WP_Query Object
(
[query] => Array
(
[paged] => 12
[news-type] => blog
)
[query_vars] => Array
(
[paged] => 12
[news-type] => blog
[error] =>
[m] =>
[p] => 0
[post_parent] =>
[subpost] =>
[subpost_id] =>
[attachment] =>
[attachment_id] => 0
[name] =>
[pagename] =>
[page_id] => 0
[second] =>
[minute] =>
[hour] =>
[day] => 0
[monthnum] => 0
[year] => 0
[w] => 0
[category_name] =>
[tag] =>
[cat] =>
[tag_id] =>
[author] =>
[author_name] =>
[feed] =>
[tb] =>
[meta_key] =>
[meta_value] =>
[preview] =>
[s] =>
[sentence] =>
[title] =>
[fields] =>
[menu_order] =>
[embed] =>
[category__in] => Array
(
)
[category__not_in] => Array
(
)
[category__and] => Array
(
)
[post__in] => Array
(
)
[post__not_in] => Array
(
)
[post_name__in] => Array
(
)
[tag__in] => Array
(
)
[tag__not_in] => Array
(
)
[tag__and] => Array
(
)
[tag_slug__in] => Array
(
)
[tag_slug__and] => Array
(
)
[post_parent__in] => Array
(
)
[post_parent__not_in] => Array
(
)
[author__in] => Array
(
[0] => 6
)
[author__not_in] => Array
(
)
[search_columns] => Array
(
)
[ignore_sticky_posts] =>
[suppress_filters] =>
[cache_results] => 1
[update_post_term_cache] => 1
[update_menu_item_cache] =>
[lazy_load_term_meta] => 1
[update_post_meta_cache] => 1
[post_type] =>
[posts_per_page] => 10
[nopaging] =>
[comments_per_page] => 50
[no_found_rows] =>
[taxonomy] => news-type
[term] => blog
[order] => DESC
)
[tax_query] => WP_Tax_Query Object
(
[queries] => Array
(
[0] => Array
(
[taxonomy] => news-type
[terms] => Array
(
[0] => blog
)
[field] => slug
[operator] => IN
[include_children] => 1
)
)
[relation] => AND
[table_aliases:protected] => Array
(
[0] => wp_term_relationships
)
[queried_terms] => Array
(
[news-type] => Array
(
[terms] => Array
(
[0] => blog
)
[field] => slug
)
)
[primary_table] => wp_posts
[primary_id_column] => ID
)
[meta_query] => WP_Meta_Query Object
(
[queries] => Array
(
)
[relation] =>
[meta_table] =>
[meta_id_column] =>
[primary_table] =>
[primary_id_column] =>
[table_aliases:protected] => Array
(
)
[clauses:protected] => Array
(
)
[has_or_relation:protected] =>
)
[date_query] =>
[queried_object] => WP_Term Object
(
[term_id] => 56
[name] => Blog van medewerkers
[slug] => blog
[term_group] => 0
[term_taxonomy_id] => 56
[taxonomy] => news-type
[description] =>
[parent] => 0
[count] => 1413
[filter] => raw
)
[queried_object_id] => 56
[request] => SELECT SQL_CALC_FOUND_ROWS wp_posts.ID
FROM wp_posts LEFT JOIN wp_term_relationships ON (wp_posts.ID = wp_term_relationships.object_id) LEFT JOIN wp_icl_translations wpml_translations
ON wp_posts.ID = wpml_translations.element_id
AND wpml_translations.element_type = CONCAT('post_', wp_posts.post_type)
WHERE 1=1 AND (
wp_term_relationships.term_taxonomy_id IN (56)
) AND wp_posts.post_author IN (6) AND ((wp_posts.post_type = 'post' AND (wp_posts.post_status = 'publish' OR wp_posts.post_status = 'acf-disabled' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-success' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-failed' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-schedule' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-pending' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-draft'))) AND ( ( ( wpml_translations.language_code = 'nl' OR (
wpml_translations.language_code = 'nl'
AND wp_posts.post_type IN ( 'attachment' )
AND ( (
( SELECT COUNT(element_id)
FROM wp_icl_translations
WHERE trid = wpml_translations.trid
AND language_code = 'nl'
) = 0
) OR (
( SELECT COUNT(element_id)
FROM wp_icl_translations t2
JOIN wp_posts p ON p.id = t2.element_id
WHERE t2.trid = wpml_translations.trid
AND t2.language_code = 'nl'
AND (
p.post_status = 'publish' OR p.post_status = 'private' OR
( p.post_type='attachment' AND p.post_status = 'inherit' )
)
) = 0 ) )
) ) AND wp_posts.post_type IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' ) ) OR wp_posts.post_type NOT IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' ) )
GROUP BY wp_posts.ID
ORDER BY wp_posts.menu_order, wp_posts.post_date DESC
LIMIT 110, 10
[posts] => Array
(
[0] => WP_Post Object
(
[ID] => 26689
[post_author] => 6
[post_date] => 2021-08-16 09:00:43
[post_date_gmt] => 2021-08-16 07:00:43
[post_content] => Zonder dat we het vaak weten, gebruiken we dagelijks producten en diensten waar kunstmatige intelligentie (artificial intelligence: “AI”) is toegepast. Zoals bijvoorbeeld spraakherkenning in de auto, chatbots op websites, diagnose van kankercellen en het geautomatiseerd nemen van beslissingen. Omdat steeds meer partijen, zowel commerciële partijen als overheden, meer data ter beschikking krijgen, kan deze worden ingezet om een model te maken waarbij voorspellingen gedaan kunnen worden. Voor het maken van dat model wordt AI toegepast.
Voor ontwikkelaars van AI toepassingen, opdrachtgevers van het maken van AI toepassingen en degene die AI toepassingen gebruiken, is de vraag dan aan welke wet- en regelgeving een AI toepassing moet voldoen. Waar wordt een risico gelopen, hoe groot of klein is dat risico en hoe kan een risico worden beperkt of weggenomen? Maar ook vragen over Intellectuele Eigendom aspecten (is de AI toepassing of het resultaat van de AI toepassing beschermd door een Intellectueel Eigendomsrecht /bedrijfsgeheim), mededingingsaspecten (mag je een AI toepassing weigeren te delen met concurrenten), aansprakelijkheidsvragen (wie is aansprakelijk voor schade door/met een AI toepassing) en ‘civielrechtelijke vragen’ (wie is ‘eigenaar' van de (bestaande/nieuwe) data, wie mag wat met de data, wat gebeurt er met de data/het algoritme na het einde van een AI toepassing, kan ik een pandrecht vestigen op een algoritme/AI toepassing/data set).
BG.legal kan daarvoor een AI risico check (“AI Risk Assessment”) uitvoeren en met advies komen hoe eventuele risico’s te beperken of weg te nemen.
Wat houdt het precies in?
Vaak is er voor AI toepassingen al wet- en regelgeving die van toepassing is. Zoals bijvoorbeeld de Algemene Verordening Persoonsgegevens, de Wet Medisch Hulpmiddel, de Grondwet/Europees Handvest en product aansprakelijkheidsregelgeving. Maar voor veel aspecten is er nog geen regelgeving. Deze is wel in de maak met het voorstel voor een Europese AI Verordening. Zie ons blog over dit voorstel.
In een AI Risk Assessment analyseren we voor een bepaalde AI toepassing of deze voldoet aan huidige wet- en regelgeving en aan het voorstel EU AI Verordening. Dit betekent dat we toetsen aan de drie componenten:
- wettig – wordt aan alle toepasselijke wet- en regelgeving voldaan;
- ethisch – worden ethische beginselen en waarden gerespecteerd;
- robuust – is de AI toepassing robuust zowel vanuit technisch (cyber security) als sociaal oogpunt
In het concrete advies geven we aan hoe risico’s weggenomen of beperkt kunnen worden.
Hoe werkt het
Voor het uitvoeren van de AI Risk Assessment hanteren wij een model waarbij we de volgende stappen zetten:
- uitvoeren pre-test: is het uitvoeren van een AI Risk Assessment wel nodig? Wanneer de risico’s zeer beperkt zijn, dan zou afgezien kunnen worden van het uitvoeren van een AI Risk Assessment.
- Uitvoeren Risk Assessment: met de opdrachtgever bepalen we vooraf het team van de opdrachtgever met wie we het assessment uitvoeren, hoe we het gaan uitvoeren, of er externe partijen deel gaan uitmaken van het team (ethici, informatiebeveiligingsdeskundigen, etc.).
- Na afloop van het assessment ontvangt de opdrachtgever een rapport waarin we de risico’s van de betreffende AI toepassing in kaart hebben gebracht met aanbevelingen hoe risico’s gemitigeerd kunnen worden.
- Nadat maatregelen zijn getroffen waarbij risico’s zijn gemitigeerd kunnen we de AI Risk Assessment opnieuw uitvoeren en een nieuw rapport uitbrengen.
Het rapport kan gedeeld worden met externe partijen zoals (potentiële) opdrachtgevers.
Waarom uit laten voeren door BG.legal?
BG.legal heeft een team dat bestaat uit advocaten, juristen en een data scientist, dat zich toelegt op de juridische aspecten van data/AI. Wij adviseren opdrachtgevers al verschillende jaren over deze onderwerpen. Onze opdrachtgevers zijn bedrijven (startups, scale-ups en MKB), overheden en kennisinstellingen. Soms ontwikkelen zij AI toepassingen en soms geven zij opdracht voor de ontwikkeling van de AI toepassing of zijn zij afnemer/gebruiker van een AI toepassing.
BG.legal heeft het kennisplatform legalAIR (www.legalair.nl) ontwikkeld. Jos van der Wijst, head van het BG.tech team, coördineert voor de Nederlandse AI coalitie de activiteiten op het gebied van juridische aspecten van AI. Hij is onderdeel van het kernteam Mensgerichte AI van de NL AIC.
BG.legal heeft de kennis en ervaring in huis om een AI Riks Assessment uit te voeren.
Wat kost het?
De kosten voor het uitvoeren van een AI Risk Assessment zijn afhankelijk van de aard en omvang van de AI toepassing. Na een eerste gesprek maken we hier een offerte voor.
Meer informatie?
Voor meer informatie neemt u contact op met Jos van der Wijst:
M : 0650695916
E : wijst@bg.legal
Gerelateerde Artikelen/blogs:
[post_title] => Risico check voor AI toepassingen
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => risico-check-voor-ai-toepassingen
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2022-05-02 10:48:11
[post_modified_gmt] => 2022-05-02 08:48:11
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=26689
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[1] => WP_Post Object
(
[ID] => 26648
[post_author] => 6
[post_date] => 2021-08-13 10:01:06
[post_date_gmt] => 2021-08-13 08:01:06
[post_content] => Er wordt door juristen al langer een discussie gevoerd over de vraag of
een AI-systeem de uitvinder van een octrooi kan zijn. Prof. Ryan Abbott is van mening dat dit
mogelijk zou moeten zijn en dat de wet hier tekort schiet. Geen enkel land heeft hier namelijk een specifieke wettelijk regeling voor. In samenwerking met dr. Stephen Thaler zijn er twee
octrooiaanvragen ingediend voor uitvindingen die zijn gedaan door
DABUS, een gepatenteerd AI-systeem dat nieuwe ideeën bedenkt en beoordeelt. De eerste uitvinding is een fractale verpakking en de tweede uitvinding is een systeem dat de aandacht van mensen of machines trekt. De octrooiaanvragen zijn onder andere gedaan in
Australië, de EU en Zuid-Afrika. De complete lijst van aanvragen en resultaten is te volgen op de website van
het Artificial Inventor project. Tot nu toe is het volgende al duidelijk.
De EU
De
European Patent Office (EPO) heeft de aanvragen afgewezen. De EPO stelt namelijk dat een AI-systeem geen geldige uitvinder is en accepteert het ook niet dat er alleen een aanvrager wordt opgegeven. Tegen dit besluit is beroep aangetekend.
Zuid-Afrika
In Zuid-Afrika is het gelukt om een octrooi te krijgen voor de
fractale verpakking. Het octrooirecht is toegekend aan dr. Thaler en DABUS wordt erkend als uitvinder. In Zuid-Afrika wordt er dus niet beoordeeld of de uitvinder zelf het octrooirecht zou kunnen krijgen.
Australië
De meest interessante procedure loopt in Australie. De octrooiaanvraag (voor de verpakking) was in eerste instantie afgewezen. De
Deputy Commissioner of Patents (de Commissaris) van de
Australian Patent Office (APO) besloot namelijk dat
DABUS niet de uitvinder kon zijn op de octrooiaanvraag. De Commissaris was van mening dat alleen een mens een uitvinder kon zijn en dat de uitvinder in staat moet zijn om het octrooirecht over te dragen. Dr. Thaler heeft een beoordeling van de beslissing aangevraagd bij de
Federal Court of Australia (FCoA). De
FCoA oordeelde dat de beslissing van de Commissaris opzijgezet moet worden vanwege meerdere redenen:
- Inventor moet gezien worden als een agent. Dit kan een persoon zijn of een ding dat uitvindingen doet;
- De beslissing is niet in overeenstemming met de realiteit dat er uitvindingen worden gedaan die niet aan mensen toe te kennen zijn;
- In de Australian Patents Act (APA) bevat geen bepaling die het besluit van de Commissaris ondersteunt.
DABUS
In het bijzonder stelt het hof dat het niet erkennen van DABUS als uitvinder ingaat tegen het doel van de AOA om ‘een octrooisysteem op te zetten dat economische welzijn te bevorderen door middel van technische innovatie en de verspreiding van technologie.’ Als systemen als DABUS erkend worden als uitvinders zou dit namelijk de ontwikkeling van deze systemen bevorderen en zekerheid creëren voor hun ontwikkelaars en gebruikers.
Naast een beoordeling van het doel van de AOA geeft het hof aan dat de eisen op basis waarvan DABUS was geweigerd als
uitvinder alleen van toepassing zijn op de ontvanger van het octrooirecht. Die moet namelijk wel een persoon zijn, natuurlijk of juridisch. In dit geval is het duidelijk dat dr. Thaler door zijn auteursrecht op de code van DABUS, zijn patent op DABUS en zijn eigenaarschap van de computer waar DABUS op functioneert de persoon is aan wie het octrooirecht toekomt.
De volgende stap in Australië is nu dat de APO een nieuw besluit moet gaan nemen.
Conclusie
De eerste stappen om AI-systemen te erkennen als uitvinders zijn genomen. In Zuid-Afrika is het octrooi toegekend en in Australië zal dat binnenkort ook gaan gebeuren. De EU lijkt er echter (nog) niet klaar voor te zijn en ook in andere landen lopen er bezwaarprocedures tegen afgewezen patentaanvragen.
Heeft u vragen over een
octrooiaanvraag dan kunt u contact opnemen met Jos van der Wijst (
wijst@bg.legal).
[post_title] => AI-systeem als uitvinder?
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => ai-systeem-als-uitvinder
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2024-07-01 15:02:31
[post_modified_gmt] => 2024-07-01 13:02:31
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=26648
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[2] => WP_Post Object
(
[ID] => 26479
[post_author] => 6
[post_date] => 2021-07-23 16:44:07
[post_date_gmt] => 2021-07-23 14:44:07
[post_content] => Tegenwoordig is het niet meer raar om in de stad meerdere
maaltijdbezorgers tegen te komen die een blauwe, roze, groene of oranje tas op hun rug hebben. Deliveroo is één van de platformen die bezorgdiensten aanbiedt aan restaurants zodat zij alleen de maaltijd hoeven te maken en zich niet druk hoeven te maken om de bezorging. In eerste instantie hadden de bezorgers van Deliveroo een
arbeidsovereenkomst waarin een minimumloon was opgenomen, maar per februari 2018 besloot Deliveroo om alle overeenkomsten niet meer te verlengen. In plaats daarvan moesten bezorgers zich inschrijven bij de Kamer van Koophandel met een eenmanszaak. Ze kregen dan van Deliveroo een overeenkomst van opdracht. FNV is hierop een rechtszaak begonnen tegen Deliveroo om een verklaring voor recht te krijgen dat deze overeenkomst van opdracht eigenlijk een arbeidsovereenkomst is. De kantonrechter gaf FNV gelijk en ook in hoger beroep
kreeg FNV van het gerechtshof Amsterdam gelijk. De uitspraak vond plaats op 16 februari 2021. De uitspraak bevat een interessante toelichting op de drie eisen voor het bestaan van een arbeidsovereenkomst: het gedurende een zekere tijd verrichten persoonlijke arbeid, het bestaan van een gezagsverhouding en het ontvangen van loon.
Het AI-systeem van Deliveroo: Frank
Om de overwegingen van het hof te begrijpen, is belangrijk om eerst te bekijken hoe de bezorgers van Deliveroo aangestuurd worden. Deliveroo heeft een systeem, genaamd
Frank, dat alle maaltijdbezorgingen plant en de betalingen regelt. Dit gebeurt op basis van onder andere
de locatie van de bezorger ten opzichte van het restaurant,
het voertuigtype van de bezorger en de geschatte
bezorgtijd. Als een bezorger inlogt, kan Frank hem een bezorging aanbieden. Een bezorger kan een aanbod weigeren en zich in theorie ook laten vervangen door een ander, als de bezorging maar op tijd gebeurt. Deliveroo geeft aan dat Frank cruciaal is voor het functioneren van haar organisatie en voor veel bezorgers geldt dat ze meer interactie met Frank hebben dan met een medewerker van Deliveroo.
Naast het toewijzen van bezorgingen, verzamelt Frank ook de locatiegegevens van bezorgers om deze te delen met de klant en het restaurant.
Gezagsverhouding
Het hof oordeelt dat, anders dan Deliveroo beweert, maaltijdbezorging een kernactiviteit van
Deliveroo is. Dat is een relatief eenvoudige activiteit waarbij weinig specifieke aanwijzingen nodig zijn. Wel houdt Deliveroo de huidige locaties van al haar bezorgers bij. Ook is er
een maximumtijd voor iedere bezorging, meestal 30 minuten, waardoor de bezorger wordt gedwongen om de kortste route te nemen. Door dit tijdslimiet is het praktisch gezien onmogelijk om je te laten vervangen door een ander. Verder wijzigt Deliveroo de relatie tussen haarzelf en haar bezorgers bijna eenzijdig, op basis van
take it or leave it, en ook het systeem voor het verdelen van bezorgingen wordt eenzijdig veranderd. Dit wijst volgens het hof op het bestaan van een arbeidsrelatie.
Loon
Om te zorgen dat bezorgers geen btw af hoeven te dragen, is er een
maximum inkomen opgenomen in de reguliere overeenkomst van opdracht. Hierdoor mogen ze niet meer dan 40% van het minimumloon verdienen. Er is ook een specifieke overeenkomst, de onbeperkte overeenkomst van opdracht, waarmee wel meer gewerkt mag worden. Er moet dan wel btw worden afgedragen door de bezorger.
Niet alleen bepaalt Deliveroo hoeveel bezorgers per maand mogen verdienen, ook past ze regelmatig de beloning per bezorgde maaltijd aan. Vanaf 2019 betaalde Deliveroo € 3,90 of € 4,80 per bezorging. De bezorgers die
geen BTW afdroegen verdiende gemiddeld tussen de € 11,- en € 13,- per gewerkt uur en zijn voor de belastingdienst geen ondernemers. Standaard krijgen de bezorgers van Deliveroo eens in de twee weken automatisch het verschuldigde bedrag uitbetaald zonder daarvoor een factuur te hoeven sturen. Het hof oordeelt dat de reguliere overeenkomst wijst op de aanwezigheid van een arbeidsovereenkomst aangezien de wijze van de loonbetaling veel weg heeft van een arbeidsovereenkomst.
Persoonlijke arbeid
Deliveroo stelt dat geen sprake is van een verplichting tot
persoonlijke arbeid, omdat bezorgers de bezorging door een ander uit mogen laten voeren. Het hof gaat hier niet volledig in mee. Hoewel het hof constateert dat bezorgingen soms door een ander worden uitgevoerd, mag een bezorger desondanks maar één maaltijd per keer bezorgen. Het is dus niet mogelijk om een opdracht uit te besteden en daarnaast een tweede opdracht te accepteren of opdrachten zelf te herverdelen binnen een groep. Daarom oordeelt het hof dat dit geen sterke indicatie is om het bestaan van een arbeidsovereenkomst uit te sluiten.
Conclusie
Zowel de kantonrechter als het hof geven
FNV gelijk. Dat betekent dat alle bezorgers met een
‘regular’ overeenkomst in ieder geval werken op basis van een arbeidsovereenkomst. Het was geen vereiste dat de bezorgers specifieke instructies ontvingen van een medewerker van Deliveroo, de opdrachten van Frank en de eisen die aan bezorgingen werden gesteld waren voldoende om te spreken van werkgeversgezag. De uitbetaling van het loon van de bezorgers wees ook op het bestaan van een arbeidsrelatie. Hoewel geen sprake is van een strikte verplichting tot persoonlijke arbeid, oordeelde het hof toch dat de mogelijkheden tot vervanging zodanig beperkt waren dat dit een arbeidsovereenkomst niet onmogelijk maakte.
Uit deze uitspraak blijkt dat sprake kan zijn van een gezagsverhouding als een persoon via
een digitaal platform opdrachten accepteert en vervolgens zelf weinig keuzeruimte heeft bij het uitvoeren van de opdracht. Het is voor het vereiste van gezag dus niet nodig dat een mens de opdrachten aan de werknemers geeft. Hierdoor kan een AI-systeem dus als het ware een leidinggevende worden.
AI en arbeidsrecht
Dit artikel is geschreven door
Robin Verhoef in overleg met
Marlies Hol van de sectie arbeidsrecht. Deze uitspraak is een mooi voorbeeld van de combinatie van arbeidsrecht en technologie. Eerder schreef Marlies Hol een
interessant artikel over het intellectuele eigendom bij een arbeidsverhouding. Binnenkort volgen meer artikelen over deze combinatie.
[post_title] => Een AI-systeem als baas?
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => een-ai-systeem-als-baas
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2024-07-01 15:15:31
[post_modified_gmt] => 2024-07-01 13:15:31
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=26479
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[3] => WP_Post Object
(
[ID] => 25994
[post_author] => 6
[post_date] => 2021-06-18 08:50:36
[post_date_gmt] => 2021-06-18 06:50:36
[post_content] => We bedoelen hier uiteraard niet de zoete lekkernij. Maar
wat zijn cookies dan wel? Laten we bij het begin beginnen.
Wat zijn cookies?
Cookies zijn kleine tekstbestandjes die een website of
webwinkel op de harde schijf van een websitebezoeker plaatst op het moment dat deze wordt bezocht. Op die manier kunnen unieke gebruikers van een website van elkaar worden onderscheiden.
Verschillende cookies
Cookies zijn grofweg onder te verdelen in de volgende groepen: functionele cookies, analytische cookies en tracking cookies.
Functionele cookies
Deze cookies worden geplaatst om een
website goed te laten werken. Denk bijvoorbeeld aan een cookie om de inhoud van een winkelwagen in een webshop te onthouden. Ook onthouden deze cookies de
voorkeursinstellingen en bijvoorbeeld het wachtwoord van de websitebezoeker. Deze cookies worden doorgaans op iedere website gebruikt.
Analytische cookies
Met analytische cookies kun je beter inzicht krijgen in hoe jouw website
functioneert. Deze cookies analyseren dan ook het
surfgedrag van websitebezoekers en verbeteren de kwaliteit en effectiviteit van een website. Denk bijvoorbeeld aan informatie als hoe vaak een bepaald
product in de webshop is bekeken of
bezoekersaantallen.
Tracking cookies
Tracking cookies (ook wel marketing cookies genoemd) worden geplaatst om bezoekers te identificeren op één of meerdere websites. Deze cookies brengen het surfgedrag van een specifieke
websitebezoekers als individu in kaart. Omdat door het volgen persoonlijke interesses worden verzameld, kan de websitebezoeker individueel getarget worden en kan er ‘op maat’ gemaakte reclame worden getoond. Vandaar ook de term marketing cookies.
Waarom onderscheid in cookies?
Er wordt onderscheid gemaakt tussen de verschillende cookies, omdat bij sommige soorten cookies persoonsgegevens worden verwerkt. Als er persoonsgegevens worden verwerkt, dan moet er toestemming aan de websitegebruiker worden gevraagd voor het plaatsen van de cookies.
Wel of geen toestemming nodig?
Voor het plaatsen van
functionele cookies is
géén toestemming nodig.
In het geval van
analytische cookies is in beginsel
ook geen toestemming nodig als deze cookies enkel worden gebruikt om het aantal bezoekers en klikgedrag te tellen.
Kunnen verschillende websitebezoekers als gevolg van het plaatsen van de analytische cookies verschillend worden behandeld? Dan moet er
wél toestemming worden gevraagd. In dat geval kom je namelijk al dichter in de buurt bij het ‘op maat’ behandelen van de individuele websitebezoeker. Een voorbeeld daarvan is het gebruik van Google Analytics. Toestemming voor het gebruik van Google Analytics is overigens weer niet nodig als de cookies zijn
geanonimiseerd.
Voor het plaatsen van
tracking cookies is
altijd toestemming nodig.
Wees hierbij overigens ook alert op het plaatsen van content van derden in jouw webshop, zoals Youtube-filmpjes. Op deze manier worden ook tracking cookies geplaatst. De anonimisering- instellingen die Youtube faciliteert, zijn vaak onvoldoende om de verplichte toestemming te omzeilen.
Hoe vraag ik toestemming?
Doorgaans zul je dus
voor het plaatsen van tracking cookies en
analytische cookies als gevolg waarvan je websitebezoekers ander kunst behandelen toestemming moeten te vragen aan de websitebezoeker. Maar hoe vraag je deze toestemming?
Dit kan door middel van een
Cookie banner. Let wel, dit is iets anders dan een
Cookie wall. Het is niet toegestaan een websitebezoeker pas toegang te geven tot een website nadat hij of zij de cookies heeft geaccepteerd.
Maar met een Cookie banner waarin om algemene toestemming wordt gevraagd voor het plaatsen van cookies ben je er ook nog niet. Voor de opmaak van de Cookie banner gelden regels.
Zo mag de toestemming voor het plaatsen van tracking cookies
niet vóóraf zijn aangevinkt. Het toestemming geven moet namelijk een ‘actieve handeling’ van de websitebezoeker inhouden. De Autoriteit Persoonsgegevens (de toezichthouder op het gebied van
privacy) constateert nog steeds dat dit bij veel websites
fout gaat.
Het is dus de bedoeling dat tracking cookies pas worden geplaatst nadat de websitebezoeker toestemming heeft gegeven voor het plaatsen daarvan. Indien de cookie banner wel wordt getoond, maar de websitebezoeker zijn of haar voorkeur niet aanklikt, dan mogen voor dat gehele bezoek géén tracking cookies worden geplaatst.
Informeren websitebezoek over plaatsen cookies
Het is overigens wél
altijd verplicht de websitebezoeker te informeren over de functionele, analytische cookies en tracking cookies die worden geplaatst. Daarbij moet onder andere duidelijk worden vermeld welke cookies er worden geplaatst en voor hoe lang deze cookies worden bewaard. Naar deze informatie moet duidelijk worden verwezen in de Cookie banner, zodat de websitebezoeker
een geïnformeerd besluit kan nemen over het al dan niet accepteren van de cookies.
Aangezien doorgaans door iedere website en/of webshop cookies worden gebruikt, zal een
Cookie statement dan ook op iedere website en/of webshop aanwezig moeten zijn.
Vragen?
Hulp nodig bij het ‘
Cookie-compliant’ maken van jouw website of webshop? Neem contact op.
[post_title] => Gebruik van cookies in jouw webshop: Aan welke regels moet ik mij houden?
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => gebruik-van-cookies-in-jouw-webshop-aan-welke-regels-moet-ik-mij-houden
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2022-10-03 11:11:22
[post_modified_gmt] => 2022-10-03 09:11:22
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=25994
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[4] => WP_Post Object
(
[ID] => 25929
[post_author] => 6
[post_date] => 2021-06-11 10:56:13
[post_date_gmt] => 2021-06-11 08:56:13
[post_content] => Niet te missen, de
EK-reclame van Jumbo. Maar de KNVB is hier niet zo blij mee. Jumbo is namelijk níet de hoofdsponsor van de KNVB, maar Albert Heijn. Eerlijkheid gebiedt mij overigens te zeggen dat ik de Albert Heijn reclame pas heb gezien nadat ik dit
bericht op RTL Nieuws zag.. dus misschien had Albert Heijn hier (ondanks de beperkingen waaraan zij zegt gebonden te zijn) iets creatiever kunnen zijn.
Argumenten van KNVB
Maar waar struikelt KNVB dan over? KNVB heeft er onder andere problemen mee dat de zanger van de Snollebollekes in de reclame verschijnt en zijn bekende in een EK-jasje gestoken 'van links naar rechts' lied zingt. KNVB stelt dat dit het lijflied is van de Oranjeleeuwinnen. Jumbo gaat hier niet in mee. Terecht lijkt mij, dit lied is namelijk het
intellectuele eigendomsrecht van de Snollebollekes en niet van de KNVB.
Waar ligt de grens?
De grens ligt bij het meeliften op andermans merkbekendheid en de suggestie wekken dat er een bepaalde
commerciële band is tussen partijen. De vraag is of daar sprake van is.
Mogelijk dat KNVB een beroep zou kunnen doen op haar
merkenrecht. De leeuwen die op de juichcapes van Jumbo staan zouden in potentie verward kunnen worden met het
logo van de KNVB. Het
gebruik van een logo van een ander voor promotie van de eigen producten, dat mag niet zomaar. Een beroep op
oneerlijke handelspraktijken zou ook nog mogelijk zijn, maar over het algemeen is het indirecte reclame maken voor of door middel van een bepaald evenement (dat in het geval van het EK overigens ook niet door de KNVB, maar door UEFA wordt georganiseerd) ook niet verboden.
Verwarringsgevaar?
Het risico op
verwarring zie ik echter niet zo. Behalve dat ik de dame die was in een wasmachine doet in de Albert Heijn reclame (minuut 0:16) juist weer erg veel op de vrouw van de Jumbo reclame vind lijken. Zo zie je maar, zo kun je overal spoken zien.
KNVB heeft aangegeven er verder geen zaak van te maken. Dus of Jumbo over het randje is gegaan, zullen we nooit weten.
[post_title] => EK-gekte losgebarsten: KNVB vs. Jumbo
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => ek-gekte-losgebarsten-knvb-vs-jumbo
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2022-10-03 11:12:26
[post_modified_gmt] => 2022-10-03 09:12:26
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=25929
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[5] => WP_Post Object
(
[ID] => 25686
[post_author] => 6
[post_date] => 2021-05-26 16:39:34
[post_date_gmt] => 2021-05-26 14:39:34
[post_content] => “Dit T-shirt is van biologisch katoen gemaakt” of “Deze jurk is op een duurzame manier geproduceerd”. Zijn dit termen die jij als ondernemer gebruikt bij het maken van reclame voor jouw modeartikelen? Houd dan rekening met de wetgeving voor het gebruik van deze (zogenoemde) duurzaamheidsclaims. Niet alle claims over duurzaamheid mag je zomaar op je kleding plaatsen of gebruiken bij
reclame voor kleding.
Publicatie handleiding duurzaamheidsclaims 2021
Begin 2021 heeft de Autoriteit Consument en Markt (ACM), de handhavende instantie voor regels voor consumentenbescherming, een
leidraad gepubliceerd. In deze leidraad biedt zij ondernemers handvatten bij het gebruik van duurzaamheidsclaims. Met name om te voorkomen dat er gebruik wordt gemaakt van
misleidende duurzaamheidsclaim.
Onderzoek naar duurzaamheidsclaims bij modebedrijven
Vrij vlot na deze publicatie kwam ACM met het
bericht dat zij was gestart met
onderzoek naar het gebruik van misleidende duurzaamheidsclaims in 3 verschillende sectoren, waaronder de
modebranche.
De reden daarvan is dat ACM bij modebedrijven veel misleidende duurzaamheidsclaims voorbij ziet komen. Dit terwijl duurzaamheid bij consumenten een steeds grotere rol gaat spelen. Inmiddels heeft ACM al 70 modebedrijven een
brief gestuurd met het verzoek de duurzaamheidsclaims die worden gebruikt bij reclame voor en/of de verkoop van kleding onder de loep te nemen.
Regels duurzaamheidsclaims
Maar wat zijn dan de regels waar je je aan moet houden? ACM heeft in haar handleiding vijf vuistregels geformuleerd waarmee je rekening in ieder geval rekening moet houden bij het gebruik van duurzaamheidsclaims voor zowel online als offline verkopen.
Dit zijn de vuistregels:
- Maak duidelijk welk duurzaamheidsvoordeel het product heeft.
Let op dat niet de indruk wordt gewekt dat een modeartikel duurzamer is dan het daadwerkelijk is.De uiting “dit kledingstuk is van biologisch katoen gemaakt” is bijvoorbeeld niet toegestaan als dat kledingstuk maar voor 50% van biologisch katoen is gemaakt. Om de term “biologisch katoen” te mogen gebruiken moet (op basis van Europese wetgeving) het katoen dat gebruikt is voor meer dan 95% afkomstig zijn uit
gecertificeerde productie. Andere (niet-biologische) materialen in het kledingstuk mogen de voordelen van de biologische productie niet verminderen of tenietdoen. Indien dit percentage minder is, dan moet het juiste percentage biologische materialen worden vermeld op of bij het product, afhankelijk van de offline of online situatie.Termen als “Eerlijk”, “Groen”, “Ethisch”, “Fair”, “Diervriendelijk” of “Eerlijke lonen” worden door ACM gezien als ontoelaatbare “vage” termen als een specifieke toelichting ontbreekt.Ook moet er in webshops bij het zoeken op de term “Duurzaam” rekening worden gehouden dat wordt vermeld waarom de getoonde producten onder dit filter vallen.
- De duurzaamheidsclaim moet actueel zijn en worden onderbouwd met feiten.
Duurzaamheidsclaims
moeten kunnen worden onderbouwd. Ook moet een modebedrijf eens in de zoveel tijd onderzoek of de duurzaamheidsclaim nog klopt.
- Vergelijkingen met producten van andere merken moet eerlijk zijn.
Het moet duidelijk zijn met welk product je jouw product vergelijkt. Indien je jouw producten vergelijkt met een product van een ander bedrijf, houd dan ook rekening met andere facetten van het
reclamerecht. Denk bijvoorbeeld aan regelgeving voor vergelijkende reclame.
- Uitingen over de duurzaamheidsinspanningen van het modebedrijf moeten eerlijk en concreet zijn.
Denk hierbij aan informatie over concrete initiatieven in plaats van kernwaarden van een bedrijf. Duurzaamheidsclaims over toekomstige doelstellingen mogen alleen worden gemaakt als er een duidelijke, concrete en meetbare aanpak is om die doelstellingen te bereiken.Er moet daarnaast
duidelijk onderscheid worden gemaakt tussen informatie over duurzaamheidsinspanningen van het (mode)bedrijf en informatie over de voordelen van een specifiek product. In reclame voor een specifiek kledingstuk zoals een broek mag niet worden geadverteerd met duurzaamheidsclaims die betrekking hebben op doelstellingen van het berdrijf. Op basis van dergelijke duurzaamheidclaims van het bedrijf an sich kan namelijk niet worden beoordeeld wat de duurzaamheidsvoordelen van die broek zijn.
- Gebruik van visuele claims of keurmerken mag niet verwarrend zijn
Er mogen alleen logo’s of symbolen worden gebruikt die de
duurzaamheidsstandaarden weergeven waarvoor een product officieel gecertificeerd is. Als een duurzaamheidsclaim is gebaseerd op een eigen ontwikkeld duurzaamheidsprogramma, moeten consumenten worden geïnformeerd over dat programma.Let bijvoorbeeld bij het gebruik van het keurmerk “Better Cotton Initiative” (een initiatief dat zich inzet voor duurzame katoenteelt) de consument geïnformeerd wordt dat hij of zij door het kopen van een kledingstuk met dit keurmerk “bijdraagt” aan de productie van duurzame grondstoffen. Dit hoeft niet per definitie te betekenen dat het gekochte kledingstuk zelf op duurzame wijze is geproduceerd. Ook hierover moet de consument worden geïnformeerd.
Wat als ik me niet aan de regels houd?
Indien (mode)bedrijven zich niet aan de wetgeving voor duurzaamheidsclaims houden, kan ACM
boetes opleggen. Een boete kan oplopen tot EUR 900.000,= of een percentage van de omzet, per overtreding.
Vragen
Brief ontvangen van ACM? Wij ondersteunen je graag bij de beoordeling van jouw duurzaamheidsclaims.
Geen brief ontvangen? Dit betekent niet dat ACM geen boete (meer) mag opleggen. Ook als je geen brief heeft ontvangen van ACM
raden wij je aan om jouw (duurzaamheids-)claims onder de loep te (laten) nemen. Uiteraard ondersteunen we u in dat geval ook graag.
Wilt u meer informatie? Of heeft u andere vragen over het
reclamerecht? Neem dan vrijblijvend contact op.
[post_title] => Misleidende duurzaamheidsclaims in de modebranche: Waar moet ik op letten?
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => misleidende-duurzaamheidsclaims-in-de-modebranche-waar-moet-ik-op-letten
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2022-10-03 11:15:42
[post_modified_gmt] => 2022-10-03 09:15:42
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=25686
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[6] => WP_Post Object
(
[ID] => 25560
[post_author] => 6
[post_date] => 2021-05-21 09:30:11
[post_date_gmt] => 2021-05-21 07:30:11
[post_content] => “
De calcium in deze yoghurt is goed voor sterke botten en tanden” of “
Van deze vitamines gaan je haren stralen”; het zijn allebei reclameslogans waarin wordt beweerd dat een bepaalde voedingsstof invloed heeft op je gezondheid. Dit worden ook wel gezondheidsclaims genoemd.
Eerder schreven wij al een blog over
Gezondheidsclaims in reclame: Do’s en Don’ts. Hierin lichtten wij toe wat een gezondheidsclaim is en waar je op moet letten indien je reclame maakt voor of op jouw producten door middel van een gezondheidsclaim.
Het gebruik van een gezondheidsclaim is echter streng gereguleerd in de Europese wetgeving. Dit is dan ook niet zomaar toegestaan. Een gezondheidsclaim en de wijze waarop deze gebruikt mag worden moet in beginsel zijn opgenomen in een door de Europese Commissie opgestelde
lijst.
In deze blog lichten wij toe onder welke voorwaarden het gebruik van een gezondheidsclaim die niet in betreffende lijst is opgenomen toch is toegestaan. Daarbij gaan wij ook nader in op de bewijslast van de gebruiker van de gezondheidsclaim.
Basisvoorwaarden gebruik gezondheidsclaim
In de basis is het gebruik van gezondheidsclaim enkel toegestaan indien;
1.
de claim is opgenomen in de
lijst van de door de Europese Commissie goedgekeurde gezondheidsclaims (of via de handige
zoektool van de Keuringsraad);
én
2.
het gebruik van de gezondheidsclaim in overeenstemming is met de voorwaarden zoals vastgelegd in voornoemde lijst en de
Verordening voedings- en gezondheidsclaims voor levensmiddelen.
Zo mogen claims niet onjuist of misleidend zijn en is het bijvoorbeeld verboden claims te gebruiken waarin de indruk wordt gewekt dat het niet nuttigen daarvan de gezondheid schaadt of die zinspelen op de snelheid of de mate van gewichtsverlies. Ook gelden verschillende (aanvullende) informatieverplichtingen ten aanzien van de gezondheidsclaims. Omwille de omvang van deze blog gaan wij hier niet nader op in. Mocht u hier vragen over hebben, dan kunt u uiteraard contact met ons opnemen.
Uitzonderingen
Indien de gezondheidsclaim niet is opgenomen in de lijst van de Europese Commissie (of juist wél, maar dan als niet-toegestane claim), houdt dit indien beginsel in dat je de gezondheidsclaim
niet mag gebruiken.
Hier bestaan echter uitzonderingen op.
1.
Algemene gezondheidsclaims
Gezondheidsclaims die verwijzen naar niet-specifieke voordelen van een voedingsstof voor de gezondheid zijn toegestaan, mits dit gepaard gaat met een
specifieke gezondheidsclaim die is opgenomen in de lijst van de Europese Commissie.
Een voorbeeld hiervan is de gezondheidsclaim: “
Dit product is gezond, want hier zit Kalium in en Kalium draagt bij tot de instandhouding van de normale bloeddruk.”
Hierbij is
“Dit product is gezond” het generieke deel en “
want hier zit Kalium in en Kalium draagt bij tot de instandhouding van de normale bloeddruk.” het specifieke deel. Zonder het specifieke deel is het gebruik van het generieke deel niet toegestaan.
De wijze waarop je de gezondheidsclaim gebruikt moet óók voldoen aan de overige vereisten in de
Verordening.
2.
Gedurende de vergunningsaanvraag, mits wetenschappelijk bewijs
Indien een bepaalde gezondheidsclaim zowel niet op de lijst van goedgekeurde als afgekeurde gezondheidsclaim staat, kan er een verzoek worden ingediend bij de Europese Commissie ter goedkeuring van die gezondheidsclaim.
De gezondheidsclaim mag je gedurende de aanvraagprocedure niet gebruiken, tenzij kan worden aangetoond dat het gezondheidseffect ook daadwerkelijk bestaat. Let ook hier op dat je ten aanzien van het gebruik van de gezondheidsclaim moet voldoen aan de overige vereisten in de
Verordening.
Het Europese Hof van Justitie
oordeelde recent dat de bewijslast voor het gezondheidseffect en daarmee de waarheidsgetrouwheid van de gezondheidsclaim (gedurende de aanvraagprocedure) bij de gebruiker van de gezondheidsclaim ligt en dat dit (1)
algemeen aanvaard wetenschappelijk bewijs moet zijn waar (2)
voldoende wetenschappelijke overeenstemming over bestaat.
Uitspraak Europese Hof van Justitie
De betreffende kwestie speelde tussen Mezina AB, een Zweedse partij die onder andere voedingssupplementen op de markt brengt, en de Zweedse toezichthouder. Mezin AB gebruikte gezondheidsclaims, waaronder: “
Rozenbottel kan helpen om uw gewrichten soepel te houden” en “
Gember kan helpen om de gewrichten soepel te houden en om uw energie en vitaliteit op peil te houden”. Volgens de Zweedse autoriteit was dit gebruik in strijd met zowel de nationale wetgeving als de Europese wetgeving, omdat Mezina het geclaimde gezondheidseffect niet had aangetoond.
De Zweedse rechtbank stelde in dat kader een aantal prejudiciële vragen aan het Europese Hof over op wie de bewijslast rustte indien een toezichthouder bezwaar maakt tegen het gebruik van een gezondheidsclaim gedurende de vergunningsaanvraagprocedure. Dit betroffen onder andere de volgende vragen:
1. Dient de partij die de gezondheidsclaim wenst te gaan gebruiken het effect te bewijzen of dient de toezichthouder die het gebruik wil verbieden aan te tonen dat dit effect er niet is? en
2. Wat is het bewijsniveau?
Het Europese Hof van Justitie oordeelde dat de bewijslast (gedurende de vergunningsaanvraagprocedure) bij de gebruiker van gezondheidsclaim ligt. Daarbij geldt het volgende bewijsniveau:
“
de gezondheidsclaim mag alleen worden gebruikt wanneer de aanwezigheid van een nutriënt of andere stof waarvoor de claim wordt gedaan, een bewezen heilzaam nutritioneel of fysiologisch (zijnde het effect dat geclaimd werd) effect heeft, dat is vastgesteld aan de hand van algemeen aanvaard wetenschappelijk bewijs. Over dit bewijs moet voldoende wetschappelijke overeenstemming bestaan.”
Afsluiting
Het gebruik van gezondheidsclaims is streng gereguleerd in Europese wetgeving. Let dan ook goed op indien je van plan bent reclame te maken van voor of op je producten door middel van gezondheidsclaims.
Wil je weten of jouw gezondheidsclaim aan de eisen voldoet? Wij toetsen de gezondheidsclaim graag. Neem daarvoor contact op.
[post_title] => Nieuwe gezondheidsclaim: wetenschappelijk bewijs vereist
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => nieuwe-gezondheidsclaim-wetenschappelijk-bewijs-vereist
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2022-10-03 11:16:31
[post_modified_gmt] => 2022-10-03 09:16:31
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=25560
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[7] => WP_Post Object
(
[ID] => 25349
[post_author] => 6
[post_date] => 2021-05-10 11:31:49
[post_date_gmt] => 2021-05-10 09:31:49
[post_content] => Met enige regelmaat lezen we dat er door een hack
persoonsgegevens in handen van derden zijn gevallen. Wanneer heeft degene van wie de persoonsgegevens zijn gehackt recht op een schadevergoeding en wat is dan schade? Moet schade worden bewezen? Betekent een hack dat er dus is gehandeld in strijd met de
privacy regelgeving?
Deze vragen kwamen aan de orde in een zaak die heeft geleid tot een
uitspraak van 7 april 2021 van de rechtbank Gelderland
[1]. In deze zaak ging het om iemand die zich als woningzoekende had ingeschreven op de website van NederWoon.nl. Bij het aanmaken van een
gebruikersaccount had hij persoonsgegevens moeten verstrekken zoals een kopie paspoort (met BSN afgeschermd), loonstroken en bankafschriften. In mei 2019 is het computersysteem van Nederwoon.nl gehackt. De hacker is gepakt en in december 2019 door de rechter veroordeeld voor computervredebreuk.
De hacker heeft gedreigd de buit gemaakte persoonsgegevens te openbaren maar heeft dat niet gedaan. In deze procedure stelt degene die het gebruikersaccount had aangemaakt (‘eiser’) NederWoon aansprakelijk voor de schade die veroorzaakt is doordat NederWoon vermoedelijk in strijd heeft gehandeld met de Algemene verordening gegevensbescherming (‘Avg’). De immateriële schade wordt daarbij begroot op € 575,-.
De eiser stelt dat:
- NederWoon in strijd met de Avg zijn persoonsgegevens te lang en
onrechtmatig heeft verwerkt (er was al een huurovereenkomst tot stand gekomen en zijn persoonsgegevens hadden dus niet bewaard hoeven te worden).
- NederWoon geen passende technische en organisatorische maatregelen heeft getroffen om de gegevens te beveiligen.
- Hij heeft te vrezen voor
misbruik van zijn persoonsgegevens, nu er zeer privacygevoelige informatie is gelekt, zoals een kopie van zijn paspoort. Dit leidt tot het ondervinden van distress.
NederWoon betwist met name dat sprake is van schending van de Avg of ander onrechtmatig handelen en betwist dat sprake is van schade bij eiser.
Wettelijk kader
Art. 82 Avg stelt dat eenieder die
materiële of immateriële schade heeft geleden ten gevolge van een inbreuk op de Avg, het recht heeft om van de verwerkingsverantwoordelijke of de verwerker schadevergoeding te ontvangen voor de geleden schade.
De rechter overweegt:
- artikel 5 van de
Avg bepaalt onder andere dat persoonsgegevens moeten worden verwerkt op rechtmatige, behoorlijke en transparante wijze en niet langer mogen worden bewaard dan noodzakelijk is. Ook moeten de gegevens ‘door het nemen van passende technische of organisatorische maatregelen op een dusdanige manier worden verwerkt dat een passende beveiliging ervan gewaarborgd is, en dat zij onder meer beschermd zijn tegen ongeoorloofde of onrechtmatige verwerking en tegen onopzettelijk verlies, vernietiging of beschadiging’.
- uit het enkele feit dat een hacker er in is geslaagd bij de persoonsgegevens te komen, kan nog niet worden afgeleid dat NederWoon in strijd heeft gehandeld met artikel 5 Avg. Immers, ook bij de meest optimale beveiliging zal helaas niet volledig uit te sluiten zijn dat technisch (zeer) bekwame kwaadwillende zich toegang verschaffen.
- Eiser moet stellen en voldoende onderbouwen dat er daadwerkelijk (immateriële) schade geleden is. Anders dan eiser kennelijk meent, is het geen automatisme dat een schending van de Avg leidt tot (immateriële) schade en dus tot schadevergoeding.
- De enkele stelling dat sprake is geweest van ‘distress’ is onvoldoende als
geen onderbouwing wordt gegeven waaruit blijkt dat eiser hier concreet last van heeft gehad of hoe die ‘distress’ zich bij hem heeft geuit. Zo heeft eiser na het bekend worden met de hack niet meteen vragen gesteld aan NederWoon of op andere wijze laten merken bezorgd te zijn.
- Ook speelt een rol dat de hacker de persoonsgegevens (nog) niet aan derden had verkocht of overgedragen zodat de kans dat de gegevens in verkeerde handen komen nihil is.
En dus worden de vorderingen afgewezen.
Wat betekent dit voor de praktijk:
- Het is dus geen automatisme dat de persoon van wie de persoonsgegevens bij een hack zijn buit gemaakt, recht heeft op (immateriële) schadevergoeding. Eiser verwees daarvoor zonder succes naar het arrest van de Hoge Raad van 15 maart 2019[2].
- De partij die een
schadevergoeding vordert moet zijn (immateriële) schade bewijzen. Dit ligt in lijn met eerdere uitspraken, onder meer rechtbank Utrecht, 17 september 2008. Maar er zijn ook andere uitspraken.
- In maart 2021 luidde de Autoriteit Persoonsgegevens nog de noodklok over een explosieve toename van hacks en data
- De IT-dienstverlener krijgt een steeds verdergaande zorgplicht ten aanzien van waarschuwingen voor een niet op orde zijnde beveiliging van de IT systemen. Zoals de uitspraak van 14 november 2018 van rechtbank Amsterdam over een ransomaanval[3]. De beveiliging bij een klant was niet in orde en de IT dienstverlener wordt daarvoor aansprakelijk gehouden.
- De verdergaande zorgplicht van IT-dienstverleners betekent ook dat partijen in
IT overeenkomsten meer zouden moeten vastleggen over wie welke verantwoordelijkheid heeft, wie waarvoor aansprakelijk is en wie waarvoor verzekerd zou moeten zijn.
Wanneer u vragen heeft over
IT,
software contracten (wie heeft welke contractuele verplichtingen), (schade door) een datalek of cybersecurity dan kunt u contact opnemen met
Jos van der Wijst (
wijst@bg.legal).
[1] Rechtbank Gelderland, 7 april 2021, ECLI:NL:RBGEL:2021:1888
[2] Hoge Raad, 15 maart 2019, ECLI:NL:HR:2019:376
[3] Rechtbank Amsterdam, 14 november 2018, ECLI:NL:RBAMS:2018:10124
[post_title] => Schadevergoeding na hack persoonsgegevens?
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => schadevergoeding-na-hack-persoonsgegevens
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2021-05-10 11:31:49
[post_modified_gmt] => 2021-05-10 09:31:49
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=25349
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[8] => WP_Post Object
(
[ID] => 25151
[post_author] => 6
[post_date] => 2021-04-30 09:01:32
[post_date_gmt] => 2021-04-30 07:01:32
[post_content] => Software-as-a-service (
SaaS) is software die als online dienst wordt aangeboden. Denk hierbij aan een abonnement: een klant hoeft de
data niet zelf aan te schaffen, maar krijgt toegang door iedere maand een bepaald bedrag te betalen. Veelal zullen zij toegang krijgen tot de data door middel van het dashboard van de aanbieder van de
software. In de praktijk komt het voor dat deze klanten toegang willen tot de data via het dashboard van een derde partij. Het is in deze situatie belangrijk om goede afspraken te maken met deze derde partij:
hoe houd je grip op de data?
In deze blog zal er gekeken worden naar de
technische en juridische mogelijkheden.
Casus
De verschillende mogelijkheden zullen worden besproken aan de hand van een casus.
Kappa BV en Kolos BV (beiden klant van Beta BV) hebben op basis van een
Saas-overeenkomst toegang tot bepaalde data van Beta. Ze krijgen de
data in ruwe vorm aangeleverd, maar zijn daar nog niet tevreden mee. Ze willen namelijk graag meer inzicht in de data die ze ontvangen. Een derde partij, Nano NV geeft aan dat ze wel een dashboard kunnen maken die de data van Beta overzichtelijk weergeeft. In de
SaaS overeenkomst staat echter dat een klant zijn toegangsgegevens niet aan derden mag verstrekken, ook niet voor de uitvoer van verdere diensten. Beta en Nano zijn dus genoodzaakt samen te werken en hieromtrent afspraken te maken. Hierbij is het volgende van belang:
- Beta wil de controle over haar data behouden
- Beta heeft geen problemen met de ontwikkeling van software die haar data kan verrijken
- Nano wil wel samenwerken, maar ook geld kunnen verdienen
Met deze aspecten in het achterhoofd zijn er meerdere oplossingen mogelijk. In de illustratie zijn er twee voor de hand liggende oplossingen al aangegeven. Deze oplossingen verschillen van elkaar doordat in optie 1 het dashboard wel wordt gemaakt door Nano, maar daarna niet door hen wordt beheerd. Hierdoor krijgt Nano geen toegang tot de data die door Kappa opgevraagd wordt. Bij optie 2 wordt het beheer ook door Nano gedaan. Hierdoor zal Nano de data van Beta in ieder geval tijdelijk op moeten slaan om het dashboard te laten werken.
Optie 1: Data naar Kappa en Kolos
Optie 1 houdt in dat de
data uitsluitend wordt gedeeld met de klant. Op deze manier behoudt Beta grip op haar data, ook al staat deze data in het dashboard van Nano. In dit kader is het wel van belang dat Nano het dashboard zo inricht dat deze ofwel op servers van de klant draait, of op de computers van de gebruikers. Hierdoor verandert de stroom van de data dus niet. Nano zal genoegen moeten nemen met een abonnementsmodel voor het dashboard of een eenmalige betaling voor de ontwikkeling en eventueel onderhoud.
Optie 2: Data tijdelijk naar Nano
In het geval van optie 2 wordt het dashboard door Nano
ontwikkeld én beheerd. Hierdoor verwerkt Nano de data van Beta, anders kan het dashboard niet functioneren. Dit kan intern op twee manieren geregeld worden. Nano kan iedere keer de data opvragen die de klant wil gebruiken en vervolgens niet opslaan. Nano kan er ook voor kiezen om de data die door een klant wordt opgevraagd, (tijdelijk) op te slaan zodat er daarna sneller gereageerd kan worden op een nieuwe aanvraag voor dezelfde data. Dit verminderd de communicatie tussen Nano en Beta, hetgeen efficiënter is voor beide bedrijven. De keerzijde is dat Beta de controle over haar data voor een deel verliest. Om dit te voorkomen kan Beta eisen dat Nano de data alleen tijdelijk, bijvoorbeeld voor de duur van de gebruikssessie, op mag slaan en daarna moet verwijderen. Beta zou ook kunnen eisen dat ze inzage krijgt in de code van Nano om te controleren of alle afspraken worden nageleefd.
Optie 3: Data permanent naar Nano
Een derde optie ligt in deze casus
minder voor de hand. Deze optie houdt in dat Beta alle data waar de gebruikers van het dashboard toegang toe hebben, deelt met Nano. Hierdoor worden de servers van Beta niet meer belast door het gebruik van het dashboard van Nano, wat bij optie 2 nog wel het geval is. Hiervoor zou Beta een manier moeten creëren om haar datasets naar Nano te kopiëren. Nano krijgt echter wel uitgebreide toegang, waardoor Beta een deel van haar controle kwijt raakt. Om grip te houden op haar data kan Beta afdwingen dat ze
inzage krijgt in de code van Nano of dat ze de systemen van Nano laat controleren door een
externe partij. Ook kan ze aan de data die ze met Nano deelt bepaalde kenmerken toevoegen waaraan ze de data kan herkennen als die door Nano met externe partijen wordt gedeeld.
Conclusie
Voor Kappa en Kolos zijn optie 2 en 3 het meest
gebruiksvriendelijk en
goedkoop op de korte termijn. Om optie 2 te laten slagen, dienen Beta en Nano
afspraken te maken over de interne behandeling van de data. Zo zou Beta kunnen eisen dat ze inzage krijgt in de code van Nano of dat de data maar voor een korte tijd opgeslagen mag worden bij Nano. In het geval van optie 3 zijn er voor Beta alleen maar nadelen, waardoor de kans minimaal is dat Beta hier aan zal meewerken.
Heeft u vragen? Neem vrijblijvend contact op.
[post_title] => Software as a Service: grip op data
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => software-as-a-service-grip-op-data
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2024-07-01 15:03:14
[post_modified_gmt] => 2024-07-01 13:03:14
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=25151
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[9] => WP_Post Object
(
[ID] => 25095
[post_author] => 6
[post_date] => 2021-04-21 16:49:58
[post_date_gmt] => 2021-04-21 14:49:58
[post_content] => Op 21 april 2021 heeft de Europese Commissie een voorstel gepresenteerd met nieuwe regels voor
Artificial Intelligence (AI/kunstmatige intelligentie).
In dit eerste artikel worden de hoofdlijnen toegelicht.
Waarom nieuwe regels?
AI wordt al breed gebruikt, vaak zonder dat we het zelf in de gaten hebben. De meeste
AI systemen vormen geen risico voor gebruikers. Maar dat geldt niet voor alle AI systemen. De bestaande regelgeving is onvoldoende om de veiligheid van gebruikers en de fundamentele rechten te waarborgen. Daardoor kan het vertrouwen in AI in gevaar komen.
Welke risico categorieën?
De
Europese Commissie stelt een ‘risk-approach’ aanpak voor met vier risiconiveaus:
- onacceptabel risico
Een zeer beperkt aantal AI toepassingen worden aangemerkt als een
onacceptabel risico. Deze gaan in tegen fundamentele rechten en worden om die reden verboden. Als voorbeeld noemt de commissie het sociaal labellen van burgers door overheden en op afstand biometrisch identificeren in de publieke ruimte. Op dit laatste zijn een paar uitzonderingen gemaakt.
- hoog risico
Een iets groter aantal AI toepassingen vormt een
hoog risico. Deze worden beschreven in het voorstel. Zij vormen een hoog risico omdat zij een impact hebben op de fundamentele rechten. De opsomming van deze AI toepassingen kan periodiek worden aangepast.
Deze AI toepassingen moeten aan een aantal verplichte voorwaarden voldoen. Deze voorwaarden omvatten kwaliteitseisen aan de gebruikte dataset, technische documentatie, transparantie en informatieverstrekking aan gebruikers, menselijk toezicht, en robuustheid, accuratesse en cybersecurity. Nationale toezichthouders krijgen hier onderzoeksrechten.
- beperkt risico
Voor een grotere groep AI-toepassingen geldt een
beperkt risico. Hier kan worden volstaan met transparantie. De commissie noemt hier als voorbeeld chatbots. Gebruikers moeten weten dat zij communiceren met een chatbot.
- minimaal risico
Voor alle andere AI toepassingen geldt dat de bestaande wet- en regelgeving
afdoende is. Verreweg de meeste van de huidige AI toepassingen vallen in deze categorie.
Hoe classificeer je AI producten?
De commissie komt met een methodiek om AI toepassingen in te delen in een van de vier risico niveaus. Het doel daarvan is om zekerheid te bieden voor ondernemingen en anderen. Het risico wordt beoordeeld op basis van
het beoogde gebruik. Dit betekent dat gekeken wordt naar:
- het beoogde doel
- het aantal potentieel geraakte personen
- de afhankelijkheid van de uitkomst
- de onomkeerbaarheid van de schade.
Wat zijn de gevolgen voor hoog risico AI systemen?
Voordat deze AI systemen gebruikt mogen worden moet een onderzoek worden uitgevoerd naar het voldoen aan de regelgeving. Uit dat onderzoek moet blijken dat het AI systeem compliant is ten aanzien van de vereisten op het gebied van data kwaliteit, documentatie en traceerbaarheid, transparantie, menselijk toezicht, accuratesse en robuustheid. Voor sommige AI systemen zal een ‘
notified body’ ingeschakeld moeten worden. Voor deze AI systemen moet ook een risk management systeem worden opgezet door de leverancier.
Wie gaat handhaven?
De Lid-Staten zullen een autoriteit moeten aanwijzen die gaan toezien op de naleving.
Gedragscodes
Leveranciers van
high-risk AI systemen kunnen een vrijwillige gedragscode maken voor de veilige toepassing van AI systemen. De commissie stimuleert de industrie om hiermee te komen.
Wie is aansprakelijk bij import van AI systemen?
De importeur in de EU van AI systemen is verantwoordelijk voor het ingevoerde AI systeem. Hij moet ervoor zorgen dat de producent voldoet aan
EU regelgeving en een
CE markering heeft.
Wat is de sanctie?
Het overtreden van deze regelgeving kan worden beboet met een
geldboete van maximaal 6% van de jaaromzet in het voorafgaande kalenderjaar.
Dit was een eerste analyse van het commissievoorstel.
Later volgt een nadere analyse. Later volgt ook een analyse van de voorgestelde nieuwe regeling voor machines.
Voor meer informatie over juridisch/ethische aspecten van AI ontwikkelen wij
LegalAIR. Dit platform gaat praktische informatie en tools geven hoe om te gaan met AI en AI systemen.
Voor meer vragen neemt u contact op met
Jos van der Wijst (
wijst@bg.legal).
[post_title] => Nieuwe Europese regels voor artificial intelligence
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => nieuwe-europese-regels-voor-artificial-intelligence
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2021-04-21 16:49:58
[post_modified_gmt] => 2021-04-21 14:49:58
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=25095
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
)
[post_count] => 10
[current_post] => -1
[before_loop] => 1
[in_the_loop] =>
[post] => WP_Post Object
(
[ID] => 26689
[post_author] => 6
[post_date] => 2021-08-16 09:00:43
[post_date_gmt] => 2021-08-16 07:00:43
[post_content] => Zonder dat we het vaak weten, gebruiken we dagelijks producten en diensten waar kunstmatige intelligentie (artificial intelligence: “AI”) is toegepast. Zoals bijvoorbeeld spraakherkenning in de auto, chatbots op websites, diagnose van kankercellen en het geautomatiseerd nemen van beslissingen. Omdat steeds meer partijen, zowel commerciële partijen als overheden, meer data ter beschikking krijgen, kan deze worden ingezet om een model te maken waarbij voorspellingen gedaan kunnen worden. Voor het maken van dat model wordt AI toegepast.
Voor ontwikkelaars van AI toepassingen, opdrachtgevers van het maken van AI toepassingen en degene die AI toepassingen gebruiken, is de vraag dan aan welke wet- en regelgeving een AI toepassing moet voldoen. Waar wordt een risico gelopen, hoe groot of klein is dat risico en hoe kan een risico worden beperkt of weggenomen? Maar ook vragen over Intellectuele Eigendom aspecten (is de AI toepassing of het resultaat van de AI toepassing beschermd door een Intellectueel Eigendomsrecht /bedrijfsgeheim), mededingingsaspecten (mag je een AI toepassing weigeren te delen met concurrenten), aansprakelijkheidsvragen (wie is aansprakelijk voor schade door/met een AI toepassing) en ‘civielrechtelijke vragen’ (wie is ‘eigenaar' van de (bestaande/nieuwe) data, wie mag wat met de data, wat gebeurt er met de data/het algoritme na het einde van een AI toepassing, kan ik een pandrecht vestigen op een algoritme/AI toepassing/data set).
BG.legal kan daarvoor een AI risico check (“AI Risk Assessment”) uitvoeren en met advies komen hoe eventuele risico’s te beperken of weg te nemen.
Wat houdt het precies in?
Vaak is er voor
AI toepassingen al wet- en regelgeving die van toepassing is. Zoals bijvoorbeeld de Algemene Verordening Persoonsgegevens, de Wet Medisch Hulpmiddel, de Grondwet/Europees Handvest en product aansprakelijkheidsregelgeving. Maar voor veel aspecten is er nog geen regelgeving. Deze is wel in de maak met het voorstel voor een Europese AI Verordening. Zie
ons blog over dit voorstel.
In een AI Risk Assessment
analyseren we voor een bepaalde AI toepassing of deze voldoet aan huidige wet- en regelgeving en aan het voorstel EU AI Verordening. Dit betekent dat we toetsen aan de drie componenten:
- wettig – wordt aan alle toepasselijke wet- en regelgeving voldaan;
- ethisch – worden ethische beginselen en waarden gerespecteerd;
- robuust – is de AI toepassing robuust zowel vanuit technisch (cyber security) als sociaal oogpunt
In het
concrete advies geven we aan hoe risico’s weggenomen of beperkt kunnen worden.
Hoe werkt het
Voor het uitvoeren van de AI Risk Assessment hanteren wij een model waarbij we de volgende stappen zetten:
- uitvoeren pre-test: is het uitvoeren van een AI Risk Assessment wel nodig? Wanneer de risico’s zeer beperkt zijn, dan zou afgezien kunnen worden van het uitvoeren van een AI Risk Assessment.
- Uitvoeren Risk Assessment: met de opdrachtgever bepalen we vooraf het team van de opdrachtgever met wie we het assessment uitvoeren, hoe we het gaan uitvoeren, of er externe partijen deel gaan uitmaken van het team (ethici, informatiebeveiligingsdeskundigen, etc.).
- Na afloop van het assessment ontvangt de opdrachtgever een rapport waarin we de risico’s van de betreffende AI toepassing in kaart hebben gebracht met aanbevelingen hoe risico’s gemitigeerd kunnen worden.
- Nadat maatregelen zijn getroffen waarbij risico’s zijn gemitigeerd kunnen we de AI Risk Assessment opnieuw uitvoeren en een nieuw rapport uitbrengen.
Het rapport kan gedeeld worden met externe partijen zoals (potentiële) opdrachtgevers.
Waarom uit laten voeren door BG.legal?
BG.legal heeft een team dat bestaat uit advocaten, juristen en een data scientist, dat zich toelegt op de juridische aspecten van data/AI. Wij adviseren opdrachtgevers al verschillende jaren over deze onderwerpen. Onze opdrachtgevers zijn bedrijven (startups, scale-ups en MKB), overheden en kennisinstellingen. Soms ontwikkelen zij AI toepassingen en soms geven zij opdracht voor de ontwikkeling van de AI toepassing of zijn zij afnemer/gebruiker van een AI toepassing.
BG.legal heeft het kennisplatform legalAIR (
www.legalair.nl) ontwikkeld. Jos van der Wijst, head van het BG.tech team, coördineert voor de Nederlandse AI coalitie de activiteiten op het gebied van juridische aspecten van AI. Hij is onderdeel van het kernteam Mensgerichte AI van de NL AIC.
BG.legal heeft de kennis en ervaring in huis om een AI Riks Assessment uit te voeren.
Wat kost het?
De kosten voor het uitvoeren van een AI Risk Assessment zijn afhankelijk van de aard en omvang van de AI toepassing. Na een eerste gesprek maken we hier een offerte voor.
Meer informatie?
Voor meer informatie neemt u contact op met Jos van der Wijst:
M : 0650695916
E :
wijst@bg.legal
Gerelateerde Artikelen/blogs:
[post_title] => Risico check voor AI toepassingen
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => risico-check-voor-ai-toepassingen
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2022-05-02 10:48:11
[post_modified_gmt] => 2022-05-02 08:48:11
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=26689
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[comment_count] => 0
[current_comment] => -1
[found_posts] => 263
[max_num_pages] => 27
[max_num_comment_pages] => 0
[is_single] =>
[is_preview] =>
[is_page] =>
[is_archive] => 1
[is_date] =>
[is_year] =>
[is_month] =>
[is_day] =>
[is_time] =>
[is_author] =>
[is_category] =>
[is_tag] =>
[is_tax] => 1
[is_search] =>
[is_feed] =>
[is_comment_feed] =>
[is_trackback] =>
[is_home] =>
[is_privacy_policy] =>
[is_404] =>
[is_embed] =>
[is_paged] => 1
[is_admin] =>
[is_attachment] =>
[is_singular] =>
[is_robots] =>
[is_favicon] =>
[is_posts_page] =>
[is_post_type_archive] =>
[query_vars_hash:WP_Query:private] => 55dc213a19ee6542b940e99c52c81ab2
[query_vars_changed:WP_Query:private] => 1
[thumbnails_cached] =>
[allow_query_attachment_by_filename:protected] =>
[stopwords:WP_Query:private] =>
[compat_fields:WP_Query:private] => Array
(
[0] => query_vars_hash
[1] => query_vars_changed
)
[compat_methods:WP_Query:private] => Array
(
[0] => init_query_flags
[1] => parse_tax_query
)
[tribe_is_event] =>
[tribe_is_multi_posttype] =>
[tribe_is_event_category] =>
[tribe_is_event_venue] =>
[tribe_is_event_organizer] =>
[tribe_is_event_query] =>
[tribe_is_past] =>
[tribe_controller] => Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller Object
(
[filtering_query:Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller:private] => WP_Query Object
*RECURSION*
)
)
Zonder dat we het vaak weten, gebruiken we dagelijks producten en diensten waar kunstmatige intelligentie (artificial intelligence: “AI”) is toegepast. Zoals bijvoorbeeld spraakherkenning in de auto, chatbots op websites, diagnose...
Lees meer
Er wordt door juristen al langer een discussie gevoerd over de vraag of een AI-systeem de uitvinder van een octrooi kan zijn. Prof. Ryan Abbott is van mening dat dit...
Lees meer
Tegenwoordig is het niet meer raar om in de stad meerdere maaltijdbezorgers tegen te komen die een blauwe, roze, groene of oranje tas op hun rug hebben. Deliveroo is één...
Lees meer
We bedoelen hier uiteraard niet de zoete lekkernij. Maar wat zijn cookies dan wel? Laten we bij het begin beginnen. Wat zijn cookies? Cookies zijn kleine tekstbestandjes die een website...
Lees meer
Niet te missen, de EK-reclame van Jumbo. Maar de KNVB is hier niet zo blij mee. Jumbo is namelijk níet de hoofdsponsor van de KNVB, maar Albert Heijn. Eerlijkheid gebiedt...
Lees meer
“Dit T-shirt is van biologisch katoen gemaakt” of “Deze jurk is op een duurzame manier geproduceerd”. Zijn dit termen die jij als ondernemer gebruikt bij het maken van reclame voor...
Lees meer
“De calcium in deze yoghurt is goed voor sterke botten en tanden” of “Van deze vitamines gaan je haren stralen”; het zijn allebei reclameslogans waarin wordt beweerd dat een bepaalde...
Lees meer
Met enige regelmaat lezen we dat er door een hack persoonsgegevens in handen van derden zijn gevallen. Wanneer heeft degene van wie de persoonsgegevens zijn gehackt recht op een schadevergoeding...
Lees meer
Software-as-a-service (SaaS) is software die als online dienst wordt aangeboden. Denk hierbij aan een abonnement: een klant hoeft de data niet zelf aan te schaffen, maar krijgt toegang door iedere...
Lees meer
Op 21 april 2021 heeft de Europese Commissie een voorstel gepresenteerd met nieuwe regels voor Artificial Intelligence (AI/kunstmatige intelligentie). In dit eerste artikel worden de hoofdlijnen toegelicht. Waarom nieuwe regels?...
Lees meer