WP_Query Object
(
[query] => Array
(
[paged] => 65
[news-type] => blog
)
[query_vars] => Array
(
[paged] => 65
[news-type] => blog
[error] =>
[m] =>
[p] => 0
[post_parent] =>
[subpost] =>
[subpost_id] =>
[attachment] =>
[attachment_id] => 0
[name] =>
[pagename] =>
[page_id] => 0
[second] =>
[minute] =>
[hour] =>
[day] => 0
[monthnum] => 0
[year] => 0
[w] => 0
[category_name] =>
[tag] =>
[cat] =>
[tag_id] =>
[author] =>
[author_name] =>
[feed] =>
[tb] =>
[meta_key] =>
[meta_value] =>
[preview] =>
[s] =>
[sentence] =>
[title] =>
[fields] =>
[menu_order] =>
[embed] =>
[category__in] => Array
(
)
[category__not_in] => Array
(
)
[category__and] => Array
(
)
[post__in] => Array
(
)
[post__not_in] => Array
(
)
[post_name__in] => Array
(
)
[tag__in] => Array
(
)
[tag__not_in] => Array
(
)
[tag__and] => Array
(
)
[tag_slug__in] => Array
(
)
[tag_slug__and] => Array
(
)
[post_parent__in] => Array
(
)
[post_parent__not_in] => Array
(
)
[author__in] => Array
(
)
[author__not_in] => Array
(
)
[search_columns] => Array
(
)
[ignore_sticky_posts] =>
[suppress_filters] =>
[cache_results] => 1
[update_post_term_cache] => 1
[update_menu_item_cache] =>
[lazy_load_term_meta] => 1
[update_post_meta_cache] => 1
[post_type] =>
[posts_per_page] => 10
[nopaging] =>
[comments_per_page] => 50
[no_found_rows] =>
[taxonomy] => news-type
[term] => blog
[order] => DESC
)
[tax_query] => WP_Tax_Query Object
(
[queries] => Array
(
[0] => Array
(
[taxonomy] => news-type
[terms] => Array
(
[0] => blog
)
[field] => slug
[operator] => IN
[include_children] => 1
)
)
[relation] => AND
[table_aliases:protected] => Array
(
[0] => wp_term_relationships
)
[queried_terms] => Array
(
[news-type] => Array
(
[terms] => Array
(
[0] => blog
)
[field] => slug
)
)
[primary_table] => wp_posts
[primary_id_column] => ID
)
[meta_query] => WP_Meta_Query Object
(
[queries] => Array
(
)
[relation] =>
[meta_table] =>
[meta_id_column] =>
[primary_table] =>
[primary_id_column] =>
[table_aliases:protected] => Array
(
)
[clauses:protected] => Array
(
)
[has_or_relation:protected] =>
)
[date_query] =>
[queried_object] => WP_Term Object
(
[term_id] => 56
[name] => Blog van medewerkers
[slug] => blog
[term_group] => 0
[term_taxonomy_id] => 56
[taxonomy] => news-type
[description] =>
[parent] => 0
[count] => 1438
[filter] => raw
)
[queried_object_id] => 56
[request] => SELECT SQL_CALC_FOUND_ROWS wp_posts.ID
FROM wp_posts LEFT JOIN wp_term_relationships ON (wp_posts.ID = wp_term_relationships.object_id) LEFT JOIN wp_icl_translations wpml_translations
ON wp_posts.ID = wpml_translations.element_id
AND wpml_translations.element_type = CONCAT('post_', wp_posts.post_type)
WHERE 1=1 AND (
wp_term_relationships.term_taxonomy_id IN (56)
) AND ((wp_posts.post_type = 'post' AND (wp_posts.post_status = 'publish' OR wp_posts.post_status = 'acf-disabled' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-success' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-failed' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-schedule' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-pending' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-draft'))) AND ( ( ( wpml_translations.language_code = 'nl' OR (
wpml_translations.language_code = 'nl'
AND wp_posts.post_type IN ( 'attachment' )
AND ( (
( SELECT COUNT(element_id)
FROM wp_icl_translations
WHERE trid = wpml_translations.trid
AND language_code = 'nl'
) = 0
) OR (
( SELECT COUNT(element_id)
FROM wp_icl_translations t2
JOIN wp_posts p ON p.id = t2.element_id
WHERE t2.trid = wpml_translations.trid
AND t2.language_code = 'nl'
AND (
p.post_status = 'publish' OR p.post_status = 'private' OR
( p.post_type='attachment' AND p.post_status = 'inherit' )
)
) = 0 ) )
) ) AND wp_posts.post_type IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' ) ) OR wp_posts.post_type NOT IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' ) )
GROUP BY wp_posts.ID
ORDER BY wp_posts.menu_order, wp_posts.post_date DESC
LIMIT 640, 10
[posts] => Array
(
[0] => WP_Post Object
(
[ID] => 26325
[post_author] => 26
[post_date] => 2021-07-09 09:24:45
[post_date_gmt] => 2021-07-09 07:24:45
[post_content] => Op 1 juli 2021 is de Wet Bestuur en Toezicht Rechtspersonen in werking getreden. Deze nieuwe wet kan ook gevolgen hebben voor zorginstellingen.
Meer weten? BG.legal heeft onder meer op 5 februari 2021 en op 29 juni 2021 blogs gepost over de Wet Bestuur en Toezicht Rechtspersonen.
Uiteraard kunt u bij vragen ook contact opnemen met de sectie ondernemingsrecht van BG.legal.
[post_title] => Heeft nieuwe wet (WBTR) gevolgen voor zorginstellingen?
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => heeft-nieuwe-wet-wbtr-gevolgen-voor-zorginstellingen
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2023-10-02 09:53:50
[post_modified_gmt] => 2023-10-02 07:53:50
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=26325
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[1] => WP_Post Object
(
[ID] => 26366
[post_author] => 46
[post_date] => 2021-07-09 09:00:53
[post_date_gmt] => 2021-07-09 07:00:53
[post_content] => Marlies Hol neemt u mee in de arbeidsrechtelijke ontwikkelingen binnen de zorg. Vandaag staan de cao’s Ziekenhuizen, verpleeghuizen, verzorgingshuizen en thuiszorg (VVT) centraal.
Gestarte onderhandelingen cao ziekenhuizen
Vrijdag 2 juli zijn de onderhandelingen voor de nieuwe cao Ziekenhuizen gestart. De medewerkers die onder deze cao vallen hebben afgelopen jaar veelvuldig in de aandacht gestaan door hun grote inzet tijdens de corona-epidemie.
Deze onderhandelingen zijn op dit moment in volle gang. Er zijn nog geen mededelingen door werkgevers- of werknemersverenigingen gedaan.
Na 45 dienstjaren eerder stoppen met werk door de cao verpleeghuizen, verzorgingshuizen en thuiszorg (VVT)
Vanaf 1 september dit jaar kunnen medewerkers van verpleeghuizen, verzorgingshuizen en thuiszorg (VVT) in zwaar werk functies met 45 dienstjaren eerder stoppen met werken. Eind juni zijn de zorgvakbonden en werkgever hierover tot een onderhandelakkoord gekomen. Daarnaast is er een spaarverlofregeling afgesproken die voor zorgmedewerkers in alle leeftijden mogelijkheden biedt om duurzaam aan het werk te kunnen blijven.
Dit is de eerste cao waarin is afgesproken dat medewerkers na 45 jaar werken, waarvan minimaal 20 jaar in een zwaar beroep, met AOW kunnen gaan. Deze regeling zal als voorbeeld worden gebruikt voor andere sectoren waar zwaar werkt wordt verricht.
De nieuwe cao geldt per 1 september 2021.
Verplichting aanbieden arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd in cao?
Recentelijk oordeelde de rechtbank Den Haag nog in een zaak over de cao Ziekenhuizen. In die cao staat dat een arbeidsovereenkomst ‘als regel’ voor onbepaalde tijd moet worden aangeboden. Als toch een arbeidsovereenkomst voor bepaalde tijd wordt gesloten, dan moet de reden of tijdsduur worden vermeld. Verder staat in de cao dat een overeenkomst voor bepaalde tijd in principe wordt opgevolgd door een overeenkomst voor onbepaalde tijd als de werknemer goed functioneert.
In deze zaak stelde een werknemer dat zij op grond van de cao recht heeft op een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd. Deze medewerker is in dienst getreden op basis van bepaalde tijd. Haar is vervolgens nogmaals een contract voor bepaalde tijd aangeboden. Deze voortzetting is mondeling overeengekomen.
De rechter oordeelde dat deze werknemer géén recht had op een vast contract. Deze bepalingen scheppen geen verplichting voor werkgevers. Het is de vraag wat dan het nut van deze ‘lege bepalingen’ is. Mogelijk wordt hier door de vakbonden in de toekomst nog op ingegaan.
Arbeidsrecht in de zorg
Binnenkort zal ik in een reeks artikelen onder meer ingaan op het arbeidsrecht in de zorg. Ik zal daarbij onder andere de cao Ziekenhuizen, de cao van Verpleeg- & Verzorgingshuizen & Thuiszorg (VVT) meer uitvoerig bespreken.
Naast deze cao’s, zijn voor de sectie zorg ook de volgende cao’s belangrijk: de cao universitair medische centra (UMC), de cao gehandicaptenzorg en de cao geestelijke gezondheidszorg (GGZ).
Het cao-recht is van belang voor het arbeidsrecht in de zorg. In de zorg is iedere instelling gebonden aan een cao. Heeft u vragen over de cao en de werking daarvan in de zorg? Neem dan contact met mij op.
[post_title] => Cao-ontwikkelingen in de zorg
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => cao-ontwikkelingen-in-de-zorg
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2023-06-14 11:27:17
[post_modified_gmt] => 2023-06-14 09:27:17
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=26366
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[2] => WP_Post Object
(
[ID] => 26352
[post_author] => 26
[post_date] => 2021-07-08 09:37:54
[post_date_gmt] => 2021-07-08 07:37:54
[post_content] => De fiscus heeft op 1 juli 2021 de Leidraad Invordering 2008 gewijzigd en artikelen toegevoegd die betrekking hebben op de WHOA. In dit artikel vatten we de belangrijkste wijzigingen samen.
Achtergrond
Met de introductie van de WHOA bestond lange tijd onzekerheid welke voorwaarden de belastingdienst zou stellen aan instemming met een akkoord. In andere schuldeisersakkoorden hanteert de fiscus voor instemming onder meer de vuistregel dat hij het dubbele percentage ten opzichte van de concurrente crediteuren dient te ontvangen. In de Jurlights-zaak ging de belastingdienst als preferente schuldeiser akkoord met een percentage van 21%, terwijl concurrente schuldeisers 16% aangeboden kregen. Op 1 juli 2021 werd een wijziging van de Leidraad Invordering 2008 gepubliceerd met daarin artikelen die betrekking hebben op de WHOA.
Voorwaarden fiscus
De Ontvanger kan onder de volgende voorwaarden instemmen met een WHOA-akkoord:
- het akkoord is schriftelijk aangeboden en voldoet aan de eisen die de wet in artikel 375 Faillissementswet aan een WHOA-akkoord stelt, en;
- de Ontvanger is in een klasse ingedeeld waar zijn wettelijke preferentie voldoende tot uiting komt, en;
- het is aannemelijk dat het aangeboden akkoord, afgezien van de daarvoor nog te verrichten formaliteiten, door de rechtbank zou worden gehomologeerd.
Nadere toelichting
- Bij de beoordeling van de vraag of de klassenindeling van de Ontvanger voldoende preferentie toekomt, blijft
de Ontvanger het dubbele percentage als uitgangspunt hanteren. De Ontvanger kan hiervan afwijken wanneer rekening in het akkoord rekening is gehouden met de 20%-regel voor concurrente schuldeisers.
- De Ontvanger kan ook in de volgende situaties besluiten in te stemmen:
- in het geval niet alle schuldeisers zijn betrokken in het akkoord;
- als er nog een redelijke mogelijkheid is om een derde aansprakelijk te stellen;
- in het geval een of meer
schuldeisers aandelen aangeboden krijgen voor het deel van het bedrag dat niet wordt voldaan. De Ontvanger zal daarentegen niet instemmen met een akkoord waarin aan hem aandelen worden geboden;
- ook belastingaanslagen waarvoor de Ontvanger normaal gesproken geen kwijtschelding verleent (zoals motorrijtuigenbelasting), kunnen worden meegenomen in het akkoord, met uitzondering van de communautaire middelen.
Gevolgen homologatie akkoord
De Ontvanger onderscheidt twee situaties bij homologatie van het akkoord.
Ten eerste benoemt hij de situatie waarin de Ontvanger heeft ingestemd. In dat geval verleent de Ontvanger kwijtschelding voor het deel van de schulden dat onbetaald blijft, nadat hij het bedrag dat hem op basis van het akkoord toekomt, heeft ontvangen. Overigens kunnen derden wel aansprakelijk blijven. De belastingdienst verleent namelijk geen kwijting voor schulden waarvoor derden mogelijk aansprakelijk zijn, maar ziet in dat geval af van
invorderingsmaatregelen in de richting van de schuldenaar die het akkoord aanbiedt.
In de tweede situatie stemt de Ontvanger niet in met het akkoord, maar besluit de rechtbank desalniettemin wel te homologeren. Ook in dat geval verleent de belastingdienst geen kwijtschelding in de richting van de schuldenaar, maar neemt hij geen verdere invorderingsmaatregelen. De belastingvorderingen die resteren na homologatie van het akkoord zijn aan te merken als natuurlijke verbintenissen.
Belastingteruggaven die zijn vastgesteld na homologatie van een akkoord en materieel betrekking hebben op een periode voor de uitspraak waarin het akkoord is gehomologeerd, zal de Ontvanger verrekenen met de hiervoor genoemde natuurlijke verbintenis.
Conclusie
Met de wijzigingen in de Leidraad Invordering 2008 voorziet de fiscus in de dringende behoefte om duidelijkheid te creëren over de eigen betrokkenheid bij een WHOA-akkoord. De wijzigingen zijn grotendeels in lijn met de voorwaarden die de fiscus stelt bij andere schuldeisersakkoorden. De wijzigingen zorgen ervoor dat in de voorbereiding van het
WHOA-traject beter rekening kan worden gehouden met de wensen van de fiscus.
[post_title] => De WHOA en de fiscus
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => de-whoa-en-de-fiscus
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2022-01-03 09:44:30
[post_modified_gmt] => 2022-01-03 08:44:30
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=26352
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[3] => WP_Post Object
(
[ID] => 26187
[post_author] => 43
[post_date] => 2021-06-30 09:05:12
[post_date_gmt] => 2021-06-30 07:05:12
[post_content] =>
Leveranciersklem zorginformatiesystemen onder de loep van de ACM
De ACM geeft in een
recente publicatie aan haar pijlen te gaan richten op zogenaamde ‘
vendor lock-ins’ op markten voor ziekenhuisinformatiesystemen en elektronische patiëntendossiers (ZIS/EPD-systemen). Dit begrip houdt in dat, zodra een afnemer van een ZIS/EPD-systeem voor een specifiek systeem heeft gekozen, het voor deze afnemer moeilijk en kostbaar is om over te stappen op een ander systeem.
Gebrekkige mogelijkheden
Zo zijn afnemers vaak niet bekend met alle relevante informatie vereist voor een overstap en zijn zij voor een overstap afhankelijk van de medewerking van hun huidige leverancier. Ook merkt de ACM op dat er vaak sprake is van systemen die niet met elkaar kunnen samenwerken of aan elkaar kunnen worden gekoppeld. Deze gebrekkige mogelijkheden om data van het ene naar het andere systeem te verplaatsen (
dataportabiliteit) en het niet aan elkaar kunnen koppelen van systemen (
interoperabiliteit) worden door elkaar versterkt.
Drempels gebruik systemen
Deze effecten werpen drempels op voor partijen die gebruik maken van een ZIS/EDP-systeem en voor partijen die een dergelijk systeem willen aanbieden. Enerzijds is het overstappen naar een andere aanbieder een tijdrovend en complex proces voor afnemers, anderzijds is het voor aanbieders lastig om de markt voor dergelijke systemen te betreden. De potentiële afnemers van een nieuw systeem hebben namelijk al hun keus voor een ZIS/EPD-systeem gemaakt en overstappen is lastig. De ACM stipt tevens de sterke marktpositie van leveranciers aan en geeft aan met
concurrentieregels te komen om de leveranciersklem in de ICT-zorg te gaan beperken.
Privacy en gegevensbescherming
Interessant is dat de ACM ook het belang van de standaardisatie van gegevensuitwisseling aanmerkt, met name in het belang van
privacy en gegevensbescherming. Daarbij denkt de ACM aan standaarden voor bijvoorbeeld identificatie en toestemming. Voor zover de marktpartijen niet zelf tot een standaard komen, zou aanvullende regulering door de overheid voor de hand liggen.
Leidraad
De ACM streeft ernaar om dit najaar een
concept leidraad te publiceren die het zorginformatiestelsel in Nederland moet gaan verbeteren. De Autoriteit Persoonsgegevens en de Nederlandse Zorgautoriteit worden ook in dit proces betrokken.
Het
team van BG.Zorg houdt deze ontwikkelingen nauwgezet in de gaten.

[post_title] => Leveranciersklem zorginformatiesystemen onder de loep van de ACM
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => leveranciersklem-zorginformatiesystemen-onder-de-loep-van-de-acm
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2021-06-30 09:05:12
[post_modified_gmt] => 2021-06-30 07:05:12
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=26187
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[4] => WP_Post Object
(
[ID] => 26193
[post_author] => 12
[post_date] => 2021-06-29 15:46:51
[post_date_gmt] => 2021-06-29 13:46:51
[post_content] =>
In eerdere blogs hebben wij u al gewezen op de nieuwe Wet Bestuur en Toezicht Rechtspersonen (WBTR), zoals in de blogs van 23 december 2020 en 5 februari 2021. Maar op 1 juli 2021 is het echt zo ver. De WBTR heeft het doel het rechtspersonenrecht verder te uniformeren en de kwaliteit van (het toezicht op) het bestuur van stichtingen en verenigingen (als ook coöperaties en onderlinge waarborgmaatschappijen) te verbeteren. Voor u de belangrijkste wijzigingen op een rij.
- Statutaire regeling voor belet en ontsteltenis
- Tegenstrijdig belangregeling bij bestuurders en commissarissen
- Keuzemogelijkheid voor toezichthoudend orgaan
- Mogelijke hoofdelijke aansprakelijkheid voor iedere toezichthouder individueel
- Aansprakelijkheidsmogelijkheden van bestuurders wordt vergroot
- Ruimere ontslagmogelijkheden van een bestuurder
Belet- en ontsteltenisregeling
Indien in de statuten geen belet- of ontsteltenisregeling van bestuurders is opgenomen is dat door de WBTR verplicht om op te nemen vanaf de eerstvolgende
statutenwijziging. Daarin moet duidelijk worden hoe een bestuurslid wordt vervangen, vooral natuurlijk bij beraadslaging en beslissingen over belangrijke onderwerpen.
Tegenstrijdig belangregeling
De WBTR geeft daarnaast regels over tegenstrijdig belang van bestuurders of toezichthouders bij besluitvorming. Dergelijke regels bestonden eerder alleen voor B.V.’s en N.V.’s. De WBTR schrijft voor dat een bestuurder of toezichthouder niet mag deelnemen aan besluitvorming waarbij hij een
persoonlijk belang heeft dat tegenstrijdig is aan het belang van de rechtspersoon. Wanneer een stichting of vereniging in haar statuten afwijkt van de regeling zoals neergelegd in de WBTR, zijn die
statutaire bepalingen vanaf het moment van inwerkingtreding van de WBTR nietig. Wijziging is niet verplicht, maar worden de bepalingen niet gewijzigd, dan kan men vanaf 1 juli 2021 geen beroep meer op die bepalingen doen.
Keuzemogelijkheid voor toezichthoudend orgaan
De WBTR geeft stichtingen en verenigingen de wettelijke mogelijkheid om een toezichthoudend orgaan in te stellen. Veel stichtingen en verenigingen hadden een dergelijke orgaan al, maar zonder echter wettelijke basis. Die is nu geregeld en biedt voor verenigingen en stichtingen een mogelijkheid. Het bestuur kan nu kiezen voor een toezichthoudend orgaan (dualistische toezichtstructuur) of daar zelf binnen het bestuur afspraken over te maken (monistische toezichtstructuur). Door de wet worden verenigingen en stichtingen echter te allen tijde gedwongen er over na te denken en een beslissing te nemen. Bij een komende statutenwijziging dient het besluit ook te worden opgenomen in de statuten.
Hoofdelijke aansprakelijkheid voor iedere toezichthouder individueel mogelijk
‘Bezint eer ge begint’ als toezichthouder. De WBTR geeft ook verplichtingen voor de toezichthouder. En als de toezichthouder zijn/haar taak niet goed uitvoert kunnen alle individuele toezichthouders daar aansprakelijk voor zijn; ook al is die betreffende toezichthouder niet verantwoordelijk voor het gevoerde wanbeleid. De WBTR zorgt er voor dat alle
toezichthouders aansprakelijk kunnen zijn voor daden van een collega toezichthouder, tenzij de toezichthouder zich kan disculperen. Die disculpatie zal echter wel duidelijk aangevoerd en onderbouwd moeten worden door de toezichthouder die er een beroep op doet.
Aansprakelijkheidsmogelijkheden van bestuurders wordt vergroot
Faillissementsaansprakelijkheid ex artikel 2:248 BW gold tot 1 juli alleen voor de BV en de NV. Indien deze bestuurder onbehoorlijk zijn taak heeft uitgevoerd en aannemelijk is dat e.e.a. een belangrijke oorzaak is geweest voor het faillissement, dan is die bestuurder persoonlijk aansprakelijk. De WBTR trekt die lijn, uit de wet en
jurisprudentie, nu door naar de stichtingen en verenigingen. Het geeft de curator van een stichting of vereniging dus meer mogelijkheden bij een faillissement van een vereniging of stichting. Bestuurders moeten dus beter nagaan welke daden en rechtshandelingen zij verrichten voor de stichting of de vereniging en of zij daarmee niet onbehoorlijk hun taak vervullen.
Ruimere ontslagmogelijkheden van een bestuurder
De WBTR geeft tenslotte de rechter een ruimere mogelijkheid om bestuurders of toezichthouders van stichtingen en verenigingen te ontslaan. Een rechter kan de bestuurder of toezichthouder ontslaan wegens verwaarlozing van zijn taak, een ingrijpende wijziging van omstandigheden op grond waarvan het voortduren van zijn taak in redelijkheid niet kan worden geduld, of wegens andere gewichtige redenen. Hierbij komt de rechter een ruime beoordelingsmarge toe.
Ofwel bestuurder en toezichthouder ben op uw hoede. Bestuur met gezond verstand en houd eigen belang buiten de deur.
De WBTR zal de uitwassen afstraffen.
Wilt u weten of uw vereniging of stichting, of u zelf als stichting- of verenigingsbestuurder voldoet aan de WBTR, dan wel of u documenten en/of uw handelwijze moet wijzigen, neem dan contact met ons op. De specialisten van BG.legal, sectie ondernemingsrecht, staan voor u klaar.

[post_title] => Stichting- of vereniging bestuurder pas op!
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => stichting-of-vereniging-bestuurder-pas-op
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2021-06-29 15:46:51
[post_modified_gmt] => 2021-06-29 13:46:51
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=26193
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[5] => WP_Post Object
(
[ID] => 26222
[post_author] => 26
[post_date] => 2021-06-29 11:55:09
[post_date_gmt] => 2021-06-29 09:55:09
[post_content] => Het zal maar gebeuren: uw merken en handelsnamen staan ineens vermeld op een website waar uw onderneming niets mee te maken heeft. Dit heet
zakelijke identiteitsfraude: een ander gebruikt jouw
handelsnaam en
merk om producten te verkopen of diensten te verlenen. Zeer vervelend, want op deze manier kan jij jouw opgebouwde reputatie in één klap verliezen.
Deze situatie deed zich voor in onderstaande
zaak.
Casus
Eiser is Oiltanking Amsterdam BV, een exploitant van o.a. aardolieproducten uit Nederland. Zij bezit wereldwijd verschillende merkregistraties met daarin het woord ‘OILTANKING’ verwerkt. Verweerder is een onderneming uit Nigeria. Zij heeft de
domeinnamen oitankinglogistic.nl en oiltankinglogistics.nl geregistreerd. De domeinnamen leiden naar een website, waarop de merken en handelsnamen van eiser worden weergegeven. Bovendien worden ook de contactgegevens van eiser vermeld en worden er valse afspraken gemaakt met derde partijen, namens eiser. Als kers op de taart, blijkt dat de website ook betrokken is bij oplichtingspraktijken.
Eiser
vordert overdracht van de domeinnamen. Wat vind het WIPO hiervan?
Bij dergelijke vragen wordt er gekeken naar drie vereisten:
- Zijn de domeinnamen identiek of verwarringwekkend overeenstemmend met de merken van eiser?
- Heeft verweerder hier een recht of legitiem belang om de domeinnamen te gebruiken?
- Heeft verweerder de domeinnamen te kwader trouw gebruikt en geregistreerd?
Aan alle bovenstaande vereisten was voldaan. Dit betekent dat de vordering werd toegewezen en de
domeinnamen zullen worden overgedragen aan eiser. De vraag is nu wat dit betekent voor de praktijk.
Mag iemand zomaar het merk van een ander gebruiken?
Nee, onder de meeste omstandigheden niet. Het uitgangspunt is dat het gebruik van een
merk zonder toestemming van de merkhouder
merkinbreuk oplevert. Wanneer een concurrent gebruikt maakt van het merk van een ander, suggereert zij op deze manier dat er sprake is van een economisch verband tussen hemzelf en de merkhouder. Hier gelden wel een tweetal uitzonderingen. Voor meer informatie verwijs ik naar
deze blog.
Wat kan ik tegen identiteitsfraude doen?
Identiteitsfraude is strafbaar. Dit betekent dat je hiervan
aangifte bij de politie kan doen. Daarnaast kan je de fraudeur aanpakken op het gebied van het merkenrecht. Zij gebruiken namelijk, zonder geldige grond, jouw merk en plegen daardoor
merkinbreuk. Op grond van dit recht, kun jij hiertegen optreden. Wij helpen u hier graag bij.
Conclusie
Heeft u vragen over zakelijke identiteitsfraude of merkinbreuken? Neem dan contact op.
[post_title] => Online oplichting en zakelijke identiteitsfraude: wat te doen?
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => online-oplichting-en-zakelijke-identiteitsfraude-wat-te-doen
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2022-02-01 09:41:29
[post_modified_gmt] => 2022-02-01 08:41:29
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=26222
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[6] => WP_Post Object
(
[ID] => 26145
[post_author] => 10
[post_date] => 2021-06-25 08:18:58
[post_date_gmt] => 2021-06-25 06:18:58
[post_content] => Participatie onder de
Omgevingswet (inwerkingtreding 1 juli 2022) is vormvrij. De Omgevingswet stelt wel een aantal
eisen. De VNG heeft hierover een zogenaamd spiekbriefje participatie Omgevingswet opgesteld.

In het spiekbriefje zijn de mogelijke
gevolgen en effecten uitgewerkt voor gemaakte keuzes. Het spiekbriefje geeft antwoord op vragen als:
Wat zijn verplichtingen zonder keuzemogelijkheden?
Waar heeft u als gemeente een
verplichting met een keuzemogelijkheid?
Waar heeft u keuzes indien het relevant is in uw gemeente?
Waar heeft u geen verplichting, enkel een keuze?
Voor het
spiekbriefje Participatie zie
https://vng.nl/nieuws/spiekbriefje-participatie-beschikbaar
[post_title] => Participatie onder Omgevingswet vormvrij maar niet vrij van eisen
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => participatie-onder-omgevingswet-vormvrij-maar-niet-vrij-van-eisen
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2021-06-25 08:18:58
[post_modified_gmt] => 2021-06-25 06:18:58
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=26145
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[7] => WP_Post Object
(
[ID] => 26163
[post_author] => 26
[post_date] => 2021-06-24 07:44:44
[post_date_gmt] => 2021-06-24 05:44:44
[post_content] => Kunstenaars genieten een grote artistieke vrijheid. Soms kan het zo zijn dat zij een
bekend merk willen gebruiken om een boodschap over te brengen of een bepaald beeld te schetsen. In hoeverre is dat geoorloofd? Mag men zomaar een
merk afbeelden op bijvoorbeeld een schilderij? Daarbij komt ook de vraag: mag men een kunstwerk ook gebruiken voor het maken van een product? Ook al is dit het kunstwerk van
iemand anders? In deze blog zal ik deze vragen beantwoorden.
Merk in kunstwerk
In een
uitspraak op 14 oktober 2019 van het Benelux Gerechtshof speelde een dergelijke kwestie. Belgisch kunstenaar Cédric Peers gebruikte het logo van Dom Pérignon in een aantal van zijn kunstwerken. Bovendien noemde hij het merk in de omschrijving:
The Damn Pérignon Collection. Merkhouder Moët Hennesy maakte
bezwaar tegen dit gebruik van haar merk Dom Pérignon en stelde dat hier sprake was van inbreuk op haar
merkenrecht.
Het Benelux Gerechtshof was van mening dat de artistieke vrijheid, als aspect van het recht op vrije meningsuiting van de kunstenaar, een
geldige reden oplevert voor het gebruik van het merk. Hierbij werd wel de kanttekening gemaakt dat de uiting er niet op gericht mag zijn om het merk of de merkhouder schade toe te brengen. Een geldige reden impliceert een evenwicht tussen de belangen van beide partijen.
Kortom: men mag gebruik maken van een merk, mits dit gebruik
geen schade toebrengt aan het merk of de merkhouder.
Echter, nu is de vraag in hoeverre men gebruik mag maken van andermans kunstwerk. Het gebruik van een ander merk en logo in het kader van artistieke vrijheid gaat, volgens bovengenoemde uitspraak, redelijk ver. Hoe zit dat met het gebruik van een kunstwerk voor een bepaald product?
Kunstwerk in product
Het volgende was aan de hand. Deense oprichters van een luxe horlogemerk hadden het voornemen om een schilderij te vernielen, zodat zij dit konden verwerken in een nieuwe collectie horloges. Voor dit plan hadden zij expliciet gekozen voor dit kunstwerk, omdat deze door experts internationaal werd erkend. Zij wilden een
reactie uitlokken bij het publiek.
Echter, kunstenaar Tal Rosenzweig vond dit respectloos en stapte naar de rechter om te voorkomen dat zijn kunstwerk vernield zouden worden voor een louter commercieel en provocerend doel. Zijn advocaat stelde dat er hier sprake is van
inbreuk op zijn
auteursrecht. Op basis van het auteursrecht mag iemand een kunstwerken kopen, doorverkopen en zelfs vernietigen. Rosenzweig hoeft echter niet te accepteren dat iemand zijn kunstwerk verandert en vervolgens weer op de markt brengt.
De oprichters van het Deense horlogemerk brachten daar tegenin dat ze het kunstwerk zodanig zouden vernietigen, dat men het originele kunstwerk toch niet meer zou kunnen herkennen. De rechtbank in Denemarken ging echter niet mee in dit verweer heeft
beslist dat het vernielen van het kunstwerk verboden is.
Conclusie
Het gebruik van een merk in kunstwerken is mogelijk. De grens die hieraan is verbonden is dat het gebruik ervan geen schade mag toebrengen aan het merk of de merkhouder. Daar tegenover staat dat een kunstwerk niet gebruikt mag worden in een producten die op de markt gebracht worden. Vernieling van een kunstwerk dan ten doel heeft gebruikt te worden in andere producten, is
verboden.
In de praktijk kan het voorkomen dat u graag een merk wilt gebruiken voor uw eigen creaties, of dat u vermoedt dat uw merk wordt gebruikt door iemand anders. Heeft u hier vragen over? Neem dan vrijblijvend contact op.
[post_title] => Merk in kunstwerk mag, kunstwerk in product niet
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => merk-in-kunstwerk-mag-kunstwerk-in-product-niet
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2022-02-01 09:48:59
[post_modified_gmt] => 2022-02-01 08:48:59
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=26163
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[8] => WP_Post Object
(
[ID] => 26093
[post_author] => 46
[post_date] => 2021-06-22 08:57:00
[post_date_gmt] => 2021-06-22 06:57:00
[post_content] => Ik ben
zeer trots dat ik het beroep van advocaat mag uitoefenen. Toch was dit niet mijn kinderdroom. Mijn grote wens was om weervrouw bij RTL te worden. Achteraf blijkt dat daar natuurlijk veel meer bij komt kijken dan enkel de opnames van het weerbericht. Toen ik op mijn 16
e ontdekte dat je meteorologie moest studeren, ben ik afgehaakt. In alle eerlijkheid wilde ik gewoon graag op tv komen. In
mijn functie als
advocaat sta ik soms ook in de spotlights. Het gaat dan alleen niet om mij, maar om mijn cliënt. Deze rol past mij bij nader inzien veel beter.

Bij een weervrouw en een advocaat draait het om de inhoud. Om dit te benadrukken dragen rechters en advocaten hun toga tijdens een zitting. De zwarte toga bevordert
gelijkheid in de rechtszaal en staat voor afwijzing van ijdelheid. Sinds ik ben beëdigd tot advocaat draag ik bij iedere zitting mijn toga. En ik draag mijn toga met
trots. Mijn toga is echter niet het meest modieuze kledingstuk in mijn kledingkast. Mijn vader vroeg mij laatst of toga’s tegenwoordig meer getailleerd zijn voor vrouwen. Nee, helaas. Wel is het mogelijk om een op maat gemaakte toga te laten maken mét een leuke print aan de binnenzijde. Zo kan je jezelf tóch
onderscheiden. Dit item staat nog hoog op mijn verlanglijst.

Voor nu, om mijzelf toch een beetje te onderscheiden, een paar pumps onder mijn toga. Dat moet kunnen. Tenslotte wil ik ook
inhoudelijk in een rechtszaak het verschil kunnen maken.

[post_title] => Een toga; zo uniek als de advocaat die hem draagt
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => een-toga-zo-uniek-als-de-advocaat-die-hem-draagt
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2023-06-14 10:36:44
[post_modified_gmt] => 2023-06-14 08:36:44
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=26093
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[9] => WP_Post Object
(
[ID] => 26076
[post_author] => 19
[post_date] => 2021-06-21 09:27:09
[post_date_gmt] => 2021-06-21 07:27:09
[post_content] =>
Arbeidsmigranten huisvesten; wat zijn de gevolgen van een “paraplubestemmingsplan”?
Er zijn veel geschillen over het huisvesten van arbeidsmigranten.
Veel gemeenten zitten in de maag met het huisvesten van arbeidsmigranten. Enerzijds moeten deze mensen gehuisvest worden, anderzijds willen gemeenten paal en perk stellen aan een ‘
wildgroei’ aan huisvestingslocaties. In diverse bestemmingsplannen is huisvesting van arbeidsmigranten mogelijk bij een ‘
woonbestemming’. Daarover schreef ik eerder diverse
blogs. Dat leidt vaak tot discussies. Vaak worden pandeigenaren aangeschreven door de gemeente. Dat leidt in de regel tot een
handhavingstraject. Om te voorkomen dat er allerlei huisvestingsmogelijkheden zijn op grond van veelal oudere bestemmingsplannen, stellen gemeenten vaak een beheersverordening of
paraplubestemmingsplan op. In deze blog zal ik naar aanleiding van een recente
uitspraak van de hoogste bestuursrechter, uitleggen wat dit betekent.
De casus
Het gaat in deze uitspraak om de gemeente Altena. Het planologisch regime in de gemeente Altena wordt gevormd door meerdere
bestemmingsplannen en beheersverordeningen. Een beheersverordening lijkt veel op een bestemmingsplan. Een beheersverordening is bedoeld om een bestaande situatie vast te leggen. Deze bestemmingsplannen en beheersverordeningen bevatten definities en bieden verschillende mogelijkheden voor wonen. Het parapluplan moet bewerkstelligen dat in alle ruimtelijke plannen – dus ook de beheersverordeningen – op dezelfde wijze is geregeld dat panden in beginsel maar door één huishouden mogen worden bewoond. Dat betekent dat in een pand met een woonbestemming niet zomaar arbeidsmigranten gehuisvest kunnen worden. Afwijking is vervolgens mogelijk met een
omgevingsvergunning.
Wat is een paraplubestemmingsplan?
Een paraplubestemmingsplan is dus een
partiële herziening van meerdere verschillende
bestemmingsplannen. Op een of meerdere onderdelen worden de verschillende bestemmingsplannen aangepast met het parapluplan. Voor het overige blijven de bestemmingsplannen dus gewoon geldig. In dit geval wil de gemeente Altena met het parapluplan dus voor alle bestaande bestemmingsplannen
en beheersverordening dezelfde regels laten gelden voor het bewonen van panden door arbeidsmigranten. Aangezien Altena een fusiegemeente is bestonden er veel van elkaar afwijkende bestemmingsplannen en beheersverordeningen. De raad heeft daarom met het paraplubestemmingsplan een uniforme regeling vastgesteld die in overeenstemming is met de wens om niet overal huisvesting van arbeidsmigranten mogelijk te maken.
Wat vindt de hoogste bestuursrechter ervan?
De Afdeling stelt vast dat het uitgangspunt van de gemeenteraad is dat panden in de gemeente in principe door één huishouden mogen worden bewoond. De raad heeft daarom het parapluplan bedoeld als een bundel besluiten tot
wijziging van (de regels van) de diverse in de gemeente geldende bestemmingsplannen en beheersverordeningen. De raad heeft het parapluplan uitdrukkelijk vastgesteld als een
bestemmingsplan op grond van
artikel 3.1 van de Wet ruimtelijke ordening.
De
hoogste bestuursrechter concludeert vervolgens dat een paraplubestemmingsplan dat is vastgesteld op grond van artikel 3.1 van de Wro
niet een beheersverordening kan wijzigen of aanvullen op de wijze die de raad in dit geval heeft bedoeld:
“(…) Een beheersverordening is immers een besluit op een andere grondslag, namelijk op grond van artikel 3.38 van de Wro. Een wijziging van een beheersverordening door er extra voorschriften aan toe te voegen, kan alleen plaatsvinden bij een besluit op diezelfde wettelijke grondslag. Dat een besluit tot vaststelling van een paraplu-bestemmingsplan een beheersverordening niet kan wijzigen of aanvullen, volgt ook uit het wettelijk stelsel van de Wro. Op grond van artikel 3.39 van de Wro kan niet in hetzelfde gebied tegelijkertijd een planologische regeling gelden op grond van artikel 3.1 (een bestemmingsplan) en op grond van artikel 3.38 (een beheersverordening).(…)”
Dat is enigszins technisch maar voor de praktijk
relevant. Ik zie in de praktijk vaker terug dat er een beheersverordening geldt en die beheersverordening met een paraplubestemmingsplan wordt gewijzigd. Dat kan dus niet.
Conclusie en relevantie voor de praktijk
Indien een paraplubestemmingsplan wordt vastgesteld, zijn in ieder geval twee zaken relevant. Het eerste betreft de inhoud van het paraplubestemmingsplan. Is het plan in overeenstemming met de
goede ruimtelijke ordening. Vervolgens moet worden
beoordeeld of het paraplubestemmingsplan geen aanvulling of wijziging van een bestaande beheersverordening betreft. Is dat het geval, dan moet het paraplubestemmingsplan worden vernietigd. Dat geeft veel pandeigenaren de mogelijkheid om de huisvesting al dan niet tijdelijk voort te zetten.
BG.legal zal deze ontwikkelingen nauwgezet volgen.
Heeft u een
vraag over het huisvesten van arbeidsmigranten?
Neem u dan gerust vrijblijvend contact met mij op.
Rutger Boogers, Advocaat en specialist arbeidsmigranten

[post_title] => Gevolgen “paraplubestemmingsplan” bij huisvesting arbeidsmigranten
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => gevolgen-paraplubestemming-bij-huisvesten-arbeidsmigranten
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2021-06-21 09:59:56
[post_modified_gmt] => 2021-06-21 07:59:56
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=26076
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
)
[post_count] => 10
[current_post] => -1
[before_loop] => 1
[in_the_loop] =>
[post] => WP_Post Object
(
[ID] => 26325
[post_author] => 26
[post_date] => 2021-07-09 09:24:45
[post_date_gmt] => 2021-07-09 07:24:45
[post_content] => Op 1 juli 2021 is de
Wet Bestuur en Toezicht Rechtspersonen in werking getreden. Deze nieuwe wet kan ook
gevolgen hebben voor zorginstellingen.

Meer weten? BG.legal heeft onder meer op
5 februari 2021 en op
29 juni 2021 blogs gepost over de Wet Bestuur en Toezicht Rechtspersonen.
Uiteraard kunt u bij vragen ook contact opnemen met de
sectie ondernemingsrecht van BG.legal.
[post_title] => Heeft nieuwe wet (WBTR) gevolgen voor zorginstellingen?
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => heeft-nieuwe-wet-wbtr-gevolgen-voor-zorginstellingen
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2023-10-02 09:53:50
[post_modified_gmt] => 2023-10-02 07:53:50
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=26325
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[comment_count] => 0
[current_comment] => -1
[found_posts] => 1438
[max_num_pages] => 144
[max_num_comment_pages] => 0
[is_single] =>
[is_preview] =>
[is_page] =>
[is_archive] => 1
[is_date] =>
[is_year] =>
[is_month] =>
[is_day] =>
[is_time] =>
[is_author] =>
[is_category] =>
[is_tag] =>
[is_tax] => 1
[is_search] =>
[is_feed] =>
[is_comment_feed] =>
[is_trackback] =>
[is_home] =>
[is_privacy_policy] =>
[is_404] =>
[is_embed] =>
[is_paged] => 1
[is_admin] =>
[is_attachment] =>
[is_singular] =>
[is_robots] =>
[is_favicon] =>
[is_posts_page] =>
[is_post_type_archive] =>
[query_vars_hash:WP_Query:private] => 80e19fa50c025ee4671148562bcbd5d7
[query_vars_changed:WP_Query:private] =>
[thumbnails_cached] =>
[allow_query_attachment_by_filename:protected] =>
[stopwords:WP_Query:private] =>
[compat_fields:WP_Query:private] => Array
(
[0] => query_vars_hash
[1] => query_vars_changed
)
[compat_methods:WP_Query:private] => Array
(
[0] => init_query_flags
[1] => parse_tax_query
)
[tribe_is_event] =>
[tribe_is_multi_posttype] =>
[tribe_is_event_category] =>
[tribe_is_event_venue] =>
[tribe_is_event_organizer] =>
[tribe_is_event_query] =>
[tribe_is_past] =>
[tribe_controller] => Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller Object
(
[filtering_query:Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller:private] => WP_Query Object
*RECURSION*
)
)
Op 1 juli 2021 is de Wet Bestuur en Toezicht Rechtspersonen in werking getreden. Deze nieuwe wet kan ook gevolgen hebben voor zorginstellingen. Meer weten?...
Lees meer
Marlies Hol neemt u mee in de arbeidsrechtelijke ontwikkelingen binnen de zorg. Vandaag staan de cao’s Ziekenhuizen, verpleeghuizen, verzorgingshuizen en thuiszorg (VVT) centraal. Gestarte onderhandelingen cao ziekenhuizen Vrijdag 2 juli...
Lees meer
De fiscus heeft op 1 juli 2021 de Leidraad Invordering 2008 gewijzigd en artikelen toegevoegd die betrekking hebben op de WHOA. In dit artikel vatten we de belangrijkste wijzigingen samen....
Lees meer
Leveranciersklem zorginformatiesystemen onder de loep van de ACM De ACM geeft in een recente publicatie aan haar pijlen te gaan richten op zogenaamde ‘vendor lock-ins’ op markten voor ziekenhuisinformatiesystemen en...
Lees meer
In eerdere blogs hebben wij u al gewezen op de nieuwe Wet Bestuur en Toezicht Rechtspersonen (WBTR), zoals in de blogs van 23 december 2020 en 5 februari 2021. Maar...
Lees meer
Het zal maar gebeuren: uw merken en handelsnamen staan ineens vermeld op een website waar uw onderneming niets mee te maken heeft. Dit heet zakelijke identiteitsfraude: een ander gebruikt jouw...
Lees meer
Participatie onder de Omgevingswet (inwerkingtreding 1 juli 2022) is vormvrij. De Omgevingswet stelt wel een aantal eisen. De VNG heeft hierover een zogenaamd spiekbriefje participatie Omgevingswet opgesteld. In het spiekbriefje...
Lees meer
Kunstenaars genieten een grote artistieke vrijheid. Soms kan het zo zijn dat zij een bekend merk willen gebruiken om een boodschap over te brengen of een bepaald beeld te schetsen....
Lees meer
Ik ben zeer trots dat ik het beroep van advocaat mag uitoefenen. Toch was dit niet mijn kinderdroom. Mijn grote wens was om weervrouw bij RTL te worden. Achteraf blijkt...
Lees meer
Arbeidsmigranten huisvesten; wat zijn de gevolgen van een “paraplubestemmingsplan”? Er zijn veel geschillen over het huisvesten van arbeidsmigranten. Veel gemeenten zitten in de maag met het huisvesten van arbeidsmigranten. Enerzijds...
Lees meer