Blog van medewerkers

WP_Query Object
(
    [query] => Array
        (
            [paged] => 42
            [news-type] => blog
        )

    [query_vars] => Array
        (
            [paged] => 42
            [news-type] => blog
            [error] => 
            [m] => 
            [p] => 0
            [post_parent] => 
            [subpost] => 
            [subpost_id] => 
            [attachment] => 
            [attachment_id] => 0
            [name] => 
            [pagename] => 
            [page_id] => 0
            [second] => 
            [minute] => 
            [hour] => 
            [day] => 0
            [monthnum] => 0
            [year] => 0
            [w] => 0
            [category_name] => 
            [tag] => 
            [cat] => 
            [tag_id] => 
            [author] => 
            [author_name] => 
            [feed] => 
            [tb] => 
            [meta_key] => 
            [meta_value] => 
            [preview] => 
            [s] => 
            [sentence] => 
            [title] => 
            [fields] => 
            [menu_order] => 
            [embed] => 
            [category__in] => Array
                (
                )

            [category__not_in] => Array
                (
                )

            [category__and] => Array
                (
                )

            [post__in] => Array
                (
                )

            [post__not_in] => Array
                (
                )

            [post_name__in] => Array
                (
                )

            [tag__in] => Array
                (
                )

            [tag__not_in] => Array
                (
                )

            [tag__and] => Array
                (
                )

            [tag_slug__in] => Array
                (
                )

            [tag_slug__and] => Array
                (
                )

            [post_parent__in] => Array
                (
                )

            [post_parent__not_in] => Array
                (
                )

            [author__in] => Array
                (
                )

            [author__not_in] => Array
                (
                )

            [search_columns] => Array
                (
                )

            [ignore_sticky_posts] => 
            [suppress_filters] => 
            [cache_results] => 1
            [update_post_term_cache] => 1
            [update_menu_item_cache] => 
            [lazy_load_term_meta] => 1
            [update_post_meta_cache] => 1
            [post_type] => 
            [posts_per_page] => 10
            [nopaging] => 
            [comments_per_page] => 50
            [no_found_rows] => 
            [taxonomy] => news-type
            [term] => blog
            [order] => DESC
        )

    [tax_query] => WP_Tax_Query Object
        (
            [queries] => Array
                (
                    [0] => Array
                        (
                            [taxonomy] => news-type
                            [terms] => Array
                                (
                                    [0] => blog
                                )

                            [field] => slug
                            [operator] => IN
                            [include_children] => 1
                        )

                )

            [relation] => AND
            [table_aliases:protected] => Array
                (
                    [0] => wp_term_relationships
                )

            [queried_terms] => Array
                (
                    [news-type] => Array
                        (
                            [terms] => Array
                                (
                                    [0] => blog
                                )

                            [field] => slug
                        )

                )

            [primary_table] => wp_posts
            [primary_id_column] => ID
        )

    [meta_query] => WP_Meta_Query Object
        (
            [queries] => Array
                (
                )

            [relation] => 
            [meta_table] => 
            [meta_id_column] => 
            [primary_table] => 
            [primary_id_column] => 
            [table_aliases:protected] => Array
                (
                )

            [clauses:protected] => Array
                (
                )

            [has_or_relation:protected] => 
        )

    [date_query] => 
    [queried_object] => WP_Term Object
        (
            [term_id] => 56
            [name] => Blog van medewerkers
            [slug] => blog
            [term_group] => 0
            [term_taxonomy_id] => 56
            [taxonomy] => news-type
            [description] => 
            [parent] => 0
            [count] => 1326
            [filter] => raw
        )

    [queried_object_id] => 56
    [request] => SELECT SQL_CALC_FOUND_ROWS  wp_posts.ID
					 FROM wp_posts  LEFT JOIN wp_term_relationships ON (wp_posts.ID = wp_term_relationships.object_id) LEFT  JOIN wp_icl_translations wpml_translations
							ON wp_posts.ID = wpml_translations.element_id
								AND wpml_translations.element_type = CONCAT('post_', wp_posts.post_type) 
					 WHERE 1=1  AND ( 
  wp_term_relationships.term_taxonomy_id IN (56)
) AND ((wp_posts.post_type = 'post' AND (wp_posts.post_status = 'publish' OR wp_posts.post_status = 'acf-disabled' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-success' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-failed' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-schedule' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-pending' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-draft'))) AND ( ( ( wpml_translations.language_code = 'nl' OR (
					wpml_translations.language_code = 'nl'
					AND wp_posts.post_type IN ( 'attachment' )
					AND ( ( 
			( SELECT COUNT(element_id)
			  FROM wp_icl_translations
			  WHERE trid = wpml_translations.trid
			  AND language_code = 'nl'
			) = 0
			 ) OR ( 
			( SELECT COUNT(element_id)
				FROM wp_icl_translations t2
				JOIN wp_posts p ON p.id = t2.element_id
				WHERE t2.trid = wpml_translations.trid
				AND t2.language_code = 'nl'
                AND (
                    p.post_status = 'publish' OR p.post_status = 'private' OR 
                    ( p.post_type='attachment' AND p.post_status = 'inherit' )
                )
			) = 0 ) ) 
				) ) AND wp_posts.post_type  IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' )  ) OR wp_posts.post_type  NOT  IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' )  )
					 GROUP BY wp_posts.ID
					 ORDER BY wp_posts.menu_order, wp_posts.post_date DESC
					 LIMIT 410, 10
    [posts] => Array
        (
            [0] => WP_Post Object
                (
                    [ID] => 30145
                    [post_author] => 6
                    [post_date] => 2022-05-06 09:29:48
                    [post_date_gmt] => 2022-05-06 07:29:48
                    [post_content] => Sinds de uitspraak van de Hoge Raad van februari 2021 over de (beperkte) bescherming van beschrijvende handelsnamen, zijn er alweer verschillende uitspraken gevolgd van lagere rechters. In één van mijn eerdere blogs leek de rechtbank Den Haag toch de mogelijkheid te zien om de beschrijvende handelsnaam ‘Budget Verhuisservice’ te beschermen. In weer een recentere uitspraak (op 9 maart 2022) van de rechtbank Midden-Nederland kwam een beschrijvende handelsnaam weer niet in aanmerking voor bescherming.

Het geschil bij de rechtbank Midden-Nederland

In het recente geschil stonden twee partijen tegenover elkaar. De ene partij (trainingskampen.nl B.V.) gebruikt sinds 2001 de domeinnaam www.trainingskampen.nl als handelsnaam voor het verzorgen van sportreizen. Ook gebruikt zij een (zwart-wit-groen-rood) logo waarin deze naam is verwerkt. De andere partij (Voetbalreizen.com B.V.) is eind 2020 de domeinnaam www.trainingskamp.com als handelsnaam gaan gebruiken. Zij biedt onder deze naam ook sportreizen aan. Ook heeft zij een logo waarin de naam trainingskamp.com wordt gebruikt met dezelfde kleuren. Trainingskampen.nl is niet blij met het gebruik van de zeer overeenstemmende handelsnaam en logo. Zij daagt Voetbalreizen.com B.V. dan ook voor de rechter.

Maakt de handelsnaam trainingskamp.com inbreuk op trainingskampen.nl?

De rechter oordeelt dat er geen sprake is van handelsnaaminbreuk. Niet omdat de handelsnamen niet voldoende op elkaar zouden lijken, maar doordat de handelsnaam trainingkampen.nl niet kan worden beschermd. Zij oordeelt namelijk – in mijn optiek in lijn met de visie van de Hoge Raad – dat om bescherming te kunnen geniet, het publiek jouw handelsnaam als jóuw handelsnaam moet herkennen. Bij beschrijvende namen zal daar niet snel sprake van zijn, tenzij de handelsnaam enige bekendheid heeft gegenereerd. Voorbeeld Zo zal men bijvoorbeeld de naam ‘Kapper’ voor een kapperszaak niet snel koppelen aan een specifieke kapperszaak. Daar zal alleen sprake van zijn als die naam enige bekendheid (onderscheidend vermogen) heeft gekregen bij het publiek.

Geen onderscheidend vermogen

De voorzieningenrechter oordeelt dat niet is gebleken dat de handelsnaam trainingskampen.nl zodanig (intensief) is gebruikt dat het publiek de handelsnaam herkent of associeert met de onderneming van trainingskampen.nl B.V.

Vragen?

Wil je een bedrijf oprichten en/of product op de markt brengen, maar weet je nog niet of je de naam die je bedacht hebt mag gebruiken? Wij adviseren je graag! Ook als iemand anders jouw bedrijfsnaam of productnaam kopieert, helpen wij je graag. Meer weten? Neem vrijblijvend contact op.  [post_title] => De strijd om de beschrijvende handelsnamen: Trainingskampen.nl en Trainingskamp.nl [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => de-strijd-om-de-beschrijvende-handelsnamen-trainingskampen-nl-en-trainingskamp-nl [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-10-03 11:06:54 [post_modified_gmt] => 2022-10-03 09:06:54 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30145 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [1] => WP_Post Object ( [ID] => 30185 [post_author] => 39 [post_date] => 2022-05-05 09:26:06 [post_date_gmt] => 2022-05-05 07:26:06 [post_content] =>

Inleiding

Naast diverse – door de Minister aangewezen – noodopvanglocaties voor de tijdelijke huisvesting van Oekraïense vluchtelingen, wordt er door gemeenten druk geïnventariseerd naar opvanglocaties op plekken die daar niet voor bestemd zijn, zoals bedrijfslocaties, leegstaande (school)gebouwen en dergelijke. Ook wordt er door het kabinet ruim baan gegeven aan de opvang van Oekraïense vluchtelingen ‘bij de mensen thuis’.  Vanwege de schrijnende situatie wordt vaak voorbij gegaan aan de juridische consequenties. Kan dit namelijk allemaal wel zomaar? In deze bijdrage zal ik stilstaan bij de huisvesting van Oekraïense vluchtelingen in grofweg (i) woningen en (ii) bedrijfslocaties. De aanwijzing van tijdelijke noodopvanglocaties en de Europeesrechtelijke grondslag daarvan zal in dit blog niet verder aan de orde komen.

De verschillende opvangwijzen en aandachtspunten

De organisaties Rode Kruis, Vluchtelingenwerk Nederland, het Leger des Heils en de Stichting Takecarebnb hebben in samenwerking met gemeenten en in opdracht van het Ministerie van Justitie en Veiligheid een initiatief genaamd ‘RefugeeHomeNL’ opgezet om het voor particuliere woningeigenaars mogelijk te maken Oekraïense vluchtelingen op te vangen. De Rijksoverheid heeft hiervoor deze Handreiking gepubliceerd. Er wordt daarbij voornamelijk ingezet op gasthuishoudens (gastgezinnen), met andere woorden zonder dat woningeigenaars daarvoor een vergoeding krijgen. Ook zijn er allerlei private organisaties die als tussenpersoon woningruimte aanbieden voor Oekraïense vluchtelingen. Daarnaast zien wij dat verschillende gemeenten de (grootschalige) huisvesting van Oekraïense vluchtelingen (tijdelijk) mogelijk willen maken op bedrijventerreinen. Zelfs met de verregaande bereidwilligheid van alle betrokken organisaties, is het als particuliere woningeigenaar of eigenaar van een bedrijfspand verstandig om de opvang van vluchtelingen goed te regelen. Hierbij kan onder meer worden gedacht aan:
  • De invulling van de overeenkomst, de eventuele differentiatie van personen, de eventuele vergoeding, de aansprakelijkheid voor diefstal of schade en de mogelijkheden voor (tussentijdse) beëindiging;
  • Of het huisvesten van Oekraïense vluchtelingen planologisch gezien wel mogelijk is;
  • Of het huisvesten van Oekraïense vluchtelingen niet leidt tot onttrekking aan de woningvoorraad;

Het bestemmingsplan

In veel bestemmingsplannen staat opgenomen dat een woning alleen bestemd is om te worden bewoond door één huishouden. Indien een volledige woning aan één Oekraïense familie of stel wordt verhuurd of in gebruik wordt gegeven zal dit niet snel tot problemen leiden. Indien een deel van de woning, waarin u zelf woonachtig bent, wordt verhuurd (hospitahuur) of in gebruik wordt gegeven (inwoning) of u meerdere Oekraïense vluchtelingen die niet tot hetzelfde gezin behoren wil huisvesten, dan kan dit echter tot problemen leiden. Over de planologische pijnpunten schreven wij eerder dit blog. In bedrijfspanden geldt dit probleem zo mogelijk nog meer. In de regel is het planologisch niet toegelaten om in een bedrijfsruimte mensen te huisvesten. Het is daarom zaak om het geldende bestemmingsplan goed te beoordelen en hier met de gemeente afspraken over de maken, al dan niet in een anterieure overeenkomst. Mogelijk is een (tijdelijke) omgevingsvergunning vereist.

De Huisvestingswet

Daarnaast is het in de Huisvestingswet verboden om een door de gemeente aangewezen woonruimte te onttrekken aan de woningvoorraad. Dit probleem zal zich met name voor kunnen doen bij (particuliere) woningeigenaars. Het is aan de gemeente om in een Huisvestingsverordening vast te leggen welke activiteiten verboden zijn. De gemeente kan een woningeigenaar een zogenoemde onttrekkingsvergunning verlenen om het met de Huisvestingsverordening strijdige gebruik te legaliseren. Niet iedere gemeente heeft overigens een Huisvestingsverordening. Het is zaak om te beoordelen of uw gemeente een Huisvestingsverordening heeft en welk gebruik al dan niet is toegelaten. Diverse gemeenten laten overigens hospitahuur of inwoning toe.

Huurbescherming

Oekraïense vluchtelingen die in Nederland zijn opgevangen hebben op grond van de Regeling Opvang Ontheemden Oekraïne (ROO) recht op leefgeld. Dit leefgeld is niet primair bedoeld om uit te geven aan woonkosten. Uit een Kamerbrief van 21 maart 2022 blijkt dat het aan de Oekraïense vluchtelingen zelf is om met (een deel van) het leefgeld bij te dragen in de kosten van opvang bij een gastgezin. Zeker indien er een vergoeding wordt bedongen is het raadzaam om bedacht te zijn op het risico dat bij het huisvesten van Oekraïense vluchtelingen huurrechten kunnen ontstaan. Daarover schreven wij in het kader van de huisvesting van arbeidsmigranten eerder in dit blog. Als eigenaar/verhuurder van een pand wilt u natuurlijk zelf de regie houden over de eventuele beëindiging van de huisvesting. Veelal wordt er om die reden geopteerd voor en gebruikersovereenkomst, waarbij de gebruiker zich niet op huurbescherming zou moeten kunnen beroepen. Dit is niet geheel zonder risico. Kort gezegd bestaat er een risico dat er een huurovereenkomst, met daarbij behorende huurrechten, ontstaan indien er een tegenprestatie wordt bedongen. Zo is het vaste rechtspraak dat de tegenprestatie slechts een symbolisch karakter mag hebben of slechts ziet op de gebruikskosten (w.o. energielasten) of kosten van beheer en bemiddeling. Is dit niet het geval, dan is er in de regel sprake van een huurovereenkomst. Over deze problematiek schreven wij eerder in dit blog. Daarbij maakt het overigens niet uit dat er met bijvoorbeeld een tussenpersoon of de gemeente wordt gecontracteerd. Het uiteindelijke gebruik is daarbij relevant. Hierover schreven wij eerder in dit blog. Om dit te ondervangen kan de verhuurder kiezen voor een tijdelijke huurovereenkomst als bedoeld in artikel 7:271 lid 1 BW voor de duur van maximaal twee (zelfstandige woonruimte) of vijf (onzelfstandige woonruimte) jaar. Het probleem is echter dat niemand kan inschatten hoe lang de vluchtelingen moeten worden opgevangen. Dit zal ten dele afhangen van de huisvestingscapaciteiten van het COA / de gemeenten en de duur van de oorlog. Het is overigens niet mogelijk een tijdelijke huurovereenkomst met dezelfde personen te verlengen. Dan ontstaat er namelijk een huurovereenkomst voor onbepaalde tijd. Een tijdelijke huurovereenkomst biedt mogelijk niet in alle scenario’s de beste optie.

Tips voor de praktijk

  • Bedenk van tevoren goed welke vorm van huisvesting voor uw specifieke situatie het best passend is;
  • Leg afspraken, of het nu met de gemeente/belangenorganisaties en/of de vluchtelingen zelf zijn, goed vast in een schriftelijke overeenkomst;
  • Wees bewust van het risico op huurbescherming en kaart deze risico’s van tevoren goed af;
  • Beoordeel of dat de huisvesting van Oekraïense vluchtelingen in uw situatie vergunningplichtig is.
Wilt u meer advies of hulp bij het opstellen van een (gebruiks)overeenkomst, neemt u dan gerust vrijblijvend contact op. Michael de Marco 3 [post_title] => De huisvesting van Oekraïense vluchtelingen [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => de-huisvesting-van-oekraiense-vluchtelingen [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-05-05 09:27:14 [post_modified_gmt] => 2022-05-05 07:27:14 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30185 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [2] => WP_Post Object ( [ID] => 30135 [post_author] => 2 [post_date] => 2022-05-03 09:51:49 [post_date_gmt] => 2022-05-03 07:51:49 [post_content] => Het Brabants Dagblad opende vrijdag 29 april jl. met de vraag of Heesen Yachts uit Oss kopje ondergaat door haar Russische eigenaar. De jachtenbouwer zou snel af willen van baas Vagis Alekperov maar de notaris zou dwarsliggen. Het is echter de vraag of Heesen de banden met de eigenaar serieus wil verbreken. Dat blijkt in ieder geval niet uit het voor de Rechtbank Amsterdam gevoerde kort geding waarin op 28 april 2022 uitspraak werd gedaan.

Belang onderneming

Heesen voerde in het kort geding twee sterke argumenten aan die de notaris en de rechter moesten bewegen medewerking te verlenen aan de voorgenomen transactie. Ten eerste zou het faillissement van de scheepswerf, waardoor de werkgelegenheid van ongeveer 1000 medewerkers in gevaar zou komen en ook toeleveranciers de dupe zouden worden, onvermijdelijk zijn als de Russische eigenaar op de nieuwe EU sanctielijst zou komen te staan. Als tweede argument werd aangevoerd dat de vennootschap om die reden een groot en spoedeisend belang zou hebben om zo snel als mogelijk haar banden te verbreken met haar Russische eigenaren. Maar wat hield die transactie nu precies in? De bedoeling is om alle aandelen te verkopen en te leveren aan een nog op te richten Stichting Continuïteit. Die stichting zou de koopprijs schuldig blijven en die zou worden omgezet in een lening. Gelet op deze grote belangen zou je verwachten dat volledige opening van zaken gegeven zou worden. Maar dat gebeurt niet, zodat het vonnis van de Rechtbank Amsterdam om de notaris geen opdracht te geven zijn medewerking te verlenen, niet als een verrassing komt.

Uitspraak rechtbank

De rechtbank overweegt dat met de voorgenomen transactie op dit moment geen sancties overtreden worden maar dat de notaris toch haar medewerking heeft geweigerd omdat zij geen medewerking kan verlenen aan transacties die potentieel bijdragen aan het ontwijken van maatregelen en sancties. De rechtbank stelt ook vast dat niet is tegengesproken dat de eigenaar van Heesen behoort of behoorde tot de inner circle van de Russische president Poetin en dat de reële mogelijkheid bestaat dat hij (op korte termijn) op de sanctielijst van de EU komt te staan. De rechtbank begrijpt dan ook dat de notaris een redelijke overtuiging of een redelijk vermoeden kon hebben van het schenden of omzeilen van sancties. Maar ook de voorgenomen verkoop van aandelen aan de stichting en het gebrek aan informatie speelt een rol. De rechtbank overweegt dat geen nadere stukken of argumenten zijn ingebracht en met name dat de concept stukken van de voorgenomen transactie ontbreken. Hoe valt dan te controleren dat het geen schijnconstructie is? Door Heesen is in het kort geding gesteld dat de Russische eigenaren na de voorgenomen transactie geen enkele zeggenschap meer zouden hebben in de onderneming. De rechtbank overweegt daarover terecht dat of dit juist is (en of zij niet toch een financieel belang houden), door het ontbreken van relevante stukken, niet kan worden vastgesteld.

Geen verbreking van de banden

Het is de bedoeling dat de koopprijs schuldig gebleven wordt door middel van een lening. Daarmee houden de Russische eigenaren toch grip op en de controle over de onderneming. We kennen de stukken niet, maar een lening wordt in de regel niet op de blauwe ogen verstrekt. Het is gebruikelijk dat de verkoper/geldschieter zekerheden bedingt voor het geval dat de lening niet of niet tijdig wordt terugbetaald. Denk aan een pandrecht op de aandelen. Door uitwinning van die aandelen zouden de Russische eigenaren weer (indirect) de economische en juridische zeggenschap over de onderneming kunnen krijgen. Ook is geen openheid van zaken gegeven over de personen die de Stichting Continuïteit zouden gaan besturen. De continuïteit van de scheepswerf en met name het voortbestaan van de werkgelegenheid van ongeveer 1000 medewerkers is een terecht punt van zorg, maar die belangen worden niet gediend in het geval dat een onduidelijk en onvolledig verhaal gepresenteerd wordt en geen echte opening van zaken gegeven wordt. Als het echt om het voortbestaan van de onderneming en de werkgelegenheid gaat zou het logischer zijn geweest meer transparantie te betrachten. Ook zouden de aandelen en de zeggenschap overgedragen kunnen worden aan een partij die niet op enige sanctielijst vermeld staat en zouden de banden in ieder geval onvoorwaardelijk verbroken moeten worden. Of die partij te vinden is en of dat haalbaar is, is vanzelfsprekend een andere vraag. Kim Albert, advocaat te 's-Hertogenbosch bij BG.legal. Kim Albert [post_title] => Onderneming en personeel Heesen hebben recht op transparantie [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => onderneming-en-personeel-heesen-hebben-recht-op-transparantie [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-05-03 09:51:49 [post_modified_gmt] => 2022-05-03 07:51:49 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30135 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [3] => WP_Post Object ( [ID] => 30115 [post_author] => 43 [post_date] => 2022-04-29 16:58:06 [post_date_gmt] => 2022-04-29 14:58:06 [post_content] => De pre-pack is een onderwerp dat in de herstructureringspraktijk al jaren ter discussie staat. Met een pre-pack wordt een doorstart vanuit faillissement al voorafgaand aan dat faillissement voorbereid. De afgelopen jaren leek een pre-pack onmogelijk/onwerkbaar, nu het Hof van Justitie van de Europese Unie in het Smallsteps-arrest had geoordeeld dat de doorstarter (kortgezegd) al het personeel van het failliete bedrijf zou moeten overnemen. Met het deze week gewezen Heiploeg-arrest lijkt het Hof de pre-pack echter nieuw leven in te blazen.

Smallsteps 

Het Hof oordeelde in Smallsteps dat in artikel 3 en 4 van de Richtlijn 2001/23/EG opgenomen bescherming van werknemers gold in geval van een vóór de faillietverklaring voorbereide en onmiddellijk daarna uitgevoerde pre-pack. Een pre-pack zou niet vallen onder de uitzondering van artikel 5 van de Richtlijn. Het was immers geen ‘faillissementsprocedure of in een soortgelijke procedure met het oog op de liquidatie van het vermogen van de vervreemder [het bedrijf dat gebruik maakt van een pre-pack] onder toezicht van een overheidsinstantie’.

Heiploeg

In Heiploeg komt het Hof hierop terug. De uitzondering van artikel 5 van de Richtlijn is ook van toepassing wanneer de overgang van (een deel van) een onderneming is voorbereid in het kader van een pre-packprocedure die in de faillissementsprocedure een liquidatie van de draaiende onderneming vergemakkelijkt, waarbij een zo hoog mogelijke uitbetaling aan de gezamenlijke schuldeisers wordt bereikt en de werkgelegenheid zo veel mogelijk wordt behouden. Dit moet steeds per geval worden vastgesteld. Het Hof verbindt daar nog wel de voorwaarde aan dat een dergelijke pre-packprocedure wordt geregeld in wettelijke of bestuursrechtelijke bepalingen. Het Hof oordeelt daarbij ook dat wel degelijk sprake is van ‘toezicht van een overheidsinstantie’, wanneer de pre-pack is voorbereid door een beoogd curator onder toezicht van een beoogd rechtercommissaris. Dit nogmaals onder de voorwaarde dat een dergelijke pre-packprocedure wordt geregeld in wettelijke of bestuursrechtelijke bepalingen. Kort en goed lijkt de pre-pack aldus terug van weggeweest en (onder voorwaarden) weer mogelijk. Het Hof heeft immers in haar Smallsteps-arrest al vastgesteld dat de pre-packprocedure voortkomt uit de rechtspraak en geen grondslag heeft in Nederlandse wet- of regelgeving. Het lijkt nu aldus aan de wetgever om een wettelijk kader voor de pre-pack vast te stellen. Een wetsvoorstel ligt al een tijdje op de plank, de Wet continuïteit ondernemingen I. Het lijkt hoog tijd, ook gelet op de gevolgen van de coronacrisis, dit wetsvoorstel weer af te stoffen en de pre-pack een wettelijke basis te geven. Heeft u vragen? Neem dan contact op met de sectie Insolventierecht. Tom Oerlemans [post_title] => De pre-pack, terug van weggeweest? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => de-pre-pack-terug-van-weggeweest [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-04-29 17:01:11 [post_modified_gmt] => 2022-04-29 15:01:11 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30115 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [4] => WP_Post Object ( [ID] => 30081 [post_author] => 57 [post_date] => 2022-04-29 16:21:13 [post_date_gmt] => 2022-04-29 14:21:13 [post_content] => De rechtbank Amsterdam heeft op verzoek van het Openbaar Ministerie (OM) en een aantal betrokkenen in een beschikking Siewert van Lienden en Bernd Damme geschorst als bestuurders van de Stichting Hulptroepen Alliantie (SHA). Ook is er een nieuwe bestuurder aangesteld, de advocaat Wouter Jongepier. Mag de rechtbank zomaar bestuurders vervangen van een stichting?

Schorsing stichtingsbestuur door rechter

Artikel 298 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek bepaalt dat een bestuurder die handelt in strijd met de wet of de statuten van de stichting of zich schuldig maakt aan wanbeheer op verzoek van het OM of een belanghebbende door de rechtbank ontslagen of geschorst kan worden. In dit geval heeft de rechtbank gekozen voor een schorsing voor zolang het onderzoek duurt. Hiertoe heeft de rechtbank besloten omdat het duidelijk is dat de twee geschorste bestuurders in ieder geval tegenstrijdige belangen hadden en concurreerde met SHA. Daarnaast loopt er ook een strafrechtelijk onderzoek tegen deze twee bestuurders wegens hun handelen binnen SHA en door hen te schorsen wil de rechter voorkomen dat ze de middelen van SHA misbruiken of het onderzoek belemmeren.

Rechter benoemt nieuwe bestuurders

Naast het schorsen van bestuurders kan de rechtbank op verzoek van het OM of een belanghebbende ook een bestuur wat niet volledig is volgens de statuten van de stichting aanvullen met nieuwe bestuurders op basis van artikel 299 van Boek 2 van het Burgerlijk Wetboek. In dit geval had het OM specifiek om mr. Jongepier verzocht en aan dat verzoek heeft de rechtbank gehoor gegeven. Hij is nu in ieder geval tijdelijk aangesteld als enige bestuurder van SHA om alle spoedeisende zaken te behandelen.

Conclusie

Bestuurders van stichtingen moeten dus oppassen dat ze niet concurreren met hun eigen stichting. Ze moeten zich aan de wet en de statuten houden en de stichting fatsoenlijk beheren. Als u vragen heeft over de verplichtingen van bestuurders, dan kunt u contact opnemen met de sectie ondernemingsrecht. Dit artikel is geschreven door Robin Verhoef. Robin Verhoef [post_title] => Bestuur Stichting Hulptroepen Alliantie geschorst [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => bestuur-stichting-hulptroepen-alliantie-geschorst [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-04-29 16:23:56 [post_modified_gmt] => 2022-04-29 14:23:56 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30081 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [5] => WP_Post Object ( [ID] => 29984 [post_author] => 26 [post_date] => 2022-04-28 14:30:10 [post_date_gmt] => 2022-04-28 12:30:10 [post_content] => Niet alleen de situatie in Oekraïne en de fors gestegen bouwkosten, waar eerder aandacht aan werd besteed in de blog ‘Risico’s afdekken tegen prijsstijgingen bouw’, zorgen voor grote onzekerheden in de bouw. Lange administratieve processen met name bij het Rijk leveren trage betalingen op en leiden ook tot spanning binnen de bouwsector.

Halveren van wettelijk betalingstermijn

De Tweede Kamer nam midden maart het wetsvoorstel aan om betaaltermijnen op facturen te halveren van 60 naar 30 dagen zodat kleine bedrijven sneller worden uitbetaald door grote bouwbedrijven. Naar aanleiding van het wetsvoorstel liet Bouwend Nederland adviesbureau Cash Discovery onderzoek uitvoeren. Daaruit blijkt dat bouwers bij Rijkswaterstaat, het Rijksvastgoedbedrijf en ProRail gemiddeld 75 dagen wachten op betaling voor uitgevoerde werkzaamheden. Van deze 75 dagen neemt het indienings- en goedkeuringsproces 63 dagen in beslag, terwijl de betaling van de factuur 12 dagen duurt. Door trage administratieve doorlooptijden moeten de grote bouwbedrijven soms een stuk langer wachten op betalingen van de overheid terwijl van hen ten opzichte van kleine bedrijven een betalingstermijn van 30 dagen wordt verlangd. Dit kan grote bouwbedrijven geld kosten aangezien zij hun onderaannemers sneller moeten betalen. Late betalingen hebben een negatieve invloed op de kaspositie van bouwbedrijven. De bouwsector kan hierdoor naast liquiditeitsproblemen ook continuïteitsproblemen ondervinden. Dat late betalingen door het Rijk ruis veroorzaken, is ruim twee jaar geleden al eens aan het licht gekomen. Gesteld werd dat de situatie in de grond-, weg- en waterbouw kon worden verbeterd indien bouwers en opdrachtgevers rekeningen sneller en vaker betalen. Sindsdien is er in twee jaar tijd weinig vordering gemaakt. Naast de coronapandemie kan een oorzaak voor dit probleem zijn dat aan de bouwkant vaak de techniek een grote rol speelt en is er minder bewustzijn over het belang van de financiële component. Overheden kunnen een ander perspectief hebben omdat daar minder zorgen bestaan of inkomsten wel op tijd binnenkomen.

Praktijk

Het versnellen van de administratieve doorlooptijden levert voor zowel opdrachtgever als opdrachtnemer voordelen op. Snellere betalingen door de overheid kan veel nieuwe mogelijkheden creëren. Grote bouwbedrijven houden ruimte over voor investeringen in de lange termijn zoals in verduurzaming. Betalingen kunnen worden versneld door ingekocht materiaal zoals staal, beton, hout en dergelijke eerder te betalen. Daarnaast kan het verkorten van de goedkeuringsperiodes een positief effect hebben op betalingen. Tot slot kan het maken van afspraken over het vaker indienen van facturen een ingreep zijn om betalingen te versnellen.

Advies

Indien behoefte bestaat voor nader advies over de gevolgen van de nieuwe betalingstermijn, zijn wij u graag van dienst. [post_title] => Trage betalingen leveren spanning op binnen de bouwsector [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => betalingstermijn-gehalveerd-door-trage-betalingen-in-bouwsector [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-09-01 09:30:41 [post_modified_gmt] => 2022-09-01 07:30:41 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=29984 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [6] => WP_Post Object ( [ID] => 30055 [post_author] => 67 [post_date] => 2022-04-26 17:03:11 [post_date_gmt] => 2022-04-26 15:03:11 [post_content] => In een recente uitspraak van 30 maart 2022 oordeelt de kantonrechter dat het vorderingsrecht (c.q. de aanspraak) op NOW-subsidie niet overdraagbaar is. De aard van het vorderingsrecht verzet zich daar volgens de kantonrechter tegen. Hierdoor kan (op grond van artikel 3:228 BW) ook geen pandrecht op het vorderingsrecht worden gevestigd.

Doel NOW-regeling

De kantonrechter overweegt dat met de NOW-regeling is beoogd de werkgelegenheid te behouden. De ontvanger van de subsidie mag deze uitsluitend aanwenden voor de betaling van loonkosten. En arbeidsovereenkomsten mogen niet vanwege bedrijfseconomische redenen worden opgezegd. Het is dan ook de bedoeling dat de subsidie terecht komt bij de werknemer, waarbij de werkgever in feite als tussenschakel fungeert om dit te bewerkstelligen. Wanneer de subsidie overgedragen zou kunnen worden aan een derde (in dit geval de bank), dan zou de subsidie – in strijd met het doel van de NOW-regeling – niet ten goede komen aan de werknemer. Hierdoor meent de kantonrechter dat het aard van het vorderingsrecht zich tegen overdracht verzet.

Niet goed doordacht

Hoofdregel is dat vorderingsrechten overdraagbaar zijn. Op de hoofdregel zijn een aantal uitzonderingen. De overdraagbaarheid van een vorderingsrecht kan worden uitgesloten bij (formele) wet of partijbeding. Daarnaast kan de aard van het vorderingsrecht zich tegen overdraagbaarheid verzetten. De NOW-regeling bevat geen cessie en/of verpandingsverbod. De kantonrechter overweegt dat de NOW-regeling in aller haast in het leven is geroepen als gevolg waarvan niet alle consequenties van de regeling goed zijn doordacht. Hiermee lijkt de kantonrechter te impliceren dat indien de wetgever wel goed zou hebben nagedacht, een cessie en/of verpandingsverbod in de regeling zou zijn opgenomen. Het is echter niet duidelijk of de wetgever specifiek heeft stilgestaan bij het al dan niet uitsluiten van de overdraagbaarheid van de NOW-subsidie. Vorderingsrechten zijn, bijvoorbeeld, niet overdraagbaar indien zij een persoonlijk karakter hebben of wanneer de aard van de aan de vordering ten grondslag liggende rechtsverhouding zich tegen overdracht verzet. De kantonrechter lijkt in zijn oordeel aan te sluiten bij dit laatste door te overwegen dat overdracht van NOW-subsidie niet past in de doelstelling van de NOW-regeling. Maar geldt dit dan ook voor andere subsidieregelingen? Het is de vraag of de aard van het recht (op NOW-subsidie) zich tegen overdracht en dus verpanding verzet. Vanuit maatschappelijk oogpunt is het wellicht wenselijk dat de NOW-subsidie niet door een pandhouder (lees: bank) naar zich toegetrokken kan worden. Maar vanuit goederenrechtelijk perspectief kunnen daar vraagtekens bij worden geplaatst. Het laatste woord is hierover (waarschijnlijk) nog niet gezegd; kennelijk beraden de bank en de curator zich nog over het instellen van hoger beroep. Remco de Jong                 [post_title] => NOW-subsidie niet overdraagbaar of verpandbaar! [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => now-subsidie-is-niet-overdraagbaar-of-verpandbaar [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-04-28 11:32:07 [post_modified_gmt] => 2022-04-28 09:32:07 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30055 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [7] => WP_Post Object ( [ID] => 30035 [post_author] => 46 [post_date] => 2022-04-22 08:26:37 [post_date_gmt] => 2022-04-22 06:26:37 [post_content] => Het kabinet komt met een tijdelijke subsidieregeling voor zorgmedewerkers die twee jaar na hun covid-besmetting nog steeds klachten ondervinden.

Ziekte door longcovid bij zorgpersoneel

Een gedeelte van de zorgmedewerkers zijn, met name tijdens de eerste coronagolf waar zónder beschermingsmiddelen werd gewerkt, langdurig ziek geworden (longcovid). Er geldt een loondoorbetalingsplicht bij ziekte voor werkgevers waarbij tenminste 70% van het salaris gedurende 104 weken wordt doorbetaald. Subsidieregeling Voor zieke medewerkers is het niet altijd mogelijk om binnen deze 2 jaar weer (volledig) aan de slag te gaan. Het dienstverband kan na 2 jaar ziekte door werkgevers worden beëindigd. Werkgevers verliezen hiermee waardevolle krachten en werknemers verliezen hun baan. Binnen de zorg, waar het personeelstekort groot is, is dit een onwenselijke situatie. Werkgevers en werknemers in de zorg hebben zich uitgesproken over deze situatie. Medewerkers die herstellende zijn, willen de mogelijkheid hebben in dienst te blijven. Werkgevers willen de mogelijkheid hebben deze werknemers langer in dienst te houden, zonder onnodige financiële risico’s. Daarvoor is nu een subsidieregeling in de maak.

Subsidieregeling om zieke werknemers langer in dienst te houden

Het kabinet komt met een steunfonds voor zorgmedewerkers die tussen maart 2020 en december 2020 langdurig ziek zijn geworden als gevolg van covid-19. De loondoorbetalingsplicht blijft lopen na het verstrijken van de periode van 104 weken. De subsidie biedt werkgevers een gedeeltelijke vergoeding voor de kosten die gemoeid zijn met herstel en re-integratie. Werkgevers hebben nu al de mogelijkheid om vrijwillig de loondoorbetalingsplicht te verlengen. Dit kan eenvoudig via een aanvraagformulier van het UWV. De komst van de tijdelijke subsidieregeling biedt een stimulans voor werkgevers om veelvuldig gebruik te gaan maken van dit bestaande stelsel. De extra loonkosten worden met deze subsidie deels opgevangen door de overheid. De voorwaarden en ingangsdatum voor deze subsidieregeling zijn nog niet bekend.

Specialist arbeidsrecht in de zorg

Marlies Hol is advocaat arbeidsrecht in ’s-Hertogenbosch en omstreken. Binnen BG.legal maakt zij deel uit van het Zorgteam. Zij ondersteunt diverse zorginstellingen met arbeidskwesties. Neem gerust contact op bij vragen. Marlies Hol 1 [post_title] => Subsidie voor zorgpersoneel met longcovid in de maak [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => subsidie-voor-zorgpersoneel-met-longcovid-in-de-maak [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2023-06-14 11:19:06 [post_modified_gmt] => 2023-06-14 09:19:06 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30035 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [8] => WP_Post Object ( [ID] => 29994 [post_author] => 16 [post_date] => 2022-04-21 11:40:19 [post_date_gmt] => 2022-04-21 09:40:19 [post_content] => Zou patiënt overlevingskansen hebben gehad indien hij juist was behandeld door zijn artsen? Onzorgvuldig handelen van de arts staat vast, namelijk het missen van de diagnose longkanker met uitzaaiingen. Maar wat waren de gevolgen hiervan? Nabestaanden stellen dat het ziekenhuis gehouden is tot betaling van de overlijdensschade conform het percentage aan overlevingskans.

Het gebeuren

Zowel de radioloog [op 12 januari 2016] als de internist [op 1 februari 2016] van het ziekenhuis hebben geconstateerd dat  op de CT scan geen lymfkliervergroting te zien was. Achteraf ten onrechte. De patiënt blijkt kanker te hebben. Het ziekenhuis heeft aansprakelijkheid erkend voor de verkeerde uitslag. Vast staat dat de artsen niet hebben gehandeld zoals dat van een redelijk handelend en redelijk bekwaam arts mag worden verwacht. Het geschil gaat hier ook niet over. De vraag is nu echter welke gevolgen het handelen van de artsen hebben voor de patiënt.

Vragen die van belang zijn:

  • Om welk soort tumor ging het;
  • het stadium van de kanker;
  • het moment waarop, als de medische fout niet was gemaakt, de diagnose gesteld kon worden;
  • als de medische fout niet was gemaakt welke behandeling dan plaats had kunnen vinden;
  • wat de overlevingskansen dan waren geweest.
Een gerechtelijk deskundige beoordeelt deze vragen.

Conclusie deskundige

Het betreft hier een vorm van longkanker en helaas een snelgroeiende tumor. Er was al sprake van uitzaaiingen, stadium IIIb. De diagnose had echter zonder medische fout al gesteld kunnen worden op 4 februari 2016. Nu het om een snelgroeiende tumor ging is de tijd van groot belang. Chemoradiotherapie had al op 4 februari 2016 gestart kunnen worden.

Verwachte resultaat chemoradiotherapie  zonder medische fout

Helaas is de patiënt op 20 maart 2016 overleden als gevolg van een verstikking. Volgens de deskundige had door een tijdige behandeling dit voorkomen kunnen worden. Immers als de juiste behandeling tijdig was gestart zou de tumor geslonken zijn. Hierdoor zou de tumor ook niet meer drukken op de bloedvaten en luchtwegen. Volgens de deskundige zou de patiënt ook overlevingskansen hebben gehad als de diagnose gelijk goed was gesteld. De deskundige verwijst naar een tabel waarin de overlevingskansen beschreven staan bij soortgelijke diagnoses.

Beslissing rechtbank

De rechtbank beslist dat indien door de betrokken artsen juist was gehandeld de patiënt: -later dan op 20 maart 2016 overleden was; -in de periode tot 20 maart 2016 minder ernstig en minder lang pijn zou hebben geleden; -niet op 20 maart 2016 aan een verstikkingsdoor zou zijn overleden; -overlevingskansen zou hebben gehad overeenkomstig de door de deskundigede overlegde tabel. Het ziekenhuis is daarom gehouden de overlijdensschade aan de nabestaanden te vergoeden. Het betreft dan een percentage van de schade op basis van de percentages uit, de door de deskundige overlegde, tabel. Volledige uitspraakECLI:NL:RBAMS:2021:7357 Edith de Koning     [post_title] => Gevolgen gemiste diagnose kanker [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => gevolgen-gemiste-diagnose-kanker [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-04-21 12:37:28 [post_modified_gmt] => 2022-04-21 10:37:28 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=29994 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [9] => WP_Post Object ( [ID] => 30021 [post_author] => 6 [post_date] => 2022-04-20 16:27:37 [post_date_gmt] => 2022-04-20 14:27:37 [post_content] => De radiozender Q-music is sinds 2005 niet meer weg te denken van de Nederlandse radio. Je zou denken dat Q-music deze naam dan ook ongehinderd mag gebruiken. Niets blijkt minder waar te zijn, aldus de voorzieningenrechter te Amsterdam.

Q-Dance heeft ouder(e) handelsnaam en merk

Ten tijde van de oprichting van Q-music bestond er namelijk (sinds 1999) een andere partij in de muziekindustrie die handelde onder de naam ‘Q-Dance’. Q-Dance had dus destijds, en nu nog steeds, een ouder handelsnaamrecht op de naam Q-dance. Ook heeft Q-dance een merkregistratie voor het merk Q-dance, waardoor zij een alleenrecht heeft op het gebruik van die naam voor onder andere muziekevenementen.

Co-existentieovereenkomst in 2005

In 2005 heeft Q-Dance bezwaar gemaakt tegen het gebruik van de naam Q-music voor de radiozender. Het publiek zou verward kunnen raken dat Q-Dance en Q-music aan elkaar gelinkt waren. Om dit verwarringsgevaar te voorkomen, hebben Q-Dance en Q-music een co-existentieovereenkomst gesloten. Daarin is afgesproken dat Q-music de naam tóch mag gebruiken voor haar radiozender én reclame mag maken voor events van Q-music. Het werd Q-music daarbij wel verboden om zich te richten op het dance-segment.

Q-Dance vs. Q-music in 2022

Vanaf eind oktober 2021 kondigt Q-music aan dat zij gedurende de zaterdagnacht een programmering krijgt, waarbij meerdere (bekende) artiesten uit het dance-segment te horen zijn. Q-Dance is dan ook van mening dat Q-music de co-existentieovereenkomst heeft geschonden. De rechter oordeelt dat de co-existentieovereenkomst inderdaad is geschonden. Q-music wordt een verbod opgelegd om deze dance-programmering voort te zetten.

Moraal: Laat je adviseren bij een handelsnaam- of merkenrechtgeschil

Q-music lijkt zichzelf de das te hebben omgedaan door deze co-existentieovereenkomst met Q-Dance te sluiten. De namen lijken op het ‘Q-‘ gedeelte na zowel visueel, fonetisch als begripsmatig (ook al is Dance een bepaald muziekgenre) niet op elkaar. De vraag is dan ook óf er wel sprake was van verwarringsgevaar en óf deze co-existentieovereenkomst wel gesloten had hoeven te worden. Het is goed mogelijk dat Q-music toen dit geschil in 2005 ontstond al flink had geïnvesteerd in de naam Q-music. Mogelijk dat ze daarom eieren voor haar geld heeft gekozen en deze overeenkomst heeft gesloten om een (onzekere) procedure te voorkomen.

Voorkomen is beter dan genezen

Wij zien in de praktijk vaak dat de mooiste merknamen worden bedacht door marketing en-/of reclamebureaus. Daarbij wordt wel eens vergeten om te onderzoeken of de verzonnen naam inbreuk maakt op een naam van een ander óf dat de verzonnen naam überhaupt beschermd kan worden tegen kopieergedrag van anderen. Door een merkonderzoek uit te (laten) voeren, kun je veel gedoe voorkomen. Zo kun je voorkomen je dat je een naam waarin je investeert niet (meer) mag gebruiken. Wij kunnen dit merkonderzoek voor u verrichten.

Vragen?

Wilt u meer informatie? Of bent u een marketing- en/of reclamebureau dat zich bezighoudt met merkontwikkeling? Neem dan vrijblijvend contact op. Ook kun je meer informatie vinden op de pagina merken- en modellen. [post_title] => Rechter roept dance-programmering van Q-music halt toe: hoe zit het? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => rechter-roept-dance-programmering-van-q-music-halt-toe-hoe-zit-het [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-10-03 11:07:31 [post_modified_gmt] => 2022-10-03 09:07:31 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30021 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) ) [post_count] => 10 [current_post] => -1 [before_loop] => 1 [in_the_loop] => [post] => WP_Post Object ( [ID] => 30145 [post_author] => 6 [post_date] => 2022-05-06 09:29:48 [post_date_gmt] => 2022-05-06 07:29:48 [post_content] => Sinds de uitspraak van de Hoge Raad van februari 2021 over de (beperkte) bescherming van beschrijvende handelsnamen, zijn er alweer verschillende uitspraken gevolgd van lagere rechters. In één van mijn eerdere blogs leek de rechtbank Den Haag toch de mogelijkheid te zien om de beschrijvende handelsnaam ‘Budget Verhuisservice’ te beschermen. In weer een recentere uitspraak (op 9 maart 2022) van de rechtbank Midden-Nederland kwam een beschrijvende handelsnaam weer niet in aanmerking voor bescherming.

Het geschil bij de rechtbank Midden-Nederland

In het recente geschil stonden twee partijen tegenover elkaar. De ene partij (trainingskampen.nl B.V.) gebruikt sinds 2001 de domeinnaam www.trainingskampen.nl als handelsnaam voor het verzorgen van sportreizen. Ook gebruikt zij een (zwart-wit-groen-rood) logo waarin deze naam is verwerkt. De andere partij (Voetbalreizen.com B.V.) is eind 2020 de domeinnaam www.trainingskamp.com als handelsnaam gaan gebruiken. Zij biedt onder deze naam ook sportreizen aan. Ook heeft zij een logo waarin de naam trainingskamp.com wordt gebruikt met dezelfde kleuren. Trainingskampen.nl is niet blij met het gebruik van de zeer overeenstemmende handelsnaam en logo. Zij daagt Voetbalreizen.com B.V. dan ook voor de rechter.

Maakt de handelsnaam trainingskamp.com inbreuk op trainingskampen.nl?

De rechter oordeelt dat er geen sprake is van handelsnaaminbreuk. Niet omdat de handelsnamen niet voldoende op elkaar zouden lijken, maar doordat de handelsnaam trainingkampen.nl niet kan worden beschermd. Zij oordeelt namelijk – in mijn optiek in lijn met de visie van de Hoge Raad – dat om bescherming te kunnen geniet, het publiek jouw handelsnaam als jóuw handelsnaam moet herkennen. Bij beschrijvende namen zal daar niet snel sprake van zijn, tenzij de handelsnaam enige bekendheid heeft gegenereerd. Voorbeeld Zo zal men bijvoorbeeld de naam ‘Kapper’ voor een kapperszaak niet snel koppelen aan een specifieke kapperszaak. Daar zal alleen sprake van zijn als die naam enige bekendheid (onderscheidend vermogen) heeft gekregen bij het publiek.

Geen onderscheidend vermogen

De voorzieningenrechter oordeelt dat niet is gebleken dat de handelsnaam trainingskampen.nl zodanig (intensief) is gebruikt dat het publiek de handelsnaam herkent of associeert met de onderneming van trainingskampen.nl B.V.

Vragen?

Wil je een bedrijf oprichten en/of product op de markt brengen, maar weet je nog niet of je de naam die je bedacht hebt mag gebruiken? Wij adviseren je graag! Ook als iemand anders jouw bedrijfsnaam of productnaam kopieert, helpen wij je graag. Meer weten? Neem vrijblijvend contact op.  [post_title] => De strijd om de beschrijvende handelsnamen: Trainingskampen.nl en Trainingskamp.nl [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => de-strijd-om-de-beschrijvende-handelsnamen-trainingskampen-nl-en-trainingskamp-nl [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-10-03 11:06:54 [post_modified_gmt] => 2022-10-03 09:06:54 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=30145 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [comment_count] => 0 [current_comment] => -1 [found_posts] => 1326 [max_num_pages] => 133 [max_num_comment_pages] => 0 [is_single] => [is_preview] => [is_page] => [is_archive] => 1 [is_date] => [is_year] => [is_month] => [is_day] => [is_time] => [is_author] => [is_category] => [is_tag] => [is_tax] => 1 [is_search] => [is_feed] => [is_comment_feed] => [is_trackback] => [is_home] => [is_privacy_policy] => [is_404] => [is_embed] => [is_paged] => 1 [is_admin] => [is_attachment] => [is_singular] => [is_robots] => [is_favicon] => [is_posts_page] => [is_post_type_archive] => [query_vars_hash:WP_Query:private] => 25f4dd236b54ee98fbf7daa321808884 [query_vars_changed:WP_Query:private] => [thumbnails_cached] => [allow_query_attachment_by_filename:protected] => [stopwords:WP_Query:private] => [compat_fields:WP_Query:private] => Array ( [0] => query_vars_hash [1] => query_vars_changed ) [compat_methods:WP_Query:private] => Array ( [0] => init_query_flags [1] => parse_tax_query ) [tribe_is_event] => [tribe_is_multi_posttype] => [tribe_is_event_category] => [tribe_is_event_venue] => [tribe_is_event_organizer] => [tribe_is_event_query] => [tribe_is_past] => [tribe_controller] => Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller Object ( [filtering_query:Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller:private] => WP_Query Object *RECURSION* ) )
Sinds de uitspraak van de Hoge Raad van februari 2021 over de (beperkte) bescherming van beschrijvende handelsnamen, zijn er alweer verschillende uitspraken gevolgd van lagere rechters. In één van mijn...
Lees meer
Inleiding Naast diverse – door de Minister aangewezen – noodopvanglocaties voor de tijdelijke huisvesting van Oekraïense vluchtelingen, wordt er door gemeenten druk geïnventariseerd naar opvanglocaties op plekken die daar niet...
Lees meer
Het Brabants Dagblad opende vrijdag 29 april jl. met de vraag of Heesen Yachts uit Oss kopje ondergaat door haar Russische eigenaar. De jachtenbouwer zou snel af willen van baas...
Lees meer
De pre-pack is een onderwerp dat in de herstructureringspraktijk al jaren ter discussie staat. Met een pre-pack wordt een doorstart vanuit faillissement al voorafgaand aan dat faillissement voorbereid. De afgelopen...
Lees meer
De rechtbank Amsterdam heeft op verzoek van het Openbaar Ministerie (OM) en een aantal betrokkenen in een beschikking Siewert van Lienden en Bernd Damme geschorst als bestuurders van de Stichting...
Lees meer
Niet alleen de situatie in Oekraïne en de fors gestegen bouwkosten, waar eerder aandacht aan werd besteed in de blog ‘Risico’s afdekken tegen prijsstijgingen bouw’, zorgen voor grote onzekerheden in...
Lees meer
In een recente uitspraak van 30 maart 2022 oordeelt de kantonrechter dat het vorderingsrecht (c.q. de aanspraak) op NOW-subsidie niet overdraagbaar is. De aard van het vorderingsrecht verzet zich daar...
Lees meer
Het kabinet komt met een tijdelijke subsidieregeling voor zorgmedewerkers die twee jaar na hun covid-besmetting nog steeds klachten ondervinden. Ziekte door longcovid bij zorgpersoneel Een gedeelte van de zorgmedewerkers zijn,...
Lees meer
Zou patiënt overlevingskansen hebben gehad indien hij juist was behandeld door zijn artsen? Onzorgvuldig handelen van de arts staat vast, namelijk het missen van de diagnose longkanker met uitzaaiingen. Maar...
Lees meer
De radiozender Q-music is sinds 2005 niet meer weg te denken van de Nederlandse radio. Je zou denken dat Q-music deze naam dan ook ongehinderd mag gebruiken. Niets blijkt minder...
Lees meer