WP_Query Object
(
[query] => Array
(
[paged] => 36
[news-type] => blog
)
[query_vars] => Array
(
[paged] => 36
[news-type] => blog
[error] =>
[m] =>
[p] => 0
[post_parent] =>
[subpost] =>
[subpost_id] =>
[attachment] =>
[attachment_id] => 0
[name] =>
[pagename] =>
[page_id] => 0
[second] =>
[minute] =>
[hour] =>
[day] => 0
[monthnum] => 0
[year] => 0
[w] => 0
[category_name] =>
[tag] =>
[cat] =>
[tag_id] =>
[author] =>
[author_name] =>
[feed] =>
[tb] =>
[meta_key] =>
[meta_value] =>
[preview] =>
[s] =>
[sentence] =>
[title] =>
[fields] =>
[menu_order] =>
[embed] =>
[category__in] => Array
(
)
[category__not_in] => Array
(
)
[category__and] => Array
(
)
[post__in] => Array
(
)
[post__not_in] => Array
(
)
[post_name__in] => Array
(
)
[tag__in] => Array
(
)
[tag__not_in] => Array
(
)
[tag__and] => Array
(
)
[tag_slug__in] => Array
(
)
[tag_slug__and] => Array
(
)
[post_parent__in] => Array
(
)
[post_parent__not_in] => Array
(
)
[author__in] => Array
(
)
[author__not_in] => Array
(
)
[search_columns] => Array
(
)
[ignore_sticky_posts] =>
[suppress_filters] =>
[cache_results] => 1
[update_post_term_cache] => 1
[update_menu_item_cache] =>
[lazy_load_term_meta] => 1
[update_post_meta_cache] => 1
[post_type] =>
[posts_per_page] => 10
[nopaging] =>
[comments_per_page] => 50
[no_found_rows] =>
[taxonomy] => news-type
[term] => blog
[order] => DESC
)
[tax_query] => WP_Tax_Query Object
(
[queries] => Array
(
[0] => Array
(
[taxonomy] => news-type
[terms] => Array
(
[0] => blog
)
[field] => slug
[operator] => IN
[include_children] => 1
)
)
[relation] => AND
[table_aliases:protected] => Array
(
[0] => wp_term_relationships
)
[queried_terms] => Array
(
[news-type] => Array
(
[terms] => Array
(
[0] => blog
)
[field] => slug
)
)
[primary_table] => wp_posts
[primary_id_column] => ID
)
[meta_query] => WP_Meta_Query Object
(
[queries] => Array
(
)
[relation] =>
[meta_table] =>
[meta_id_column] =>
[primary_table] =>
[primary_id_column] =>
[table_aliases:protected] => Array
(
)
[clauses:protected] => Array
(
)
[has_or_relation:protected] =>
)
[date_query] =>
[queried_object] => WP_Term Object
(
[term_id] => 56
[name] => Blog van medewerkers
[slug] => blog
[term_group] => 0
[term_taxonomy_id] => 56
[taxonomy] => news-type
[description] =>
[parent] => 0
[count] => 1413
[filter] => raw
)
[queried_object_id] => 56
[request] => SELECT SQL_CALC_FOUND_ROWS wp_posts.ID
FROM wp_posts LEFT JOIN wp_term_relationships ON (wp_posts.ID = wp_term_relationships.object_id) LEFT JOIN wp_icl_translations wpml_translations
ON wp_posts.ID = wpml_translations.element_id
AND wpml_translations.element_type = CONCAT('post_', wp_posts.post_type)
WHERE 1=1 AND (
wp_term_relationships.term_taxonomy_id IN (56)
) AND ((wp_posts.post_type = 'post' AND (wp_posts.post_status = 'publish' OR wp_posts.post_status = 'acf-disabled' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-success' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-failed' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-schedule' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-pending' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-draft'))) AND ( ( ( wpml_translations.language_code = 'nl' OR (
wpml_translations.language_code = 'nl'
AND wp_posts.post_type IN ( 'attachment' )
AND ( (
( SELECT COUNT(element_id)
FROM wp_icl_translations
WHERE trid = wpml_translations.trid
AND language_code = 'nl'
) = 0
) OR (
( SELECT COUNT(element_id)
FROM wp_icl_translations t2
JOIN wp_posts p ON p.id = t2.element_id
WHERE t2.trid = wpml_translations.trid
AND t2.language_code = 'nl'
AND (
p.post_status = 'publish' OR p.post_status = 'private' OR
( p.post_type='attachment' AND p.post_status = 'inherit' )
)
) = 0 ) )
) ) AND wp_posts.post_type IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' ) ) OR wp_posts.post_type NOT IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' ) )
GROUP BY wp_posts.ID
ORDER BY wp_posts.menu_order, wp_posts.post_date DESC
LIMIT 350, 10
[posts] => Array
(
[0] => WP_Post Object
(
[ID] => 28679
[post_author] => 19
[post_date] => 2023-02-15 11:21:59
[post_date_gmt] => 2023-02-15 10:21:59
[post_content] => I. De beoogde stelselherziening
De Omgevingswet is het gevolg van een stelselherziening van het omgevingsrecht. Een groot deel van de regels over de fysieke leefomgeving komt samen in één nieuwe wet. Aanleiding hiervoor was de wens om tot eenvoudigere en samenhangende regels te komen op het gebied van het omgevingsrecht. Het huidige omgevingsrecht is versnipperd en verspreid over een groot aantal wetten en AMv’B’s, zoals bijvoorbeeld de Wet ruimtelijke ordening, Wet geurhinder en veehouderij, Wet geluidhinder, Wet natuurbescherming en het Activiteitenbesluit. De wens is om te komen tot een meer integrale wet waarin alle relevante factoren die van invloed zijn op de fysieke leefomgeving samenkomen.
De Omgevingswet kent een aantal verbeterdoelen ten opzichte van het huidige omgevingsrecht;
- Het vergroten van de inzichtelijkheid, de voorspelbaarheid en het gebruiksgemak van het omgevingsrecht;
- Het bewerkstelligen van een samenhangende benadering van de fysieke leefomgeving in beleid, besluitvorming en regelgeving;
- Het vergroten van de bestuurlijke afwegingruimte door een actieve en flexibele aanpak mogelijk te maken voor het bereiken van de doelen van de fysieke leefomgeving;
- Het versnellen en verbeteren van besluitvorming over projecten in de fysieke leefomgeving.
II. Fysieke leefomgeving staat centraal
De Omgevingswet heeft een
bredere reikwijdte dan het huidige omgevingsrecht.
[1] Mede doordat ook maatschappelijke doelen onderdeel worden van de fysieke leefomgeving.
[2] De in deze bepaling neergelegde maatschappelijke doelen geven richting aan de uitvoering en toepassing van de Omgevingswet. Dit geldt zowel voor bedrijven en burgers
[3] als voor bestuursorganen.
Centraal staat de ‘
fysieke leefomgeving’. In de Omgevingswet is in artikel 1.2 Ow bepaald wat in ieder geval onderdeel uitmaakt van de fysieke leefomgeving. Het gaat bij de fysieke leefomgeving zowel om de natuurlijke omgeving [denk aan water, bodem, licht, natuur] als om elementen die daarin zijn aangebracht door de mens, denk aan bouwwerken en infrastructuur. Het is dus een breed begrip. Illustratief voor de verbrede reikwijdte ten opzichte van de Wet ruimtelijke ordening [‘Wro’], waarin het begrip ‘een goede ruimtelijke ordening’ centraal staat, is bijvoorbeeld dat monumenten onderdeel vormen van de fysieke leefomgeving. Dus de aanwijzing van monumenten en regels daarover maken in het nieuwe stelsel onderdeel uit van het
omgevingsplan. Er wordt dus geen losse vergunning meer verleend voor bijvoorbeeld het wijzigen van een monument.
[4] Alles komt samen in één vergunning.
III. De opbouw van de omgevingswet
De Omgevingswet is overzichtelijk opgebouwd. Naast de Omgevingswet zelf, zijn er vier AMvB’s en is er één
ministeriële regeling:
- Het besluit kwaliteit leefomgeving [‘Bkl’]: dit besluit stelt regels over de uitoefening van taken en bevoegdheden door bestuursorganen. Deze regels richten zich dus alleen tot bestuursorganen.
- Het besluit activiteiten leefomgeving [‘Bal’]: dit besluit bevat een groot aantal regels die het Rijk stelt voor een breed scala aan activiteiten met [mogelijke] gevolgen voor de fysieke leefomgeving. Deze regels gelden dus voor eenieder.
- Het besluit bouwwerken leefomgeving: [‘Bbl’]: dit besluit bevat alleen regels ten aanzien van bouwactiviteiten, waaronder bouwen en slopen van een bouwwerk. Ook deze regels gelden voor eenieder.
- Het omgevingsbesluit [‘Ow’]: bevat regels over procedures en algemene onderwerpen. Ook dit besluit is gericht tot eenieder. Gedacht kan worden aan bijvoorbeeld regels over handhaving.
- De Omgevingsregeling: de omgevingsregeling werkt de hierboven genoemde vier AMvB’s verder uit op een meer gedetailleerd niveau. De regeling is met name uitvoeringstechnisch, administratief of meet- en reken technisch van aard.
Deze AMvB’s vervangen circa vijftig bestaande AMvB’s die onder het huidige recht bestaan in het kader van de ruimtelijke ordening. Daarmee is de regelgeving veel meer gecentraliseerd.
IV. Tot slot
Voor een deel zullen de Omgevingswet, de vier AMvB’s en de Omgevingsregeling regels bevatten die we al kennen uit het
huidige ruimtelijke ordeningsrecht. Maar er zal veel gaan veranderen. Omdat niet langer ‘de goede ruimtelijke ordening’ centraal staat maar de ‘fysieke leefomgeving’ is er meer ruimte om ook niet rechtstreeks ruimtelijke relevante belangen in het omgevingsplan op te nemen. Los daarvan zal in het omgevingsplan veel meer geregeld worden dan nu in het bestemmingsplan. Of het daarmee ook eenvoudiger en overzichtelijk wordt, zal moeten blijken.
Heeft u een vraag over de Omgevingswet? Neem u dan gerust vrijblijvend
contact met mij op.
[1] In artikel 1.2 Ow is aangegeven waar de fysieke leefomgeving in ieder geval op ziet.
[2] Artikel 1.3 Ow.
[3] Gedacht kan worden aan de zorgplicht van artikel 1.6 Ow.
[4] Dat heet onder de Ow een ‘omgevingsplanactiviteit’.
Lees hier de artikelen uit de blogreeks:
Deel 1: De Omgevingsvisie
Deel 2: Doel en opbouw van de Omgevingswet
Deel 3: Algemene rijksregels en decentrale regels
Deel 4: Het Omgevingsplan
Deel 5: Het programma onder de Omgevingswet
Deel 6: De omgevingsplanactiviteit
Deel 7: Afwijken van het omgevingsplan
Deel 8: Vergunningvrij bouwen onder de Omgevingswet
Deel 9: Participatie onder de Omgevingswet
Deel 10: Instructies en instructieregels Provincie
Deel 11: Het projectbesluit
Deel 12: Planschade onder de Omgevingswet
Deel 13: Geluid onder de Omgevingswet
Deel 14: Handhaving onder de Omgevingswet
Deel 15: De Bruidsschat en overgangsrecht
[post_title] => Doelen van de Omgevingswet
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => deel-1-doel-en-opbouw-van-de-omgevingswet
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2024-03-27 11:33:48
[post_modified_gmt] => 2024-03-27 10:33:48
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=28679
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[1] => WP_Post Object
(
[ID] => 34893
[post_author] => 65
[post_date] => 2023-02-14 15:38:13
[post_date_gmt] => 2023-02-14 14:38:13
[post_content] => De Commissie van Beroep Financiële Dienstverlening van het Kifid (hierna: de Commissie) heeft
geoordeeld dat een bank de
onbewerkte persoonsgegevens van haar klanten mag bewaren in het kader van haar verplichting op grond van de Wwft
[1]. Het opvragen of bewaren van een kopie of scan van het onbewerkte identiteitsdocument is
niet in strijd met de AVG
[2].
De feiten
Een consument heeft al langere tijd
een bankrekening. De bank moet op grond van de Wwft de identiteit van haar klant controleren. Dit doet de bank aan de hand van een kopie van het identiteitsdocument. De consument had de voor- en achterkant en het BSN op haar identiteitsdocument afgeplakt en foto hiervan ingediend. Dit volstond niet volgens de bank, waarop de consument nogmaals een kopie van het afgeplakte identiteitsdocument heeft ingediend, welke weer werd afgewezen. De consument had een klacht ingediend bij de bank. De klacht is door de bank afgewezen waarna de consument een klacht bij Kifid heeft ingediend.
Oordeel Geschillencommissie
De geschillencommissie van het Kifid oordeelt dat het de bank is toegestaan om een onbewerkt identiteitsdocument te vragen voor identificatie- en verificatiedoeleinden. De bank mag deze gegevens niet zomaar bewaren, dit zou namelijk in strijd zijn met het beginsel van minimale gegevensverwerking.
De bank mag dus onbewerkte kopieën van identiteitsdocumenten verzoeken. De klant mag daarentegen wel eisen dat de bank de kopie die zij vastlegt en bewaart wel bewerkt. Kifid laat zich ook uit over het verwerken van het BSN. De bank mag het BSN verwerken op grond van de Algemene wet inzake rijksbelastingen en niet zozeer op grond van de Wwft.
Oordeel Commissie
Wwft
De bank is in beroep gegaan tegen het oordeel van de geschillencommissie. De Commissie erkent dat de bank op grond van de Wwft verplicht haar klanten te identificeren en de identiteit te verifiëren. Zonder dit proces mag de bank geen zakelijke relatie aangaan met haar klant. Het staat de bank vrij om dit proces naar eigen keuze in te richten.
Om te voldoen aan haar verplichting moet de bank beschikken over onbewerkte identiteitsdocumenten, dit is namelijk noodzakelijk om de echtheid ervan te controleren.
[3] Ook is de bank verplicht om deze gegevens vast te leggen om haar eigen verplichtingen na te leven.
[4] Dit moet zij namelijk doen tot 5 jaar nadat de relatie met haar klant is geëindigd.
[5] Gelet hierop acht de Commissie het noodzakelijk voor de bank om
alle gegevens die nodig zijn voor het klantenonderzoek te bewaren, dus ook een onbewerkt identiteitsdocument met een herkenbare pasfoto daarop.
AVG
Het beginsel van minimale gegevensverwerking vloeit voort uit de AVG.
[6] De verwerking van gegevens moeten worden beperkt tot alleen wat noodzakelijk is. Verwerking van biometrische gegevens tot identificatie van een persoon is verboden
tenzij er een uitzonderingsgrond van toepassing is.
[7] Een foto is een biometrische gegeven
[8] wanneer de verwerking daarvan gebeurt met het oog op identificatie.
[9] Omdat dit het geval is bij de bank, is het in beginsel verboden om deze gegevens te verwerken. De uitzondering is van toepassing als de verwerking ziet op onder meer het verwerken met
het oog op de identificatie van de betrokkene, en slechts voor zover de verwerking voor dat doel onvermijdelijk is.
[10]
Doordat het bewaren van het onbewerkte identiteitsdocument door de bank noodzakelijk is en voor de identificatie van haar klant onvermijdelijk, en omdat aan de hand daarvan zij kan voldoen aan haar eigen verplichtingen, valt dit onder de uitzondering. Gelet hierop oordeelt de Commissie dat de bank een onbewerkt identiteitsdocument van haar klant mag opvragen en verwerken.
Heeft u vragen over
persoonsgegevens? Neem dan contact op met een van onze
specialisten.
[1] Wet ter voorkoming van witwassen en financieren van terrorisme.
[2] Algemene verordening gegevensbescherming.
[3] Artikel 11 lid 1 Wwft en artikel 4 Uitvoeringsbesluit Wwft.
[4] Artikel 33 lid 1 Wwft.
[5] Artikel 33 lid 3 Wwft.
[6] Artikel 5 lid 1 aanhef en onder c AVG.
[7] Artikel 9 AVG.
[8] Artikel 14 en artikel 4 definitie AVG.
[9] Artikel 15 AVG.
[10] Artikel 25 Uitvoeringswet AVG, artikel 9 lid 2 aanheft en onder g AVG.
[post_title] => Bank mag onbewerkte persoonsgegevens bewaren
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => bank-mag-onbewerkte-persoonsgegevens-bewaren
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2023-02-14 16:10:48
[post_modified_gmt] => 2023-02-14 15:10:48
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=34893
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[2] => WP_Post Object
(
[ID] => 34871
[post_author] => 12
[post_date] => 2023-02-14 09:59:55
[post_date_gmt] => 2023-02-14 08:59:55
[post_content] =>
Over wat een accountant wel en niet moet delen met de curator van de voormalige klant wordt al jaren gediscussieerd. Recent heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven (hierna: het ‘’College’’) een uitspraak gewezen waaruit volgt dat de accountant zich er niet te gemakkelijk van kan af maken. Het College heeft op 31 januari 2023 geoordeeld dat een accountant verplicht is om informatie te verstrekken over zijn werkzaamheden aan zijn opdrachtgever en aan de curator in het geval van faillissement. Hoewel er geen algemene en onbeperkte verantwoordingsplicht geldt voor een accountant, had de accountant in dit specifieke geval bereid moeten zijn om de curator te informeren. Als er tegengestelde belangen zijn, mag de accountant wel enige terughoudendheid betrachten.
De zaak begon naar aanleiding van het
faillissement van een groep ondernemingen die zich bezighield met de verkoop van papier, verpakkingsmateriaal en grafische producten. De accountant in kwestie was controlerend accountant van een van de (gefailleerde) dochterondernemingen van de holdingsmaatschappij.
In het kader van hun
faillissementsonderzoek verzochten de curatoren om een afspraak met de accountant. De accountant antwoordde vervolgens dat hij nooit heeft gewerkt als accountant voor
de failliete vennootschap. De curatoren dienden vervolgens een klacht in tegen de accountant bij de Accountantskamer. De curatoren verweten hem dat hij ten onrechte een goedkeurende controleverklaring heeft gegeven bij de geconsolideerde jaarrekening wegens (onder meer) zijn weigeren mee te werken aan het faillissementsonderzoek van de curatoren.
De medewerkingsverplichting voor accountants aan curatoren
De Accountantskamer oordeelt dat de accountant in strijd met het fundamentele beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid heeft gehandeld. Dit omdat hij geen inzicht heeft gegeven in zijn werkzaamheden aan de curatoren. Als de accountant zich wegens tegengestelde belangen terughoudend had moeten opstellen, had hij deze terughoudendheid alsnog in acht kunnen nemen.
Het College stelt in hoger beroep vast dat voor accountants geen algemene en onbeperkte verantwoordingsplicht bestaat met betrekking tot het afgeven van stukken uit zijn dossier aan de opdrachtgever. Dit geldt te meer voor het afgeven van stukken aan de curator van de opdrachtgever in diens faillissement. De invulling van de
verantwoordingsplicht is afhankelijk van de aard van de werkzaamheden ter uitvoering van de opdracht, de deskundigheid van de opdrachtgever en de specifieke feiten en omstandigheden van het geval.
Echter, in beginsel moet een accountant bereid zijn om (zowel aan de opdrachtgever als diens curator) informatie te verstrekken over de door hem verrichte werkzaamheden. Deze verplichting is gebaseerd op het fundamentele beginsel van vakbekwaamheid en zorgvuldigheid zoals bedoeld in de VGBA. Hieruit vloeit voort dat de verantwoordingsplicht een tuchtrechtelijke verantwoordelijkheid inhoudt.
Conclusie
Het College komt tot de conclusie dat de accountant zich
onvoldoende bereid heeft getoond tot overleg. Onder de gegeven omstandigheden had van de accountant mogen worden verwacht dat hij zich bereid had verklaard om het gesprek met de curatoren aan te gaan. Accountants moeten in de meeste gevallen medewerking verlenen en informatie verschaffen aan curatoren in het kader van een faillissementsonderzoek. Dit is alleen anders indien er sprake is van tegenstrijdige belangen voor de accountant.
Meer weten? Neem contact op met één van
onze specialisten.
Hierbij de uitspraak.
[post_title] => Accountants hebben ook een informatieverplichting naar curatoren!
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => accountants-hebben-ook-een-informatieverplichting-naar-curatoren
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2023-02-16 12:27:44
[post_modified_gmt] => 2023-02-16 11:27:44
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=34871
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[3] => WP_Post Object
(
[ID] => 34854
[post_author] => 6
[post_date] => 2023-02-13 15:14:18
[post_date_gmt] => 2023-02-13 14:14:18
[post_content] => Mag je
het merk van een concurrent gebruiken op je website? Mag je in mails of op je website aangeven dat je support en onderhoud levert bij het product van een concurrent? Mag je aangeven dat je gespecialiseerd bent in het systeem van de concurrent? En daarbij natuurlijk dan het merk van de concurrent noemen.
Wat waren de vragen aan de rechter?
In
deze zaak gaat het om het merk van een bedrijf dat hard- en
software levert ten behoeve van monitorings- en alarmsystemen voor laboratoria (XiltriX). Een ex-werknemer gaat werken bij een bedrijf (Purple Q) dat in uitingen (e-mails en op de website) aangeeft onderhoud en support op XiltriX systemen te bieden en zelfs gespecialiseerd te zijn in XiltriX systemen. XiltriX vordert in kort geding een verbod en rectificatie en baseert deze vordering op
merkinbreuk en
misleidende/ongeoorloofde reclame.
Merkinbreuk
XiltriX is houder van de
merkregistratie XiltriX. Purple Q erkent geen toestemming te hebben voor het merkgebruik. Purple Q heeft de website aangepast maar heeft geweigerd een
onthoudingsverklaring te tekenen. En dus is er nog steeds sprake van een dreigende merkinbreuk en spoedeisend belang. De rechtbank overweegt dat geen sprake is van de uitzondering genoemd in art. 2.23 lid 1 sub c BVIE (merkgebruik dat noodzakelijk is om kenmerken van de waar/diensten aan te duiden). Daarvoor moet de informatie juist zijn (zoals opgevat door het relevante publiek). Purple Q blijkt niet alle vormen van onderhoud aan de XiltriX te kunnen leveren. En dus overweegt de rechtbank dat inbreuk is gemaakt op de merkrechten.
Misleidende/ongeoorloofde reclame
De rechtbank overweegt dat een enkele onvolledigheid of onjuistheid onvoldoende is voor misleiding. De mededeling moet het publiek (kunnen) misleiden en het economisch gedrag van het publiek beïnvloeden. De bewijslast dat de gedane mededelingen feitelijk juist zijn, berust bij degene die de uiting heeft gedaan. Purple Q is daar niet in geslaagd.
De vorderingen van XiltriX worden in overwegende mate toegewezen. Ook de
rectificatie op de aangepaste website. De rechtbank overweegt dat de rectificatie gerechtvaardigd is omdat de onjuiste mededelingen geruime tijd op de website van Purple Q hebben gestaan. De rechtbank spreekt geen hoofdelijke veroordeling uit ten aanzien van de vertrokken medewerker. Alleen Purple Q wordt veroordeeld. Ook in de volledige proceskosten.
Wat betekent dit voor de praktijk:
- Het algemene uitgangspunt bij reclame is dat de mededelingen feitelijk juist moeten zijn. De bewijslast daarvan ligt bij degene die de uiting doet.
- Een ander uitgangspunt is dat je alleen met toestemming van een
merkhouder een merk mag gebruiken. Dat geldt ook voor verwijzend gebruik.
- Er is een uitzondering op het verbod. Je mag een merk noemen wanneer dat nodig is om de kenmerken van het product te beschrijven. Wanneer je een auto van het merk A verkoopt dan moet je dat merk kunnen noemen. Het merkgebruik mag dan niet verder gaan dan noodzakelijk is. Zo is het niet nodig of het geregistreerde merk erbij af te beelden. Wel om het merk in letters aan te geven.
Mocht je vragen hebben over het gebruik van een merk, dan kun je contact opnemen met
Jos van der Wijst (
wijst@bg.legal).
[caption id="attachment_29428" align="alignleft" width="200"]
Jos van der Wijst[/caption]
[post_title] => Merkinbreuk en misleidende/ongeoorloofde reclame
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => merkinbreuk-en-misleidende-ongeoorloofde-reclame
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2023-02-13 15:14:18
[post_modified_gmt] => 2023-02-13 14:14:18
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=34854
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[4] => WP_Post Object
(
[ID] => 34675
[post_author] => 68
[post_date] => 2023-02-10 13:00:00
[post_date_gmt] => 2023-02-10 12:00:00
[post_content] => Al eerder schreven we een
blog over werkgevers die foto’s van werknemers willen gebruiken in bijvoorbeeld promotiemateriaal. De werkgever moet daarbij nagaan of de werknemer voor het gebruik van zijn/haar
portret toestemming heeft gegeven. Onlangs is Picnic aangesproken op de inbreuk op het portretrecht van een van haar werknemers. In deze blog leg ik uit waar de kwestie precies over gaat, en vervolgens hoe het oordeel van de
rechtbank Amsterdam luidt.
Wat ging eraan vooraf?
De medewerker in kwestie is werkzaam geweest als runner+ bij Picnic. Gedurende haar dienstverband heeft zij haar medewerking verleend aan een fotoshoot. Voorafgaand aan de fotoshoot tekent de medewerker een verklaring (
quit claim), waarin zij toestemming geeft voor het gebruik van haar
beeldmateriaal en geen bezwaar zal maken tegen de openbaarmaking daarvan. De foto’s worden twee jaar later gebruikt in reclame-uitingen op social media, de website, flyers en op bestelbusjes in Nederland en Duitsland. Vanwege het succes van de campagne betaalt Picnic later nog een extra vergoeding van € 500,-.
De medewerker maakt vervolgens
bezwaar tegen het gebruik van haar foto’s in de reclamecampagnes. Bij de fotoshoot zou haar namelijk verteld zijn dat het beeldmateriaal alleen gebruikt zou worden in een
kortdurende campagne op Instagram. Zij ontdekt echter dat haar foto’s op veel grotere schaal worden gebruikt, zonder dat zij daarvoor toestemming heeft gegeven. Na een gesprek met Picnic worden de afbeeldingen binnen een maand van de bestelbusjes verwijderd. Ook wordt haar portret niet langer op het internet gebruikt. Tenslotte heeft het Duitse zusterbedrijf ook de afbeeldingen verwijderd en € 2.500,- aan de werknemer betaald.
Inbreuk op portretrecht
Desalniettemin stapt de medewerker naar de rechtbank wegens een
inbreuk op haar portretrecht. Volgens Picnic heeft de vrouw vrijwillig haar medewerking verleend aan de fotoshoot, en heeft bovendien toestemming voor het gebruik middels de
quit claim. Het zou nooit de bedoeling zijn geweest dat dit gebruik beperkt zou blijven tot het gebruik van haar foto’s in een korte campagne op Instagram.
De rechtbank gaat echter niet mee met het verweer van Picnic, gelet op de ondertekende
quit claim. In dit document is zij akkoord gegaan met het gebruik van haar foto’s voor ‘de beschikbare promotiekanalen van Picnic’. Daar kan volgens de rechtbank het grootschalige gebruik van haar foto’s tot worden gerekend, waaronder het gebruik van haar foto’s op bestelbusjes in Nederland en Duitsland. In haar hoedanigheid als reguliere werknemer had zij er geen rekening mee hoeven houden dat zij door dit grootschalig gebruik waarschijnlijk voor langere tijd met het bedrijf geassocieerd zou worden. Dit is bijvoorbeeld anders bij een professionele acteur die wordt ingehuurd om langere tijd het gezicht van een campagne te zijn en hiervoor een passende vergoeding ontvangt.
Schadevergoeding
Voorts stelt de rechtbank dat het voldoende aannemelijk is geworden dat de medewerker
immateriële schade heeft geleden. De immateriële schade die voor vergoeding in aanmerking komt, wordt op € 10.000,- geschat. Een onderbouwing hoe de rechtbank tot deze schatting is gekomen wordt echter niet gegeven. Daarnaast wordt ieder verder gebruik van de afbeeldingen verboden, op straffe van een dwangsom.
Conclusie
Mocht je als onderneming foto’s van je werknemers willen gebruiken, wees je er dan bewust van dat je hiervoor toestemming van je werknemers nodig hebt. Om te voorkomen dat je voor onaangename verassingen komt te staan, is het daarnaast van belang dat de
toestemming specifiek genoeg is. Op die manier is voor beide partijen duidelijk voor welke aangelegenheden de foto gebruik zal worden.
Wil je meer weten over het portretrecht? Neem contact op met één van
onze specialisten.
[post_title] => Picnic schendt portretrecht van (ex-)werknemer
[post_excerpt] => Mag een bedrijf de foto’s van een medewerker gebruiken voor meerdere, grootschalige campagnes? Anders dan een professionele acteur hoeft een werknemer van een bedrijf er geen rekening mee te houden dat zij door grootschalig gebruik van haar portret
[post_status] => publish
[comment_status] => closed
[ping_status] => closed
[post_password] =>
[post_name] => picnic-schendt-portretrecht-van-ex-werknemer
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2023-02-10 13:45:14
[post_modified_gmt] => 2023-02-10 12:45:14
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => http://im-52378
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[5] => WP_Post Object
(
[ID] => 34754
[post_author] => 10
[post_date] => 2023-02-10 09:32:10
[post_date_gmt] => 2023-02-10 08:32:10
[post_content] => Bent u
eigenaar van een recreatiewoning die onder de energielabelplicht valt maar heeft u nog geen geregistreerd energielabel? Eigenaren en beheerders van recreatiewoningen krijgen tot
1 januari 2024 de tijd om een energielabel te registreren.
Lees hier verder:
Energielabel geldt ook voor de meeste recreatiewoningen.
[post_title] => Energielabel geldt ook voor de meeste recreatiewoningen
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => energielabel-geldt-ook-voor-de-meeste-recreatiewoningen
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2023-02-10 09:32:10
[post_modified_gmt] => 2023-02-10 08:32:10
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=34754
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[6] => WP_Post Object
(
[ID] => 34832
[post_author] => 73
[post_date] => 2023-02-09 16:45:20
[post_date_gmt] => 2023-02-09 15:45:20
[post_content] =>
Dit moet je weten!
Na 12 jaar is er een
nieuwe versie van de Gedragscode Openheid medische incidenten (GOMA). In dit artikel wordt stilgestaan bij de hoofdpunten van de GOMA 2022 en wat de grootste veranderingen zijn ten opzichte van de GOMA 2010 voor zorgverleners en zorginstellingen.
Voor wie geldt de GOMA?
De Gedragscode Openheid medische incidenten; betere afwikkeling Medische Aansprakelijkheid is opgesteld om onder andere de positie van het slachtoffer te verbeteren na een medisch incident. Een slachtoffer heeft vaak een informatie- en kennisachterstand ten opzichte van de zorgverlener. De GOMA bevat aanbevelingen voor alle zorgverleners en zorginstellingen, maar ook voor de patiënt, de belangenbehartiger, en aansprakelijkheidsverzekeraars. De GOMA geldt dus kortom voor iedereen die te maken heeft met medische incidenten en de afwikkeling van klachten en schadeclaims.
Wat is een incident?
Voor de definitie van incident is aansluiting gezocht bij de definitie van het
Uitvoeringsbesluit van de Wet kwaliteit klachten geschillen en zorg (Wkkgz): “een niet-beoogde of onverwachte gebeurtenis, die betrekking heeft op de kwaliteit van zorg, en heeft geleid, had kunnen leiden of zou kunnen leiden tot schade bij de cliënt”.
Nieuwe ontwikkelingen binnen de GOMA
De GOMA 2022 benoemt vier ontwikkelingen die zich hebben voorgedaan en aanleiding hebben gegeven tot de vernieuwing.
- Meer aandacht voor openheid na een incident
Een patiënt heeft behoefte aan informatie en goede communicatie. Openheid is belangrijk om het vertrouwen tussen de patiënt en de zorgverlener te behouden of te herstellen. Tevens zullen klachten en claims minder snel escaleren indien een zorgverlener open communiceert met de patiënt.
Nieuw in de GOMA is ook de erkenning van de impact die een incident op de zorgverlener heeft. Veel zorgverleners ervaren achteraf schaamte, stress of zelfs een burn-out. De zorgverlener wordt wel ‘
the second victim’ genoemd. Zorginstellingen moeten op grond van goed werkgeverschap voorzien in mogelijkheden voor begeleiding en ondersteuning van de zorgverlener na incidenten. Hierdoor wordt een zorgverlener ook in de mogelijkheid gesteld om beter te communiceren met de patiënt. Dit is opgenomen in aanbeveling 5.
Onder veel zorgverleners heerst nog de opvatting dat zij geen excuses mogen maken of verantwoording mogen nemen voor het incident. Er zijn echter geen juridische belemmeringen om excuses te maken. Een veel gehoorde angst is verlies van polisdekking bij de aansprakelijkheidsverzekeraar. Het is echter door de wetgever verboden om een verbod tot erkenning van feiten op te nemen in de polis.
[1] Patiënten hechten veel waarde aan erkenning van hetgeen hen is overkomen. De GOMA 2022 geeft aan dat een menselijke reactie veel belangrijker is dan formele regels.
- Ontwikkelingen in de verzekeringspraktijk
Aansprakelijkheidsverzekeraars behandelen de verzoeken tot schadevergoeding steeds vaker in samenspraak met de zorginstelling en de zorgverlener. Ook wikkelen zogenaamde ‘zelfregulerende ziekenhuizen’ steeds vaker zelf hun schadeclaims af. Volgens de GOMA 2022 kan dat soms onnodige escalatie voorkomen en leiden tot een snellere schikking.
De zorginstelling moet de patiënt laten weten indien het verzoek wordt beoordeeld door de aansprakelijkheidsverzekeraar en dat deze namens de zorginstelling handelt. In de GOMA 2010 moest de aansprakelijkheidsverzekeraar zich melden bij de patiënt. Ook hieruit blijkt het veranderde uitgangspunt van patiëntvriendelijkheid en het contact vanuit de zorgverlener en/of zorginstelling.
Om de ongelijke positie tussen de patiënt en de zorginstelling te verkleinen dient de zorginstelling de patiënt ook te wijzen op de mogelijkheid om zelf een belangenbehartiger in te schakelen.
- Nieuwe wetgeving
In 2016 is de Wkkgz inwerking getreden. In deze wet heeft de overheid vastgelegd wat er onder goede zorg wordt verstaan. De wet bevat belangrijke klachten- en geschillenregelingen. Ook bevat de Wkkgz een bepaling die het zorgverleners verplicht om incidenten aan de patiënt te melden en op te nemen in het patiëntendossier.[2]
In de GOMA 2010 was opgenomen dat deze melding aan patiënten binnen 24 uur diende te geschieden. Dit is echter niet altijd mogelijk. Daarom is die termijn verzacht naar ‘bij voorkeur binnen 24 uur’. Dit is terug te vinden in aanbeveling 7.
Daarnaast is op
privacygebied ook de AVG in werking getreden. Deze is vooral van belang bij het verstrekken van het medisch dossier. Zo regelt art. 12 lid 3 van de AVG dat dit onverwijld en in ieder geval binnen een maand na ontvangst van het verzoek aan de patiënt verstrekt moet worden.
- Ontwikkelingen in de tuchtrechtspraak
Sinds 2010 is de verantwoordelijkheid van zorgverleners en zorginstellingen verder uitgewerkt. Uit de tuchtrechtspraak van het Centraal tuchtcollege volgde bijvoorbeeld dat een proactieve houding van de zorgverlener behoort tot de zorgplicht van de zorgverlener. Indien de zorgverlener het gesprek aangaat dient hij het gesprek goed voor te bereiden en onder de juiste omstandigheden te laten plaatsvinden.[3] Dit is nu expliciet terug te vinden in aanbeveling 10.
Conclusie
Twee belangrijke uitgangspunten uit de nieuwe GOMA zijn patiëntvriendelijkheid en openheid. De nieuwe aanbevelingen zijn vooral gericht op het aangaan van het (persoonlijke) gesprek tussen de zorgverlener en de patiënt. Bij de afwikkeling na een incident is het aan te raden om als zorgverlener en/of zorginstelling contact te houden met de patiënt, ook indien de afwikkeling loopt via de aansprakelijkheidsverzekeraar en/of belangenbehartiger.
Als zorginstelling is het raadzaam om een ‘open-disclosure’ beleid op te stellen en zorgverleners te wijzen op
het belang van openheid van zaken. Daarnaast dienen zorginstellingen hun zorgverleners goed bij te staan. Een incident kan op de zorgverleners veel impact hebben.
Heeft u vragen over de gedragscode of over een incident? Of heeft u meer in het algemeen een zorgvraagstuk? Neem dan contact met ons op!
BG.zorg
[1] Art. 7:953 BW
[2] Art. 10 Wkkgz
[3] ECLI:NL:TGZCTG:2013:102 en 103
[post_title] => Een nieuwe Gedragscode Openheid Medische Incidenten
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => een-nieuwe-gedragscode-openheid-medisch-incidenten
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2023-06-13 12:10:32
[post_modified_gmt] => 2023-06-13 10:10:32
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=34832
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[7] => WP_Post Object
(
[ID] => 34774
[post_author] => 71
[post_date] => 2023-02-08 14:49:15
[post_date_gmt] => 2023-02-08 13:49:15
[post_content] => Het is ontzettend populair:
zelf digitale kunst maken met behulp van AI (artificial intelligence oftewel kunstmatige intelligentie). Het biedt nieuwe mogelijkheden voor iedereen om kunst te maken. Toch is het een van de ontwikkelingen die veel mensen met lede ogen aanzien, waaronder creatieve makers zoals fotografen, designers, illustratoren en andere beeldende kunstenaars. Hoe zit het met hun rechten?
Hoe worden de werken van kunstenaars in AI gebruikt?
Aan de hand van informatie genereert
AI een afbeelding. Veel AI art
software kun je op basis van een omschrijving een afbeelding laten genereren. Dat gebeurt niet uit het niets; het AI-systeem is gevoed (of eigenlijk getraind) met data, in dit geval duizenden zo niet miljoenen digitale kunstwerken. Aan de hand van die afbeeldingen leert de AI om zo digitale kunstwerken te genereren op basis van een omschrijving (prompt). De afbeeldingen waarmee de AI wordt getraind zijn (bijna altijd) gemaakt door kunstenaars, fotografen en designers; mensen van vlees en bloed. Bekende AI-programma’s zoals Stable Diffusion, MidJourney, DALL-E en Lensa gebruiken op deze manier kunstwerken. In vele door Lensa gegenereerde portretten blijken zelfs nog sporen van signaturen van kunstenaars zichtbaar te zijn. Lang niet alle kunstenaars geven echter hun toestemming hiervoor.
Uitleg auteursrecht
Op de werken van kunstenaars over de hele wereld rust
auteursrecht. Dat auteursrecht (“copyright” in het Engels) is in verschillende verdragen, richtlijnen en wetten vastgelegd. In Nederland hebben we bijvoorbeeld de
Auteurswet. Het auteursrecht geeft de rechthebbende de mogelijkheid om als enige te bepalen wat er met zijn/haar werk gebeurt (binnen de grenzen van de wet). Auteursrecht rust op een concreet werk als er creatieve keuzes zijn gemaakt om dat werk te maken; in Nederland spreken we ook wel van de voorwaarde van het Eigen Oorspronkelijke Karakter en Persoonlijke Stempel (EOK&PS) van de maker. De maker is dan ook doorgaans rechthebbende van zijn werk, uitzonderingen daargelaten.
AI art auteursrecht
Is een in een AI programma gegenereerd kunstwerk een
auteursrechtelijk beschermd werk? Daarvoor moet een werk creatief zijn, en is het dat wel als het door AI gegenereerd is? In een bekende
uitspraak van een aantal jaar geleden werd al bepaald dat er geen auteursrecht kan rusten op een foto die door een aap genomen is. Alleen mensen kunnen auteursrechtelijk beschermde werken maken, want alleen mensen kunnen creatieve keuzes maken. Zoals een eerdere blog over
AI en auteursrecht al beschrijft, betekent dat dus dat een AI geen auteursrechtelijk beschermd werk kan maken, omdat het geen creatieve keuzes maakt. Áls er creatieve keuzes worden gemaakt, dan gebeurt dat door de personen die de AI ontwikkelen - èn de personen die het vervolgens gebruiken. Zij zouden dan mogelijk de rechthebbende van deze met AI gegenereerde kunst zijn, en kunnen dan mogelijk een gemeenschappelijk auteursrecht hebben. Maar over deze discussie is het laatste nog niet gezegd.
Rechtszaak kunst en AI
Sommigen gaan actief de
discussie aan: een groep kunstenaars uit de Verenigde Staten kondigde op 13 januari aan dat ze Stability AI (makers van Stable Diffusion), MidJourney en DeviantArt dagvaarden. Zelfs grote partijen als Getty Images hebben zich hierbij aangesloten. Wordt ongetwijfeld vervolgd….
We zitten als specialisten
intellectueel eigendom en
IT bovenop deze ontwikkelingen. In een volgend blog ga ik het hebben over AI art en auteursrechtinbreuk. Heb je vragen?
Onze specialisten staan voor je klaar!
[post_title] => AI, kunst en auteursrecht
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => ai-kunst-en-auteursrecht
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2023-02-08 14:49:15
[post_modified_gmt] => 2023-02-08 13:49:15
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=34774
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[8] => WP_Post Object
(
[ID] => 34736
[post_author] => 39
[post_date] => 2023-02-06 16:14:29
[post_date_gmt] => 2023-02-06 15:14:29
[post_content] =>
Inleiding
De Omgevingsvisie is een van de zes kerninstrumenten uit de
Omgevingswet. De Omgevingsvisie vervangt de structuurvisie zoals we die kennen uit de
Wet ruimtelijke ordening (Wro). De Omgevingsvisie is bedoeld als strategische en integrale langetermijnvisie voor de gehele fysieke leefomgeving (artikel 3.2 Ow) en dient zowel door het Rijk, de Provincie als de Gemeente te worden opgesteld (artikel 3.1 Ow). Eerder schreef mijn collega
Rutger Boogers er al een
blog over.
Inhoud van de Omgevingsvisie
De Omgevingsvisie is zoals gezegd een langetermijnvisie van de fysieke leefomgeving. Het is dan ook van belang dat het bevoegd gezag anticipeert op toekomstige ontwikkelingen en dient zich ook aan de inhoud van de Omgevingsvisie te houden. Hiermee wordt de continuïteit en de zekerheid van het ontwikkelingsbeleid beschermd, hetgeen overeenkomst met de doelen van de Omgevingswet.
Nu het om een
integrale langetermijnvisie gaat, betekent dit dat er slechts één Omgevingsvisie per bevoegd gezag wordt vastgesteld. Dit betekent dat alle relevante onderwerpen, waaronder ruimte, water, milieu, natuur en landschap in de Omgevingsvisie moeten worden opgenomen. Deze onderwerpen hoeven slechts op hoofdlijnen vast te staan.
Verschillende beleidsvisies
Dit is een van de verschillen met de systematiek onder de huidige Wro, alle verschillende structuurvisies, verkeersvisies, natuur- en milieubeleidsplannen en dergelijke behoren te worden gebundeld in één beleidsdocument. Ook dit strookt met de doelen van de Omgevingswet. Alle verschillende beleidsvisies zijn zo voor de initiatiefnemer inzichtelijker en duidelijker dan onder de huidige wet- en regelgeving.
De Omgevingsvisie is overigens vormvrij en kent slechts een
drietal wettelijke vereisten:
- De visie moet een beschrijving van de hoofdlijnen van de kwaliteit van de fysieke leefomgeving bevatten;
- De hoofdlijnen van de voorgenomen ontwikkeling, het gebruik, het beheer, de bescherming en het behoud van het grondgebied moeten in de visie staan;
- De hoofdzaken van het voor de fysieke leefomgeving te voeren integraal beleid moet in de visie staan.
De inhoud van de Omgevingsvisie bindt ten slotte alleen het bestuursorgaan zelf. De visies van andere bestuursorganen hebben geen juridische doorwerking. Dit wil zeggen dat de Omgevingsvisie van het Rijk die van de Provincie of Gemeente niet bindt. Op gemeentelijk niveau geldt dat de uitgangspunten in de Omgevingsvisie een rol spelen bij de vaststelling van het Omgevingsplan. De ambities uit de Omgevingsvisie dienen in het Omgevingsplan te worden vertaald naar regels die de burger binden. Dit laatste raakt met name de kern van het belang voor de praktijk. Heeft u vragen neemt u dan
contact op met één van de specialisten van de
sectie overheid en vastgoed.
Lees hier de artikelen uit de blogreeks:
Deel 1: De Omgevingsvisie
Deel 2: Doel en opbouw van de Omgevingswet
Deel 3: Algemene rijksregels en decentrale regels
Deel 4: Het Omgevingsplan
Deel 5: Het programma onder de Omgevingswet
Deel 6: De omgevingsplanactiviteit
Deel 7: Afwijken van het omgevingsplan
Deel 8: Vergunningvrij bouwen onder de Omgevingswet
Deel 9: Participatie onder de Omgevingswet
Deel 10: Instructies en instructieregels Provincie
Deel 11: Het projectbesluit
Deel 12: Planschade onder de Omgevingswet
Deel 13: Geluid onder de Omgevingswet
Deel 14: Handhaving onder de Omgevingswet
Deel 15: De Bruidsschat en overgangsrecht
[post_title] => De Omgevingsvisie
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => de-omgevingsvisie
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2024-03-27 11:33:55
[post_modified_gmt] => 2024-03-27 10:33:55
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=34736
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[9] => WP_Post Object
(
[ID] => 34739
[post_author] => 16
[post_date] => 2023-02-06 11:24:04
[post_date_gmt] => 2023-02-06 10:24:04
[post_content] =>
Sinds 1 januari 2023 ben je in Nederland verplicht de helm te dragen op een snorfiets. Deze verplichting geldt zowel voor de bestuurder als voor de passagier. Draag je geen helm dan kan je een boete krijgen. Krijg je een ongeval met letsel dan kan het zijn dat je niet je volledige letselschade vergoed krijgt. Los van je eigen veiligheid is het dus zeer raadzaam de helm op de snorfiets te dragen.
Stijging aantal verkeersdoden
Het aantal verkeersdoden is gestegen onder motorrijders en bromfietsers. Dit was de aanleiding voor het invoeren van de
helmplicht bij snorfietsers. De overheid hoopt door de invoering van de helmplicht verkeersdoden en ongelukken met ernstig hoofdletsel te voorkomen.
In Amsterdam was in 2019 al een helmplicht voor snorfietsers. Het aantal ongevallen waarbij een snorfietser ernstig letsel oploopt was in Amsterdam al gedaald.
Goedgekeurde Helm
De
verplichting geldt nu dus voor heel Nederland op alle fietspaden en openbare wegen. Door de invoering wordt er geen onderscheid meer gemaakt tussen de gele en blauwe kentekens. De helm moet goedgekeurd zijn. Het keurmerk staat vermeld op of in de helm. Het is dus raadzaam om te controleren of de helm een keurmerk heeft. Het moet gaan om een goedgekeurde brom/motorfietshelm (ECE-05 of ECE-06) of goedgekeurde speedpedelec-helm (NTA-8776).
Boetes
Als je rijdt zonder helm, kun je
een boete krijgen. De boete is in 2023 vastgesteld op € 100,= exclusief administratiekosten. Draagt de passagier geen helm, dan is de passagier zelf verantwoordelijk voor het dragen van een helm. Als de passagier onder de 12 jaar is, is de boete wel voor de bestuurder.
Ook door het dragen van een niet-goedgekeurde helm, riskeer je een boete van € 100,=.
Beperkte of geen dekking letselschade bij je eigen verzekeraar
Je kan bij je snorfietsverzekering ook een
ongevallenverzekering voor de bestuurder en passagiers afsluiten. Als je echter geen helm hebt gedragen en het letsel is hierdoor ontstaan dan keert de verzekeraar niet of slechts beperkt uit. Dit is terug te vinden in je polisvoorwaarden.
Korting letselschade door WA verzekeraar vanwege eigen schuld
Je kunt een ongeval krijgen met de snorfiets door de schuld van een ander. Loop je hierbij
letsel op en heb je geen helm gedragen dan krijg je niet je gehele
letselschade vergoed. De verzekeraar van de aansprakelijke partij [WA verzekeraar] kan een korting toepassen.
[post_title] => Helm dragen op de snorfiets!
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => helm-dragen-op-de-snorfiets
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2023-02-06 11:24:04
[post_modified_gmt] => 2023-02-06 10:24:04
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=34739
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
)
[post_count] => 10
[current_post] => -1
[before_loop] => 1
[in_the_loop] =>
[post] => WP_Post Object
(
[ID] => 28679
[post_author] => 19
[post_date] => 2023-02-15 11:21:59
[post_date_gmt] => 2023-02-15 10:21:59
[post_content] =>
I. De beoogde stelselherziening
De
Omgevingswet is het gevolg van een stelselherziening van het omgevingsrecht. Een groot deel van de regels over de
fysieke leefomgeving komt samen in één nieuwe wet. Aanleiding hiervoor was de wens om tot eenvoudigere en samenhangende regels te komen op het gebied van het omgevingsrecht. Het huidige omgevingsrecht is versnipperd en verspreid over een groot aantal wetten en
AMv’B’s, zoals bijvoorbeeld de Wet ruimtelijke ordening, Wet geurhinder en veehouderij, Wet geluidhinder, Wet natuurbescherming en het Activiteitenbesluit. De wens is om te komen tot een meer integrale wet waarin alle relevante factoren die van invloed zijn op de fysieke leefomgeving samenkomen.
De Omgevingswet kent een aantal verbeterdoelen ten opzichte van het huidige omgevingsrecht;
- Het vergroten van de inzichtelijkheid, de voorspelbaarheid en het gebruiksgemak van het omgevingsrecht;
- Het bewerkstelligen van een samenhangende benadering van de fysieke leefomgeving in beleid, besluitvorming en regelgeving;
- Het vergroten van de bestuurlijke afwegingruimte door een actieve en flexibele aanpak mogelijk te maken voor het bereiken van de doelen van de fysieke leefomgeving;
- Het versnellen en verbeteren van besluitvorming over projecten in de fysieke leefomgeving.
II. Fysieke leefomgeving staat centraal
De Omgevingswet heeft een
bredere reikwijdte dan het huidige omgevingsrecht.
[1] Mede doordat ook maatschappelijke doelen onderdeel worden van de fysieke leefomgeving.
[2] De in deze bepaling neergelegde maatschappelijke doelen geven richting aan de uitvoering en toepassing van de Omgevingswet. Dit geldt zowel voor bedrijven en burgers
[3] als voor bestuursorganen.
Centraal staat de ‘
fysieke leefomgeving’. In de Omgevingswet is in artikel 1.2 Ow bepaald wat in ieder geval onderdeel uitmaakt van de fysieke leefomgeving. Het gaat bij de fysieke leefomgeving zowel om de natuurlijke omgeving [denk aan water, bodem, licht, natuur] als om elementen die daarin zijn aangebracht door de mens, denk aan bouwwerken en infrastructuur. Het is dus een breed begrip. Illustratief voor de verbrede reikwijdte ten opzichte van de Wet ruimtelijke ordening [‘Wro’], waarin het begrip ‘een goede ruimtelijke ordening’ centraal staat, is bijvoorbeeld dat monumenten onderdeel vormen van de fysieke leefomgeving. Dus de aanwijzing van monumenten en regels daarover maken in het nieuwe stelsel onderdeel uit van het
omgevingsplan. Er wordt dus geen losse vergunning meer verleend voor bijvoorbeeld het wijzigen van een monument.
[4] Alles komt samen in één vergunning.
III. De opbouw van de omgevingswet
De Omgevingswet is overzichtelijk opgebouwd. Naast de Omgevingswet zelf, zijn er vier AMvB’s en is er één
ministeriële regeling:
- Het besluit kwaliteit leefomgeving [‘Bkl’]: dit besluit stelt regels over de uitoefening van taken en bevoegdheden door bestuursorganen. Deze regels richten zich dus alleen tot bestuursorganen.
- Het besluit activiteiten leefomgeving [‘Bal’]: dit besluit bevat een groot aantal regels die het Rijk stelt voor een breed scala aan activiteiten met [mogelijke] gevolgen voor de fysieke leefomgeving. Deze regels gelden dus voor eenieder.
- Het besluit bouwwerken leefomgeving: [‘Bbl’]: dit besluit bevat alleen regels ten aanzien van bouwactiviteiten, waaronder bouwen en slopen van een bouwwerk. Ook deze regels gelden voor eenieder.
- Het omgevingsbesluit [‘Ow’]: bevat regels over procedures en algemene onderwerpen. Ook dit besluit is gericht tot eenieder. Gedacht kan worden aan bijvoorbeeld regels over handhaving.
- De Omgevingsregeling: de omgevingsregeling werkt de hierboven genoemde vier AMvB’s verder uit op een meer gedetailleerd niveau. De regeling is met name uitvoeringstechnisch, administratief of meet- en reken technisch van aard.
Deze AMvB’s vervangen circa vijftig bestaande AMvB’s die onder het huidige recht bestaan in het kader van de ruimtelijke ordening. Daarmee is de regelgeving veel meer gecentraliseerd.
IV. Tot slot
Voor een deel zullen de Omgevingswet, de vier AMvB’s en de Omgevingsregeling regels bevatten die we al kennen uit het
huidige ruimtelijke ordeningsrecht. Maar er zal veel gaan veranderen. Omdat niet langer ‘de goede ruimtelijke ordening’ centraal staat maar de ‘fysieke leefomgeving’ is er meer ruimte om ook niet rechtstreeks ruimtelijke relevante belangen in het omgevingsplan op te nemen. Los daarvan zal in het omgevingsplan veel meer geregeld worden dan nu in het bestemmingsplan. Of het daarmee ook eenvoudiger en overzichtelijk wordt, zal moeten blijken.
Heeft u een vraag over de Omgevingswet? Neem u dan gerust vrijblijvend
contact met mij op.
[1] In artikel 1.2 Ow is aangegeven waar de fysieke leefomgeving in ieder geval op ziet.
[2] Artikel 1.3 Ow.
[3] Gedacht kan worden aan de zorgplicht van artikel 1.6 Ow.
[4] Dat heet onder de Ow een ‘omgevingsplanactiviteit’.
Lees hier de artikelen uit de blogreeks:
Deel 1: De Omgevingsvisie
Deel 2: Doel en opbouw van de Omgevingswet
Deel 3: Algemene rijksregels en decentrale regels
Deel 4: Het Omgevingsplan
Deel 5: Het programma onder de Omgevingswet
Deel 6: De omgevingsplanactiviteit
Deel 7: Afwijken van het omgevingsplan
Deel 8: Vergunningvrij bouwen onder de Omgevingswet
Deel 9: Participatie onder de Omgevingswet
Deel 10: Instructies en instructieregels Provincie
Deel 11: Het projectbesluit
Deel 12: Planschade onder de Omgevingswet
Deel 13: Geluid onder de Omgevingswet
Deel 14: Handhaving onder de Omgevingswet
Deel 15: De Bruidsschat en overgangsrecht
[post_title] => Doelen van de Omgevingswet
[post_excerpt] =>
[post_status] => publish
[comment_status] => open
[ping_status] => open
[post_password] =>
[post_name] => deel-1-doel-en-opbouw-van-de-omgevingswet
[to_ping] =>
[pinged] =>
[post_modified] => 2024-03-27 11:33:48
[post_modified_gmt] => 2024-03-27 10:33:48
[post_content_filtered] =>
[post_parent] => 0
[guid] => https://bg.legal/?p=28679
[menu_order] => 0
[post_type] => post
[post_mime_type] =>
[comment_count] => 0
[filter] => raw
)
[comment_count] => 0
[current_comment] => -1
[found_posts] => 1413
[max_num_pages] => 142
[max_num_comment_pages] => 0
[is_single] =>
[is_preview] =>
[is_page] =>
[is_archive] => 1
[is_date] =>
[is_year] =>
[is_month] =>
[is_day] =>
[is_time] =>
[is_author] =>
[is_category] =>
[is_tag] =>
[is_tax] => 1
[is_search] =>
[is_feed] =>
[is_comment_feed] =>
[is_trackback] =>
[is_home] =>
[is_privacy_policy] =>
[is_404] =>
[is_embed] =>
[is_paged] => 1
[is_admin] =>
[is_attachment] =>
[is_singular] =>
[is_robots] =>
[is_favicon] =>
[is_posts_page] =>
[is_post_type_archive] =>
[query_vars_hash:WP_Query:private] => e21bec0b6c54dcd5df075f19ec7ed33d
[query_vars_changed:WP_Query:private] =>
[thumbnails_cached] =>
[allow_query_attachment_by_filename:protected] =>
[stopwords:WP_Query:private] =>
[compat_fields:WP_Query:private] => Array
(
[0] => query_vars_hash
[1] => query_vars_changed
)
[compat_methods:WP_Query:private] => Array
(
[0] => init_query_flags
[1] => parse_tax_query
)
[tribe_is_event] =>
[tribe_is_multi_posttype] =>
[tribe_is_event_category] =>
[tribe_is_event_venue] =>
[tribe_is_event_organizer] =>
[tribe_is_event_query] =>
[tribe_is_past] =>
[tribe_controller] => Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller Object
(
[filtering_query:Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller:private] => WP_Query Object
*RECURSION*
)
)
I. De beoogde stelselherziening De Omgevingswet is het gevolg van een stelselherziening van het omgevingsrecht. Een groot deel van de regels over de fysieke leefomgeving komt samen in één nieuwe wet. Aanleiding hiervoor...
Lees meer
De Commissie van Beroep Financiële Dienstverlening van het Kifid (hierna: de Commissie) heeft geoordeeld dat een bank de onbewerkte persoonsgegevens van haar klanten mag bewaren in het kader van haar...
Lees meer
Over wat een accountant wel en niet moet delen met de curator van de voormalige klant wordt al jaren gediscussieerd. Recent heeft het College van Beroep voor het bedrijfsleven (hierna:...
Lees meer
Mag je het merk van een concurrent gebruiken op je website? Mag je in mails of op je website aangeven dat je support en onderhoud levert bij het product van...
Lees meer
Mag een bedrijf de foto’s van een medewerker gebruiken voor meerdere, grootschalige campagnes? Anders dan een professionele acteur hoeft een werknemer van een bedrijf er geen rekening mee te houden dat zij door grootschalig gebruik van haar portret
Lees meer
Bent u eigenaar van een recreatiewoning die onder de energielabelplicht valt maar heeft u nog geen geregistreerd energielabel? Eigenaren en beheerders van recreatiewoningen krijgen tot 1 januari 2024 de tijd...
Lees meer
Dit moet je weten! Na 12 jaar is er een nieuwe versie van de Gedragscode Openheid medische incidenten (GOMA). In dit artikel wordt stilgestaan bij de hoofdpunten van de GOMA...
Lees meer
Het is ontzettend populair: zelf digitale kunst maken met behulp van AI (artificial intelligence oftewel kunstmatige intelligentie). Het biedt nieuwe mogelijkheden voor iedereen om kunst te maken. Toch is het...
Lees meer
Inleiding De Omgevingsvisie is een van de zes kerninstrumenten uit de Omgevingswet. De Omgevingsvisie vervangt de structuurvisie zoals we die kennen uit de Wet ruimtelijke ordening (Wro). De Omgevingsvisie is...
Lees meer
Sinds 1 januari 2023 ben je in Nederland verplicht de helm te dragen op een snorfiets. Deze verplichting geldt zowel voor de bestuurder als voor de passagier. Draag je geen...
Lees meer