Blog van medewerkers

WP_Query Object
(
    [query] => Array
        (
            [paged] => 41
            [news-type] => blog
        )

    [query_vars] => Array
        (
            [paged] => 41
            [news-type] => blog
            [error] => 
            [m] => 
            [p] => 0
            [post_parent] => 
            [subpost] => 
            [subpost_id] => 
            [attachment] => 
            [attachment_id] => 0
            [name] => 
            [pagename] => 
            [page_id] => 0
            [second] => 
            [minute] => 
            [hour] => 
            [day] => 0
            [monthnum] => 0
            [year] => 0
            [w] => 0
            [category_name] => 
            [tag] => 
            [cat] => 
            [tag_id] => 
            [author] => 
            [author_name] => 
            [feed] => 
            [tb] => 
            [meta_key] => 
            [meta_value] => 
            [preview] => 
            [s] => 
            [sentence] => 
            [title] => 
            [fields] => 
            [menu_order] => 
            [embed] => 
            [category__in] => Array
                (
                )

            [category__not_in] => Array
                (
                )

            [category__and] => Array
                (
                )

            [post__in] => Array
                (
                )

            [post__not_in] => Array
                (
                )

            [post_name__in] => Array
                (
                )

            [tag__in] => Array
                (
                )

            [tag__not_in] => Array
                (
                )

            [tag__and] => Array
                (
                )

            [tag_slug__in] => Array
                (
                )

            [tag_slug__and] => Array
                (
                )

            [post_parent__in] => Array
                (
                )

            [post_parent__not_in] => Array
                (
                )

            [author__in] => Array
                (
                )

            [author__not_in] => Array
                (
                )

            [search_columns] => Array
                (
                )

            [ignore_sticky_posts] => 
            [suppress_filters] => 
            [cache_results] => 1
            [update_post_term_cache] => 1
            [update_menu_item_cache] => 
            [lazy_load_term_meta] => 1
            [update_post_meta_cache] => 1
            [post_type] => 
            [posts_per_page] => 10
            [nopaging] => 
            [comments_per_page] => 50
            [no_found_rows] => 
            [taxonomy] => news-type
            [term] => blog
            [order] => DESC
        )

    [tax_query] => WP_Tax_Query Object
        (
            [queries] => Array
                (
                    [0] => Array
                        (
                            [taxonomy] => news-type
                            [terms] => Array
                                (
                                    [0] => blog
                                )

                            [field] => slug
                            [operator] => IN
                            [include_children] => 1
                        )

                )

            [relation] => AND
            [table_aliases:protected] => Array
                (
                    [0] => wp_term_relationships
                )

            [queried_terms] => Array
                (
                    [news-type] => Array
                        (
                            [terms] => Array
                                (
                                    [0] => blog
                                )

                            [field] => slug
                        )

                )

            [primary_table] => wp_posts
            [primary_id_column] => ID
        )

    [meta_query] => WP_Meta_Query Object
        (
            [queries] => Array
                (
                )

            [relation] => 
            [meta_table] => 
            [meta_id_column] => 
            [primary_table] => 
            [primary_id_column] => 
            [table_aliases:protected] => Array
                (
                )

            [clauses:protected] => Array
                (
                )

            [has_or_relation:protected] => 
        )

    [date_query] => 
    [queried_object] => WP_Term Object
        (
            [term_id] => 56
            [name] => Blog van medewerkers
            [slug] => blog
            [term_group] => 0
            [term_taxonomy_id] => 56
            [taxonomy] => news-type
            [description] => 
            [parent] => 0
            [count] => 1326
            [filter] => raw
        )

    [queried_object_id] => 56
    [request] => SELECT SQL_CALC_FOUND_ROWS  wp_posts.ID
					 FROM wp_posts  LEFT JOIN wp_term_relationships ON (wp_posts.ID = wp_term_relationships.object_id) LEFT  JOIN wp_icl_translations wpml_translations
							ON wp_posts.ID = wpml_translations.element_id
								AND wpml_translations.element_type = CONCAT('post_', wp_posts.post_type) 
					 WHERE 1=1  AND ( 
  wp_term_relationships.term_taxonomy_id IN (56)
) AND ((wp_posts.post_type = 'post' AND (wp_posts.post_status = 'publish' OR wp_posts.post_status = 'acf-disabled' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-success' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-failed' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-schedule' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-pending' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-draft'))) AND ( ( ( wpml_translations.language_code = 'nl' OR (
					wpml_translations.language_code = 'nl'
					AND wp_posts.post_type IN ( 'attachment' )
					AND ( ( 
			( SELECT COUNT(element_id)
			  FROM wp_icl_translations
			  WHERE trid = wpml_translations.trid
			  AND language_code = 'nl'
			) = 0
			 ) OR ( 
			( SELECT COUNT(element_id)
				FROM wp_icl_translations t2
				JOIN wp_posts p ON p.id = t2.element_id
				WHERE t2.trid = wpml_translations.trid
				AND t2.language_code = 'nl'
                AND (
                    p.post_status = 'publish' OR p.post_status = 'private' OR 
                    ( p.post_type='attachment' AND p.post_status = 'inherit' )
                )
			) = 0 ) ) 
				) ) AND wp_posts.post_type  IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' )  ) OR wp_posts.post_type  NOT  IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' )  )
					 GROUP BY wp_posts.ID
					 ORDER BY wp_posts.menu_order, wp_posts.post_date DESC
					 LIMIT 400, 10
    [posts] => Array
        (
            [0] => WP_Post Object
                (
                    [ID] => 30577
                    [post_author] => 26
                    [post_date] => 2022-06-13 11:20:31
                    [post_date_gmt] => 2022-06-13 09:20:31
                    [post_content] => Je hebt een webshop en je wilt graag klanten aantrekken. Je kunt dan Google Shopping advertenties gebruiken. Google Shopping toont jouw producten, vergelijkt deze met producten van andere aanbieders en verwijst potentiële kopers door naar jouw webshop. Door sommige partijen wordt hier slim gebruik van gemaakt door lagere prijzen te tonen via Google Shopping. Koop je het product direct via de website van de aanbieder, dan betaal je meer. Mag dit?

123inkt vs. Prindo

Een van deze slimme partijen is Prindo. Prindo biedt namelijk cartridges aan via Google Shopping voor ongeveer € 25 minder dan wanneer je direct haar website bezoekt. Kort gezegd, kom je via Google Shopping bij Prindo? Dan betaal je € 25 minder dan wanneer je direct naar de website van Prindo gaat. Zo is Prindo in de vergelijking van Google Shopping altijd de goedkoopste en aantrekkelijkste aanbieder. Concurrent 123inkt daar niet blij mee en start  een procedure. Volgens 123inkt maakt Prindo zich schuldig aan misleidende reclame en ongeoorloofde vergelijkende reclame.

Misleidende reclame

Van misleidende reclame is sprake als onjuiste informatie wordt gegeven of essentiële informatie niet wordt gegeven. Door (het ontbrekend van) die informatie kan de klant namelijk een aankoopbeslissing nemen die hij met de juiste informatie niet had genomen. Volgens de rechtbank heeft Prindo echter geen onjuiste informatie gegeven. De klant betaalt namelijk daadwerkelijk de via Google Shopping vermelde prijs. Ook is er geen sprake van het ontbreken van essentiële informatie. Een aanbieder die aan prijsdifferentiatie doet, hoeft niet bij het duurdere product te vermelden dat het product ergens anders goedkoper wordt aangeboden.

Ongeoorloofde vergelijkende reclame

Reclame waarin producten van concurrenten worden vergeleken (vergelijkende reclame) is alleen toegestaan als aan de voorwaarden in artikel 6:194a lid 2 BW is voldaan. Bijvoorbeeld:
  • Je moet producten objectief vergelijken (zoals de prijs);
  • Je mag niet je niet kleinerend uitlaten over het product van de ander.
In dit geval is volgens de rechtbank Amsterdam aan alle voorwaarden uit artikel 6:194a lid 2 BW voldaan. Er is dus geen sprake van ongeoorloofde vergelijkende reclame.

Vragen?

Heb je vragen over misleidende reclame of vergelijkende reclame? Of wil je door ons laten beoordelen of jouw reclame juridisch toegestaan is? Neem vrijblijvend contact op met Frédérique Kuiper via kuiper@bg.legal. Mogelijk zijn ook onze abonnementen BG.legal Marketing Noodlijn en/of BG.legal Brainstormsessies interessant. Frédérique Kuiper 1 [post_title] => Afwijkende prijzen in Google Shopping: is dat misleidende reclame? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => afwijkende-prijzen-in-google-shopping-is-dat-misleidende-reclame [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-06-13 11:20:31 [post_modified_gmt] => 2022-06-13 09:20:31 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30577 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [1] => WP_Post Object ( [ID] => 30566 [post_author] => 57 [post_date] => 2022-06-10 13:57:04 [post_date_gmt] => 2022-06-10 11:57:04 [post_content] => Uit onderzoek van de Italiaanse privacy-toezichthouder (de GPDP) bleek dat het bezorgingsplatform Foodinho slordig omging met de persoonsgegevens van haar medewerkers. Daarom leek het ons interessant om te bekijken welke problemen de toezichthouder heeft gesignaleerd.

De AVG voor werkgevers

Iedere werkgever verwerkt persoonsgegevens van haar werknemers. Dus ook platformen als Uber en Deliveroo. Voor bedrijven binnen de EU betekent dit dat ze zich aan de Europese gegevensbeschermingswetgeving, waaronder de AVG, moeten houden. Concreet betekent dit dat een werkgever aan werknemers moet vertellen:
  • Welke persoonsgegevens er worden verwerkt.
  • Waarom die gegevens verwerkt worden.
  • Waar die gegevens vandaan komen.
Ook moet een werkgever zorgen dat ze zorgvuldig met de persoonsgegevens van haar werknemers omgaat.

Samenwerking van Italiaanse en Spaanse toezichthouders

De hoogste rechter van Italië bepaalde dat platformwerkers zoals maaltijdbezorgers dezelfde rechten hebben als werknemers. Hierop begon de GPDP een onderzoek naar de verwerking van de persoonsgegevens bij maaltijdbezorgingsplatforms. Dit leidde tot een boete van meer dan 2.5 miljoen euro voor Foodinho en haar moederbedrijf. Voor de toezichthouders was vooral het gebruik van algoritmes die het werk van de werknemers controleren van belang.

Bevindingen uit het onderzoek

Uit het onderzoek van de GPDP kwamen verschillende bevindingen naar boven: Ten eerste werden medewerkers niet voldoende geïnformeerd over hoe het platform werkt. Ten tweede waren er niet genoeg maatregelen genomen om te zorgen dat de resultaten van de algoritmes die medewerkers beoordeelden van hoge kwaliteit waren. Hierdoor werden discriminerende reviews van klanten wel meegenomen bij het beoordelen van medewerkers. Ten derde voldeed Foodinho niet aan de eisen van artikel 22 van de AVG, het verbod op geautomatiseerde besluitvorming. Alleen onder strikte voorwaarden mag een geautomatiseerd systeem beslissingen nemen die juridische of andere ingrijpende gevolgen op individuen hebben. Je heb als betrokkene het recht om:
  • Een mens naar de beslissing te laten kijken.
  • Uitleg krijgen over een uitkomst van het systeem.
  • Bezwaar te maken tegen het gebruik van een geautomatiseerd beslissingssysteem.
Tot slot schoot Foodinho volgens de toezichthouders tekort in het naleven van algemene eisen van de AVG:
  • Er ontbrak documentatie bij het geautomatiseerde beslissingssysteem.
  • Er waren te weinig maatregelen om de verwerking van persoonsgegevens te beveiligen.
  • Er was geen functionaris gegevensbescherming aangesteld.

Besluit van de GPDP

Op basis van dit onderzoek heeft de GPDP een boete van 2.6 miljoen euro opgelegd aan Foodinho. Daarnaast Foodinho moet alle overtredingen corrigeren, specifiek:
  • Discriminerende reviews niet meer meegenomen worden bij de beoordelingen van werknemers.
  • De persoonsgegevens die worden gebruikt bij de beoordeling moeten gecontroleerd worden op nauwkeurigheid en relevantie.
  • Actie ondernemen om het risico op een discriminerend effect in het beoordelingssysteem te beperken.

Conclusie

Bedrijven als Foodinho, Deliveroo en Gorillaz proberen zo snel mogelijk te groeien om zo een groot marktaandeel te behalen. Daarnaast willen zij zo veel mogelijk medewerkers aannemen om te kunnen voldoen aan de grote vraag naar bezorgdiensten. Deze explosieve groei kan ertoe leiden dat persoonsgegevens van medewerkers niet goed worden beschermd. Dat was bij Foodinho ook het geval en die hebben hiervoor een fikse boete gekregen. Bij een nieuwer businessmodel zoals maaltijdbezorgingplatforms is er meestal meer interesse van toezichthouders. Daarom is het juist voor deze nieuwe bedrijven is het van belang om zaken zoals de bescherming van persoonsgegevens op orde te hebben. Heeft u vragen over uw eigen dataverwerking? Of over uw verplichtingen als werkgever? Neem dan contact op met: Meer artikelen over de overlap tussen Arbeidsrecht en Tech: Robin Verhoef [post_title] => Boete voor Italiaanse Deliveroo vanwege slechte gegevensbescherming [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => boete-voor-italiaanse-deliveroo-vanwege-slechte-gegevensbescherming [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-06-10 14:11:18 [post_modified_gmt] => 2022-06-10 12:11:18 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30566 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [2] => WP_Post Object ( [ID] => 30539 [post_author] => 26 [post_date] => 2022-06-09 08:58:18 [post_date_gmt] => 2022-06-09 06:58:18 [post_content] => Minister Hugo de Jonge, de minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO), wil met een serie plannen de woningmarkt duurzamer maken. Met hoge ambities ziet hij volop draagvlak voor het groener maken van miljoenen huizen. De maatregelen beogen verduurzaming voor iedereen betaalbaar te houden, hoge energierekeningen te voorkomen en ons minder afhankelijk te maken van aardgas. Een nieuwe stap in de energietransitie.

Energielabel

Eén van deze maatregelen is dat vanaf 2030 slecht geïsoleerde huizen niet meer mogen worden verhuurd. Met deze maatregel wil het kabinet verhuurders dwingen te investeren in verduurzaming. Deze regelgeving geldt niet alleen voor woningcorporaties maar ook voor particuliere verhuurders. Hierdoor worden ook zij gedwongen iets te doen aan tochtige woningen. Particuliere huurwoningen hebben, in vergelijking met koopwoningen en huurhuizen van woningcorporaties, nog relatief veel hoge energielabels E, F en G. Met name de woningen met die energielabels moeten door de nieuwe regelgeving worden verduurzaamd. Ondanks dat de plannen gereed zijn, is het nog niet duidelijk hoe die wettelijke regels eruit komen te zien vanaf 2030. De sancties voor slecht geïsoleerde woningen die toch worden verhuurd, zijn daarom nog onbekend. Voor kantoorgebouwen zijn de regels omtrent verduurzaming ook aangescherpt en wat betreft die regels zijn de sancties wel bekend [voor meer informatie over de label C verplichting voor kantoorgebouwen wordt verwezen naar een eerder geschreven blog]. Als een kantoorgebouw - groter dan 100m² - vanaf 1 januari 2023 energielabel D of lager heeft, riskeert de eigenaar ervan een boete en mag het pand niet meer als kantoor gebruikt worden. Volgens de minister kan de sanctie voor slecht geïsoleerde woningen ook bestaan uit een boete of het automatisch verkrijgen van huurverlaging voor huurders. Er zijn nu nog zo’n 1,5 miljoen huurwoningen in Nederland die niet voldoen aan de eisen.

Renteloze rekening

Naast het wegwerken van lage energielabels, wil het kabinet het makkelijker maken om een lening af te sluiten door dit jaar renteloze verduurzamingsleningen beschikbaar te stellen aan huizenbezitters met een lager inkomen. Vanaf oktober kunnen mensen met een lager inkomen geld lenen bij het Nationaal Warmtefonds tegen 0 procent rente. Met deze lening kan het makkelijker worden om zonnepanelen te installeren of huizen beter te isoleren zodat hoge stroomrekeningen kunnen worden voorkomen.

Hybride warmtepomp de norm

Onlangs werd al bekend dat het kabinet wil dat de hybride waterpomp vanaf 2026 de standaard voor het verwarmen van woningen wordt. Huishoudens die hun cv-ketel vervangen, moeten vanaf 2026 kiezen voor een hybride warmtepomp of een nog duurzamere oplossing. Ook met deze regel wil het kabinet afdwingen dat sneller wordt verduurzaamd in de vorm van minder of geen aardgas meer te gebruiken. In 2050 moeten vrijwel alle huizen van het aardgas zijn afgesloten.

Conclusie

Bovengenoemde maatregelen zijn onderdelen van een serie plannen van de minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening. De minister acht de urgentie van verduurzaming groot en volgens hem moet het tempo omhoog. Dit leidt ertoe dat naast woningcorporaties en particulieren nu ook verhuurders energiebesparende maatregelen moeten nemen om tijdig te kunnen voldoen aan de nieuwe regelgeving. [post_title] => Wettelijke eisen voor verduurzaming huurwoningen [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => wettelijke-eisen-voor-verduurzaming-huurwoningen [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-09-01 09:31:09 [post_modified_gmt] => 2022-09-01 07:31:09 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30539 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [3] => WP_Post Object ( [ID] => 30532 [post_author] => 17 [post_date] => 2022-06-08 14:27:24 [post_date_gmt] => 2022-06-08 12:27:24 [post_content] => Bedrijven gaan er vermoedelijk steeds meer mee te maken krijgen: de vordering op een schuldenaar wordt betrokken in een WHOA-akkoord. Dat hoeft de schuldeiser niet lijdzaam af te wachten. De schuldeiser kan bezwaar maken tegen de rechterlijke homologatie (goedkeuring) van het akkoord. Door homologatie krijgt de schuldeiser immers het akkoord in de maag gesplitst, of hij nu vóór of tegen dat akkoord is.

Griffierecht

Rechtbanken brengen kosten in rekening aan procederende partijen. Dat heet griffierecht. Als een bedrijf minder dan € 100.000,- te vorderen heeft van een schuldenaar, dan rekent de rechtbank een griffierecht van € 2.837,- om te mogen protesteren tegen de homologatie. Dat geldt dus ook voor een vordering van bijvoorbeeld slechts € 4.000,-. Tegen de hoogte van het griffierecht is al verschillende keren bezwaar gemaakt door schuldeisers, maar dat is tevergeefs gebleken. Rechtbanken erkennen wel dat deze kostenpost niet in verhouding staat, maar kunnen slechts de wet toepassen bij de vaststelling ervan.

Trucje?

Op 3 juni jl. werd een uitspraak gepubliceerd van Rechtbank Midden-Nederland, waarin (de advocaat van) de schuldeiser een trucje had bedacht voor dit probleem. Zij stelde dat haar cliënt Eneco geen griffierecht is verschuldigd omdat Eneco niet een verzoek tot afwijzing van het verzoek tot homologatie, maar een zienswijze heeft ingediend. En voor het indienen van een zienswijze is volgens haar geen griffierecht verschuldigd, omdat het dan niet gaat om een verzoeker of verweerder zoals omschreven in artikel 3 van de Wgbz (Wet Griffierechten Burgerlijke Zaken). De rechtbank gaat echter niet mee met dit taalkundige argument. Gezien de inhoud en strekking van het ingediende document moet het worden gekwalificeerd als een verzoek aan de rechtbank. En daarvoor is griffierecht verschuldigd. De conclusie van de rechtbank luidt dat terecht en correct griffierecht in rekening is gebracht. Als dit argument zou opgaan, zou de rechtbank uiteraard alleen nog maar ‘zienswijzes’ ontvangen. Griffierecht heeft (onder andere) als doel om de rechterlijke macht niet te overspoelen met nutteloze verzoeken. Echter, de keerzijde van (hoog) griffierecht is dat schuldeisers zich in een WHOA-procedure niet laten horen, omdat zij een simpele kosten-baten afweging maken. Behandelend rechters zullen zo belangrijke informatie mislopen bij de beoordeling van een akkoord. In een poging om te balanceren tussen deze twee gevolgen, had het griffierecht bij homologatietrajecten mijns inziens lager moeten worden vastgesteld. Een eventuele wijziging zal echter van de hand van de wetgever en niet van de rechter moeten komen. Wanneer u een akkoord van uw schuldenaar wenst tegen te houden, geldt dus het volgende gezegde: principes kosten geld. Heeft u vragen? Neem contact op met de sectie Insolventierecht. Dirk School [post_title] => WHOA: principes kosten geld (en griffierecht) [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => whoa-principes-kosten-geld-en-griffierecht [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-06-08 14:27:24 [post_modified_gmt] => 2022-06-08 12:27:24 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30532 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [4] => WP_Post Object ( [ID] => 30495 [post_author] => 26 [post_date] => 2022-06-07 12:21:55 [post_date_gmt] => 2022-06-07 10:21:55 [post_content] => Over de zogenaamde tenzij-bepaling van art. 7:755 BW is begin dit jaar een belangrijk advies aan de Hoge Raad verschenen. Art. 7:755 BW bepaalt dat een aannemer tijdig dient te waarschuwen voor de financiële consequenties van door de opdrachtgever gewenst meerwerk, tenzij de opdrachtgever de noodzaak van de financiële consequenties uit zichzelf had moeten begrijpen. Indien sprake is van deze tenzij-clausule hoeft de aannemer niet te waarschuwen. In het verleden is - zowel in de rechtspraak als bij de Raad van Arbitrage in bouwgeschillen - verschillend geoordeeld over de vraag wanneer een opdrachtgever de noodzaak van een prijsverhoging uit zichzelf had moeten begrijpen. Enerzijds wordt ervan uit gegaan dat voldoende is dat de opdrachtgever uit zichzelf had moeten begrijpen dat het meerwerk tot een prijsverhoging zal leiden, zonder dat duidelijk hoeft te zijn wat de omvang is van de prijsverhoging. Anderzijds wordt gesteld dat pas aan de uitzondering is voldaan indien de opdrachtgever een reëel inzicht heeft gehad in de omvang van de prijsverhoging. Over een arrest van het gerechtshof ’s-Hertogenbosch van 1 december 2020 heeft de procureur-generaal aan de Hoge Raad een uitgebreide conclusie geschreven. Dit is een advies aan de Hoge Raad dat vaak wordt opgevolgd door de Hoge Raad. Het arrest van de Hoge Raad wordt later dit jaar verwacht.

Casus

Kort samengevat gaat het arrest over door een aannemer uitgevoerde aanvullende werkzaamheden met betrekking tot stalen balken, zogeheten raatliggers. Partijen zijn voor het produceren van de basis een prijs overeengekomen van € 9.000,-. Opdrachtgever vraagt aannemer om de raatliggers compleet af te werken. De aannemer verricht hiervoor aanvullende werkzaamheden en brengt hiervoor een bedrag van € 35.177,16 in rekening. De opdrachtgever weigert deze meerkosten te betalen.

Oordeel gerechtshof

Het gerechtshof oordeelt dat de opdrachtgever de prijsverhoging uit zichzelf had moeten begrijpen. Uit de mededelingen van de opdrachtgever aan de aannemer blijkt dat hij begrijpt dat de prijs van € 9.000,- voor het compleet afwerken van de raatliggers niet kan. De opdrachtgever heeft immers expliciet verzocht om een complete afwerking van de raatliggers. Het gerechtshof veroordeelt de opdrachtgever om het volledige bedrag voor het meerwerk te betalen. Tegen dit oordeel gaat de opdrachtgever in cassatie bij de Hoge Raad.

Conclusie procureur-generaal

De procureur-generaal schrijft dat het arrest van het gerechtshof niet in stand kan blijven. Het niet waarschuwen voor een prijsverhoging als gevolg van meerwerk kan volgens de procureur-generaal alleen zonder gevolgen blijven indien de opdrachtgever de prijsverhoging uit zichzelf had moeten begrijpen én hij reëel inzicht heeft gehad in de omvang van de prijsverhoging. Dit houdt in dat de opdrachtgever door de aannemer in de gelegenheid moet worden gesteld te beslissen of hij het meerwerk ondanks de prijsverhoging toch door aannemer wil laten uitvoeren. Daarvoor kunnen verschillende omstandigheden van belang zijn zoals (1) de deskundigheid van opdrachtgever, (2) de informatie die de aannemer heeft verstrekt over de prijsverhoging vanwege de aanvullende werkzaamheden, (3) de omvang van de prijsverhoging en (4) de aard van het meerwerk gelet op het aanvankelijk overeengekomen werk

Advies

Indien de Hoge Raad de conclusie van de procureur-generaal overneemt, kan dit betekenen dat uitzonderingen op de waarschuwingsplicht minder snel zullen worden aangenomen. Het valt voor aannemers aan te bevelen om altijd te wijzen op de kostenconsequenties van meerwerk vóórdat tot uitvoering daarvan wordt overgegaan. Een aannemer loopt het risico niet betaald te krijgen voor geleverd meerwerk indien hij dit nalaat. [post_title] => Aanscherping waarschuwingsplicht meerwerk [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => aanscherping-waarschuwingsplicht-meerwerk [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-09-01 09:30:58 [post_modified_gmt] => 2022-09-01 07:30:58 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30495 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [5] => WP_Post Object ( [ID] => 30490 [post_author] => 67 [post_date] => 2022-06-07 09:32:13 [post_date_gmt] => 2022-06-07 07:32:13 [post_content] => Het is een jaarlijks terugkerend thema: het vaststellen, opmaken en openbaar maken (deponeren) van de jaarrekening. Wat veel bestuurders of ondernemers vergeten is dat aan het niet of niet-tijdig deponeren van de jaarrekening verstrekkende gevolgen kunnen kleven. Niet alleen voor de bestuurder in privé in geval van faillissement, maar ook voor de rechtspersoon. In deze blog sta ik kort stil bij de gevolgen voor de rechtspersoon.

Deponeringsverplichting

Op grond van artikel 2:394 BW zijn rechtspersonen verplicht hun jaarrekening openbaar te maken. De jaarrekening moet uiterlijk binnen twaalf maanden na afloop van het boekjaar bij de Kamer van Koophandel zijn neergelegd (gedeponeerd).

Economisch delict

Schending van de deponeringsverplichting is een economisch delict op grond van de Wet op de economische delicten (‘WED’). Opsporingsambtenaren van de Belastingdienst/Bureau Economische Handhaving zijn belast met de opsporing van dit strafbare feit. Genoemde opsporingsambtenaren zijn bevoegd om hiervoor een proces-verbaal op de maken. Dat proces-verbaal wordt door de opsporingsambtenaar naar het Openbaar Ministerie toegezonden. De Officier van Justitie bij het Functioneel Parket kan vervolgens besluiten om een strafbeschikking aan de rechtspersoon op te leggen of de zaak aanhangig te maken bij de rechter. Tot voor kort werd door opsporingsambtenaren weinig aandacht besteed aan de opsporing van dit strafbare feit. Mijns inziens terecht, omdat het (in de meeste gevallen) nog maar de vraag is of en in hoeverre stakeholders van een onderneming worden benadeeld door het niet of te laat deponeren van de jaarrekening. Bovendien kunnen zij zelf actie ondernemen.

Geldboete en strafblad

Hoe dit ook zij, aan de rechtspersoon kan een geldboete van de vierde categorie worden opgelegd. Deze boete bedraagt maximaal € 22.500. Een overtreding van de WED wordt bovendien genoteerd op de justitiële documentatie (het strafblad) van de rechtspersoon. Deze notitie kan gevolgen hebben voor het aanvragen van integriteitsverklaringen (bijv. bij de aanvraag van subsidies of vergunningen). Kortom: overtreding van de deponeringsplicht kan voor sommige bedrijven verstrekkende gevolgen hebben. Laat u daarom op tijd bijstaan door een specialist als u wordt geconfronteerd met een aanzegging van proces-verbaal wegens een vermeende overtreding van de deponeringsplicht.

Afleggen verklaring

Indien uw onderneming proces-verbaal wordt aangezegd voor het niet of te laat deponeren van jaarrekeningen, dan heeft u de mogelijkheid om te reageren. Daartoe bent u niet verplicht. Het is echter wel raadzaam om een verklaring af te leggen. Zo kunt u proberen te voorkomen dat (1) een strafbeschikking wordt opgelegd of (2) het OM tot vervolging overgaat. Wilt u zich verweren tegen een vermeende overtreding van de deponeringsplicht, neem dan contact op met één van onze specialisten. Remco de Jong nieuw 1   [post_title] => Schending van deponeringsplicht is economisch delict [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => schending-van-deponeringsplicht-is-economisch-delict [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-11-21 16:51:42 [post_modified_gmt] => 2022-11-21 15:51:42 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30490 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [6] => WP_Post Object ( [ID] => 30427 [post_author] => 10 [post_date] => 2022-06-03 08:45:55 [post_date_gmt] => 2022-06-03 06:45:55 [post_content] => Nee? Dan wordt het tijd dat u in actie komt. Vanaf 1 januari 2023 geldt immers de label C verplichting voor kantoorgebouwen die groter zijn dan 100 m², monumentale gebouwen uitgezonderd. Als een kantoorgebouw vanaf 1 januari 2023 energielabel D of lager heeft, riskeert de eigenaar ervan een boete van maximaal € 81.000, - en mag het pand niet meer als kantoor worden gebruikt.

Stappen tot verkrijgen van energielabel C

Op de website van de Rijksdienst voor Ondernemend Nederland staat beschreven hoe in vier stappen een energielabel C (of hoger) kan worden verkregen.

Rol van verhuurder en huurder

Wat is nu de rol van eigenaar/verhuurder en huurder in dit alles? Welnu, in het algemeen zullen constructieve maatregelen voor rekening en risico van de verhuurder komen. De kleinere maatregelen, waarbij bijvoorbeeld gedacht kan worden aan verlichting of aanpassingen aan de door de huurder zelf geplaatste installaties, komen in het algemeen voor rekening en risico van de huurder. Afwijkende onderhoudsverdelingsafspraken zijn mogelijk. Als er gewerkt wordt met een standaard ROZ 2015 model is de onderhoudsverdeling in de algemene bepalingen gedetailleerd uitgewerkt. In voornoemd ROZ-model is ook een duurzaamheidsbepaling opgenomen waarmee partijen wordt opgedragen zich in te spannen voor gezamenlijk geformuleerde duurzaamheidsdoelstellingen. In de praktijk worden die doelstellingen echter vaak niet worden geformuleerd. Wat betreft de label C verplichting en als het gehuurde dit label nog niet heeft, heeft de ROZ een meer uitgebreide bepaling geformuleerd waarin is opgenomen welke maatregelen de verhuurder en welke maatregelen de huurder moet nemen om ervoor te zorgen dat het gehuurde aan de vereisten voor een energielabel C of hoger voldoet. Fact energielabel

Verhuurder of huurder werkt niet mee

Wat als verhuurder of huurder niet meewerkt? De energiebesparende maatregelen om energielabel C te verkrijgen en die voor rekening van verhuurder komen zullen dringende werkzaamheden in de zin van artikel 7:220 lid 1 BW zijn en de huurder moet de verhuurder de gelegenheid geven om deze maatregelen mits proportioneel, uit te voeren. Zo nodig via de rechter af te dwingen. Als de verhuurder niet meewerkt en het kantoorgebouw voldoet niet aan de label C verplichting, dan mag het gebouw niet meer als zodanig worden gebruikt, zodat de verhuurder zijn verplichting om het gehuurde aan huurder ter beschikking te stellen niet langer na zal kunnen komen. Er is dan in beginsel sprake van een gebrek in de zin van artikel 7:204 lid 2 BW. De verhuurder zal dit gebrek moeten verhelpen en daarom de voorgeschreven energiebesparende maatregelen die voor zijn rekening komen, moeten nemen. Zo nodig door de huurder via de rechter af te dwingen. Ook kan de huurder het gebrek zelf herstellen en de redelijke kosten verhalen op de verhuurder door deze in mindering op de huur te brengen. Ook kan de huurder eventueel ontbinding van de huurovereenkomst, huurprijsvermindering en/of schadevergoeding vorderen. Bij gebruik van het ROZ 2015 model zal dat niet anders zijn.

Conclusie

Zowel verhuurder als huurder doen er goed aan om voor zover nog niet gedaan, energiebesparende maatregelen te nemen om tijdig te kunnen voldoen aan de label C verplichting.  Rik Wevers 1 [post_title] => (Ver)huurder kantoorgebouw, voldoet u al aan de energielabel C verplichting? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => verhuurder-kantoorgebouw-voldoet-u-al-aan-de-energielabel-c-verplichting [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-06-03 08:45:55 [post_modified_gmt] => 2022-06-03 06:45:55 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30427 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [7] => WP_Post Object ( [ID] => 30342 [post_author] => 65 [post_date] => 2022-05-25 10:45:25 [post_date_gmt] => 2022-05-25 08:45:25 [post_content] => Het uiterlijk van een product kan een doorslaggevend element zijn voor de keuze van de consument om een product aan te schaffen of juist niet. Tevens kan het uiterlijk de doorslag geven tussen de keuze voor jouw product of die van een concurrent. Hierdoor is het van belang om jouw model te beschermen en anderen te weerhouden producten aan te bieden die lijken op jouw product. “Goede techniek met een slecht design, daar zit niemand op te wachten”, aldus de advocaat van Apple.

Wat is een modelrecht?

Een modelrecht heeft betrekking op de vormgeving van een gebruiksvoorwerp. Het gebruiksvoorwerp moet een nieuwe uiterlijke voortbrengsel (of een deel ervan) zijn met een eigen karakter. Dit kan zijn een tweedimensionale tekening, bijvoorbeeld een patroon of een driedimensionaal product zoals een ontwerp van een meubelstuk, vorm van friet, een haarelastiekje, verpakkingen (bijv. het Coca-Cola flesje), fashion voorwerpen (bijv. schoenen) en fictionele karakters. Let wel, om een modelrecht te kunnen claimen, mag de vormgeving van het model niet louter technisch bepaald zijn. Een modelrecht kan op twee manieren ontstaan, namelijk automatisch door openbaring van het model (een niet-geregistreerd modelrecht) of door een registratie van een model (geregistreerd modelrecht). Het verschil tussen beiden is dat een niet-geregistreerd model maar bescherming geniet voor 3 jaar en een geregistreerd modelrecht tot 25 jaar!

Belang van een modelrecht

Een modelrecht geeft een monopolie voor het aanbieden van het gebruiksvoorwerp, in gebieden waar het voorwerp een modelrechtelijke bescherming geniet. Het modelrecht biedt bescherming aan het uit het depot blijkend uiterlijk van een voortbrengsel en niet het door de modelhouder daadwerkelijk verhandelde voortbrengsel. Dus om aan tonen dat een ander inbreuk maakt op jouw modelrecht zal je het product van de ander moeten vergelijken met jouw modelregistratie. De modelrechthebbende kan zich verzetten tegen het gebruik van een product dat hetzelfde uiterlijk vertoont als het gedeponeerde model of, als het product bij de geïnformeerde gebruiker geen andere algemene indruk wekt. Hiermee kan de modelrechthebbende dus anderen stoppen om producten te verkopen die (te) veel lijken op het beschermd product. Dit is onder andere gebeurd inzake het geschil over een modelrecht op een draaiende friet, waarin de andere partij is bevolen te stoppen met de verkoop van de draaiende friet. Fact modelregistratie linkedin

Wat zijn de voordelen van een modelrecht

Een geregistreerd modelrecht heeft een beschermingsduur van 5 jaar. Het modelrecht kan 4 maal verlengd worden met 5 jaar waardoor de modelrechthebbende tot 25 jaar een alleenrecht kan hebben om het product te produceren en aan te bieden. Een tweede voordeel is, als je niet van plan bent om het beschermde model zelf te produceren of verkopen kun je een licentie op het model verlenen. Hierdoor kan een andere partij jouw modelrecht produceren en/of verkopen waarvoor jij een vergoeding krijgt. In tegenstelling tot het merkenrecht, bestaat er geen gebruikseis voor het modelrecht. Dit betekent dat je na het registreren van een model kan wachten om daadwerkelijk het product te produceren en aan te bieden én ervoor zorgen dat een derde het model niet produceert of aanbiedt. Tot slot is het momenteel mogelijk om 75% korting voor een Benelux of Europees modelaanvraag te krijgen. Hierdoor is het mogelijk om jouw model op zijn minst voor 5 jaar te beschermen.

Praktijkvoorbeelden

Bij een modelrecht hoef je niet alleen te denken aan de design van een meubelstuk. Zoals hierboven aangehaald is het ook mogelijk om een model te verkrijgen op een draaiende friet. In een recente uitspraak heeft de rechtbank Den Haag geoordeeld dat er inbreuk is gemaakt tot de modelrechten op Sansevieria’s. Het ging in deze zaak niet om de Sansevieria planten zelf, maar om de materialen die op de toppen van de stengels zijn aangebracht, aldus de rechtbank. Het inbreuk-makende product wekte volgens de rechtbank geen andere algemene indruk bij de relevante gebruiker. Hier blijkt dat een registratie duidelijk maakt waar het modelrecht op ziet. (afbeelding: uitspraak rechtbank Den Haag) Ook op speelgoed kunnen modelrechten rusten. De rechtbank Den Haag heeft geoordeeld dat een partij inbreuk heeft gemaakt op de met een modelrecht beschermd dierenarmbandjes van Spin Master. Spin Master heeft zijn armbanden die omgevormd kunnen worden tot dieren beschermd middels een Europees modelrecht. De inbreukmaker heeft producten die, vrijwel identiek zijn, aangeboden en verkocht. Spin Master heeft hiermee succesvol de inbreukmaker gestopt het beschermd product nog verder te verkopen in de Europese Unie.

Onze diensten

Het maakt niet uit in welke sector je actief bent. Het is van groot belang om je model te registreren (om voor een langere periode) jouw creatie te beschermen. Vooral nu gebruikt gemaakt kan worden van de kortingsregeling is het ideale moment om over te gaan tot de aanvraag van een modelrecht. Wij kunnen je helpen bij zowel de aanvraag van de korting alsmede bij de aanvraag van het model. Wil je meer weten naar aanleiding van het bovenstaande, neem vrijblijvend contact op met Frédérique Kuiper (kuiper@bg.legal) of Mustafa Kahya (kahya@bg.legal). We denken graag met je mee over de mogelijkheden. Mustafa Kahya [post_title] => Belang van een modelregistratie [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => belang-van-een-modelregistratie [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-05-25 12:26:35 [post_modified_gmt] => 2022-05-25 10:26:35 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30342 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [8] => WP_Post Object ( [ID] => 30304 [post_author] => 68 [post_date] => 2022-05-23 09:35:08 [post_date_gmt] => 2022-05-23 07:35:08 [post_content] => Op 17 mei jl. bracht het Commissariaat voor de Media het bericht naar buiten dat invloedrijke YouTubers, TikTokkers en Instagrammers per 1 juli onder de Mediawet zullen vallen. Deze video-uploaders moeten zich dus voortaan houden aan strengere reclameregels. Het Commissariaat voor de Media gaat daarbij actief toezicht houden of deze regels daadwerkelijk worden nageleefd.

De belangrijkste regels

Met de introductie van deze nieuwe regels wordt onder meer beoogd meer duidelijkheid te bieden aan kijkers in online video’s. Het staat influencers vrij om content te creëren waarin een commerciële boodschap zit verwerkt. Zij verwerven immers een deel van hun inkomen door producten en/of diensten bij hun volgers onder de aandacht te brengen. Het is daarbij echter wel van belang dat degene die een product aanprijst, in het kader van een reclame of sponsoring, daar transparant over is. Dit geldt bovendien voor producten die tegen betaling in beeld worden gebracht. Ook wordt van deze invloedrijke influencers verwacht dat zij duidelijk kenbaar maken wie zij zijn. Dit houdt in dat een video-uploader het publiek moet informeren over de naam van zijn/haar onderneming zoals ingeschreven bij de Kamer van Koophandel, de plaats van vestiging en zijn/haar contactgegevens. Bovendien dient ook melding te worden gemaakt van het feit dat de influencer onder toezicht van het Commissariaat staat. Een ander doel dat het Commissariaat met de strengere regels nastreeft, is dat minderjarige kijkers beter beschermd worden tegen schadelijke content. Nu kinderen niet altijd even goed in staat blijken om informatie op sociale media te begrijpen, is het des te belangrijker dat zij middels de nieuwe regels in bescherming worden genomen. Het Nederlands Instituut voor de Classificatie van Audiovisuele Media (het NICAM) is de aangewezen instantie wat betreft de bescherming van minderjarigen tegen schadelijke audiovisuele media. Als een invloedrijke influencer voldoet aan de Beleidsregel kwalificatie commerciële media-instelling op aanvraag 2022, moet degene zich melden bij het NICAM. Het NICAM bepaalt op haar beurt of deze influencer ook verplicht is om zich bij het instituut aan te sluiten.

Invulling aan het criterium invloedrijke influencer

Zoals al eerder genoemd gaan de regels gelden voor invloedrijke influencers. Dit houdt (momenteel) in dat het moet gaan om een video-uploader op Instagram, Youtube en/of TikTok met meer dan 500.000 abonnees/volgers. Een neven-eis is dat deze video-uploader in de laatste 12 maanden tenminste 24 video’s online heeft gezet. Na verloop van tijd zal deze drempel worden verlaagd, zodat meer video-uploaders onder toezicht van het Commissariaat komen te staan.

Nadere regels in de toekomst

De regels die hierboven behandeld zijn, vormen slechts een deel van de regels uit de Mediawet waar de influencers zich voortaan aan moeten houden. Het Commissariaat heeft er namelijk voor gekozen om gefaseerd het toezicht op te schroeven, waardoor er vanaf 1 juli uitsluitend actief toezicht wordt gehouden op bovenstaande regels. In een later stadium zal van de invloedrijke influencers onder meer worden verlangd dat een bepaald percentage van de video’s bestaat uit zogenaamde Europese producties, dat ze beschikken over een redactiestatuut en dat ze maatregelen treffen om de toegankelijkheid voor met name visueel en auditief gehandicapten te bevorderen. Indien het Commissariaat besluit ook actief toezicht te gaan houden op andere regels in de loop van de tijd, zullen zij dit kenbaar maken aan het publiek. Op die manier worden influencers in staat geacht om de nieuwe regels op een juiste wijze na te leven. Heb je vragen over deze nieuwe regels van het Commisariaat, of reclameregels in het algemeen? Wij helpen je graag! Neem vrijblijvend contact op met een van onze IE-specialisten. Britt stagiaire [post_title] => Strengere regels voor invloedrijke influencers [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => strengere-regels-voor-invloedrijke-influencers [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-05-23 09:52:21 [post_modified_gmt] => 2022-05-23 07:52:21 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30304 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [9] => WP_Post Object ( [ID] => 30288 [post_author] => 16 [post_date] => 2022-05-20 09:37:40 [post_date_gmt] => 2022-05-20 07:37:40 [post_content] => Voor het uitvoeren van een geneeskundige handeling zal de patiënt expliciet toestemming moeten geven op grond van de WGBO [Wet Geneeskundige Behandelings Overeenkomst]. Daarom moet een zorgverlener de patiënt duidelijk informeren over de voorgenomen behandeling. Pas als er toestemming is gegeven kan aangevangen worden met de behandeling.

Welke informatie moet verstrekt worden?

De zorgverlener moet de patiënt informeren over:
  • de aard en het doel van de behandeling,
  • diagnose en prognose,
  • aan de medische behandeling verbonden risico’s,
  • gevolgen van niet behandelen,
  • welke eventuele alternatieven er zijn.

Altijd toestemming vereist?

De informatieverstrekking  en toestemmingvereiste is verplicht en wettelijk vastgelegd [art. 7:448 BW en 7: 450BW]. Alleen als het een ingrijpende riskante behandeling is is expliciete toestemming vereist.  De toestemming moet ook in het dossier worden vastgelegd [zgn. informed consent]. Bij minder ingrijpende of noodzakelijke spoedverrichting mag de zorgverlener uitgaan van impliciete of stilzwijgende toestemming.

Kans op ernstige complicaties

Het verdient aanbeveling om in het algemeen de patiënt zo een goed mogelijk inzicht te geven in wat hij/zij te verwachten heeft. Zeker als de complicaties ernstig kunnen zijn. Echter er bestaat geen rechtsplicht daartoe als de kans op complicaties geringer is dan 1%.  Hoe groot de kans is op  complicaties blijkt uit literatuur, gebaseerd op wetenschappelijk onderzoek. Zie ook: ECLI NL TGZRGRO2021 45 Edith de Koning [post_title] => Medische behandeling met risico’s [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => medische-behandeling-met-risicos [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-05-20 09:37:40 [post_modified_gmt] => 2022-05-20 07:37:40 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30288 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) ) [post_count] => 10 [current_post] => -1 [before_loop] => 1 [in_the_loop] => [post] => WP_Post Object ( [ID] => 30577 [post_author] => 26 [post_date] => 2022-06-13 11:20:31 [post_date_gmt] => 2022-06-13 09:20:31 [post_content] => Je hebt een webshop en je wilt graag klanten aantrekken. Je kunt dan Google Shopping advertenties gebruiken. Google Shopping toont jouw producten, vergelijkt deze met producten van andere aanbieders en verwijst potentiële kopers door naar jouw webshop. Door sommige partijen wordt hier slim gebruik van gemaakt door lagere prijzen te tonen via Google Shopping. Koop je het product direct via de website van de aanbieder, dan betaal je meer. Mag dit?

123inkt vs. Prindo

Een van deze slimme partijen is Prindo. Prindo biedt namelijk cartridges aan via Google Shopping voor ongeveer € 25 minder dan wanneer je direct haar website bezoekt. Kort gezegd, kom je via Google Shopping bij Prindo? Dan betaal je € 25 minder dan wanneer je direct naar de website van Prindo gaat. Zo is Prindo in de vergelijking van Google Shopping altijd de goedkoopste en aantrekkelijkste aanbieder. Concurrent 123inkt daar niet blij mee en start  een procedure. Volgens 123inkt maakt Prindo zich schuldig aan misleidende reclame en ongeoorloofde vergelijkende reclame.

Misleidende reclame

Van misleidende reclame is sprake als onjuiste informatie wordt gegeven of essentiële informatie niet wordt gegeven. Door (het ontbrekend van) die informatie kan de klant namelijk een aankoopbeslissing nemen die hij met de juiste informatie niet had genomen. Volgens de rechtbank heeft Prindo echter geen onjuiste informatie gegeven. De klant betaalt namelijk daadwerkelijk de via Google Shopping vermelde prijs. Ook is er geen sprake van het ontbreken van essentiële informatie. Een aanbieder die aan prijsdifferentiatie doet, hoeft niet bij het duurdere product te vermelden dat het product ergens anders goedkoper wordt aangeboden.

Ongeoorloofde vergelijkende reclame

Reclame waarin producten van concurrenten worden vergeleken (vergelijkende reclame) is alleen toegestaan als aan de voorwaarden in artikel 6:194a lid 2 BW is voldaan. Bijvoorbeeld:
  • Je moet producten objectief vergelijken (zoals de prijs);
  • Je mag niet je niet kleinerend uitlaten over het product van de ander.
In dit geval is volgens de rechtbank Amsterdam aan alle voorwaarden uit artikel 6:194a lid 2 BW voldaan. Er is dus geen sprake van ongeoorloofde vergelijkende reclame.

Vragen?

Heb je vragen over misleidende reclame of vergelijkende reclame? Of wil je door ons laten beoordelen of jouw reclame juridisch toegestaan is? Neem vrijblijvend contact op met Frédérique Kuiper via kuiper@bg.legal. Mogelijk zijn ook onze abonnementen BG.legal Marketing Noodlijn en/of BG.legal Brainstormsessies interessant. Frédérique Kuiper 1 [post_title] => Afwijkende prijzen in Google Shopping: is dat misleidende reclame? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => afwijkende-prijzen-in-google-shopping-is-dat-misleidende-reclame [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-06-13 11:20:31 [post_modified_gmt] => 2022-06-13 09:20:31 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30577 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [comment_count] => 0 [current_comment] => -1 [found_posts] => 1326 [max_num_pages] => 133 [max_num_comment_pages] => 0 [is_single] => [is_preview] => [is_page] => [is_archive] => 1 [is_date] => [is_year] => [is_month] => [is_day] => [is_time] => [is_author] => [is_category] => [is_tag] => [is_tax] => 1 [is_search] => [is_feed] => [is_comment_feed] => [is_trackback] => [is_home] => [is_privacy_policy] => [is_404] => [is_embed] => [is_paged] => 1 [is_admin] => [is_attachment] => [is_singular] => [is_robots] => [is_favicon] => [is_posts_page] => [is_post_type_archive] => [query_vars_hash:WP_Query:private] => 66d2c9487125c93ed7f9045877a899fd [query_vars_changed:WP_Query:private] => [thumbnails_cached] => [allow_query_attachment_by_filename:protected] => [stopwords:WP_Query:private] => [compat_fields:WP_Query:private] => Array ( [0] => query_vars_hash [1] => query_vars_changed ) [compat_methods:WP_Query:private] => Array ( [0] => init_query_flags [1] => parse_tax_query ) [tribe_is_event] => [tribe_is_multi_posttype] => [tribe_is_event_category] => [tribe_is_event_venue] => [tribe_is_event_organizer] => [tribe_is_event_query] => [tribe_is_past] => [tribe_controller] => Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller Object ( [filtering_query:Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller:private] => WP_Query Object *RECURSION* ) )
Je hebt een webshop en je wilt graag klanten aantrekken. Je kunt dan Google Shopping advertenties gebruiken. Google Shopping toont jouw producten, vergelijkt deze met producten van andere aanbieders en...
Lees meer
Uit onderzoek van de Italiaanse privacy-toezichthouder (de GPDP) bleek dat het bezorgingsplatform Foodinho slordig omging met de persoonsgegevens van haar medewerkers. Daarom leek het ons interessant om te bekijken welke...
Lees meer
Minister Hugo de Jonge, de minister voor Volkshuisvesting en Ruimtelijke Ordening (VRO), wil met een serie plannen de woningmarkt duurzamer maken. Met hoge ambities ziet hij volop draagvlak voor het...
Lees meer
Bedrijven gaan er vermoedelijk steeds meer mee te maken krijgen: de vordering op een schuldenaar wordt betrokken in een WHOA-akkoord. Dat hoeft de schuldeiser niet lijdzaam af te wachten. De...
Lees meer
Over de zogenaamde tenzij-bepaling van art. 7:755 BW is begin dit jaar een belangrijk advies aan de Hoge Raad verschenen. Art. 7:755 BW bepaalt dat een aannemer tijdig dient te...
Lees meer
Het is een jaarlijks terugkerend thema: het vaststellen, opmaken en openbaar maken (deponeren) van de jaarrekening. Wat veel bestuurders of ondernemers vergeten is dat aan het niet of niet-tijdig deponeren...
Lees meer
Nee? Dan wordt het tijd dat u in actie komt. Vanaf 1 januari 2023 geldt immers de label C verplichting voor kantoorgebouwen die groter zijn dan 100 m², monumentale gebouwen...
Lees meer
Het uiterlijk van een product kan een doorslaggevend element zijn voor de keuze van de consument om een product aan te schaffen of juist niet. Tevens kan het uiterlijk de...
Lees meer
Op 17 mei jl. bracht het Commissariaat voor de Media het bericht naar buiten dat invloedrijke YouTubers, TikTokkers en Instagrammers per 1 juli onder de Mediawet zullen vallen. Deze video-uploaders...
Lees meer
Voor het uitvoeren van een geneeskundige handeling zal de patiënt expliciet toestemming moeten geven op grond van de WGBO [Wet Geneeskundige Behandelings Overeenkomst]. Daarom moet een zorgverlener de patiënt duidelijk...
Lees meer