Blog van medewerkers

WP_Query Object
(
    [query] => Array
        (
            [paged] => 50
            [news-type] => blog
        )

    [query_vars] => Array
        (
            [paged] => 50
            [news-type] => blog
            [error] => 
            [m] => 
            [p] => 0
            [post_parent] => 
            [subpost] => 
            [subpost_id] => 
            [attachment] => 
            [attachment_id] => 0
            [name] => 
            [pagename] => 
            [page_id] => 0
            [second] => 
            [minute] => 
            [hour] => 
            [day] => 0
            [monthnum] => 0
            [year] => 0
            [w] => 0
            [category_name] => 
            [tag] => 
            [cat] => 
            [tag_id] => 
            [author] => 
            [author_name] => 
            [feed] => 
            [tb] => 
            [meta_key] => 
            [meta_value] => 
            [preview] => 
            [s] => 
            [sentence] => 
            [title] => 
            [fields] => 
            [menu_order] => 
            [embed] => 
            [category__in] => Array
                (
                )

            [category__not_in] => Array
                (
                )

            [category__and] => Array
                (
                )

            [post__in] => Array
                (
                )

            [post__not_in] => Array
                (
                )

            [post_name__in] => Array
                (
                )

            [tag__in] => Array
                (
                )

            [tag__not_in] => Array
                (
                )

            [tag__and] => Array
                (
                )

            [tag_slug__in] => Array
                (
                )

            [tag_slug__and] => Array
                (
                )

            [post_parent__in] => Array
                (
                )

            [post_parent__not_in] => Array
                (
                )

            [author__in] => Array
                (
                )

            [author__not_in] => Array
                (
                )

            [search_columns] => Array
                (
                )

            [ignore_sticky_posts] => 
            [suppress_filters] => 
            [cache_results] => 1
            [update_post_term_cache] => 1
            [update_menu_item_cache] => 
            [lazy_load_term_meta] => 1
            [update_post_meta_cache] => 1
            [post_type] => 
            [posts_per_page] => 10
            [nopaging] => 
            [comments_per_page] => 50
            [no_found_rows] => 
            [taxonomy] => news-type
            [term] => blog
            [order] => DESC
        )

    [tax_query] => WP_Tax_Query Object
        (
            [queries] => Array
                (
                    [0] => Array
                        (
                            [taxonomy] => news-type
                            [terms] => Array
                                (
                                    [0] => blog
                                )

                            [field] => slug
                            [operator] => IN
                            [include_children] => 1
                        )

                )

            [relation] => AND
            [table_aliases:protected] => Array
                (
                    [0] => wp_term_relationships
                )

            [queried_terms] => Array
                (
                    [news-type] => Array
                        (
                            [terms] => Array
                                (
                                    [0] => blog
                                )

                            [field] => slug
                        )

                )

            [primary_table] => wp_posts
            [primary_id_column] => ID
        )

    [meta_query] => WP_Meta_Query Object
        (
            [queries] => Array
                (
                )

            [relation] => 
            [meta_table] => 
            [meta_id_column] => 
            [primary_table] => 
            [primary_id_column] => 
            [table_aliases:protected] => Array
                (
                )

            [clauses:protected] => Array
                (
                )

            [has_or_relation:protected] => 
        )

    [date_query] => 
    [queried_object] => WP_Term Object
        (
            [term_id] => 56
            [name] => Blog van medewerkers
            [slug] => blog
            [term_group] => 0
            [term_taxonomy_id] => 56
            [taxonomy] => news-type
            [description] => 
            [parent] => 0
            [count] => 1350
            [filter] => raw
        )

    [queried_object_id] => 56
    [request] => SELECT SQL_CALC_FOUND_ROWS  wp_posts.ID
					 FROM wp_posts  LEFT JOIN wp_term_relationships ON (wp_posts.ID = wp_term_relationships.object_id) LEFT  JOIN wp_icl_translations wpml_translations
							ON wp_posts.ID = wpml_translations.element_id
								AND wpml_translations.element_type = CONCAT('post_', wp_posts.post_type) 
					 WHERE 1=1  AND ( 
  wp_term_relationships.term_taxonomy_id IN (56)
) AND ((wp_posts.post_type = 'post' AND (wp_posts.post_status = 'publish' OR wp_posts.post_status = 'acf-disabled' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-success' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-failed' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-schedule' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-pending' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-draft'))) AND ( ( ( wpml_translations.language_code = 'nl' OR (
					wpml_translations.language_code = 'nl'
					AND wp_posts.post_type IN ( 'attachment' )
					AND ( ( 
			( SELECT COUNT(element_id)
			  FROM wp_icl_translations
			  WHERE trid = wpml_translations.trid
			  AND language_code = 'nl'
			) = 0
			 ) OR ( 
			( SELECT COUNT(element_id)
				FROM wp_icl_translations t2
				JOIN wp_posts p ON p.id = t2.element_id
				WHERE t2.trid = wpml_translations.trid
				AND t2.language_code = 'nl'
                AND (
                    p.post_status = 'publish' OR p.post_status = 'private' OR 
                    ( p.post_type='attachment' AND p.post_status = 'inherit' )
                )
			) = 0 ) ) 
				) ) AND wp_posts.post_type  IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' )  ) OR wp_posts.post_type  NOT  IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' )  )
					 GROUP BY wp_posts.ID
					 ORDER BY wp_posts.menu_order, wp_posts.post_date DESC
					 LIMIT 490, 10
    [posts] => Array
        (
            [0] => WP_Post Object
                (
                    [ID] => 28272
                    [post_author] => 46
                    [post_date] => 2021-12-24 09:00:26
                    [post_date_gmt] => 2021-12-24 08:00:26
                    [post_content] => Door de nieuwe, verplichte bedrijfssluiting voor veel ondernemingen, kunnen (wederom) veel werknemers hun eigen werk niet uitvoeren. Voor werkgevers is het mogelijk om deze werknemers tijdelijk ander werk te kunnen laten doen. Zo voorkomt u dat uw personeel betaald wordt zonder dat daar arbeid tegenover staat.


Wanneer moet een werknemer ander werk aanvaarden

Op 1 september 2021 oordeelde de rechtbank Amsterdam dat een werknemer geen recht op loon heeft als hij passende werkzaamheden weigert. Bij deze uitspraak ging het om een medewerker met een oproepovereenkomst. Hij werkte in de bediening in een restaurant. Door de verplichte bedrijfssluiting van de horeca kon deze medewerker niet in zijn eigen functie worden ingezet. Daarom verzocht werkgever haar personeel om eten te gaan bezorgen. De nodige middelen (fiets of scooter) daarvoor werden beschikbaar gesteld. De werknemer die dit aanbod voor andere werkzaamheden weigerde, verloor daarmee zijn aanspraak op loon. De rechtbank Amsterdam toets in haar overwegingen aan het arrest Stoof/Mammoet van de Hoge Raad van 11 juli 2008. De drie volgende vragen moeten positief worden beantwoord als werknemer een aanbod voor ander werk moet accepteren:
  • Heeft werkgever door gewijzigde omstandigheden reden tot het doen van een voorstel ter wijziging van arbeidsvoorwaarden?;
  • Is, alle omstandigheden van het geval in aanmerking nemende, het voorstel van werkgever aan werknemer redelijk?;
  • Kan aanvaarding van dit voorstel, in het licht van de omstandigheden van het geval, in redelijkheid van werknemers, als goed werknemers, gevergd worden?

Corona als reden voor het aanbieden van ander werk aan personeel

Als aan voornoemde vereisten wordt voldaan, mag een werknemer een redelijk aanbod voor ander (tijdelijk) werk niet weigeren. De verplichte bedrijfssluiting door corona is volgens deze rechter een reden die geldt als ‘gewijzigde omstandigheden’. Mijn advies is om zo snel mogelijk samen met werknemers te overleggen over passende, tijdelijke werkzaamheden. Zo kunnen zij toch worden ingezet, ondanks een verplichte bedrijfssluiting. Werken zij hier niet aan mee, dan is een loonstop mogelijk. Zorg er wel steeds voor dat de communicatie zorgvuldig en schriftelijk verloopt. Houd daarbij ook rekening met de belangen van werknemers. Als advocaat arbeidsrecht kan ik uw onderneming adviseren over het traject om tot een werkbare oplossing te komen. Neem gerust contact met mij op. Marlies Hol is advocaat arbeidsrecht bij ons advocatenkantoor in ’s-Hertogenbosch. Marlies Hol [post_title] => Ander werk voor werknemers door bedrijfssluiting [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => ander-werk-voor-werknemers-door-bedrijfssluiting [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-06-14 11:20:25 [post_modified_gmt] => 2023-06-14 09:20:25 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=28272 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [1] => WP_Post Object ( [ID] => 28223 [post_author] => 6 [post_date] => 2021-12-22 09:27:37 [post_date_gmt] => 2021-12-22 08:27:37 [post_content] => Afgelopen jaren is de dreiging van ransomware wereldwijd toegenomen. Ook bij veel Nederlandse bedrijven en instellingen staat dit onderwerp hoog op de agenda. De schade die een ransomware-aanval kan veroorzaken is immers groot. Bij het inventariseren van de risico’s dient men echter niet alleen te kijken naar de mogelijke schade, maar ook naar degenen die daarvoor aansprakelijk kunnen worden gesteld. In deze blog wordt dieper ingegaan op de aspecten die daarbij relevant kunnen zijn. Een en ander zal worden toegelicht aan de hand van een arrest van het hof Amsterdam, waarin een bedrijf haar (oud) IT-leverancier aansprakelijk stelde voor de schade die was ontstaan ten gevolge van een ransomware-aanval.[1]

Wat ging eraan vooraf?[2]

Een ICT-bedrijf (hierna: “SoftCompany”) heeft in 2014 soft- en hardware geleverd aan een ander bedrijf (hierna: “VanVeen”). Aanvullend is er tussen beide partijen een onderhoud- en beheerovereenkomst gesloten voor de geleverde systemen. Daarbij hebben partijen hun verplichtingen uiteengezet in een Service Level Agreement (SLA), op grond waarvan SoftCompany onder meer verantwoordelijk was voor het in stand houden van een adequaat back up-systeem. VanVeen werd in 2015 overgenomen door een ander bedrijf (hierna: “VanDaelen”). Deze heeft de SLA met SoftCompany nog een jaar in stand gehouden, waarna zij kenbaar heeft gemaakt dat zij met een ander bedrijf in zee wilde gaan (hierna: “MegaWare”). Op 21 juni 2016 is de SLA tussen VanDaelen en SoftCompany beëindigd. SoftCompany had voor MegaWare een overdrachtsrapport opgesteld, waarin de technische specificaties van het ICT-systeem – met inbegrip van het back-up systeem – werden beschreven. Per 1 augustus 2016 zou MegaWare de werkzaamheden overnemen. VanDaelen werd echter op 19 juli 2016 getroffen door een ransomware-aanval. Tot overmaat van ramp bleken er ook geen bruikbare back-ups te zijn waarmee het gegijzelde systeem kon worden hersteld. Vandaar dat VanDaelen ervoor had gekozen om het losgeld te betalen. VanDaelen meent dat SoftCompany tekort is geschoten in de nakoming van haar verplichtingen uit hoofde van de SLA en daarmee aansprakelijk gehouden kan worden voor de schade die VanDaelen heeft geleden (i.e. het betaalde losgeld, de kosten voor de aanvullende werkzaamheden van MegaWare en de kosten die VanDaelen zelf heeft moeten maken voor het vaststellen en oplossen van de problemen). SoftCompany betoogt echter dat zij aan haar verplichtingen heeft voldaan. De laatste back-up dateert namelijk van 29 april 2016, wat volgens SoftCompany recent genoeg is. SoftCompany is bovendien van mening dat het later laten ingaan van de overeenkomst met MegaWare, voor rekening en risico van VanDaelen komt.

Beoordeling van het hof

Tekortschieten in de nakoming Volgens het hof diende SoftCompany op grond van de SLA de systemen zodanig te monitoren, dat de werking daarvan gegarandeerd werd. Dit brengt onder meer met zich mee dat SoftCompany een recente en volledige back-up voorhanden zou moeten hebben tot aan de dag waarop de SLA zou worden beëindigd (i.e. 21 juni 2019). In het onderhavige geval vond het hof een back-up van bijna twee maanden geleden te oud. Toerekenbaarheid SoftCompany betwist dat er een causaal verband bestaat tussen haar tekortkoming - i.e. geen recente en volledige back-up voorhanden hebben - en de door VanDaelen aangevoerde schadeposten. Volgens het hof bestaat er echter een causaal verband tussen het tekortschieten van SoftCompany en de verschillende schadeposten. Zo zou VanDaelen vanwege het ontbreken van een back-up ertoe gedwongen worden om het losgeld te betalen. Daarnaast acht het hof het voldoende aannemelijk dat VanDaelen in het kader van haar schadebeperkingsplicht de nodige uren heeft moeten spenderen – en dus kosten heeft moeten maken – voor het oplossen van de problemen die waren ontstaan door het ontbreken van de back-up. Het hof is echter ook van oordeel dat (een groot deel van) de schade die VanDaelen heeft geleden het gevolg is van feiten en omstandigheden die aan VanDaelen zelf kunnen worden toegerekend. VanDaelen heeft er namelijk zelf voor gekozen om het nieuwe contract met MegaWare pas zes weken na het einde van de SLA aanvang te laten vinden. Op het moment van de hack was SoftCompany al bijna een maand niet meer verantwoordelijk voor de beveiliging van de systemen. Vandaar dat het hof meent dat het feit dát VanDaelen was gehackt, ook in overwegende mate aan haarzelf kan worden toegerekend. Al deze punten tegen elkaar afgewogen, komt het hof tot de conclusie dat 2/3de van de schade die VanDaelen heeft geleden het gevolg is van feiten en omstandigheden die aan haarzelf zijn toe te rekenen. SoftCompany dient slechts 1/3de van de geleden schade te vergoeden.

Conclusie

Het hof bekijkt deze kwestie vanuit verschillende invalshoeken. Het hof hecht niet alleen belang aan het feit dat er geen mogelijkheid voor de gedupeerde bestond om stappen te ondernemen tegen (de nadelige gevolgen van) de ransomware-aanval, maar ook aan het feit dát er überhaupt een ransomware-aanval heeft kunnen plaatsvinden. Het laatste kan aan een gedupeerde worden toegerekend, indien deze ervoor kiest om de nieuwe onderhoud- en beheerovereenkomst niet direct in te laten gaan na de einddatum van de daaraan voorafgaande overeenkomst. [1] Hof Amsterdam 14 april 2020, ECLI:NL:GHAMS:2020:1308 (Ransomware). [2] Namen zijn gefingeerd. [post_title] => Wie is aansprakelijk voor de schade na een ransomware-aanval? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => wie-is-aansprakelijk-voor-de-schade-na-een-ransomware-aanval [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-10-25 12:30:50 [post_modified_gmt] => 2023-10-25 10:30:50 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=28223 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [2] => WP_Post Object ( [ID] => 28132 [post_author] => 16 [post_date] => 2021-12-15 15:11:05 [post_date_gmt] => 2021-12-15 14:11:05 [post_content] => Philips heeft apneu apparaten teruggeroepen vanwege mogelijke gezondheidsklachten. Is hier sprake van productaansprakelijkheid dan wel nalatigheid in het nemen van tijdige maatregelen? Wacht Philips een mega claim? Bij slaapapneu stokt iemands ademhaling tijdens het slapen. Apneu apparaten zorgen ervoor dat de ademhaling voortgezet wordt, het is een medisch hulpmiddel. Philips is veruit de belangrijkste leverancier van apneu apparaten. Wereldwijd heeft Philips bepaalde type apneu apparaten teruggeroepen wegens mogelijke gezondheidsrisico’s. Philips heeft gewaarschuwd voor problemen met het geluiddempend schuim in het apparaat. Dat schuim kan afbrokkelen. Hierdoor kunnen patiënten schuimdeeltjes binnenkrijgen en ook kunnen er chemicaliën vrijkomen. Ook in Nederland zijn ongeveer 50.000 van deze apparaten verkocht [NOS nieuws 28 oktober 2021].

Productaansprakelijkheid

Als een product een gebrek vertoont waardoor de consument schade lijdt, kan de producent [maar ook importeur of merkhouder] aangesproken worden. De zgn. productaansprakelijkheid. De aansprakelijkheid van de producent kan ook niet ten opzichte van de consument contractueel worden uitgesloten.

Gebrekkig product

Een product is gebrekkig als het niet de veiligheid biedt die een consument redelijkerwijs mag verwachten. Uitgangspunt is dat wat een redelijk gebruiker van het product mag verwachten. Als een product bij normaal gebruik waarvoor het bestemd is schade teweegbrengt is het product gebrekkig.

Bewijslast

De eiser [benadeelde] zal moeten bewijzen:
  • dat het product gebrekkig is
  • dat het gebrekkige product de schade heeft veroorzaakt

Vrijwaring producent

De producent is niet aansprakelijk als het gebrek is ontstaan nadat hij het product op de markt heeft gebracht. De producent is ook niet aansprakelijk als hij kan aantonen dat het op basis van de stand van de wetenschap en de techniek onmogelijk was het gebrek te ontdekken. Uiteraard moet bij het ontdekken op een later tijdstip [dus na het op de markt brengen] wel de nodige maatregelen genomen worden.

De betreffende Philips apneu apparaten

Voor consumenten is het moeilijk om aan te tonen dat het apneu apparaat gebrekkig is. Philips heeft echter zelf een terugroepactie gedaan en daarbij benoemd dat het geluidsisolerend schuim kan afbrokkelen en uiteindelijk tot ernstig en levensbedreigend letsel kan leiden. Daarnaast heeft Philips ruim 500 miljoen uitgetrokken voor de terugroepactie [Financieel Dagblad d.d. 01.12.2021]. Dit zegt toch wel wat. Of Philips zich op vrijwaring kan beroepen is niet duidelijk. Philips heeft zelf nog geen uitspraak gedaan over de aansprakelijkheid. Wel heeft Philips een deel van de apparaten vervangen door een ander type of Philips heeft het  geluidsisolerend schuim vervangen. Dit kost echter tijd en sommige patiënten gebruiken nog steeds de betreffend apneu apparaten omdat zij niet zonder kunnen. Het is een afweging tussen twee kwaden. Beide keuzes kunnen gezondheidsschade opleveren. De patiënt zal ook moeten aantonen dat de apneu apparaten de gestelde gezondheidsschade hebben veroorzaakt. Dit is niet eenvoudig en daarnaast kan het zijn dat de gezondheidsschade pas veel later zich openbaart. Als Philips aansprakelijkheid erkent ligt het meer op de weg van Philips om hier [objectief] onderzoek naar te doen. Voor zover bekend zijn er in Nederland een aantal gebruikers [die stellen last te hebben van hoofdpijn, ademhalingsproblemen of kanker hebben] die Philips aansprakelijk hebben gesteld.

Amerikaanse claims

De Amerikaanse FDA [Food and Drug Association] heeft al onderzoek gedaan voor de Amerikaanse markt. Uit dit onderzoek zou blijken dat de gezondheidsrisico’s latent zeer groot zijn, met name de kans op kanker. Ook zou uit het Amerikaanse onderzoek blijken dat Philips al vanaf 2015 op de hoogte zou zijn geweest maar geen nader onderzoek heeft gedaan. FDA is er allerminst van overtuigd dat Philips alert en adequaat heeft gehandeld. Philips ontkent echter nalatig te zijn geweest.   Er lopen in Amerika inmiddels talrijke [gebundelde] rechtszaken. Op dit moment is het afwachten tot welk oordeel de rechtbank in Pittsburgh komt. Deze kwestie krijgt dus nog een vervolg. Edith de Koning [post_title] => Philips apneu apparaten [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => philips-apneu-apparaten [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2021-12-15 15:52:25 [post_modified_gmt] => 2021-12-15 14:52:25 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=28132 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [3] => WP_Post Object ( [ID] => 28057 [post_author] => 10 [post_date] => 2021-12-13 11:36:05 [post_date_gmt] => 2021-12-13 10:36:05 [post_content] => Bij verkoop van onroerende zaken waaronder grondverkoop moeten voortaan gelijke kansen worden geboden aan (potentiële) gegadigden aldus de Hoge Raad in een baanbrekend arrest van 26 november 2021.

Algemene beginselen van behoorlijk bestuur

Overheden mogen privaatrechtelijke bevoegdheden niet uitoefenen in strijd met geschreven of ongeschreven regels van publiekrecht. Tot het publiekrecht behoren de algemene beginselen van behoorlijk bestuur. Dit betekent dat een overheid bij het aangaan en uitvoeren van privaatrechtelijke overeenkomsten de algemene beginselen van behoorlijk bestuur en daarmee het gelijkheidsbeginsel in acht moeten nemen. Dit geldt dus ook voor de beslissing met wie en onder welke voorwaarden de overheid een overeenkomst tot verkoop van een aan haar toebehorende onroerende zaak sluit. Op dit punt verschilt de positie van de overheid van die van een private partij.

Ruimte bieden aan mededinging

Uit het gelijkheidsbeginsel – dat in deze context strekt tot het bieden van gelijke kansen – vloeit voort dat wanneer de overheid het voornemen heeft een aan haar toebehorende onroerende zaak te verkopen, ruimte moet bieden aan (potentiële) gegadigden om mee te dingen naar deze onroerende zaak als er meerdere gegadigden zijn voor de aankoop van de desbetreffende onroerende zaak of redelijkerwijs te verwachten is dat er meerdere gegadigden zullen zijn. In dat geval zal de overheid met inachtneming van de haar toekomende beleidsruimte criteria moeten opstellen aan de hand waarvan de koper wordt geselecteerd. Deze criteria moeten objectief, toetsbaar en redelijk zijn. Het gelijkheidsbeginsel brengt ook mee dat de overheid, om gelijke kansen te realiseren, een passende mate van openbaarheid moet verzekeren met betrekking tot de beschikbaarheid van de onroerende zaak, de selectieprocedure, het tijdschema en de toe te passen selectiecriteria. De overheid moet hierover tijdig voorafgaand aan de selectieprocedure duidelijkheid scheppen door informatie over deze aspecten bekend te maken op zodanige wijze dat (potentiële) gegadigden daarvan kennis kunnen nemen. Deze mededingingsruimte door middel van een selectieprocedure hoeft niet te worden geboden als bij voorbaat vaststaat of redelijkerwijs mag worden aangenomen dat op grond van objectieve, toetsbare en redelijke criteria slechts één serieuze gegadigde in aanmerking komt voor de aankoop. In dat geval dient de overheid haar voornemen tot verkoop tijdig voorafgaand aan de verkoop op zodanige wijze bekend te maken dat eenieder daarvan kennis kan nemen, waarbij de overheid dient te motiveren waarom naar haar oordeel op grond van de hiervoor bedoelde criteria bij voorbaat vaststaat of redelijkerwijs mag worden aangenomen dat er slechts één serieuze gegadigde in aanmerking komt.

Conclusie

Overheden zijn voortaan verplicht tot het bieden van gelijke kansen aan (potentiële) gegadigden bij de verkoop van onroerende zaken. Zelfs als er maar één serieuze gegadigde is moet het voornemen tot verkoop tijdig voorafgaand bekend worden gemaakt. Overheden zullen net zoals bij de zogenoemde schaarse vergunningen, criteria moeten gaan opstellen aan de hand waarvan de koper wordt geselecteerd. Deze verdere begrenzing van de contractvrijheid van de overheid bij de verkoop van onroerende zaken waaronder gronduitgifte biedt dus voor private partijen kansen!  Rik Wevers [post_title] => Gelijke kansen bij verkoop onroerende zaken door overheden [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => gelijke-kansen-bij-verkoop-onroerende-zaken-door-overheden [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2021-12-13 11:36:05 [post_modified_gmt] => 2021-12-13 10:36:05 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=28057 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [4] => WP_Post Object ( [ID] => 28043 [post_author] => 39 [post_date] => 2021-12-10 09:45:57 [post_date_gmt] => 2021-12-10 08:45:57 [post_content] =>

Inleiding

In geval van handhaving geldt er een beginselplicht tot handhaving. Dit betekent kort gezegd dat het bestuursorgaan (in dit geval het college b&w) gehouden is om handhavend op te treden als zij een overtreding constateert, tenzij er sprake is van bijzondere omstandigheden. Het bestuursorgaan moet immers het algemeen belang dienen. Een voorbeeld van een bijzondere omstandigheid is bijvoorbeeld concreet zicht op legalisatie. Een bestuursorgaan kan prioriteiten stellen in haar handhavingsbeleid. Als een overtreding een ‘lage’ prioriteit heeft betekent dit overigens niet dat het bestuursorgaan in zijn geheel niet hoeft op te treden. Dit is in strijd met de hiervoor bedoelde beginselplicht tot handhaving. Een en ander volgt ook uit de rechtspraak. Als er om handhaving wordt verzocht zal het bestuursorgaan per individueel geval een belangenafweging moeten maken, waarbij de belangen van de verzoeker om handhaving worden meegenomen. Enkel een lage prioriteit vormt géén bijzondere omstandigheid om van handhaving af te zien. Onze hoogste bestuursrechter (Afdeling bestuursrechtspraak van de Raad van State) heeft op 1 september 2021 een lezenswaardige uitspraak gepubliceerd, waarin wordt ingegaan op prioritering en de beginselplicht tot handhaving.

De uitspraak

Ter discussie stond een handhavingsbesluit van de gemeente, waarbij de gemeente handhavend optrad tegen een woningeigenaar wiens erfafscheiding één meter hoger was dan planologisch toegelaten. Er was door een omwonende een handhavingsverzoek ingediend. Vanwege capaciteitsproblemen had de betreffende gemeente in haar handhavingsbeleid prioriteiten gesteld. Aan de betreffende overtreding was een lage prioriteit toegekend. Tóch is de gemeente tot handhaving overgegaan. Zoals hierboven besproken moet een bestuursorgaan (zeker indien om handhaving is gevraagd) per individueel geval overwegen of er tot handhaving wordt overgegaan. De Afdeling constateert dat een dergelijke overweging niet heeft plaatsgevonden. De Afdeling vervolgt dat uit het beleid kan worden afgeleid dat het algemeen belang bij handhaving niet zwaar lijkt te wegen voor het college. Het is, met dit in het achterhoofd, en nu de verzoeker om handhaving geen direct zicht op de erfafscheiding heeft noch daarvan hinder ondervindt, onvoldoende gemotiveerd waarom tot handhaving is overgegaan.

Conclusie

De Afdeling lijkt meer ruimte te geven voor maatwerk. Hoewel de Afdeling nog altijd aangeeft dat enkel een lage prioritering geen bijzondere omstandigheid vormt om van handhaving af te zien, leidt de Afdeling uit ditzelfde beleid wel af dat het algemeen belang – kennelijk – niet zwaar weegt. De Afdeling koppelt hieraan de conclusie dat het bestuursorgaan in een dergelijk geval beter dient te motiveren waarom zij in het individueel geval tot handhaving overgaat. Concrete omstandigheden van het geval behoren dus te worden meegewogen. Enkel blindstaren op het algemeen belang lijkt dus niet langer afdoende. Van belang is dat in de besproken uitspraak handhavingsbeleid is opgesteld, waarbij het college prioriteiten heeft gesteld aan verschillende categorieën overtredingen. Het is vooralsnog onduidelijk welke invloed deze uitspraak zal hebben op situaties waarin het college géén handhavingsbeleid heeft opgesteld. Wordt ongetwijfeld vervolgd. Wilt u meer weten over handhaving door bestuursorganen of wordt u geconfronteerd met een handhavingsbesluit, neemt u dan gerust vrijblijvend contact op. Michael de Marco [post_title] => Beginselplicht tot handhaving: meer ruimte voor maatwerk [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => beginselplicht-tot-handhaving-meer-ruimte-voor-maatwerk [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2021-12-10 09:45:57 [post_modified_gmt] => 2021-12-10 08:45:57 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=28043 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [5] => WP_Post Object ( [ID] => 27967 [post_author] => 6 [post_date] => 2021-12-03 10:09:12 [post_date_gmt] => 2021-12-03 09:09:12 [post_content] => Het is weer bijna pakjesavond. Een uitgelezen moment om eens te kijken naar een uitspraak waarin de Sint een prominente rol speelde, althans zijn silhouet. In 2018 heeft de rechtbank Den Haag zich namelijk gebogen over de vraag of er inbreuk werd gemaakt op het auteursrecht van een illustratrice door het te koop aanbieden van verschillende soorten inpakpapier waarop een door haar gemaakt silhouet van Sinterklaas was afgebeeld.[1]

Wat ging eraan vooraf?

Een illustratrice van kinderboeken heeft in opdracht van het bedrijf Teleac/NOT de onderstaande afbeelding van het silhouet van Sinterklaas gemaakt. De afbeelding is gebruikt in lesmateriaal voor het basisonderwijs.           Afbeelding afkomstig uit het vonnis, r.o. 4.6. Gedaagde produceert cadeau- en inpakpapier. Voor het ontwerp schakelt zij een extern teken- en adviesbureau in. Dit bureau heeft een aantal ontwerpen aangeleverd, waarbij de keuze onder meer is gevallen op de onderstaande drie dessins.           Afbeeldingen afkomstig uit het vonnis, r.o. 2.5. Gedaagde heeft deze ontwerpen in haar webshop te koop aangeboden. De illustratrice herkende haar eigen tekening in het cadeaupapier en heeft gedaagde vervolgens aangeschreven. Zij eist dat de inbreuk op haar auteursrecht wordt gestaakt en dat de schade die zij daardoor heeft opgelopen wordt vergoed.

Is het silhouet van sinterklaas auteursrechtelijk beschermd?

Volgens de illustratrice wordt haar illustratie van het silhouet van Sinterklaas gekenmerkt door een aantal elementen. Zo heeft de illustratrice ervoor gekozen om het paard al lopend af te beelden, waarbij het paard zijn hoofd licht gebogen houdt. Daarnaast zit de Sinterklaas ontspannen op zijn paard, waardoor er een gemoedelijke indruk zou ontstaan. De overige keuzes die de illustratrice heeft gemaakt bij het ontwerpen van de afbeelding, zou men terug kunnen zien in de volgende details: (i) het afbeelden van de teugels, (ii) het weglaten van de staf, (iii) de positie van de staart van het paard en (iv) de manier waarop het haar en de baard van Sinterklaas wordt afgebeeld. De werktoets Om voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking te komen, moet een werk een eigen oorspronkelijk karakter hebben en het persoonlijk stempel van de maker dragen (EOK & PS).[2] Dit houdt in dat het werk niet ontleend mag zijn aan dat van een ander en dat de maker creatieve keuzes heeft gemaakt bij het scheppen van zijn werk. Aan het laatstgenoemde is niet voldaan wanneer het werk dusdanig banaal of triviaal is, dat daarachter geen creatieve arbeid van welke aard dan ook valt aan te wijzen.[3] Oordeel van de kantonrechter Volgens de kantonrechter zijn de elementen ieder afzonderlijk niet bijzonder en voor een deel zelfs triviaal te noemen. De kledij en karakteristieke kenmerken van Sinterklaas worden namelijk grotendeels bepaald door de conventie. Anders zou het publiek Sinterklaas niet meer kunnen herkennen in het silhouet. De kantonrechter meent echter dat de elementen tezamen een voldoende eigen gezicht geven aan de afbeelding, waardoor deze toch voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking komt. Vervolgens dient gekeken te worden of er ook sprake is van een auteursrechtinbreuk. De kantonrechter geeft aan dat de afbeelding op het inpakpapier dezelfde totaalindruk werkt als de afbeelding van de illustratrice, omdat deze één op één is overgenomen.[4] De kantonrechter concludeert dan ook dat er sprake is van een auteursrechtinbreuk en wijst de vordering (gedeeltelijk) toe.

Conclusie

Ook een verzameling van niet beschermde elementen – e.g. de uiterlijke kenmerken van Sinterklaas - kan voor auteursrechtelijke bescherming in aanmerking komen, mits deze verzameling het persoonlijk stempel van de maker draagt.[5] [1] Rb. ’s-Gravenhage 23 augustus 2019, ECLI:NL:RBDHA:2018:9945. [2] HR 4 januari 1991, NJ 1991, 608 (Romme/Van Dale), r.o. 3.4. [3] HR 30 mei 2008, ECLI:NL:HR:2008:BC2153 (Endstra-tapes), r.o. 4.5.1. [4] HR 12 april 2013, ECLI:NL:HR:2013:BY1533 (Hauck/Stokke), r.o. 4.2. [5] Rb. Oost-Brabant 25 maart 2020, ECLI:NL:RBOBR:2020:1908 (Philips/Lidl), r.o. 4.10. [post_title] => Silhouet sinterklaas: auteursrechtinbreuk met inpakpapier [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => silhouet-sinterklaas-auteursrechtinbreuk-met-inpakpapier [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-10-25 12:31:13 [post_modified_gmt] => 2023-10-25 10:31:13 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=27967 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [6] => WP_Post Object ( [ID] => 27956 [post_author] => 16 [post_date] => 2021-12-02 15:53:37 [post_date_gmt] => 2021-12-02 14:53:37 [post_content] => Helaas raakt een geheel onschuldige partij gewond in het verkeer door het haantjesgedrag op de snelweg. Helaas zien we steeds meer ‘korte lontjes’ in het verkeer, met materiële schade als gevolg maar ook vaak letselschade. De automobilist in deze zaak, die volgens het oordeel van de rechtbank voor 70% aansprakelijk is, is doorgereden en kon niet meer achterhaald worden.

De casus

Op de snelweg week een bestuurder van de Opel, die op de meest linker rijstrook reed, naar rechts uit nu hij werd gesneden door de bestuurder van een Volvo. Door deze uitwijkmanoeuvre van de Opel werd een Ford Transit geraakt. De bestuurster van deze Ford  kon haar auto onder controle houden, maar liep wel letsel op.

Getuigen

Er zijn veel getuigen nu meerdere auto’s op de snelweg tot stilstand  kwamen vanwege de situatie. Uit de verklaringen blijkt o.a. dat de  bestuurder van de Volvo de bestuurder van de Opel rechts had ingehaald en hierbij de bestuurder van de Opel had gesneden. Echter de bestuurder van de Opel gaat ook niet vrijuit. Volgens getuigen reed hij met een in ieder geval behoorlijk boven de  toegestane snelheid. Ook was hij eerder aan het bumperkleven op de Volvo.

Oordeel rechter

Op basis van de verklaringen gaat de rechter ervan uit dat de bestuurder van de Volvo een verkeersfout heeft gemaakt door de Opel rechts in te halen, zonder richting aan te geven van rijstrook wisselen en daarbij de Opel heeft gesneden. Echter ook de bestuurder van de Opel reed te hard en heeft hierdoor ook bijgedragen aan de totstandkoming van het ongeval. Als de bestuurder van de Opel zich aan de maximum snelheid had gehouden zou hij even snel hebben gereden als de bestuurster van de Ford. In dat geval had hij na het afsnijden door de Volvo probleemloos kunnen uitwijken naar de middelste rijstrook. De bestuurster van de Ford zou dan immers voor hem en niet naast hem hebben gereden. De rechter oordeelt dat de Volvo voor 70% heeft bijgedragen aan het ontstaan van het ongeval en voor 30% heeft de bestuurder van de Opel bijgedragen aan het ongeval. Nu de bestuurder van de Volvo nooit is achterhaald zal het Waarborgfonds de letselschade van de vrouw regelen, waarbij dus 30% ten laste komt voor de verzekeraar van de bestuurder van de Opel.

Strafrecht

Het is onduidelijk of partijen [in dit geval de bestuurder van de Opel, nu de bestuurder van de Volvo niet meer was te achterhalen] strafrechtelijk zijn vervolgd. Immers bumperkleven, het te dicht op een voorganger rijden, is strafbaar gesteld [art. 19RVV]. Bij de strafoplegging is de afstand tot de voorganger, maar ook de gereden snelheid relevant voor het bepalen van de strafmaat. Daarnaast speelt ook een rol of er sprake is van het veroorzaken van een ernstig ongeval. Volledige uitspraak: ECLI:NL:RBDHA:2020:12575 Edith de Koning [post_title] => Haantjesgedrag op de snelweg veroorzaakt letselschade [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => haantjesgedrag-op-de-snelweg-veroorzaakt-letselschade [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2021-12-02 15:53:37 [post_modified_gmt] => 2021-12-02 14:53:37 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=27956 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [7] => WP_Post Object ( [ID] => 27924 [post_author] => 6 [post_date] => 2021-12-01 13:50:43 [post_date_gmt] => 2021-12-01 12:50:43 [post_content] => Ben jij een MKB bedrijf dat activiteiten naar/in het buitenland wilt uitbreiden en je hebt daarbij juridisch advies nodig, dan kun je zelfs dit jaar nog gebruik maken van een financiële tegemoetkoming. Laat geen geld liggen!

Wat is de regeling

Het gaat om de Starters International Business (SIB) kennisvoucher. Van 1 november tot en met 31 december 2021 is in totaal nog € 400.000 beschikbaar gesteld voor kennisvouchers. Van 1 januari 2022 tot en met 31 maart 2022 is erop nieuw budget met een subsidieplafond van € 400.000.

Waar geldt de regeling voor

De regeling ziet op MKB bedrijven die duurzaam willen uitbreiden naar een specifieke buitenlandse markt. Met deze regeling kun je een voucher krijgen voor juridische diensten zoals:
  • bestaande contracten laten beoordelen of nieuwe contracten laten opstellen;
  • algemene voorwaarden bij exporttransacties laten opstellen;
  • een merk laten registreren;
  • andere juridische adviezen krijgen over duurzaam uitbreiden naar het buitenland, zoals arbeidsrecht.
BG.legal kan je hierbij ondersteunen. Voor verschillende cliënten hebben wij dit jaar de kennisvoucher in kunnen zetten. Daarvoor hebben wij werkzaamheden verricht zoals:
  • het registreren van Benelux/Europese merkregistraties
  • het opstellen van distributieovereenkomsten
  • het opstellen van resellersovereenkomsten
  • het opstellen van Software-as-a-Service overeenkomsten
  • het opstellen van agentuurovereenkomsten
  • het opstellen van algemene verkoopvoorwaarden
  • het adviseren over de positie van een buitenlandse agent / distributeur
  • het adviseren over een internationale franchiseformule

Wat vergoedt de voucher

De SIB Kennisvoucher is goed voor 50% van de kosten en bedraagt maximaal € 2.500 exclusief btw. Dit betekent dat RVO ons 50% van de kosten, tot maximaal € 2.500 exclusief btw, betaalt. Het restant van de factuur betaalt de cliënt.

Hoe werkt het

Wij maken een offerte voor de werkzaamheden die wij voor u gaan verrichten. Dit zijn werkzaamheden die vallen onder het bereik van de SIB voucherregeling. Deze offerte uploadt u, samen met mijn CV, in het RVO portal in. Daarbij beantwoordt u enkele vragen. Vervolgens beslist RVO over toekenning van de voucher. Dit gaat vrij snel. Vervolgens hebben we 6 maanden om de werkzaamheden te verrichten en u de factuur te sturen. Deze factuur uploadt u in het RVO portal. RVO betaalt ons op basis van de kennisvoucher en u betaalt het restant.

Laat geen geld liggen!

Dit is een mooie kans. Aan u om de kans te grijpen. Mocht u er vragen bij hebben dan kunt u contact opnemen met Jos van der Wijst (wijst@bg.legal). Jos van der Wijst [post_title] => Financiële tegemoetkoming voor Juridisch advies [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => financiele-tegemoetkoming-voor-juridisch-advies [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2021-12-01 13:53:37 [post_modified_gmt] => 2021-12-01 12:53:37 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=27924 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [8] => WP_Post Object ( [ID] => 27869 [post_author] => 10 [post_date] => 2021-11-26 10:44:20 [post_date_gmt] => 2021-11-26 09:44:20 [post_content] =>

Huisvesting senioren

De vergrijzing van Nederland noopt tot het ontwikkelen en bouwen van meer seniorenhuisvesting. Huisvesting waar wonen zo nodig met zorg kan worden gecombineerd.

Gezamenlijke aanpak

De Taskforce Wonen en Zorg is een initiatief van VNG, Aedes, ActiZ, ZN en de ministeries VWS en BZK en stimuleert en ondersteunt gemeenten, woningcorporaties en zorgorganisaties bij een gezamenlijke aanpak van de woonzorgopgave. Dit is hard nodig. De Taskforce roept gemeenten op om na te denken over hun visie op de huisvesting van senioren en dat te vertalen naar gebiedsgerichte programmering en prestatieafspraken met marktpartijen zodat er daadwerkelijk meer woningproductie kan en zal worden gedraaid. Een oproep die alleen maar ondersteund kan worden. Rik Wevers [post_title] => Sturing op seniorenhuisvesting is nodig! [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => sturing-op-seniorenhuisvesting-is-nodig [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2021-11-26 10:44:20 [post_modified_gmt] => 2021-11-26 09:44:20 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=27869 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [9] => WP_Post Object ( [ID] => 27756 [post_author] => 10 [post_date] => 2021-11-17 14:09:27 [post_date_gmt] => 2021-11-17 13:09:27 [post_content] => De prijs blijft bij inkoop van zorg en hier meer specifiek huishoudelijke hulp in het kader van de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) de gemoederen bezighouden. In de hier besproken zaak is geoordeeld dat de AMvB (Algemene Maatregel van Bestuur) Reële prijs Wmo 2015 ook van toepassing is op de inkoop via een zogenoemde ‘open house’ procedure.

Feiten

Een aantal gemeenten koopt gezamenlijk, via hun samenwerkingsverband ‘Regio Gooi en Vechtstreek’ huishoudelijke hulp op grond van de Wmo in. De Regio heeft een nieuwe open house-procedure aangekondigd voor 2019 en 2020. Het desbetreffende toelatingsdocument houdt in dat de daarin genoemde uurtarieven jaarlijks worden geïndexeerd voor het eerst per 1 januari 2019, met dien verstande dat de gemeenten zich het recht voorbehouden de indexering te beperken tot 2%. Het toelatingsdocument houdt voorts in dat er tevens een specifieke extra indexatie kan plaatsvinden voor de periode vanaf 1 mei 2018. Een thuiszorginstelling is het hiermee oneens en vordert in kort geding de gemeenten te veroordelen een onafhankelijke registeraccountant aan de hand van de rekentool een kostenonderzoek op het prijspeil 2019 voor tarieven 2019 in de regio uit te laten voeren met inachtneming van de AMvB Reële prijs Wmo 2015. De voorzieningenrechter heeft deze vordering afgewezen. Het hof in hoger beroep heeft echter de vordering alsnog toegewezen. Het hof heeft het standpunt van de gemeenten verworpen dat de AMvB Reële prijs Wmo 2015 niet van toepassing is op inkoop via een open house-procedure. Gelet op de doelstelling van de AMvB moet het ervoor worden gehouden dat de werking daarvan niet beperkt is tot opdrachten die in het kader van een aanbesteding zijn gegund, aldus het hof.

Juridische beoordeling Hoge Raad

Uit de nota van inlichting bij de AMvB blijkt dat de aanleiding van de regeling is het tegengaan van een zodanige daling van de tarieven voor huishoudelijke verzorging of hulp dat de kwaliteit en continuïteit van die zorg en hulp in het gedrang komen. Dat belang geldt zowel bij inkoop door gemeenten via een aanbestedingsprocedure als bedoeld in de Aanbestedingswet 2012, waarbij de opdracht wordt gegund op grond van de economisch meest voordelige inschrijving (art. 2.6.4 lid 2 Wmo 2015), als bij inkoop via een toelatingsprocedure als de onderhavige open house-procedure, waarbij wordt gecontracteerd met alle inschrijvers die aan de gestelde criteria voldoen.

Aanbestedingsprocedure

Daarom moet aldus de Hoge Raad worden aangenomen dat waar in de AMvB Reële prijs Wmo 2015 en de nota van toelichting de term ‘aanbesteding’ of ‘aanbestedingsprocedure’ wordt gebruikt, daarmee niet bedoeld is dat de AMvB alleen van toepassing is als een gemeente hulp of zorg inkoopt via een aanbestedingsprocedure in de zin van de Aanbestedingswet 2012. Zie de volledige uitspraak op rechtspraak.nl Rik Wevers   [post_title] => AMvB Reële prijs Wmo 2015 van toepassing op ‘open house’ [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => amvb-reele-prijs-wmo-2015-van-toepassing-op-open-house [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2021-11-18 10:27:25 [post_modified_gmt] => 2021-11-18 09:27:25 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=27756 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) ) [post_count] => 10 [current_post] => -1 [before_loop] => 1 [in_the_loop] => [post] => WP_Post Object ( [ID] => 28272 [post_author] => 46 [post_date] => 2021-12-24 09:00:26 [post_date_gmt] => 2021-12-24 08:00:26 [post_content] => Door de nieuwe, verplichte bedrijfssluiting voor veel ondernemingen, kunnen (wederom) veel werknemers hun eigen werk niet uitvoeren. Voor werkgevers is het mogelijk om deze werknemers tijdelijk ander werk te kunnen laten doen. Zo voorkomt u dat uw personeel betaald wordt zonder dat daar arbeid tegenover staat.

Wanneer moet een werknemer ander werk aanvaarden

Op 1 september 2021 oordeelde de rechtbank Amsterdam dat een werknemer geen recht op loon heeft als hij passende werkzaamheden weigert. Bij deze uitspraak ging het om een medewerker met een oproepovereenkomst. Hij werkte in de bediening in een restaurant. Door de verplichte bedrijfssluiting van de horeca kon deze medewerker niet in zijn eigen functie worden ingezet. Daarom verzocht werkgever haar personeel om eten te gaan bezorgen. De nodige middelen (fiets of scooter) daarvoor werden beschikbaar gesteld. De werknemer die dit aanbod voor andere werkzaamheden weigerde, verloor daarmee zijn aanspraak op loon. De rechtbank Amsterdam toets in haar overwegingen aan het arrest Stoof/Mammoet van de Hoge Raad van 11 juli 2008. De drie volgende vragen moeten positief worden beantwoord als werknemer een aanbod voor ander werk moet accepteren:
  • Heeft werkgever door gewijzigde omstandigheden reden tot het doen van een voorstel ter wijziging van arbeidsvoorwaarden?;
  • Is, alle omstandigheden van het geval in aanmerking nemende, het voorstel van werkgever aan werknemer redelijk?;
  • Kan aanvaarding van dit voorstel, in het licht van de omstandigheden van het geval, in redelijkheid van werknemers, als goed werknemers, gevergd worden?

Corona als reden voor het aanbieden van ander werk aan personeel

Als aan voornoemde vereisten wordt voldaan, mag een werknemer een redelijk aanbod voor ander (tijdelijk) werk niet weigeren. De verplichte bedrijfssluiting door corona is volgens deze rechter een reden die geldt als ‘gewijzigde omstandigheden’. Mijn advies is om zo snel mogelijk samen met werknemers te overleggen over passende, tijdelijke werkzaamheden. Zo kunnen zij toch worden ingezet, ondanks een verplichte bedrijfssluiting. Werken zij hier niet aan mee, dan is een loonstop mogelijk. Zorg er wel steeds voor dat de communicatie zorgvuldig en schriftelijk verloopt. Houd daarbij ook rekening met de belangen van werknemers. Als advocaat arbeidsrecht kan ik uw onderneming adviseren over het traject om tot een werkbare oplossing te komen. Neem gerust contact met mij op. Marlies Hol is advocaat arbeidsrecht bij ons advocatenkantoor in ’s-Hertogenbosch. Marlies Hol [post_title] => Ander werk voor werknemers door bedrijfssluiting [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => ander-werk-voor-werknemers-door-bedrijfssluiting [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-06-14 11:20:25 [post_modified_gmt] => 2023-06-14 09:20:25 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=28272 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [comment_count] => 0 [current_comment] => -1 [found_posts] => 1350 [max_num_pages] => 135 [max_num_comment_pages] => 0 [is_single] => [is_preview] => [is_page] => [is_archive] => 1 [is_date] => [is_year] => [is_month] => [is_day] => [is_time] => [is_author] => [is_category] => [is_tag] => [is_tax] => 1 [is_search] => [is_feed] => [is_comment_feed] => [is_trackback] => [is_home] => [is_privacy_policy] => [is_404] => [is_embed] => [is_paged] => 1 [is_admin] => [is_attachment] => [is_singular] => [is_robots] => [is_favicon] => [is_posts_page] => [is_post_type_archive] => [query_vars_hash:WP_Query:private] => 151be9e4d695d28ccb18a97c266ba26d [query_vars_changed:WP_Query:private] => [thumbnails_cached] => [allow_query_attachment_by_filename:protected] => [stopwords:WP_Query:private] => [compat_fields:WP_Query:private] => Array ( [0] => query_vars_hash [1] => query_vars_changed ) [compat_methods:WP_Query:private] => Array ( [0] => init_query_flags [1] => parse_tax_query ) [tribe_is_event] => [tribe_is_multi_posttype] => [tribe_is_event_category] => [tribe_is_event_venue] => [tribe_is_event_organizer] => [tribe_is_event_query] => [tribe_is_past] => [tribe_controller] => Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller Object ( [filtering_query:Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller:private] => WP_Query Object *RECURSION* ) )
Door de nieuwe, verplichte bedrijfssluiting voor veel ondernemingen, kunnen (wederom) veel werknemers hun eigen werk niet uitvoeren. Voor werkgevers is het mogelijk om deze werknemers tijdelijk ander werk te kunnen...
Lees meer
Afgelopen jaren is de dreiging van ransomware wereldwijd toegenomen. Ook bij veel Nederlandse bedrijven en instellingen staat dit onderwerp hoog op de agenda. De schade die een ransomware-aanval kan veroorzaken...
Lees meer
Philips heeft apneu apparaten teruggeroepen vanwege mogelijke gezondheidsklachten. Is hier sprake van productaansprakelijkheid dan wel nalatigheid in het nemen van tijdige maatregelen? Wacht Philips een mega claim? Bij slaapapneu stokt...
Lees meer
Bij verkoop van onroerende zaken waaronder grondverkoop moeten voortaan gelijke kansen worden geboden aan (potentiële) gegadigden aldus de Hoge Raad in een baanbrekend arrest van 26 november 2021. Algemene beginselen...
Lees meer
Inleiding In geval van handhaving geldt er een beginselplicht tot handhaving. Dit betekent kort gezegd dat het bestuursorgaan (in dit geval het college b&w) gehouden is om handhavend op te...
Lees meer
Het is weer bijna pakjesavond. Een uitgelezen moment om eens te kijken naar een uitspraak waarin de Sint een prominente rol speelde, althans zijn silhouet. In 2018 heeft de rechtbank...
Lees meer
Helaas raakt een geheel onschuldige partij gewond in het verkeer door het haantjesgedrag op de snelweg. Helaas zien we steeds meer ‘korte lontjes’ in het verkeer, met materiële schade als...
Lees meer
Ben jij een MKB bedrijf dat activiteiten naar/in het buitenland wilt uitbreiden en je hebt daarbij juridisch advies nodig, dan kun je zelfs dit jaar nog gebruik maken van een...
Lees meer
Huisvesting senioren De vergrijzing van Nederland noopt tot het ontwikkelen en bouwen van meer seniorenhuisvesting. Huisvesting waar wonen zo nodig met zorg kan worden gecombineerd. Gezamenlijke aanpak De Taskforce Wonen...
Lees meer
De prijs blijft bij inkoop van zorg en hier meer specifiek huishoudelijke hulp in het kader van de Wmo (Wet maatschappelijke ondersteuning) de gemoederen bezighouden. In de hier besproken zaak...
Lees meer