door verkoop van het merk aan Tesla Inc. voor een onbekend bedrag.
De Amerikaanse fastfood keten Wendy’s heeft geen Europees merk kunnen aanvragen. Het merk ‘Wendy’s’ was in 1995 al geregistreerd door een snackbareigenaar in Goes als Benelux merk.
Eerste gebruiker of eerste aanvrager
Het is belangrijk om een onderscheid te maken tussen twee leerstukken. Namelijk eerste gebruiker en eerste aanvrager.
Sommige landen hanteren het stelsel van eerste gebruiker, waarbij de partij die het teken voor het eerst daadwerkelijk in het handelsverkeer gebruikt, voorrang toegewezen krijgt voor de registratie in het gebied waar het teken wordt gebruikt. Volgens dit stelsel garandeert het feit dat een teken als eerste wordt aangevraagd niet dat het als merk wordt geregistreerd. Landen die het stelsel van eerste gebruiker hanteren zijn onder andere de Verenigde Staten, Singapore, Nieuw Zeeland, Australië, India en Canada.
De Europese Unie, het Verenigd Koninkrijk, Qatar, China en Rusland zijn onder andere de landen die het stelsel van eerste aanvrager hanteren. Partijen die als eerste hun merkaanvraag indienen en registreren, ongeacht het feitelijke gebruik van het teken door een ander als handelsnaam, krijgen voorrang op de merkregistratie.
Voorkomen van trademark squatting
Om trademark squatting te voorkomen doe je er goed aan om op tijd het teken als merk te registreren. Net zo belangrijk is om onderzoek te doen of het teken geregistreerd kán worden én of het merk al is geregistreerd door een ander.
Een goed moment om dit te doen is voor er geïnvesteerd wordt in het teken. Het is nu mogelijk om tot 75% korting te krijgen op een Benelux-, Europees- of internationaal merkaanvraag.
Meer informatie
Interesse in een merkregistratie of een uitgebreid merkonderzoek? Neem dan vrijblijvend contact met ons op of bekijk onze producten op BG.legal.
[post_title] => Wat is trademark squatting?
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => wat-is-trademark-squatting
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2022-08-08 16:55:28
[post_modified_gmt] => 2022-08-08 14:55:28
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=31571
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[6] => WP_Post Object
(
[ID] => 31523
[post_author] => 46
[post_date] => 2022-08-08 09:40:54
[post_date_gmt] => 2022-08-08 07:40:54
[post_content] => Tegenwoordig zijn er veel organisaties die vraag en aanbod bij elkaar brengen als dienstverlening. Uber doet dit voor transport, Deliveroo voor eten en Gorillas voor boodschappenbezorging. Op Temper.works kunnen bedrijven zelfs vacatures voor losse diensten zetten, zoals een dienst in de bediening van een restaurant.
Deze bedrijven werken met werknemers of zzp’ers. Eén van de verschillen tussen zzp’ers en werknemers is dat een zelfstandige ondernemer zelf bepaalt welke opdracht ze accepteren en hoe ze die vervolgens uitvoeren. Ze staan niet onder gezag van een bedrijf. Ze zijn eigen baas en autonoom in de uitvoering. Een ander verschil tussen een werknemer en een zelfstandige is de wijze van vergoeding. Werknemers ontvangen namelijk loon en zelfstandigen sturen facturen. Een laatste onderscheid wordt gemaakt in de mogelijkheid van vrije vervanging van een zelfstandige. Een zelfstandige mag zijn werkzaamheden door een ander laten uitvoeren (hoewel dit in de praktijk niet vaak gebeurt).
In dit artikel wordt ingegaan op de aandachtspunten voor werknemers. Een gelijksoortig artikel over zelfstandigen staat hier.
Hoe behoud ik goede arbeidskrachten?
Gezien de huidige krapte op de arbeidsmarkt, hebben bedrijven groot belang bij het behouden van arbeidskrachten. Je wil voorkomen dat goede arbeidskrachten worden weggekaapt door concurrenten. Welke belemmeringen mag een bedrijf opleggen om te voorkomen dat arbeidskrachten overstappen?
Waar moet ik op letten bij een concurrentie- en relatiebeding voor werknemers?
Het is toegestaan om een concurrentie-relatiebeding op te leggen aan werknemers en opdrachtnemers. Dit wil zeggen dat arbeidskrachten niet zomaar voor opdrachtgevers mogen gaan werken buiten het platform om. Let wel op het volgende.
Bij werknemers houdt een relatie- en concurrentiebeding vaak alleen stand bij een contract voor onbepaalde tijd. Een concurrentiebeding in een tijdelijk contract is mogelijk, maar moet aan zware eisen voldoen. In de praktijk houdt dit niet vaak stand.
Is een concurrentie- en relatiebeding mogelijk bij detachering en uitlening aan een ander bedrijf (belemmeringsverbod)?
Als een werknemer wordt gedetacheerd of wordt uitgeleend aan een ander bedrijf, dan mag de arbeidskracht niet worden verboden daar rechtstreeks werkzaamheden voor te gaan verrichten. Het is niet mogelijk arbeidskrachten te verbieden/belemmeren in dienst te treden bij de klant waar zij aan zijn uitgeleend of zijn gedetacheerd. Dit heet het belemmeringsverbod (artikel 9a Waadi).
Het belemmeringsverbod geldt voor werknemers (op basis van een arbeidsovereenkomst, artikel 7:610 BW).
Het belemmeringsverbod staat in de weg aan een concurrentie- en relatiebeding. Als een werknemer bij een ander bedrijf heeft gewerkt onder diens leiding en toezicht geldt een concurrentie- en relatiebeding dus niet.
Op grond van de Wet allocatie arbeidskrachten door intermediairs (Waadi) mag de arbeidskracht niet na de inlening worden belemmerd om bij de inlener in dienst te treden. Tijdens de inlening mag de werkgever wel verbieden dat de arbeidskracht bij de klant in dienst treedt. Dit kan dus ook in een overeenkomst worden opgenomen. Het is de vraag of een dergelijk beding in de praktijk veel zin heeft, omdat er bijna altijd mogelijkheden bestaan om de opdracht eerder te stoppen. Als de werknemer zijn dienstverband opzegt, staat hem/haar niks in de weg bij het inlenende bedrijf te starten.
Tip: sluit in een concurrentie- en relatiebeding het werken voor inlenende bedrijven uit. Anders is het concurrentie- en relatiebeding mogelijk nietig en gelden deze ook niet meer voor andere bedrijven. Met deze uitzondering geldt het concurrentie- en relatiebeding nog wel voor andere bedrijven.
Mogelijkheden om een overstap van werknemers en opdrachtnemers te beperken
Wat kan dan wel? Er kunnen wel andere acties worden ondernomen om arbeidskrachten zoveel mogelijk aan je te binden. Zo kan je een concurrentie-, relatie- (klanten waarvoor is gewerkt uitgezonderd) en boetebeding opnemen. Let wel op dat in de rechtspraak is bepaald dat een concurrentiebeding niet als doel mag hebben om arbeidskrachten aan je te binden.
Daarnaast kan met de inlener wél worden afgesproken dat een vergoeding moet worden betaald als zij jouw werknemers in dienst nemen.
Binden van werknemers
Werknemers hebben namelijk (vaak) één werkgever. Toch kan een parttimer ook bij een andere werkgever in loondienst zijn. Verder is het mogelijk dat de werknemer, náást de arbeidsovereenkomst, als zelfstandige werkt voor een ander bedrijf. Voor deze gevallen kan een concurrentie-, relatie- en nevenwerkzaamhedenbeding zinvol zijn. Lees voor de nieuwe regels voor nevenwerkzaamheden (per 1 augustus 2022) deze blog. Let op, ook hier geldt de beperking bij detachering of uitzenden van personeel.
Meer weten over het binden van arbeidskrachten?
Marlies Hol is gespecialiseerd advocaat arbeidsrecht in ’s-Hertogenbosch en omgeving.
[post_title] => Alles over detachering en uitlenen van werknemers
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => alles-over-detachering-en-uitlenen-van-werknemers
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2023-06-14 11:18:00
[post_modified_gmt] => 2023-06-14 09:18:00
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=31523
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[7] => WP_Post Object
(
[ID] => 31507
[post_author] => 6
[post_date] => 2022-08-05 10:57:13
[post_date_gmt] => 2022-08-05 08:57:13
[post_content] => De handelsnaam Mr. Jobs (bedrijf in de arbeidsbemiddeling) maakt géén handelsnaaminbreuk op Mister Jobs (ook een bedrijf in arbeidsbemiddeling). Lees hierover mijn eerdere blog. De handelsnaam First Fatfreeze (een bedrijf in schoonheidsbehandelingen) maakt wél handelsnaaminbreuk op de handelsnaam Next Fatfreeze (ook een bedrijf in schoonheidsbehandelingen), zie de uitspraak van de rechtbank Noord-Holland. Hoe zit dit?
Zoek de verschillen
Het verschil tussen deze uitspraken zit hem er vermoedelijk in dat Mister Jobs en Mr. Jobs niet in dezelfde stad gevestigd waren en andere diensten aanboden (over dat laatste denk ik overigens anders). De Fatfreeze bedrijven waren allebei in Amsterdam gevestigd en gebruikten een soortgelijk logo en boden dezelfde diensten aan. De kans op verwarring bij het publiek bij de Fatfreeze salons is dan ook groter.
Vrijhoudingsbehoefte beschrijvende handelsnamen?
Ondanks dat de handelsnamen beschrijvend zijn en er rekening gehouden zou moeten worden met een vrijhoudingsbehoefte, geniet de ene beschrijvende handelsnaamnaam dus wel bescherming en de andere niet.
Zo zie je maar weer. Uitspraken over (gedeeltelijk) beschrijvende handelsnamen kunnen nog steeds alle kanten op gaan. Ook na de rechtspraak van de Hoge Raad in DOC Dairy Partners /Dairy Partners.
Bekijk hier de video over handelsnaamrecht:
https://www.youtube.com/watch?v=uH_mIpqfJ8M
Vragen?
Advies nodig over je handelsnaam? Neem vrijblijvend contact op met mij op.
[post_title] => Handelsnaamgeschillen: Kunnen we het nog volgen?
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => handelsnaamgeschillen-kunnen-we-het-nog-volgen
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2022-10-03 10:49:35
[post_modified_gmt] => 2022-10-03 08:49:35
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=31507
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[8] => WP_Post Object
(
[ID] => 31471
[post_author] => 46
[post_date] => 2022-08-04 09:41:02
[post_date_gmt] => 2022-08-04 07:41:02
[post_content] => Het Radboudumc wilde de arbeidsovereenkomst met een medisch specialist (oncoloog) ontbinden vanwege een verstoorde arbeidsverhouding. Dat is gelukt. Aan deze ontbinding hing een hoog prijskaartje. Het ziekenhuis moest een billijke vergoeding betalen van € 375.000,-, naast de wettelijke transitievergoeding van ruim € 40.000,-.
De zaak heeft een behoorlijk lange voorgeschiedenis. In dit artikel beperk ik mij tot het (dis)functioneren van de medisch specialist.
Voorgeschiedenis disfunctionerende medisch specialist
Al sinds 2018 probeert werkgever het dienstverband met werknemer ontbonden te krijgen. Eerdere ontslagverzoeken werden afgewezen.
Er waren meerdere klachten over het functioneren van de medewerker. In 2019 is onderzoek verricht en advies uitgebracht over het functioneren. Uit het advies volgt dat sprake is van disfunctioneren. Er is geadviseerd een verbetertraject op te starten. Daarbij werd de kanttekening geplaatst dat sommige punten van het disfunctioneren ‘niet coachbaar’ waren. Verbetering op die punten werd dus niet verwacht.
Een discussie tussen partijen over het functioneren is het gevolg. Tot een verbetertraject komt het niet. De medewerker wordt op non-actief gesteld nadat blijkt dat zij niet (meer) is geregistreerd in het Register van internisten van de Registratiecommissie Geneeskundig Specialisten (RGS) en er twijfels zijn over de registratie in het Register Beroepen Individuele Gezondheidszorg (BIG). Voor werkgever reden voor meerdere procedures.
In eerdere procedures heeft werkgever weinig succes. Steeds wordt geoordeeld dat niet vaststaat dat sprake is van disfunctioneren. De kantonrechter sluit in haar recente uitspraak aan bij deze overweging.
Klachten, schadeclaims en tuchtzaken geen reden voor ontslag
Een (ongetwijfeld) dik dossier leidt uiteindelijk tot het oordeel dat sprake is van een verstoorde arbeidsverhouding. De arbeidsovereenkomst wordt beëindigd. Vraag is in hoeverre de werknemer recht heeft op een billijke vergoeding. Hiervoor moet werkgever ernstig verwijtbaar hebben gehandeld. Eén van de factoren die meewegen, is of de medisch specialist disfunctioneerde.
Inmiddels lopen meerdere tuchtzaken en zijn schadeclaims ingediend. De rechtbank laat dit buiten beschouwing. De rechter overweegt dat niet is gebleken dat schadeclaims terecht zijn. Ook zijn de uitkomsten van de tuchtzaken nog niet bekend. Daarop kan volgens de kantonrechter niet worden vooruitgelopen. De kantonrechter merkt daarover nog op dat in het slechtst denkbare scenario het Radboudumc nu een billijke vergoeding moet betalen (vanwege haar handelen binnen de arbeidsrelatie tegen de medisch specialist) en te zijner tijd vast komt te staan dat de oncoloog wel ernstige medische (behandel)fouten heeft gemaakt.
Volgens de rechter is geen sprake van disfunctioneren. Wie het vonnis doorleest, zal zien dat beide partijen een oplossing in de weg hebben gestaan. Wat naar mijn mening zwaar meeweegt, is dat er behoorlijk veel ondersteunend bewijs voor disfunctioneren is. De rechter gaat echter niet mee in het argument ‘waar rook is, is vuur’. Dat er klachten, schadeclaims en tuchtzaken tegen deze medewerker waren ingediend, legde voor de rechtbank namelijk geen gewicht in de schaal.
Dossieropbouw en opvolging bij disfunctioneren
Het feit dat onderzoek loopt naar een medewerker, zoals een tuchtzaak of klacht, is onvoldoende voor disfunctioneren. Pas als de tuchtzaak of klacht gegrond wordt verklaard, kan dat tot disfunctioneren leiden.
Verder moet de werknemer de kans krijgen zijn functioneren te verbeteren. In deze zaak lijkt een verbetertraject niet van de grond te zijn gekomen. Vervolgens kwamen partijen er samen niet meer uit. Dat pakt deze keer in het voordeel van de werknemer uit.
Bekijk hier de video over één van de onderwerpen in het arbeidsrecht, namelijk het ontslag op staande voet:
https://www.youtube.com/watch?v=BhmW0wQl-yg
Wilt u specifiek weten hoe om te gaan met een moeizaam functioneringstraject? Of heeft u vragen over een verstoorde arbeidsverhouding of procedure? Neem dan gerust contact op met mij [Marlies Hol]. Ik ben advocaat arbeidsrecht bij BG.legal in ’s-Hertogenbosch en omgeving.
[post_title] => Lopende tuchtzaak tegen medisch specialist geen reden voor ontslag
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => lopende-tuchtzaak-tegen-medisch-specialist-geen-reden-voor-ontslag
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2023-06-14 11:18:14
[post_modified_gmt] => 2023-06-14 09:18:14
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=31471
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[9] => WP_Post Object
(
[ID] => 31510
[post_author] => 39
[post_date] => 2022-08-03 15:32:51
[post_date_gmt] => 2022-08-03 13:32:51
[post_content] => Het wetvoorstel
Op 9 juni 2022 is het wetsvoorstel ‘Goed verhuurderschap’ ingediend bij de Tweede Kamer. Het wetsvoorstel beoogt huurders te beschermen tegen misstanden bij het huren van woon- of verblijfsruimten. De wetgever wil daartoe gemeenten meer handvaten bieden, door kort gezegd:
- Een norm voor goed verhuurderschap te introduceren;
- Gemeenten de mogelijkheid te bieden een verhuurvergunning verplicht te stellen;
- Een meldpunt te introduceren waar anoniem geklaagd kan worden over misstanden;
- Gemeenten handhavingsinstrumenten te bieden, met als meest verregaand de inbeheername van het verhuurde.
Aanleiding voor het wetsvoorstel zijn signalen uit de praktijk over misstanden in de huursector en dan met name discriminatie, intimidatie, achterstallig onderhoud en excessieve huurprijzen, aldus de Minister in zijn
toelichting aan de Kamer. Het voorstel beperkt zich overigens niet
enkel tot verhuurder zelf. Ook
verhuurbemiddelaars vallen onder de reikwijdte van het wetsvoorstel.
Goed verhuurderschap
Goed verhuurderschap is een niet in de wet uitgewerkte bepaling. In Afdeling 2 van Titel 4 van Boek 7 BW zijn weliswaar de verplichtingen van de verhuurder opgenomen, maar daar is de verplichting van de verhuurder om zich als goed verhuurder te gedragen niet opgenomen. Ter vergelijking in artikel 7:213 BW is eenzelfde verplichting voor de huurder wél opgenomen.
Uit het wetsvoorstel volgt dat de wetgever ervoor kiest om de in de hiervoor genoemde toelichting van de Minister aangehaalde zaken te reguleren.
Vermeldingswaardig is dat het voor verhuurders verplicht wordt om een
helder en transparant selectieproces te hanteren. In de huidige krappe huurmarkt is steeds vaker het beeld dat huurwoningen niet publiekelijk worden aangeboden, zittende huurders nieuwe huurders voordragen en excessieve bedragen betaald worden voor de overname van de (door de zittende huurder aangebrachte) inventaris.
Recent gaven enkele grote verhuurders zelf al aan af te willen stappen van deze praktijk.
Specifiek ten aanzien van de verhuur aan
arbeidsmigranten geldt dat de verhuurder dan wel verhuurbemiddelaar verplicht is om de huurovereenkomst los van de arbeidsovereenkomst vast te leggen en de huurovereenkomst in een voor de arbeidsmigrant begrijpelijke taal op te stellen met voor de arbeidsmigrant duidelijk omschreven zijn huurrechten en -plichten ten aanzien van het gehuurde.
Meldpunt
Gemeenten dienen een
meldpunt te introduceren waarbij door huurder, of bijvoorbeeld omwonenden, geklaagd kan worden over de bedoelde misstanden in de verhuurpraktijk.
Verhuurvergunning
Met het wetsvoorstel wil de wetgever het voor gemeenten mogelijk maken om in een
verhuurverordening te regelen dat het voor verhuurders zonder benodigde verhuurvergunning niet is toegelaten (i) een in de verordening aangewezen categorie woonruimte binnen (ii) een in de verordening aangewezen gebied te verhuren. Het is gemeenten alleen toegestaan locaties aan te wijzen waar een verhuurvergunning verplicht is, voor zover dit
noodzakelijk en geschikt is voor het behoud van de leefbaarheid. Dit betreft in zoverre een soortgelijke bepaling als opgenomen in artikel 40 lid 1 van de Huisvestingswet 2014, waarin de opkoopbescherming tijdelijk geregeld is, waarover wij eerder
dit blog schreven. De wetgever geeft daarbij de gemeente vrijheid om aan een dergelijke verhuurvergunning voorwaarden te verbinden, waaronder de maximering van de huurprijs en huurprijsindexatie en het opstellen van een onderhoudsplan.
Specifiek voor
arbeidsmigranten geldt dat er bij een dergelijke verhuurvergunning eisen kunnen worden gesteld aan de aard- en inrichting van afzonderlijk afsluitbare verblijfsruimten en minimum
hygiëne-eisen, zoals eisen rondom voedsel en toiletvoorzieningen. Dit geldt overigens alleen voor na inwerkingtreding van de wet in gebruik te nemen ruimten. Voor verblijfsruimten die reeds in gebruik zijn, geldt dat de gemeente alleen de eis kan stellen dat aan deze voorwaarden binnen 10 jaar na inwerkingtreding van de wet wordt voldaan.
Inbeheername
Binnen het instrumentarium aan handhavingsmiddelen zal het voor de gemeente mogelijk zijn om in bepaalde gevallen verhuurders te verplichten het gehuurde
in beheer te laten afgeven aan een beheerder. Dit geldt slechts voor zover de regels omtrent het goed verhuurderschap worden overtreden. Een besluit tot inbeheername is niet alleen mogelijk als verhuurder in vier jaar tijd al twee keer een
bestuurlijke boete opgelegd heeft gekregen, maar ook indien de gemeente een verhuurvergunning (onherroepelijk) heeft geweigerd terwijl de woon- of verblijfsruimte al is verhuurd.
Kritiek
Er is ook
kritiek op het wetsvoorstel, niet in het minst vanuit de adviesrol van de Afdeling advisering van de Raad van State. In zijn
advies merkt de Afdeling onder meer op dat onvoldoende is onderbouwd dat er daadwerkelijk noodzaak is voor de deels ingrijpende maatregelen in het bedoelde wetsvoorstel. Een adequate probleemanalyse ontbreekt. Dit in het bijzonder ook omdat het wetsvoorstel rechten en vrijheden als het eigendomsrecht, privacy en
vrij verkeer van diensten beperkt. De noodzaak, effectiviteit en proportionaliteit blijkt bij gebrek aan een adequate probleemanalyse onvoldoende. Er is ten slotte volgens de Afdeling onvoldoende onderzoek in hoeverre het huurrecht met de daarin al bestaande handhavingsmogelijkheden al dan niet afdoende is.
Wilt u meer advies over uw rechten en verplichtingen als huurder of verhuurder, neemt u dan gerust vrijblijvend
contact op.

[post_title] => Wetsvoorstel goed verhuurderschap ingediend!
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => wetsvoorstel-goed-verhuurderschap-ingediend
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2022-08-03 16:21:29
[post_modified_gmt] => 2022-08-03 14:21:29
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=31510
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
)
[post_count] => 10
[current_post] => -1
[before_loop] => 1
[in_the_loop] =>
[post] => WP_Post Object
(
[ID] => 31689
[post_author] => 60
[post_date] => 2022-08-18 10:36:58
[post_date_gmt] => 2022-08-18 08:36:58
[post_content] => We zien het onder andere in de incassopraktijk geregeld mis gaan. Er is niet duidelijk vastgelegd of we te maken hebben met een bemiddelaar, principaal/handelsagent of lastgever/lasthebber. Maar wat houden deze begrippen in? En welke overeenkomsten liggen hieraan ten grondslag?
Zowel de bemiddelings-, agentuur- als lastgevingsovereenkomst zijn
bijzondere overeenkomsten van opdracht. Dit zijn overeenkomsten waarbij een opdrachtgever een opdracht geeft aan een opdrachtnemer en laatstgenoemde deze opdracht aanneemt. Er zijn echter veel verschillende overeenkomsten die onder deze categorie vallen. Bovengenoemde drie bijzondere overeenkomsten van opdracht worden nader gespecificeerd in de wet.
Bemiddelingsovereenkomst (artikel 425 boek 7 Burgerlijk Wetboek)
De
bemiddelingsovereenkomst is een overeenkomst waarbij een bemiddelaar (oftewel de opdrachtnemer) zich verplicht tegenover de opdrachtgever om tegen vergoeding als tussenpersoon werkzaam te zijn bij het tot stand brengen van één of meer overeenkomsten tussen de opdrachtgever en derden. In dit geval wordt uitsluitend gehandeld op naam van de opdrachtgever.
De opdrachtgever is verplicht om de overeengekomen vergoeding aan de bemiddelaar te betalen, indien er een overeenkomst tot stand komt door zijn bemiddelingswerkzaamheden. Daarentegen moet de bemiddelaar zijn bemiddelingswerkzaamheden goed uitvoeren en zich als een goed bemiddelaar gedragen.
Agentuurovereenkomst (artikel 428 boek 7 Burgerlijk Wetboek)
De
agentuurovereenkomst is een overeenkomst tussen de principaal (de ondernemer) en de handelsagent (de zelfstandige verkoper). De handelsagent bemiddelt bij de totstandkoming van overeenkomsten tussen de principaal en derden. Het verdient opmerking dat de handelsagent daarbij niet ondergeschikt is aan de principaal. De handelsagent kan op eigen naam of op naam en voor rekening van de principaal overeenkomsten sluiten of orders bezorgen aan de principaal. De principaal moet hiervoor een provisie betalen.
Verschil agentuurovereenkomst en bemiddelingsovereenkomst
Zo op het eerste gezicht heeft de agentuurovereenkomst veel weg van de bemiddelingsovereenkomst. Er is echter een belangrijk verschil tussen beiden. De bemiddelingsovereenkomst ziet op het tot stand brengen van één of meerdere overeenkomsten. Hier kan bijvoorbeeld gedacht worden aan een makelaar die eenmalig bemiddelt bij de verkoop van een huis. Zodra deze overeenkomst tot stand is gebracht, is voldaan aan de bemiddelingsovereenkomst. Bovendien is er bij de bemiddelingsovereenkomst geen sprake van vertegenwoordiging van de opdrachtgever.
Bij de agentuurovereenkomst is het natuurlijk ook de bedoeling om te bemiddelen in het sluiten van overeenkomsten, maar het gaat dan om een onbepaald aantal overeenkomsten. Op het moment dat er een agentuurovereenkomst wordt gesloten tussen twee partijen is het de bedoeling om een duurzame zakelijke relatie met elkaar aan te gaan.
Het is van belang dit onderscheid goed te maken bij de uitleg van een overeenkomst. Beide figuren hebben immers een eigen wettelijke regeling met elk eigen consequenties. Beter is het natuurlijk om bij de totstandkoming van de overeenkomst na te denken over welke figuur nu juist bedoeld wordt en dat goed te definiëren.
Lastgevingsovereenkomst (artikel 414 boek 7 Burgerlijk Wetboek)
De
lastgevingsovereenkomst wordt gesloten tussen de lastgever en lasthebber. De lasthebber verplicht zich om voor rekening van de lastgever één of meer rechtshandelingen te verrichten. Vaak gaat het dan om het sluiten van overeenkomsten. De lasthebber kan de rechtshandelingen verrichten op eigen naam (maar voor rekening van de lastgever) of op naam van de lastgever. De lasthebber heeft echter wel een volmacht nodig om bevoegd in naam van de lastgever te handelen (artikel 62 boek 3 Burgerlijk Wetboek). Met betrekking tot lastgeving gelden behoorlijk wat specifieke regels. Deze regels zien vooral op het gebied van tegenstrijdig belang en de relatie met een derde partij.
Er bestaat een verschil tussen de lasthebber en de gevolmachtigde. Waar de lasthebber
verplicht is om bepaalde rechtshandelingen uit te voeren, is de gevolmachtigde
bevoegd om rechtshandelingen uit te voeren, maar is dit geen verplichting. Haal de lasthebber en de gevolmachtigde daarom niet door elkaar.
Tot slot
Gezien de complexe materie die gepaard gaat met deze bijzondere overeenkomsten van opdracht, is het verstandig om bij het opstellen van deze overeenkomst juridische hulp in te schakelen. Mocht u over bovenstaand onderwerp een vraag hebben, neem dan gerust contact op met onze BG.legal specialisten.

[post_title] => Bijzondere overeenkomsten
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => bijzondere-overeenkomsten
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2022-08-29 11:11:21
[post_modified_gmt] => 2022-08-29 09:11:21
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=31689
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[comment_count] => 0
[current_comment] => -1
[found_posts] => 1453
[max_num_pages] => 146
[max_num_comment_pages] => 0
[is_single] =>
[is_preview] =>
[is_page] =>
[is_archive] => 1
[is_date] =>
[is_year] =>
[is_month] =>
[is_day] =>
[is_time] =>
[is_author] =>
[is_category] =>
[is_tag] =>
[is_tax] => 1
[is_search] =>
[is_feed] =>
[is_comment_feed] =>
[is_trackback] =>
[is_home] =>
[is_privacy_policy] =>
[is_404] =>
[is_embed] =>
[is_paged] => 1
[is_admin] =>
[is_attachment] =>
[is_singular] =>
[is_robots] =>
[is_favicon] =>
[is_posts_page] =>
[is_post_type_archive] =>
[query_vars_hash:WP_Query:private] => 151be9e4d695d28ccb18a97c266ba26d
[query_vars_changed:WP_Query:private] =>
[thumbnails_cached] =>
[allow_query_attachment_by_filename:protected] =>
[stopwords:WP_Query:private] =>
[compat_fields:WP_Query:private] => Array
(
[0] => query_vars_hash
[1] => query_vars_changed
)
[compat_methods:WP_Query:private] => Array
(
[0] => init_query_flags
[1] => parse_tax_query
)
[query_cache_key:WP_Query:private] => wp_query:9c6bdef857b406f7cf7f8d85fef343f1:0.99965600 17486173050.40526400 1748617306
[tribe_is_event] =>
[tribe_is_multi_posttype] =>
[tribe_is_event_category] =>
[tribe_is_event_venue] =>
[tribe_is_event_organizer] =>
[tribe_is_event_query] =>
[tribe_is_past] =>
[tribe_controller] => Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller Object
(
[filtering_query:Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller:private] => WP_Query Object
*RECURSION*
)
)
We zien het onder andere in de incassopraktijk geregeld mis gaan. Er is niet duidelijk vastgelegd of we te maken hebben met een bemiddelaar, principaal/handelsagent of lastgever/lasthebber. Maar wat houden...
Lees meer
Op 1 juli 2022 is Wet maatschappelijk verantwoord inkopen Jeugdwet en Wmo 2015 in werking getreden. Deze wet leidt tot een aantal belangrijke wijzigingen in de Wmo 2015 en de...
Lees meer
Een werknemer komt naar werk en klokt in, zet zijn computer aan en vertrekt vervolgens via de achterdeur. Aan het einde van de werkdag komt de werknemer terug en klokt...
Lees meer
Recent boog het Gerechtshof Arnhem-Leeuwarden zich over de vraag of het monitoren van een zakelijk e-mailaccount van een werknemer is toegestaan.[1] In de desbetreffende zaak verweet ING een van haar...
Lees meer
Tegenwoordig zijn er veel organisaties die vraag en aanbod bij elkaar brengen als dienstverlening. Uber doet dit voor transport, Deliveroo voor eten en Gorillas voor boodschappenbezorging. Op Temper.works kunnen bedrijven...
Lees meer
Van trademark squatting is sprake als een ander jouw merk registreert met het doel om het merk met winst aan jou te verkopen of op jouw succes mee te liften....
Lees meer
Tegenwoordig zijn er veel organisaties die vraag en aanbod bij elkaar brengen als dienstverlening. Uber doet dit voor transport, Deliveroo voor eten en Gorillas voor boodschappenbezorging. Op Temper.works kunnen bedrijven...
Lees meer
De handelsnaam Mr. Jobs (bedrijf in de arbeidsbemiddeling) maakt géén handelsnaaminbreuk op Mister Jobs (ook een bedrijf in arbeidsbemiddeling). Lees hierover mijn eerdere blog. De handelsnaam First Fatfreeze (een bedrijf...
Lees meer
Het Radboudumc wilde de arbeidsovereenkomst met een medisch specialist (oncoloog) ontbinden vanwege een verstoorde arbeidsverhouding. Dat is gelukt. Aan deze ontbinding hing een hoog prijskaartje. Het ziekenhuis moest een billijke...
Lees meer
Het wetvoorstel Op 9 juni 2022 is het wetsvoorstel ‘Goed verhuurderschap’ ingediend bij de Tweede Kamer. Het wetsvoorstel beoogt huurders te beschermen tegen misstanden bij het huren van woon- of...
Lees meer