Blog van medewerkers

WP_Query Object
(
    [query] => Array
        (
            [paged] => 37
            [news-type] => blog
        )

    [query_vars] => Array
        (
            [paged] => 37
            [news-type] => blog
            [error] => 
            [m] => 
            [p] => 0
            [post_parent] => 
            [subpost] => 
            [subpost_id] => 
            [attachment] => 
            [attachment_id] => 0
            [name] => 
            [pagename] => 
            [page_id] => 0
            [second] => 
            [minute] => 
            [hour] => 
            [day] => 0
            [monthnum] => 0
            [year] => 0
            [w] => 0
            [category_name] => 
            [tag] => 
            [cat] => 
            [tag_id] => 
            [author] => 
            [author_name] => 
            [feed] => 
            [tb] => 
            [meta_key] => 
            [meta_value] => 
            [preview] => 
            [s] => 
            [sentence] => 
            [title] => 
            [fields] => 
            [menu_order] => 
            [embed] => 
            [category__in] => Array
                (
                )

            [category__not_in] => Array
                (
                )

            [category__and] => Array
                (
                )

            [post__in] => Array
                (
                )

            [post__not_in] => Array
                (
                )

            [post_name__in] => Array
                (
                )

            [tag__in] => Array
                (
                )

            [tag__not_in] => Array
                (
                )

            [tag__and] => Array
                (
                )

            [tag_slug__in] => Array
                (
                )

            [tag_slug__and] => Array
                (
                )

            [post_parent__in] => Array
                (
                )

            [post_parent__not_in] => Array
                (
                )

            [author__in] => Array
                (
                )

            [author__not_in] => Array
                (
                )

            [search_columns] => Array
                (
                )

            [ignore_sticky_posts] => 
            [suppress_filters] => 
            [cache_results] => 1
            [update_post_term_cache] => 1
            [update_menu_item_cache] => 
            [lazy_load_term_meta] => 1
            [update_post_meta_cache] => 1
            [post_type] => 
            [posts_per_page] => 10
            [nopaging] => 
            [comments_per_page] => 50
            [no_found_rows] => 
            [taxonomy] => news-type
            [term] => blog
            [order] => DESC
        )

    [tax_query] => WP_Tax_Query Object
        (
            [queries] => Array
                (
                    [0] => Array
                        (
                            [taxonomy] => news-type
                            [terms] => Array
                                (
                                    [0] => blog
                                )

                            [field] => slug
                            [operator] => IN
                            [include_children] => 1
                        )

                )

            [relation] => AND
            [table_aliases:protected] => Array
                (
                    [0] => wp_term_relationships
                )

            [queried_terms] => Array
                (
                    [news-type] => Array
                        (
                            [terms] => Array
                                (
                                    [0] => blog
                                )

                            [field] => slug
                        )

                )

            [primary_table] => wp_posts
            [primary_id_column] => ID
        )

    [meta_query] => WP_Meta_Query Object
        (
            [queries] => Array
                (
                )

            [relation] => 
            [meta_table] => 
            [meta_id_column] => 
            [primary_table] => 
            [primary_id_column] => 
            [table_aliases:protected] => Array
                (
                )

            [clauses:protected] => Array
                (
                )

            [has_or_relation:protected] => 
        )

    [date_query] => 
    [queried_object] => WP_Term Object
        (
            [term_id] => 56
            [name] => Blog van medewerkers
            [slug] => blog
            [term_group] => 0
            [term_taxonomy_id] => 56
            [taxonomy] => news-type
            [description] => 
            [parent] => 0
            [count] => 1425
            [filter] => raw
        )

    [queried_object_id] => 56
    [request] => SELECT SQL_CALC_FOUND_ROWS  wp_posts.ID
					 FROM wp_posts  LEFT JOIN wp_term_relationships ON (wp_posts.ID = wp_term_relationships.object_id) LEFT  JOIN wp_icl_translations wpml_translations
							ON wp_posts.ID = wpml_translations.element_id
								AND wpml_translations.element_type = CONCAT('post_', wp_posts.post_type) 
					 WHERE 1=1  AND ( 
  wp_term_relationships.term_taxonomy_id IN (56)
) AND ((wp_posts.post_type = 'post' AND (wp_posts.post_status = 'publish' OR wp_posts.post_status = 'acf-disabled' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-success' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-failed' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-schedule' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-pending' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-draft'))) AND ( ( ( wpml_translations.language_code = 'nl' OR (
					wpml_translations.language_code = 'nl'
					AND wp_posts.post_type IN ( 'attachment' )
					AND ( ( 
			( SELECT COUNT(element_id)
			  FROM wp_icl_translations
			  WHERE trid = wpml_translations.trid
			  AND language_code = 'nl'
			) = 0
			 ) OR ( 
			( SELECT COUNT(element_id)
				FROM wp_icl_translations t2
				JOIN wp_posts p ON p.id = t2.element_id
				WHERE t2.trid = wpml_translations.trid
				AND t2.language_code = 'nl'
                AND (
                    p.post_status = 'publish' OR p.post_status = 'private' OR 
                    ( p.post_type='attachment' AND p.post_status = 'inherit' )
                )
			) = 0 ) ) 
				) ) AND wp_posts.post_type  IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' )  ) OR wp_posts.post_type  NOT  IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' )  )
					 GROUP BY wp_posts.ID
					 ORDER BY wp_posts.menu_order, wp_posts.post_date DESC
					 LIMIT 360, 10
    [posts] => Array
        (
            [0] => WP_Post Object
                (
                    [ID] => 34964
                    [post_author] => 17
                    [post_date] => 2023-02-17 11:06:43
                    [post_date_gmt] => 2023-02-17 10:06:43
                    [post_content] => Om de schade van de coronacrisis voor ondernemers zo veel mogelijk te beperken, zijn er namens de overheid diverse steunpakketten in het leven geroepen. Veruit de meest gebruikte steunmaatregel door ondernemers is het bijzonder uitstel van betaling voor belastingschulden. Via deze bijzondere regeling (hierna: de ‘’coronaregeling’’) kunnen ondernemers de betaling van belastingschulden uitstellen die zijn ontstaan in de coronatijd. Deze coronaregeling vervalt echter als de ondernemer een betalingsregeling treft voor belastingschulden van na de coronatijd. Dit kan een vervelende situatie opleveren. En nog niet iedereen is zich hiervan bewust, merken wij in de praktijk.

Belastingschulden uit de periode maart 2020 en maart 2022 moeten vanaf 1 oktober 2022 binnen vijf jaar worden terugbetaald. Aflossing moet dan plaatsvinden in 60 maandelijkse termijnen. Het bijzondere uitstel wordt verleend voor de aanslagen inkomstenbelasting, Zorgverzekeringswet, vennootschapsbelasting, loonheffingen en omzetbelasting. De coronaregeling geldt niet voor belasting die vanaf 1 april 2022 moet worden voldaan. Vanaf die datum gelden dus weer de normale regels omtrent aflossing van belastingschulden.

De coronaregeling is opgenomen in het Besluit noodmaatregelen coronacrisis. Hierin zijn voorwaarden gesteld aan het aanvragen van uitstel van betaling. Voorwaarden zijn bijvoorbeeld dat er geen dividend en bonussen mochten worden uitgekeerd. Ook moesten de aangiften tijdig en juist worden ingediend en moeten de lopende belastingverplichtingen tijdig worden betaald. Als de ondernemer zich hier niet aan houdt, kan de betalingsregeling worden beëindigd door de Belastingdienst.

Betalingsproblemen bij nieuwe belastingschulden (na 1 oktober 2022)

Voor ‘normale’ belastingschulden is het doorgaans ook mogelijk om een betalingsregeling met de Belastingdienst te treffen. Het is niet ondenkbaar dat ondernemers een nieuwe betalingsregeling willen aangaan voor de belastingschulden die niet binnen de coronaregeling vallen. De coronacrisis heeft immers na de lockdowns nog een negatieve impact gehad op een groot aantal sectoren. Ondernemers (en adviseurs) moeten echter oppassen met het aangaan van een nieuwe betalingsregeling voor belastingschulden met de uiterste betaaldatum van na 1 oktober 2022. Als er namelijk een nieuwe betalingsregeling wordt aangegaan, terwijl al gebruik wordt gemaakt van de coronaregeling, dan beëindigt de Belastingdienst de lopende coronaregeling. De oorzaak daarvan is de voorwaarde dat aan lopende, nieuwe belastingverplichtingen moet worden voldaan. Bij beëindiging van de coronaregeling zijn ondernemers verplicht de volledige openstaande coronaschulden in één klap terug te betalen, als daar geen andere afspraken over zijn gemaakt. Afhankelijk van de (openstaande) belastingschuld, kan dit oplopen tot enorme bedragen.

Aanpassing bijzonder uitstel

De Belastingdienst biedt wel de optie om de betalingsverplichtingen uit de coronaregeling (tijdig) te verlichten. Zo is het mogelijk om per kwartaal te betalen in plaats van per maand. Ook kan één keer een betalingspauze worden verleend. Er hoeft dan eenmalig een periode van maximaal zes aaneengesloten maanden of twee aaneengesloten kwartalen niet betaald te worden. Ten slotte kan de regeling naar maximaal zeven jaar worden verlengd mits er een betalingsregeling is getroffen voor minimaal € 10.000. De voorwaarden waaraan moet worden voldaan voor aanpassing zijn echter tamelijk strikt. Het laten aanpassen van een coronaregeling heeft echter potentieel nadelige gevolgen voor de ondernemer. Bij de betaling per kwartaal en de betalingspauze worden de termijnbedragen hoger. Daarnaast is bij iedere aanpassing van de betalingsregeling meer invorderingsrente verschuldigd. Indien u hier vragen over heeft, kunt u uiteraard contact opnemen met één van de specialisten van de sectie Faillissement en Herstructurering. Dirk School 1 [post_title] => Einde betalingsuitstel voor coronaschulden? Voorkom verrassingen [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => einde-betalingsuitstel-voor-coronaschulden-voorkom-verrassingen [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-02-17 11:08:21 [post_modified_gmt] => 2023-02-17 10:08:21 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=34964 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [1] => WP_Post Object ( [ID] => 34868 [post_author] => 10 [post_date] => 2023-02-17 09:30:06 [post_date_gmt] => 2023-02-17 08:30:06 [post_content] => Het Hof van Justitie heeft in een arrest bepaald dat het toegestaan is dat bij opdrachten voor sociale diensten (denk aan maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp) er alleen wordt gegund aan organisaties die geen winstoogmerk hebben.

Onder welke voorwaarden is zo’n winstverbod nu toegestaan?

De organisaties moeten daadwerkelijk bijdragen aan de sociale doelstellingen en de aan het socialezekerheidsstelsel ten grondslag liggende doelstellingen van solidariteit en kostenefficiëntie. De organisaties mogen direct of indirect geen winst behalen uit hun dienstverlening met uitzondering van de vergoeding van de variabele, de vaste en de permanente kosten die voor de dienstverlening noodzakelijk zijn. De organisaties mogen geen winst uitkeren. Winstverbod De organisaties mogen slechts personeel inzetten als dat noodzakelijk is en met inachtneming van de eisen die de nationale wettelijke regeling aan hen stelt. Vrijwilligers mogen slechts de daadwerkelijk voor de verstrekte dienst gemaakte kosten vergoed, krijgen en dit binnen de grenzen die vooraf door de private organisaties zelf zijn vastgesteld. Verder is er ruimte om sociale hulpverlening alleen voor te behouden aan private non-profitorganisaties, mits de eventuele winsten door die organisaties worden geherinvesteerd met het oog op verwezenlijking van sociale doelstellingen van algemeen belang die zij nastreven. Van belang is dat het hof wel heeft aangegeven dat het niet is toegestaan dat dergelijke overheidsopdrachten rechtstreeks, zonder oproep tot mededinging, aan non-profitorganisaties worden gegund. Dit betekent dat alvorens tot gunning over te gaan de offertes van de verschillende non-profitorganisaties moeten worden vergeleken en gerangschikt en waarbij in het bijzonder rekening moet worden gehouden met de prijs.

Gevolgen voor de Nederlandse praktijk.

Gemeenten krijgen de ruimte om bij het gunnen van opdrachten in het kader van de Wet maatschappelijke Ondersteuning en de Jeugdwet de door hen ongewenst geachte (over)winsten die sommige zorgaanbieders maken, tegen te gaan. Het schrappen van het EMVI-criterium in de WMO 2015 en de Jeugdwet ten spijt, vereist het gunnen aan uitsluitend non-profitorganisaties wel dat er nog altijd gunningscriteria worden vastgesteld aan de hand waarvan de offertes worden vergeleken en gerangschikt. Tot slot, goed is om te weten dat uit het arrest ook blijkt dat als wordt afgezien van het vergelijken en rangschikken van inschrijvingen, de open house procedures waarbij alle zorgaanbieders die aan de eisen voldoen, worden toegelaten, gewoon kan. Rik Wevers 2   [post_title] => Winstverbod in sociaal domein toegestaan [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => winstverbod-in-sociaal-domein-toegestaan [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-02-17 09:38:24 [post_modified_gmt] => 2023-02-17 08:38:24 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=34868 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [2] => WP_Post Object ( [ID] => 34977 [post_author] => 6 [post_date] => 2023-02-16 15:28:59 [post_date_gmt] => 2023-02-16 14:28:59 [post_content] => Hoewel je AI nodig hebt om AIVD te spellen, denkt men bij de AIVD toch eerder aan spionnen en ongevraagd afluisteren, dan aan AI-systemen. De dienst is er echter wel mee bezig. Niet alleen intern, maar ook in de praktijk. Het Nationaal Bureau voor Verbindingsbeveiliging (NBV) van de AIVD heeft namelijk in februari een brochure gepubliceerd waarin wordt uitgelegd hoe AI-systemen kunnen worden aangevallen en wat men daartegen kan doen.

Typen aanvallen

Het NBV heeft vijf categorieën opgesteld van aanvallen die specifiek op AI-systemen zijn gericht:
  • Poisoning aanvallen: De aanvaller probeert de trainingsdata, het trainingsalgoritme of het model aan te passen, waardoor het AI-systeem niet meer goed werkt.
  • Input (evasion) aanvallen: De aanvaller probeert een normale input zodanig aan te passen, dat het AI-systeem daardoor niet meer goed werkt.
  • Backdoor aanvallen: Een aanvaller met toegang tot een backdoor in het AI-systeem kan hier bepaalde informatie aan toevoegen, waarmee de beslissingen van het model kunnen worden beïnvloed.
  • Model reverse engineering & inversion aanvallen: De aanvaller probeert erachter te komen hoe het onderliggende model werkt, zodat het model kan worden nagemaakt en/of misbruik kan worden gemaakt van bepaalde gebreken.
  • Inference aanvallen: De aanvaller probeert informatie te krijgen over de trainingsdata van het AI-systeem, waarmee hij vervolgens een bestaande dataset kan verrijken.

Principes voor verdediging

Hoe kun je een AI-systeem beschermen tegen de hiervoor genoemde aanvallen? Allereerst moet de infrastructuur waarin het AI-systeem draait, goed zijn beveiligd. Daarnaast heeft het NBV een aantal kernprincipes uitgewerkt waarin aandachtspunten en mogelijke maatregelen worden omschreven:
  • Houd je datakwaliteit op orde: Weet waar je data vandaan komt en controleer of de data integer is.
  • Zorg voor validatie van je data: Bij data die afkomstig is van derden is het verstandig om die data te valideren. Kijk daarbij naar de wijze waarop de data tot stand is gekomen.
  • Houd rekening met supply chain security: Bij modellen die je niet zelf hebt ontwikkeld, zou er weleens een backdoor aanwezig kunnen zijn. Controleer dan ook de kwaliteit van (aan)geleverde modellen.
  • Maak je model robust tegen aanvallen: Controleer hoe bestendig je model is tegen verkeerde inputs, veranderingen in data of andere pogingen tot misbruik. Je zou bijvoorbeeld een groep programmeurs de opdracht kunnen geven om je AI-systeem aan te vallen (een red team) en te kijken hoe het systeem daarop reageert.
  • Zorg dat je model controleerbaar is: Als je weet hoe een model werkt en dat ook kan uitleggen, dan is dat vaak een teken dat het model robuust is. Kijk daarom of je je model inzichtelijk kan maken tijdens development.

Conclusie

Zeker voor AI-systemen die in cruciale/belangrijke situaties worden gebruikt, is het belangrijk dat deze tegen een stootje kunnen. Het is dan ook verstandig om dit in het achterhoofd te houden gedurende de ontwikkeling van het AI-systeem. Wil je op de hoogte blijven van de meest actuele ontwikkelingen op het gebied van de juridische aspecten van AI? Schrijf je dan in voor onze nieuwsbrief over de AI Act (AI-verordening). Dit kan via het onderstaande contactformulier.

Aanmelding nieuwsbrief AI Act (AI verordening):

Mocht je al vragen hebben over de juridische aspecten van AI, dan kun je uiteraard contact opnemen met  Jos van der Wijst. Jos van der Wijst [post_title] => AIVD publiceert principes voor veilige ontwikkeling van AI-systemen [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => aivd-publiceert-principes-voor-veilige-ontwikkeling-van-ai-systemen [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-07-01 14:56:59 [post_modified_gmt] => 2024-07-01 12:56:59 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=34977 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [3] => WP_Post Object ( [ID] => 28679 [post_author] => 19 [post_date] => 2023-02-15 11:21:59 [post_date_gmt] => 2023-02-15 10:21:59 [post_content] =>

 I. De beoogde stelselherziening

De Omgevingswet is het gevolg van een stelselherziening van het omgevingsrecht. Een groot deel van de regels over de fysieke leefomgeving komt samen in één nieuwe wet. Aanleiding hiervoor was de wens om tot eenvoudigere en samenhangende regels te komen op het gebied van het omgevingsrecht. Het huidige omgevingsrecht is versnipperd en verspreid over een groot aantal wetten en AMv’B’s, zoals bijvoorbeeld de Wet ruimtelijke ordening, Wet geurhinder en veehouderij, Wet geluidhinder, Wet natuurbescherming en het Activiteitenbesluit. De wens is om te komen tot een meer integrale wet waarin alle relevante factoren die van invloed zijn op de fysieke leefomgeving samenkomen. De Omgevingswet kent een aantal verbeterdoelen ten opzichte van het huidige omgevingsrecht;
  • Het vergroten van de inzichtelijkheid, de voorspelbaarheid en het gebruiksgemak van het omgevingsrecht;
  • Het bewerkstelligen van een samenhangende benadering van de fysieke leefomgeving in beleid, besluitvorming en regelgeving;
  • Het vergroten van de bestuurlijke afwegingruimte door een actieve en flexibele aanpak mogelijk te maken voor het bereiken van de doelen van de fysieke leefomgeving;
  • Het versnellen en verbeteren van besluitvorming over projecten in de fysieke leefomgeving.

II. Fysieke leefomgeving staat centraal

De Omgevingswet heeft een bredere reikwijdte dan het huidige omgevingsrecht.[1] Mede doordat ook maatschappelijke doelen onderdeel worden van de fysieke leefomgeving.[2] De in deze bepaling neergelegde maatschappelijke doelen geven richting aan de uitvoering en toepassing van de Omgevingswet. Dit geldt zowel voor bedrijven en burgers[3] als voor bestuursorganen. Centraal staat de ‘fysieke leefomgeving’. In de Omgevingswet is in artikel 1.2 Ow bepaald wat in ieder geval onderdeel uitmaakt van de fysieke leefomgeving. Het gaat bij de fysieke leefomgeving zowel om de natuurlijke omgeving [denk aan water, bodem, licht, natuur] als om elementen die daarin zijn aangebracht door de mens, denk aan bouwwerken en infrastructuur. Het is dus een breed begrip. Illustratief voor de verbrede reikwijdte ten opzichte van de Wet ruimtelijke ordening [‘Wro’], waarin het begrip ‘een goede ruimtelijke ordening’ centraal staat, is bijvoorbeeld dat monumenten onderdeel vormen van de fysieke leefomgeving. Dus de aanwijzing van monumenten en regels daarover maken in het nieuwe stelsel onderdeel uit van het omgevingsplan. Er wordt dus geen losse vergunning meer verleend voor bijvoorbeeld het wijzigen van een monument.[4] Alles komt samen in één vergunning.

III. De opbouw van de omgevingswet

De Omgevingswet is overzichtelijk opgebouwd. Naast de Omgevingswet zelf, zijn er vier AMvB’s en is er één ministeriële regeling:
  • Het besluit kwaliteit leefomgeving [‘Bkl’]: dit besluit stelt regels over de uitoefening van taken en bevoegdheden door bestuursorganen. Deze regels richten zich dus alleen tot bestuursorganen.
  • Het besluit activiteiten leefomgeving [‘Bal’]: dit besluit bevat een groot aantal regels die het Rijk stelt voor een breed scala aan activiteiten met [mogelijke] gevolgen voor de fysieke leefomgeving. Deze regels gelden dus voor eenieder.
  • Het besluit bouwwerken leefomgeving: [‘Bbl’]: dit besluit bevat alleen regels ten aanzien van bouwactiviteiten, waaronder bouwen en slopen van een bouwwerk. Ook deze regels gelden voor eenieder.
  • Het omgevingsbesluit [‘Ow’]: bevat regels over procedures en algemene onderwerpen. Ook dit besluit is gericht tot eenieder. Gedacht kan worden aan bijvoorbeeld regels over handhaving.
  • De Omgevingsregeling: de omgevingsregeling werkt de hierboven genoemde vier AMvB’s verder uit op een meer gedetailleerd niveau. De regeling is met name uitvoeringstechnisch, administratief of meet- en reken technisch van aard.
Deze AMvB’s vervangen circa vijftig bestaande AMvB’s die onder het huidige recht bestaan in het kader van de ruimtelijke ordening. Daarmee is de regelgeving veel meer gecentraliseerd.

IV. Tot slot

Voor een deel zullen de Omgevingswet, de vier AMvB’s en de Omgevingsregeling regels bevatten die we al kennen uit het huidige ruimtelijke ordeningsrecht. Maar er zal veel gaan veranderen. Omdat niet langer ‘de goede ruimtelijke ordening’ centraal staat maar de ‘fysieke leefomgeving’ is er meer ruimte om ook niet rechtstreeks ruimtelijke relevante belangen in het omgevingsplan op te nemen. Los daarvan zal in het omgevingsplan veel meer geregeld worden dan nu in het bestemmingsplan. Of het daarmee ook eenvoudiger en overzichtelijk wordt, zal moeten blijken. Heeft u een vraag over de Omgevingswet? Neem u dan gerust vrijblijvend contact met mij op.
[1] In artikel 1.2 Ow is aangegeven waar de fysieke leefomgeving in ieder geval op ziet.

[2] Artikel 1.3 Ow.

[3] Gedacht kan worden aan de zorgplicht van artikel 1.6 Ow.

[4] Dat heet onder de Ow een ‘omgevingsplanactiviteit’.
Lees hier de artikelen uit de blogreeks: 
Deel 1: De Omgevingsvisie 
Deel 2: Doel en opbouw van de Omgevingswet 
Deel 3: Algemene rijksregels en decentrale regels 
Deel 4: Het Omgevingsplan 
Deel 5: Het programma onder de Omgevingswet 
Deel 6: De omgevingsplanactiviteit 
Deel 7: Afwijken van het omgevingsplan 
Deel 8: Vergunningvrij bouwen onder de Omgevingswet
Deel 9: Participatie onder de Omgevingswet
Deel 10: Instructies en instructieregels Provincie
Deel 11: Het projectbesluit
Deel 12: Planschade onder de Omgevingswet
Deel 13: Geluid onder de Omgevingswet
Deel 14: Handhaving onder de Omgevingswet
Deel 15: De Bruidsschat en overgangsrecht
Rutger Boogers             [post_title] => Doelen van de Omgevingswet [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => deel-1-doel-en-opbouw-van-de-omgevingswet [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2024-03-27 11:33:48 [post_modified_gmt] => 2024-03-27 10:33:48 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=28679 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [4] => WP_Post Object ( [ID] => 34893 [post_author] => 65 [post_date] => 2023-02-14 15:38:13 [post_date_gmt] => 2023-02-14 14:38:13 [post_content] => De Commissie van Beroep Financiële Dienstverlening van het Kifid (hierna: de Commissie) heeft geoordeeld dat een bank de onbewerkte persoonsgegevens van haar klanten mag bewaren in het kader van haar verplichting op grond van de Wwft[1]. Het opvragen of bewaren van een kopie of scan van het onbewerkte identiteitsdocument is niet in strijd met de AVG[2].

De feiten

Een consument heeft al langere tijd een bankrekening. De bank moet op grond van de Wwft de identiteit van haar klant controleren. Dit doet de bank aan de hand van een kopie van het identiteitsdocument. De consument had de voor- en achterkant en het BSN op haar identiteitsdocument afgeplakt en foto hiervan ingediend. Dit volstond niet volgens de bank, waarop de consument nogmaals een kopie van het afgeplakte identiteitsdocument heeft ingediend, welke weer werd afgewezen. De consument had een klacht ingediend bij de bank. De klacht is door de bank afgewezen waarna de consument een klacht bij Kifid heeft ingediend.

Oordeel Geschillencommissie

De geschillencommissie van het Kifid oordeelt dat het de bank is toegestaan om een onbewerkt identiteitsdocument te vragen voor identificatie- en verificatiedoeleinden. De bank mag deze gegevens niet zomaar bewaren, dit zou namelijk in strijd zijn met het beginsel van minimale gegevensverwerking. De bank mag dus onbewerkte kopieën van identiteitsdocumenten verzoeken. De klant mag daarentegen wel eisen dat de bank de kopie die zij vastlegt en bewaart wel bewerkt. Kifid laat zich ook uit over het verwerken van het BSN. De bank mag het BSN verwerken op grond van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en niet zozeer op grond van de Wwft.

Oordeel Commissie

Wwft De bank is in beroep gegaan tegen het oordeel van de geschillencommissie. De Commissie erkent dat de bank op grond van de Wwft verplicht haar klanten te identificeren en de identiteit te verifiëren. Zonder dit proces mag de bank geen zakelijke relatie aangaan met haar klant. Het staat de bank vrij om dit proces naar eigen keuze in te richten. Om te voldoen aan haar verplichting moet de bank beschikken over onbewerkte identiteitsdocumenten, dit is namelijk noodzakelijk om de echtheid ervan te controleren.[3] Ook is de bank verplicht om deze gegevens vast te leggen om haar eigen verplichtingen na te leven.[4] Dit moet zij namelijk doen tot 5 jaar nadat de relatie met haar klant is geëindigd.[5] Gelet hierop acht de Commissie het noodzakelijk voor de bank om alle gegevens die nodig zijn voor het klantenonderzoek te bewaren, dus ook een onbewerkt identiteitsdocument met een herkenbare pasfoto daarop. AVG Het beginsel van minimale gegevensverwerking vloeit voort uit de AVG.[6] De verwerking van gegevens moeten worden beperkt tot alleen wat noodzakelijk is. Verwerking van biometrische gegevens tot identificatie van een persoon is verboden tenzij er een uitzonderingsgrond van toepassing is.[7] Een foto is een biometrische gegeven[8] wanneer de verwerking daarvan gebeurt met het oog op identificatie.[9] Omdat dit het geval is bij de bank, is het in beginsel verboden om deze gegevens te verwerken. De uitzondering is van toepassing als de verwerking ziet op onder meer het verwerken met het oog op de identificatie van de betrokkene, en slechts voor zover de verwerking voor dat doel onvermijdelijk is.[10] Doordat het bewaren van het onbewerkte identiteitsdocument door de bank noodzakelijk is en voor de identificatie van haar klant onvermijdelijk, en omdat aan de hand daarvan zij kan voldoen aan haar eigen verplichtingen, valt dit onder de uitzondering. Gelet hierop oordeelt de Commissie dat de bank een onbewerkt identiteitsdocument van haar klant mag opvragen en verwerken. Heeft u vragen over persoonsgegevens? Neem dan contact op met een van onze specialisten. [1] Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme. [2] Algemene verordening gegevensbescherming. [3] Artikel 11 lid 1 Wwft en artikel 4 Uitvoeringsbesluit Wwft. [4] Artikel 33 lid 1 Wwft. [5] Artikel 33 lid 3 Wwft. [6] Artikel 5 lid 1 aanhef en onder c AVG. [7] Artikel 9 AVG. [8] Artikel 14 en artikel 4 definitie AVG. [9] Artikel 15 AVG. [10] Artikel 25 Uitvoeringswet AVG, artikel 9 lid 2 aanheft en onder g AVG. Mustafa Kahya nieuw [post_title] => Bank mag onbewerkte persoonsgegevens bewaren [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => bank-mag-onbewerkte-persoonsgegevens-bewaren [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-02-14 16:10:48 [post_modified_gmt] => 2023-02-14 15:10:48 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=34893 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [5] => WP_Post Object ( [ID] => 34871 [post_author] => 12 [post_date] => 2023-02-14 09:59:55 [post_date_gmt] => 2023-02-14 08:59:55 [post_content] => Over wat een accountant wel en niet moet delen met de curator van de voormalige klant wordt al jaren gediscussieerd. Recent heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven (hierna: het ‘’College’’) een uitspraak gewezen waaruit volgt dat de accountant zich er niet te gemakkelijk van kan af maken. Het College heeft op 31 januari 2023 geoordeeld dat een accountant verplicht is om informatie te verstrekken over zijn werkzaamheden aan zijn opdrachtgever en aan de curator in het geval van faillissement. Hoewel er geen algemene en onbeperkte verantwoordingsplicht geldt voor een accountant, had de accountant in dit specifieke geval bereid moeten zijn om de curator te informeren. Als er tegengestelde belangen zijn, mag de accountant wel enige terughoudendheid betrachten. De zaak begon naar aanleiding van het faillissement van een groep ondernemingen die zich bezighield met de verkoop van papier, verpakkingsmateriaal en grafische producten. De accountant in kwestie was controlerend accountant van een van de (gefailleerde) dochterondernemingen van de holdingsmaatschappij. In het kader van hun faillissementsonderzoek verzochten de curatoren om een afspraak met de accountant. De accountant antwoordde vervolgens dat hij nooit heeft gewerkt als accountant voor de failliete vennootschap. De curatoren dienden vervolgens een klacht in tegen de accountant bij de Accountantskamer. De curatoren verweten hem dat hij ten onrechte een goedkeurende controleverklaring heeft gegeven bij de geconsolideerde jaarrekening wegens (onder meer) zijn weigeren mee te werken aan het faillissementsonderzoek van de curatoren.

De medewerkingsverplichting voor accountants aan curatoren

De Accountantskamer oordeelt dat de accountant in strijd met het fundamentele beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid heeft gehandeld. Dit omdat hij geen inzicht heeft gegeven in zijn werkzaamheden aan de curatoren. Als de accountant zich wegens tegengestelde belangen terughoudend had moeten opstellen, had hij deze terughoudendheid alsnog in acht kunnen nemen. Het College stelt in hoger beroep vast dat voor accountants geen algemene en onbeperkte verantwoordingsplicht bestaat met betrekking tot het afgeven van stukken uit zijn dossier aan de opdrachtgever. Dit geldt te meer voor het afgeven van stukken aan de curator van de opdrachtgever in diens faillissement. De invulling van de verantwoordingsplicht is afhankelijk van de aard van de werkzaamheden ter uitvoering van de opdracht, de deskundigheid van de opdrachtgever en de specifieke feiten en omstandigheden van het geval. Echter, in beginsel moet een accountant bereid zijn om (zowel aan de opdrachtgever als diens curator) informatie te verstrekken over de door hem verrichte werkzaamheden. Deze verplichting is gebaseerd op het fundamentele beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid zoals bedoeld in de VGBA. Hieruit vloeit voort dat de verantwoordingsplicht een tuchtrechtelijke verantwoordelijkheid inhoudt.

Conclusie

Het College komt tot de conclusie dat de accountant zich onvoldoende bereid heeft getoond tot overleg. Onder de gegeven omstandigheden had van de accountant mogen worden verwacht dat hij zich bereid had verklaard om het gesprek met de curatoren aan te gaan. Accountants moeten in de meeste gevallen medewerking verlenen en informatie verschaffen aan curatoren in het kader van een faillissementsonderzoek. Dit is alleen anders indien er sprake is van tegenstrijdige belangen voor de accountant. Meer weten? Neem contact op met één van onze specialisten. Hierbij de uitspraak. Daan Schalken 1 [post_title] => Accountants hebben ook een informatieverplichting naar curatoren! [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => accountants-hebben-ook-een-informatieverplichting-naar-curatoren [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-02-16 12:27:44 [post_modified_gmt] => 2023-02-16 11:27:44 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=34871 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [6] => WP_Post Object ( [ID] => 34854 [post_author] => 6 [post_date] => 2023-02-13 15:14:18 [post_date_gmt] => 2023-02-13 14:14:18 [post_content] => Mag je het merk van een concurrent gebruiken op je website? Mag je in mails of op je website aangeven dat je support en onderhoud levert bij het product van een concurrent? Mag je aangeven dat je gespecialiseerd bent in het systeem van de concurrent? En daarbij natuurlijk dan het merk van de concurrent noemen.

Wat waren de vragen aan de rechter?

In deze zaak gaat het om het merk van een bedrijf dat hard- en software levert ten behoeve van monitorings- en alarmsystemen voor laboratoria (XiltriX). Een ex-werknemer gaat werken bij een bedrijf (Purple Q) dat in uitingen (e-mails en op de website) aangeeft onderhoud en support op XiltriX systemen te bieden en zelfs gespecialiseerd te zijn in XiltriX systemen. XiltriX vordert in kort geding een verbod en rectificatie en baseert deze vordering op merkinbreuk en misleidende/ongeoorloofde reclame.

Merkinbreuk

XiltriX is houder van de merkregistratie XiltriX. Purple Q erkent geen toestemming te hebben voor het merkgebruik. Purple Q heeft de website aangepast maar heeft geweigerd een onthoudingsverklaring te tekenen. En dus is er nog steeds sprake van een dreigende merkinbreuk en spoedeisend belang. De rechtbank overweegt dat geen sprake is van de uitzondering genoemd in art. 2.23 lid 1 sub c BVIE (merkgebruik dat noodzakelijk is om kenmerken van de waar/diensten aan te duiden). Daarvoor moet de informatie juist zijn (zoals opgevat door het relevante publiek). Purple Q blijkt niet alle vormen van onderhoud aan de XiltriX te kunnen leveren. En dus overweegt de rechtbank dat inbreuk is gemaakt op de merkrechten.

Misleidende/ongeoorloofde reclame

De rechtbank overweegt dat een enkele onvolledigheid of onjuistheid onvoldoende is voor misleiding. De mededeling moet het publiek (kunnen) misleiden en het economisch gedrag van het publiek beïnvloeden. De bewijslast dat de gedane mededelingen feitelijk juist zijn, berust bij degene die de uiting heeft gedaan. Purple Q is daar niet in geslaagd. De vorderingen van XiltriX worden in overwegende mate toegewezen. Ook de rectificatie op de aangepaste website. De rechtbank overweegt dat de rectificatie gerechtvaardigd is omdat de onjuiste mededelingen geruime tijd op de website van Purple Q hebben gestaan. De rechtbank spreekt geen hoofdelijke veroordeling uit ten aanzien van de vertrokken medewerker. Alleen Purple Q wordt veroordeeld. Ook in de volledige proceskosten.

Wat betekent dit voor de praktijk:

  • Het algemene uitgangspunt bij reclame is dat de mededelingen feitelijk juist moeten zijn. De bewijslast daarvan ligt bij degene die de uiting doet.
  • Een ander uitgangspunt is dat je alleen met toestemming van een merkhouder een merk mag gebruiken. Dat geldt ook voor verwijzend gebruik.
  • Er is een uitzondering op het verbod. Je mag een merk noemen wanneer dat nodig is om de kenmerken van het product te beschrijven. Wanneer je een auto van het merk A verkoopt dan moet je dat merk kunnen noemen. Het merkgebruik mag dan niet verder gaan dan noodzakelijk is. Zo is het niet nodig of het geregistreerde merk erbij af te beelden. Wel om het merk in letters aan te geven.
Mocht je vragen hebben over het gebruik van een merk, dan kun je contact opnemen met Jos van der Wijst (wijst@bg.legal). [caption id="attachment_29428" align="alignleft" width="200"]Jos van der Wijst Jos van der Wijst[/caption] [post_title] => Merkinbreuk en misleidende/ongeoorloofde reclame [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => merkinbreuk-en-misleidende-ongeoorloofde-reclame [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-02-13 15:14:18 [post_modified_gmt] => 2023-02-13 14:14:18 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=34854 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [7] => WP_Post Object ( [ID] => 34675 [post_author] => 68 [post_date] => 2023-02-10 13:00:00 [post_date_gmt] => 2023-02-10 12:00:00 [post_content] => Update: Uiteindelijk is Picnic in hoger beroep gegaan tegen dit vonnis. Hoewel ook het hof van mening is dat Picnic inbreuk heeft gemaakt op het portretrecht van haar werknemer, heeft dit volgens het hof niet geleid tot immateriële en materiële schade bij de werknemer. Aangezien Picnic inmiddels ook voldoende maatregelen heeft genomen om herhaling te voorkomen, bestaat er ook geen reële dreiging voor inbreuk meer. Het hof oordeelt dan ook dat de werknemer de schadevergoeding van EUR 10.000,- aan Picnic terug moet betalen, en dat het opgelegde verbod moet worden vernietigd.  Al eerder schreven we een blog over werkgevers die foto’s van werknemers willen gebruiken in bijvoorbeeld promotiemateriaal. De werkgever moet daarbij nagaan of de werknemer voor het gebruik van zijn/haar portret toestemming heeft gegeven. Onlangs is Picnic aangesproken op de inbreuk op het portretrecht van een van haar werknemers. In deze blog leg ik uit waar de kwestie precies over gaat, en vervolgens hoe het oordeel van de rechtbank Amsterdam luidt.

Wat ging eraan vooraf?

De medewerker in kwestie is werkzaam geweest als runner+ bij Picnic. Gedurende haar dienstverband heeft zij haar medewerking verleend aan een fotoshoot. Voorafgaand aan de fotoshoot tekent de medewerker een verklaring (quit claim), waarin zij toestemming geeft voor het gebruik van haar beeldmateriaal en geen bezwaar zal maken tegen de openbaarmaking daarvan. De foto’s worden twee jaar later gebruikt in reclame-uitingen op social media, de website, flyers en op bestelbusjes in Nederland en Duitsland. Vanwege het succes van de campagne betaalt Picnic later nog een extra vergoeding van € 500,-. De medewerker maakt vervolgens bezwaar tegen het gebruik van haar foto’s in de reclamecampagnes. Bij de fotoshoot zou haar namelijk verteld zijn dat het beeldmateriaal alleen gebruikt zou worden in een kortdurende campagne op Instagram. Zij ontdekt echter dat haar foto’s op veel grotere schaal worden gebruikt, zonder dat zij daarvoor toestemming heeft gegeven. Na een gesprek met Picnic worden de afbeeldingen binnen een maand van de bestelbusjes verwijderd. Ook wordt haar portret niet langer op het internet gebruikt. Tenslotte heeft het Duitse zusterbedrijf ook de afbeeldingen verwijderd en € 2.500,- aan de werknemer betaald.

Inbreuk op portretrecht

Desalniettemin stapt de medewerker naar de rechtbank wegens een inbreuk op haar portretrecht. Volgens Picnic heeft de vrouw vrijwillig haar medewerking verleend aan de fotoshoot, en heeft bovendien toestemming voor het gebruik middels de quit claim. Het zou nooit de bedoeling zijn geweest dat dit gebruik beperkt zou blijven tot het gebruik van haar foto’s in een korte campagne op Instagram. De rechtbank gaat echter niet mee met het verweer van Picnic, gelet op de ondertekende quit claim. In dit document is zij akkoord gegaan met het gebruik van haar foto’s voor ‘de beschikbare promotiekanalen van Picnic’. Daar kan volgens de rechtbank het grootschalige gebruik van haar foto’s tot worden gerekend, waaronder het gebruik van haar foto’s op bestelbusjes in Nederland en Duitsland. In haar hoedanigheid als reguliere werknemer had zij er geen rekening mee hoeven houden dat zij door dit grootschalig gebruik waarschijnlijk voor langere tijd met het bedrijf geassocieerd zou worden. Dit is bijvoorbeeld anders bij een professionele acteur die wordt ingehuurd om langere tijd het gezicht van een campagne te zijn en hiervoor een passende vergoeding ontvangt.

Schadevergoeding

Voorts stelt de rechtbank dat het voldoende aannemelijk is geworden dat de medewerker immateriële schade heeft geleden. De immateriële schade die voor vergoeding in aanmerking komt, wordt op € 10.000,- geschat. Een onderbouwing hoe de rechtbank tot deze schatting is gekomen wordt echter niet gegeven. Daarnaast wordt ieder verder gebruik van de afbeeldingen verboden, op straffe van een dwangsom.

Conclusie

Mocht je als onderneming foto’s van je werknemers willen gebruiken, wees je er dan bewust van dat je hiervoor toestemming van je werknemers nodig hebt. Om te voorkomen dat je voor onaangename verassingen komt te staan, is het daarnaast van belang dat de toestemming specifiek genoeg is. Op die manier is voor beide partijen duidelijk voor welke aangelegenheden de foto gebruik zal worden. Wil je meer weten over het portretrecht? Neem contact op met één van onze specialisten. Britt van den Branden nieuw [post_title] => Picnic schendt portretrecht van (ex-)werknemer [post_excerpt] => Mag een bedrijf de foto’s van een medewerker gebruiken voor meerdere, grootschalige campagnes? Anders dan een professionele acteur hoeft een werknemer van een bedrijf er geen rekening mee te houden dat zij door grootschalig gebruik van haar portret [post_status] => publish [comment_status] => closed [ping_status] => closed [post_password] => [post_name] => picnic-schendt-portretrecht-van-ex-werknemer [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2025-01-21 09:30:43 [post_modified_gmt] => 2025-01-21 08:30:43 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => http://im-52378 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [8] => WP_Post Object ( [ID] => 34754 [post_author] => 10 [post_date] => 2023-02-10 09:32:10 [post_date_gmt] => 2023-02-10 08:32:10 [post_content] => Bent u eigenaar van een recreatiewoning die onder de energielabelplicht valt maar heeft u nog geen geregistreerd energielabel? Eigenaren en beheerders van recreatiewoningen krijgen tot 1 januari 2024 de tijd om een energielabel te registreren. Lees hier verder: Energielabel geldt ook voor de meeste recreatiewoningen. energielabelplicht [post_title] => Energielabel geldt ook voor de meeste recreatiewoningen [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => energielabel-geldt-ook-voor-de-meeste-recreatiewoningen [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-02-10 09:32:10 [post_modified_gmt] => 2023-02-10 08:32:10 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=34754 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [9] => WP_Post Object ( [ID] => 34832 [post_author] => 73 [post_date] => 2023-02-09 16:45:20 [post_date_gmt] => 2023-02-09 15:45:20 [post_content] =>

Dit moet je weten!

Na 12 jaar is er een nieuwe versie van de Gedragscode Openheid medische incidenten (GOMA). In dit artikel wordt stilgestaan bij de hoofdpunten van de GOMA 2022 en wat de grootste veranderingen zijn ten opzichte van de GOMA 2010 voor zorgverleners en zorginstellingen.

Voor wie geldt de GOMA?

De Gedragscode Openheid medische incidenten; betere afwikkeling Medische Aansprakelijkheid is opgesteld  om onder andere de positie van het slachtoffer te verbeteren na een medisch incident. Een slachtoffer heeft vaak een informatie- en kennisachterstand ten opzichte van de zorgverlener. De GOMA bevat aanbevelingen voor alle zorgverleners en zorginstellingen, maar ook voor de patiënt, de belangenbehartiger, en aansprakelijkheidsverzekeraars. De GOMA geldt dus kortom voor iedereen die te maken heeft met medische incidenten en de afwikkeling van klachten en schadeclaims.

Wat is een incident?

Voor de definitie van incident is aansluiting gezocht bij de definitie van het Uitvoeringsbesluit van de  Wet kwaliteit klachten geschillen en zorg (Wkkgz): “een niet-beoogde of onverwachte gebeurtenis, die betrekking heeft op de kwaliteit van zorg, en heeft geleid, had kunnen leiden of zou kunnen leiden tot schade bij de cliënt”.

Nieuwe ontwikkelingen binnen de GOMA

De GOMA 2022 benoemt vier ontwikkelingen die zich hebben voorgedaan en aanleiding hebben gegeven tot de vernieuwing.
  1. Meer aandacht voor openheid na een incident Een patiënt heeft behoefte aan informatie en goede communicatie. Openheid is belangrijk om het vertrouwen tussen de patiënt en de zorgverlener te behouden of te herstellen. Tevens zullen klachten en claims minder snel escaleren indien een zorgverlener open communiceert met de patiënt.
Nieuw in de GOMA is ook de erkenning van de impact die een incident op de zorgverlener heeft. Veel zorgverleners ervaren achteraf schaamte, stress of zelfs een burn-out. De zorgverlener wordt wel  ‘the second victim’ genoemd. Zorginstellingen moeten op grond van goed werkgeverschap voorzien in mogelijkheden voor begeleiding en ondersteuning van de zorgverlener na incidenten. Hierdoor wordt een zorgverlener ook in de mogelijkheid gesteld om beter te communiceren met de patiënt. Dit is opgenomen in aanbeveling 5. Onder veel zorgverleners heerst nog de opvatting dat zij geen excuses mogen maken of verantwoording mogen nemen voor het incident. Er zijn echter geen juridische belemmeringen om excuses te maken. Een veel gehoorde angst is verlies van polisdekking bij de aansprakelijkheidsverzekeraar. Het is echter door de wetgever verboden om een verbod tot erkenning van feiten op te nemen in de polis.[1] Patiënten hechten veel waarde aan erkenning van hetgeen hen is overkomen. De GOMA 2022 geeft aan dat een menselijke reactie veel belangrijker is dan formele regels.
  1. Ontwikkelingen in de verzekeringspraktijk Aansprakelijkheidsverzekeraars behandelen de verzoeken tot schadevergoeding steeds vaker in samenspraak met de zorginstelling en de zorgverlener. Ook wikkelen zogenaamde ‘zelfregulerende ziekenhuizen’ steeds vaker zelf hun schadeclaims af. Volgens de GOMA 2022 kan dat soms onnodige escalatie voorkomen en leiden tot een snellere schikking.
De zorginstelling moet de patiënt laten weten indien het verzoek wordt beoordeeld door de aansprakelijkheidsverzekeraar en dat deze namens de zorginstelling handelt. In de GOMA 2010 moest de aansprakelijkheidsverzekeraar zich melden bij de patiënt. Ook hieruit blijkt het veranderde uitgangspunt van patiëntvriendelijkheid en het contact vanuit de zorgverlener en/of zorginstelling. Om de ongelijke positie tussen de patiënt en de zorginstelling te verkleinen dient de zorginstelling de patiënt ook te wijzen op de mogelijkheid om zelf een belangenbehartiger in te schakelen.
  1. Nieuwe wetgeving In 2016 is de Wkkgz inwerking getreden. In deze wet heeft de overheid vastgelegd wat er onder goede zorg wordt verstaan. De wet bevat belangrijke klachten- en geschillenregelingen. Ook bevat de Wkkgz een bepaling die het zorgverleners verplicht om incidenten aan de patiënt te melden en op te nemen in het patiëntendossier.[2]
In de GOMA 2010 was opgenomen dat deze melding aan patiënten binnen 24 uur diende te geschieden. Dit is echter niet altijd mogelijk. Daarom is die termijn verzacht naar ‘bij voorkeur binnen 24 uur’. Dit is terug te vinden in aanbeveling 7. Daarnaast is op privacygebied ook de AVG in werking getreden. Deze is vooral van belang bij het verstrekken van het medisch dossier. Zo regelt art. 12 lid 3 van de AVG dat dit onverwijld en in ieder geval binnen een maand na ontvangst van het verzoek aan de patiënt verstrekt moet worden.
  1. Ontwikkelingen in de tuchtrechtspraak Sinds 2010 is de verantwoordelijkheid van zorgverleners en zorginstellingen verder uitgewerkt. Uit de tuchtrechtspraak van het Centraal tuchtcollege volgde bijvoorbeeld dat een proactieve houding van de zorgverlener behoort tot de zorgplicht van de zorgverlener. Indien de zorgverlener het gesprek aangaat dient hij het gesprek goed voor te bereiden en onder de juiste omstandigheden te laten plaatsvinden.[3] Dit is nu expliciet terug te vinden in aanbeveling 10.

Conclusie

Twee belangrijke uitgangspunten uit de nieuwe GOMA zijn patiëntvriendelijkheid en openheid. De nieuwe aanbevelingen zijn vooral gericht op het aangaan van het (persoonlijke) gesprek tussen de zorgverlener en de patiënt. Bij de afwikkeling na een incident is het aan te raden om als zorgverlener en/of zorginstelling contact te houden met de patiënt, ook indien de afwikkeling loopt via de aansprakelijkheidsverzekeraar en/of belangenbehartiger. Als zorginstelling is het raadzaam om een ‘open-disclosure’ beleid op te stellen en zorgverleners te wijzen op het belang van openheid van zaken. Daarnaast dienen zorginstellingen hun zorgverleners goed bij te staan. Een incident kan op de zorgverleners veel impact hebben. Heeft u vragen over de gedragscode of over een incident? Of heeft u meer in het algemeen een zorgvraagstuk? Neem dan contact met ons op! BG.zorg [1] Art. 7:953 BW [2] Art. 10 Wkkgz [3] ECLI:NL:TGZCTG:2013:102 en 103 Jody Esveldt 1 [post_title] => Een nieuwe Gedragscode Openheid Medische Incidenten [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => een-nieuwe-gedragscode-openheid-medisch-incidenten [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-06-13 12:10:32 [post_modified_gmt] => 2023-06-13 10:10:32 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=34832 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) ) [post_count] => 10 [current_post] => -1 [before_loop] => 1 [in_the_loop] => [post] => WP_Post Object ( [ID] => 34964 [post_author] => 17 [post_date] => 2023-02-17 11:06:43 [post_date_gmt] => 2023-02-17 10:06:43 [post_content] => Om de schade van de coronacrisis voor ondernemers zo veel mogelijk te beperken, zijn er namens de overheid diverse steunpakketten in het leven geroepen. Veruit de meest gebruikte steunmaatregel door ondernemers is het bijzonder uitstel van betaling voor belastingschulden. Via deze bijzondere regeling (hierna: de ‘’coronaregeling’’) kunnen ondernemers de betaling van belastingschulden uitstellen die zijn ontstaan in de coronatijd. Deze coronaregeling vervalt echter als de ondernemer een betalingsregeling treft voor belastingschulden van na de coronatijd. Dit kan een vervelende situatie opleveren. En nog niet iedereen is zich hiervan bewust, merken wij in de praktijk. Belastingschulden uit de periode maart 2020 en maart 2022 moeten vanaf 1 oktober 2022 binnen vijf jaar worden terugbetaald. Aflossing moet dan plaatsvinden in 60 maandelijkse termijnen. Het bijzondere uitstel wordt verleend voor de aanslagen inkomstenbelasting, Zorgverzekeringswet, vennootschapsbelasting, loonheffingen en omzetbelasting. De coronaregeling geldt niet voor belasting die vanaf 1 april 2022 moet worden voldaan. Vanaf die datum gelden dus weer de normale regels omtrent aflossing van belastingschulden. De coronaregeling is opgenomen in het Besluit noodmaatregelen coronacrisis. Hierin zijn voorwaarden gesteld aan het aanvragen van uitstel van betaling. Voorwaarden zijn bijvoorbeeld dat er geen dividend en bonussen mochten worden uitgekeerd. Ook moesten de aangiften tijdig en juist worden ingediend en moeten de lopende belastingverplichtingen tijdig worden betaald. Als de ondernemer zich hier niet aan houdt, kan de betalingsregeling worden beëindigd door de Belastingdienst.

Betalingsproblemen bij nieuwe belastingschulden (na 1 oktober 2022)

Voor ‘normale’ belastingschulden is het doorgaans ook mogelijk om een betalingsregeling met de Belastingdienst te treffen. Het is niet ondenkbaar dat ondernemers een nieuwe betalingsregeling willen aangaan voor de belastingschulden die niet binnen de coronaregeling vallen. De coronacrisis heeft immers na de lockdowns nog een negatieve impact gehad op een groot aantal sectoren. Ondernemers (en adviseurs) moeten echter oppassen met het aangaan van een nieuwe betalingsregeling voor belastingschulden met de uiterste betaaldatum van na 1 oktober 2022. Als er namelijk een nieuwe betalingsregeling wordt aangegaan, terwijl al gebruik wordt gemaakt van de coronaregeling, dan beëindigt de Belastingdienst de lopende coronaregeling. De oorzaak daarvan is de voorwaarde dat aan lopende, nieuwe belastingverplichtingen moet worden voldaan. Bij beëindiging van de coronaregeling zijn ondernemers verplicht de volledige openstaande coronaschulden in één klap terug te betalen, als daar geen andere afspraken over zijn gemaakt. Afhankelijk van de (openstaande) belastingschuld, kan dit oplopen tot enorme bedragen.

Aanpassing bijzonder uitstel

De Belastingdienst biedt wel de optie om de betalingsverplichtingen uit de coronaregeling (tijdig) te verlichten. Zo is het mogelijk om per kwartaal te betalen in plaats van per maand. Ook kan één keer een betalingspauze worden verleend. Er hoeft dan eenmalig een periode van maximaal zes aaneengesloten maanden of twee aaneengesloten kwartalen niet betaald te worden. Ten slotte kan de regeling naar maximaal zeven jaar worden verlengd mits er een betalingsregeling is getroffen voor minimaal € 10.000. De voorwaarden waaraan moet worden voldaan voor aanpassing zijn echter tamelijk strikt. Het laten aanpassen van een coronaregeling heeft echter potentieel nadelige gevolgen voor de ondernemer. Bij de betaling per kwartaal en de betalingspauze worden de termijnbedragen hoger. Daarnaast is bij iedere aanpassing van de betalingsregeling meer invorderingsrente verschuldigd. Indien u hier vragen over heeft, kunt u uiteraard contact opnemen met één van de specialisten van de sectie Faillissement en Herstructurering. Dirk School 1 [post_title] => Einde betalingsuitstel voor coronaschulden? Voorkom verrassingen [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => einde-betalingsuitstel-voor-coronaschulden-voorkom-verrassingen [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-02-17 11:08:21 [post_modified_gmt] => 2023-02-17 10:08:21 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=34964 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [comment_count] => 0 [current_comment] => -1 [found_posts] => 1425 [max_num_pages] => 143 [max_num_comment_pages] => 0 [is_single] => [is_preview] => [is_page] => [is_archive] => 1 [is_date] => [is_year] => [is_month] => [is_day] => [is_time] => [is_author] => [is_category] => [is_tag] => [is_tax] => 1 [is_search] => [is_feed] => [is_comment_feed] => [is_trackback] => [is_home] => [is_privacy_policy] => [is_404] => [is_embed] => [is_paged] => 1 [is_admin] => [is_attachment] => [is_singular] => [is_robots] => [is_favicon] => [is_posts_page] => [is_post_type_archive] => [query_vars_hash:WP_Query:private] => 37f6ff33ca5e49060cc309b274dd4579 [query_vars_changed:WP_Query:private] => [thumbnails_cached] => [allow_query_attachment_by_filename:protected] => [stopwords:WP_Query:private] => [compat_fields:WP_Query:private] => Array ( [0] => query_vars_hash [1] => query_vars_changed ) [compat_methods:WP_Query:private] => Array ( [0] => init_query_flags [1] => parse_tax_query ) [tribe_is_event] => [tribe_is_multi_posttype] => [tribe_is_event_category] => [tribe_is_event_venue] => [tribe_is_event_organizer] => [tribe_is_event_query] => [tribe_is_past] => [tribe_controller] => Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller Object ( [filtering_query:Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller:private] => WP_Query Object *RECURSION* ) )
Om de schade van de coronacrisis voor ondernemers zo veel mogelijk te beperken, zijn er namens de overheid diverse steunpakketten in het leven geroepen. Veruit de meest gebruikte steunmaatregel door...
Lees meer
Het Hof van Justitie heeft in een arrest bepaald dat het toegestaan is dat bij opdrachten voor sociale diensten (denk aan maatschappelijke ondersteuning en jeugdhulp) er alleen wordt gegund aan...
Lees meer
Hoewel je AI nodig hebt om AIVD te spellen, denkt men bij de AIVD toch eerder aan spionnen en ongevraagd afluisteren, dan aan AI-systemen. De dienst is er echter wel...
Lees meer
 I. De beoogde stelselherziening De Omgevingswet is het gevolg van een stelselherziening van het omgevingsrecht. Een groot deel van de regels over de fysieke leefomgeving komt samen in één nieuwe wet. Aanleiding hiervoor...
Lees meer
De Commissie van Beroep Financiële Dienstverlening van het Kifid (hierna: de Commissie) heeft geoordeeld dat een bank de onbewerkte persoonsgegevens van haar klanten mag bewaren in het kader van haar...
Lees meer
Over wat een accountant wel en niet moet delen met de curator van de voormalige klant wordt al jaren gediscussieerd. Recent heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven (hierna:...
Lees meer
Mag je het merk van een concurrent gebruiken op je website? Mag je in mails of op je website aangeven dat je support en onderhoud levert bij het product van...
Lees meer
Mag een bedrijf de foto’s van een medewerker gebruiken voor meerdere, grootschalige campagnes? Anders dan een professionele acteur hoeft een werknemer van een bedrijf er geen rekening mee te houden dat zij door grootschalig gebruik van haar portret
Lees meer
Bent u eigenaar van een recreatiewoning die onder de energielabelplicht valt maar heeft u nog geen geregistreerd energielabel? Eigenaren en beheerders van recreatiewoningen krijgen tot 1 januari 2024 de tijd...
Lees meer
Dit moet je weten! Na 12 jaar is er een nieuwe versie van de Gedragscode Openheid medische incidenten (GOMA). In dit artikel wordt stilgestaan bij de hoofdpunten van de GOMA...
Lees meer