Blog van medewerkers

WP_Query Object
(
    [query] => Array
        (
            [paged] => 75
            [news-type] => blog
        )

    [query_vars] => Array
        (
            [paged] => 75
            [news-type] => blog
            [error] => 
            [m] => 
            [p] => 0
            [post_parent] => 
            [subpost] => 
            [subpost_id] => 
            [attachment] => 
            [attachment_id] => 0
            [name] => 
            [pagename] => 
            [page_id] => 0
            [second] => 
            [minute] => 
            [hour] => 
            [day] => 0
            [monthnum] => 0
            [year] => 0
            [w] => 0
            [category_name] => 
            [tag] => 
            [cat] => 
            [tag_id] => 
            [author] => 
            [author_name] => 
            [feed] => 
            [tb] => 
            [meta_key] => 
            [meta_value] => 
            [preview] => 
            [s] => 
            [sentence] => 
            [title] => 
            [fields] => 
            [menu_order] => 
            [embed] => 
            [category__in] => Array
                (
                )

            [category__not_in] => Array
                (
                )

            [category__and] => Array
                (
                )

            [post__in] => Array
                (
                )

            [post__not_in] => Array
                (
                )

            [post_name__in] => Array
                (
                )

            [tag__in] => Array
                (
                )

            [tag__not_in] => Array
                (
                )

            [tag__and] => Array
                (
                )

            [tag_slug__in] => Array
                (
                )

            [tag_slug__and] => Array
                (
                )

            [post_parent__in] => Array
                (
                )

            [post_parent__not_in] => Array
                (
                )

            [author__in] => Array
                (
                )

            [author__not_in] => Array
                (
                )

            [search_columns] => Array
                (
                )

            [ignore_sticky_posts] => 
            [suppress_filters] => 
            [cache_results] => 1
            [update_post_term_cache] => 1
            [update_menu_item_cache] => 
            [lazy_load_term_meta] => 1
            [update_post_meta_cache] => 1
            [post_type] => 
            [posts_per_page] => 10
            [nopaging] => 
            [comments_per_page] => 50
            [no_found_rows] => 
            [taxonomy] => news-type
            [term] => blog
            [order] => DESC
        )

    [tax_query] => WP_Tax_Query Object
        (
            [queries] => Array
                (
                    [0] => Array
                        (
                            [taxonomy] => news-type
                            [terms] => Array
                                (
                                    [0] => blog
                                )

                            [field] => slug
                            [operator] => IN
                            [include_children] => 1
                        )

                )

            [relation] => AND
            [table_aliases:protected] => Array
                (
                    [0] => wp_term_relationships
                )

            [queried_terms] => Array
                (
                    [news-type] => Array
                        (
                            [terms] => Array
                                (
                                    [0] => blog
                                )

                            [field] => slug
                        )

                )

            [primary_table] => wp_posts
            [primary_id_column] => ID
        )

    [meta_query] => WP_Meta_Query Object
        (
            [queries] => Array
                (
                )

            [relation] => 
            [meta_table] => 
            [meta_id_column] => 
            [primary_table] => 
            [primary_id_column] => 
            [table_aliases:protected] => Array
                (
                )

            [clauses:protected] => Array
                (
                )

            [has_or_relation:protected] => 
        )

    [date_query] => 
    [queried_object] => WP_Term Object
        (
            [term_id] => 56
            [name] => Blog van medewerkers
            [slug] => blog
            [term_group] => 0
            [term_taxonomy_id] => 56
            [taxonomy] => news-type
            [description] => 
            [parent] => 0
            [count] => 1312
            [filter] => raw
        )

    [queried_object_id] => 56
    [request] => SELECT SQL_CALC_FOUND_ROWS  wp_posts.ID
					 FROM wp_posts  LEFT JOIN wp_term_relationships ON (wp_posts.ID = wp_term_relationships.object_id) LEFT  JOIN wp_icl_translations wpml_translations
							ON wp_posts.ID = wpml_translations.element_id
								AND wpml_translations.element_type = CONCAT('post_', wp_posts.post_type) 
					 WHERE 1=1  AND ( 
  wp_term_relationships.term_taxonomy_id IN (56)
) AND ((wp_posts.post_type = 'post' AND (wp_posts.post_status = 'publish' OR wp_posts.post_status = 'acf-disabled' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-success' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-failed' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-schedule' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-pending' OR wp_posts.post_status = 'tribe-ea-draft'))) AND ( ( ( wpml_translations.language_code = 'nl' OR (
					wpml_translations.language_code = 'nl'
					AND wp_posts.post_type IN ( 'attachment' )
					AND ( ( 
			( SELECT COUNT(element_id)
			  FROM wp_icl_translations
			  WHERE trid = wpml_translations.trid
			  AND language_code = 'nl'
			) = 0
			 ) OR ( 
			( SELECT COUNT(element_id)
				FROM wp_icl_translations t2
				JOIN wp_posts p ON p.id = t2.element_id
				WHERE t2.trid = wpml_translations.trid
				AND t2.language_code = 'nl'
                AND (
                    p.post_status = 'publish' OR p.post_status = 'private' OR 
                    ( p.post_type='attachment' AND p.post_status = 'inherit' )
                )
			) = 0 ) ) 
				) ) AND wp_posts.post_type  IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' )  ) OR wp_posts.post_type  NOT  IN ('post','page','attachment','wp_block','wp_template','wp_template_part','wp_navigation','our_sector','our_rechtsgebieden','acf-field-group','bwl_advanced_faq','tribe_venue','tribe_organizer','tribe_events','mc4wp-form','slider-data','actualiteiten','accordion','failissementens','advocaten','blogs','seminar','juridisch-medewerker','backoffice','rechtsgebied-detail' )  )
					 GROUP BY wp_posts.ID
					 ORDER BY wp_posts.menu_order, wp_posts.post_date DESC
					 LIMIT 740, 10
    [posts] => Array
        (
            [0] => WP_Post Object
                (
                    [ID] => 20562
                    [post_author] => 26
                    [post_date] => 2020-05-19 11:51:17
                    [post_date_gmt] => 2020-05-19 09:51:17
                    [post_content] => Niet alleen bedrijven, maar ook overheden zien de kansen en bedreigingen van data. Om een aantal grote bedreigingen te voorkomen en het delen van data te stimuleren heeft het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat in februari 2019 een visie op datadeling gepubliceerd. [1]

De visie op datadeling gaat uit van drie belangrijke pijlers, namelijk:
  1. Datadeling komt bij voorkeur vrijwillig tot stand;
  2. Datadeling komt zo nodig verplicht tot stand;
  3. Mensen en bedrijven houden grip op data.
Hoewel dit niet direct blijkt uit de tekst van de drie pijlers, ziet de overheid in elke pijler een rol voor zichzelf weggelegd.
De stimulerende overheid
De eerste pijler vormt het uitgangspunt zoals wij dat ook gewoon zijn in een liberale markt. Partijen die data houden, dienen namelijk zelf de keuze te maken of zij deze data met anderen delen. Partijen kunnen ervoor kiezen data te ruilen, te verkopen of beschikbaar te stellen zonder tegenprestatie. In sommige gevallen is het denkbaar dat de overheid het delen van data faciliteert in de vorm van financiële of organisatorische ondersteuning. Een bekend voorbeeld hiervan is de publiek-private samenwerking in de vorm van het Data Value Center Smart Industry in de Brainportregio. Een ander voorbeeld is Ishare, een afsprakenstelsel dat partijen in de logistieke sector in contact met elkaar brengt om data te delen. De overheid heeft in deze pijler dus een stimulerende functie.
De verplichtende overheid
In de tweede pijler komt de rol van de overheid duidelijker naar voren. Hoewel het belang van bedrijven ligt bij het beschermen van ‘hun’ data, zijn er situaties waarin de negatieve gevolgen publiek van het niet beschikbaar stellen van data dusdanig ernstig zijn dat overheidsingrijpen gewenst is. Enkele negatieve gevolgen zijn bijvoorbeeld de beperking van innovatie en concurrentie, maar ook negatieve gevolgen voor de volksgezondheid en het milieu. In de praktijk zijn al enkele voorbeelden van overheidsingrijpen zichtbaar. Zo is op Europees niveau de richtlijn van de Payment Service Directive 2 uitgevaardigd om grensoverschrijdend betalingsverkeer net zo gemakkelijk, efficiënt en veilig te maken als het binnenlands betalingsverkeer in elk EU-land. Twee andere (Nederlandse) voorbeelden vormen de wellicht toekomstige verplichting tot het delen van voertuigdata en WIBON, die verplicht bepaalde informatie te delen bij voorgenomen graafwerkzaamheden.
De beperkende en controlerende overheid
De derde pijler vormt een algemene beperking bij het verwerken van data. Datadeling dient namelijk plaats te vinden op een manier die recht doet aan de rechten en belangen van betrokken partijen. Hierbij kan worden gedacht aan bescherming van de privacy, maar ook aan vertrouwelijke bedrijfsinformatie of onderling gemaakte afspraken. Het is daarom van belang dat de betrokken bedrijven zelf grip op de data houden. De Algemene Verordening Gegevensbescherming bij persoonsgegevens en intellectuele eigendomsrechten (zoals auteursrecht en/of databankenrecht) kunnen van dienst zijn bij het houden van grip op data. Daarnaast is het van belang dat partijen vooral goede afspraken maken over het gebruik van data (zie ook onze checklist). Het verdient de voorkeur het soort gebruik ook te benoemen. Is er bijvoorbeeld sprake van inzage in data of zijn juist andere vormen van verwerking gewenst? Komt een bedrijf zijn verplichtingen niet na of handelt zij in strijd met de wet, dan staat de gang naar de rechter open. Hebt u vragen over de mogelijkheden en beperkingen bij het delen of juist beschermen van data, neem dan gerust contact op. Zo helpen wij u graag bij:
  • het opstellen van een data sharing agreement;
  • het controleren van een concept data sharing agreement;
  • het optreden wanneer een partij gehandeld heeft in strijd met uw (intellectuele eigendoms)rechten of met afspraken in een data sharing agreement.
[1] Ministerie van Economische Zaken en Klimaat, ‘De Nederlandse visie op datadeling tussen bedrijven’, februari 2019   [post_title] => Een toelichting op de ‘visie op datadeling tussen bedrijven’ [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => een-toelichting-op-de-visie-op-datadeling-tussen-bedrijven [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-01-03 10:52:46 [post_modified_gmt] => 2022-01-03 09:52:46 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=20562 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [1] => WP_Post Object ( [ID] => 20491 [post_author] => 6 [post_date] => 2020-05-12 11:13:13 [post_date_gmt] => 2020-05-12 09:13:13 [post_content] => Moet bij een combinatiegebruik van medische hulpmiddelen ook voor de combinatie een klinische evaluatie hebben plaatsgevonden? Is bij de vormgeving van cartridges sprake van slaafse nabootsing? De rechtbank Rotterdam moest hier over oordelen in het vonnis van 22 april 2020.
Feiten
Het Chinese bedrijf Fengh brengt medische hulpmiddelen op de markt die een gelijkenis vertonen met medische hulpmiddelen van Johnson & Johnson (‘J&J’). Het gaat daarbij onder meer om de producten: medische hulpmiddelen   (bron: vonnis rechtbank Rotterdam, 22 april 2020,ECLI:NL:RBROT:2020:3961 ) J&J klaagt bij de inspectie Gezondheidszorg en Jeugd (‘IGZ’) over de promotie in Nederland van Fengh producten en de informatie die daarbij wordt verstrekt. Het gaat met name om de zinnen: “de combinatie van Fengh reloads met de J&J stapler voldoet aan de eisen die daaraan in artikel 1 en 9 van Bijlage I bij Richtlijn 93/42 EEG worden gesteld” en “Fengh Medical heeft aangetoond dat de nietjes veilig kunnen worden toegepast in de staplers van J&J en de gehele combinatie veilig is.” IGZ treedt niet op omdat Fengh verklaart dat de combinatie van Fengh reloads met de J&J stapler niet in Nederlandse ziekenhuizen wordt toegepast en dat zij de promotie in Nederland zal staken. Fengh geeft een onthoudingsverklaring af aan J&J. In deze onthoudingsverklaring verklaart zij niet langer inbreuk te maken op het auteursrecht van J&J. J&J start een gerechtelijke procedure tegen Fengh. Daarin stelt zij dat Fengh onrechtmatig heeft gehandeld door te handelen in met wet- en regelgeving op het gebied van medische hulpmiddelen en slaafse nabootsing.
Bevoegdheid Nederlandse rechter
Is de Nederlandse rechter bevoegd om een beslissing te nemen over deze vordering. Fengh China is in China gevestigd en wordt nu dus voor een Nederlandse rechtbank gedaagd. De stelling is dus niet vreemd. Toch oordeelt de rechtbank dat zij bevoegd is omdat Fengh China een offerte heeft gestuurd naar een Nederlands bedrijf. Alleen al daaruit volgt dat zij op de Nederlandse markt actief is. En dus kan onrechtmatig gehandeld zijn op het Nederlands grondgebied. Dat maakt de Nederlandse rechter bevoegd.
Strijd met medische hulpmiddelen regelgeving
J&J vordert een verbod tot het aanbieden van de Fengh producten. Het gaat J&J met deze vordering niet om een verbod tot het verhandelen van de Fengh cartridges als zodanig, maar om het promoten, aanbieden en verkopen van de cartridges voor gebruik in J&J-producten. De rechtbank wijst deze vordering af. Zij doet dit omdat Fengh heeft aangegeven een CE markering te hebben aangevraagd bij een ‘notified body’. Zij heeft toegezegd het gebruik van de producten van Fengh in combinatie met de producten van J&J niet aan te bieden en te promoten voordat de nieuwe CE-markering is verstrekt. Dit met uitzondering van het aanbieden inzake een evaluatieonderzoek. Om deze reden wordt de vordering van J&J afgewezen bij gebrek aan belang.
Slaafse nabootsing
Fengh betwist niet dat zij de producten op de Nederlands markt heeft verkocht. Zij betwist ook niet dat haar producten vrijwel identieke nabootsingen zijn van de J&J producten en dat de J&J producten een eigen gezicht op de markt hebben. Zij stelt dat verwarring tussen de Fengh en J&J producten is uitgesloten en dat de cartridges technisch zijn bepaald. De rechtbank oordeelt dat er wel degelijk sprake is van verwarringsgevaar, ook bij het zeer specialistisch kooppubliek van de betreffende producten. Daarbij acht de rechtbank relevant:
  • de vrijwel volkomen gelijkenis;
  • Fengh heeft de hele serie producten nagebootst en de hele nagebootste serie in haar catalogus en offerte aangeboden;
  • Fengh heeft vroeger producten van J&J verkocht (parallelimport), bij Fengh is een ex-werknemer van J&J in dienst en ex-medewerkers van J&J worden door Fengh bij de verkoop en promotie ingezet. Deze stellingen van J&J zijn niet betwist;
  • teksten uit de gebruikershandleidingen zijn door Fengh ongewijzigd overgenomen, zoals door J&J is gesteld en door Fengh niet is betwist.
De vordering wordt daarom toegewezen, behoudens ten aanzien van de cartridges. Fengh stelt dat vormgeving van de cartridges volledig technisch en functioneel is bepaald. Immers de cartridges moeten passen in de staplers. De rechtbank volgt dit standpunt.
Cartridges in strijd met de regelgeving over medische hulpmiddelen?
De rechtbank beoordeelt ten aanzien van de cartridges nog of daarbij is gehandeld in strijd met regelgeving over medische hulpmiddelen. Met name het Besluit medische hulpmiddelen. Met name
  • op grond van artikel 6 moet een medisch hulpmiddel voldoen aan de in bijlage I van richtlijn EG 93/42/EEG opgenomen eisen (zogenaamde essentiële eisen), met inachtneming van de bestemming van het betrokken medisch hulpmiddel;
  • op grond van artikel 7 moet een medisch hulpmiddel zijn voorzien van een CE-markering en is het daarvan slechts voorzien als het aan de in bijlage I van richtlijn EG 93/42/EEG opgenomen essentiële eisen voldoet.
De rechtbank oordeelt dat hieruit volgt dat voor het combinatiegebruik van de Fengh-cartridges met de J&J-staplers een klinische evaluatie moet worden verricht om aan te tonen dat dit combinatiegebruik geen gevaar oplevert voor de klinische toestand of de veiligheid van de patiënten. En die klinische evaluatie had niet plaatsgevonden. De CE-markering die Fengh voor haar eigen cartridges en staplers heeft verkregen is onvoldoende. Zelfs wanneer de staples van Fengh en J&J gelijkwaardig zouden zijn, dan nog moet een klinische evaluatie worden verricht naar de veiligheid van het combinatiegebruik.
Conclusie
De rechtbank wijst een verbod toe, veroordeelt Fengh om opgave te doen van het aantal verkopen in Nederland van de betreffende producten en de daarmee gemaakte brutowinst, gebiedt een recall onder de afnemers van Fengh en veroordeelt Fengh tot vergoeding van de schade van J&J en de proceskosten.
Wat betekent dit voor de praktijk
  • bij onrechtmatige daad claim is de Nederlandse rechter al bevoegd wanneer het buitenlandse bedrijf een offerte naar een Nederlands bedrijf/instelling heeft gestuurd.
  • in geval van combinatiegebruik dient de veiligheid voor deze combinatie te zijn aangetoond in een klinische evaluatie. Een separate CE markering voor beide producten volstaat niet.
  • Bij verkoop van een product dat qua vormgeving (nagenoeg) identiek is aan het product van een concurrent, kunnen feitelijke omstandigheden zorgen voor verwarringsgevaar.
  • Wanneer vormgeving (van cartridges) technisch en functioneel is bepaald dan hoeft er geen sprake te zijn van slaafse nabootsing.
Voor meer informatie over regelgeving over medische hulpmiddelen, onrechtmatig handelen van andere aanbieders van medische hulpmiddelen of auteursrecht op vormgeving. Jos van der Wijst [post_title] => Klinische evaluatie bij combinatiegebruik van medische hulpmiddelen [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => klinische-evaluatie-bij-combinatiegebruik-van-medische-hulpmiddelen [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2021-12-14 16:54:09 [post_modified_gmt] => 2021-12-14 15:54:09 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=20491 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [2] => WP_Post Object ( [ID] => 20466 [post_author] => 6 [post_date] => 2020-05-08 11:46:50 [post_date_gmt] => 2020-05-08 09:46:50 [post_content] => NL digital, de vereniging van IT leveranciers, heeft de algemene voorwaarden aangepast. wordt alleen de IT leverancier daar beter van? NL Digital
Gratis whitepaper: uitgebreide analyse
Een uitgebreidere analyse (met kritische noten en suggesties) van de nieuwe NL Digital voorwaarden is verkrijgbaar door het invullen van het onderstaande formulier. Wij zenden u de analyse dan vrijblijvend toe. Lees ook:  NL Digital voorwaarden 2020: verbetering positie IT leverancier
[post_title] => NL Digital heeft nieuwe voorwaarden. Wie wordt daar beter van? Gratis whitepaper. [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => nl-digital-heeft-nieuwe-voorwaarden-wordt-de-it-leverancier-daar-beter-van [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2020-05-08 11:56:39 [post_modified_gmt] => 2020-05-08 09:56:39 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=20466 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [3] => WP_Post Object ( [ID] => 20460 [post_author] => 8 [post_date] => 2020-05-07 12:50:40 [post_date_gmt] => 2020-05-07 10:50:40 [post_content] => Gezinnen met kleine kinderen en beiden een baan staan onder druk tijdens de coronacrisis. Ach, eigenlijk staan we allemaal onder druk. Thuiswerken, een onzekere financiële toekomst, sociale eenzaamheid etc. Al met al een ingewikkelde tijd. Men verwacht dat de echtscheidingen zullen toenemen. Wellicht is de corona-crisis het laatste zetje als je toch al van plan was te scheiden. Of  is het een eerste signaal dat er iets niet goed zit in je relatie, in welk geval ik toch eerst liever een goed gesprek of relatietherapie adviseer. Het corona-virus overheerst ons nu allemaal, met als gevolg dat voor een aantal mensen grote life-events volgen. Een life-event is een gebeurtenis in je leven die positief of negatief het gevoel van geluk en tevredenheid beïnvloedt. Wat er in je leven gebeurt heb je niet altijd zelf in de hand. Je leven staat op zijn kop en je komt in een tijdelijke overlevingsmodus terecht. Sommige gebeurtenissen zijn zo heftig dat het je niet meer loslaat of dat je uit balans raakt. Er zijn veel  life-events zoals overlijden, echtscheiding, je baan verliezen, verandering in een financiële situatie, geboorte kinderen, met pensioen gaan etc. Echtscheiding is ook een groot life-event. Er verandert veel voor jezelf, je partner en uiteraard voor de kinderen. Om dit zo goed mogelijk te begeleiden, zijn onze mediators opgeleid om ook emotionele problemen in kaart te brengen. Vaak zit de oplossing van een echtscheiding in het begrip voor elkaar en de ontstane situatie. Voor de een is er al langer ontevredenheid over de relatie dan voor de ander. Het is belangrijk om als je een echtscheiding overweegt de juiste stappen te nemen.
  1. Bespreek met je partner je besluit tot echtscheiding;
  2. Geef de ander ruimte om aan het idee te wennen;
  3. Vertel het samen de kinderen en blijf neutraal over jullie rol als ouders; je gaat uit elkaar als partners. Je blijft er altijd samen voor de kinderen;
  4. Kies de juiste scheidingsmethode die bij je past en bespreek die met de andere partner
  5. Verzamel alle financiële gegevens.
  6. Bedenk voor jezelf dat een goede echtscheiding tijd kost om weloverwogen beslissingen te maken. Snel is niet altijd de beste optie, omdat de partner daar wellicht nog niet aan toe is.
Welke scheidingsmethoden zijn er:
  • Mediation, samen 1 advocaat/mediator.
  • Ieder een eigen advocaat (Vfas advocaat)
  • Overlegscheiding (ieder een eigen advocaat en een coach).
Als laatste geldt dat je niet in de hand hebt wat er gebeurt in je leven, maar wel hoe je daarmee omgaat. Goed onderling overleg met een advocaat met bemiddelingsvaardigheden (vfasadvocaat) of samen bij een gecertificeerde mediator kan bepalend zijn voor het goed afwikkelen van je echtscheiding. Neem gerust contact op voor een vrijblijvend gesprek. Liedeke Floris, 088-1410866 of floris@bg.legal Liedeke Floris   [post_title] => Corona en echtscheiding? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => corona-en-echtscheiding [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2020-05-07 15:54:22 [post_modified_gmt] => 2020-05-07 13:54:22 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=20460 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [4] => WP_Post Object ( [ID] => 20433 [post_author] => 6 [post_date] => 2020-05-04 11:23:53 [post_date_gmt] => 2020-05-04 09:23:53 [post_content] => Wanneer een object wordt ontworpen dan komt vaak ook aan de orde de vraag of en hoe die vorm beschermd kan worden. Een van de mogelijkheden is een vormmerk: een driedimensionaal teken. Een vorm kan geen merk zijn wanneer de vorm technisch is bepaald of wanneer de vorm van wezenlijk belang is voor het product. Wanneer is daar sprake van? Wat zijn alternatieven?
Het juridisch kader
De regelgeving voor Benelux en Europese merken is vergelijkbaar. Een aanvraag voor een merkregistratie wordt geweigerd wanneer het ‘teken’ (in de meeste gevallen een foto/tekening van een object) dat je wilt registreren uitsluitend bestaat uit[1]:
  1. de vorm die, of een ander kenmerk dat, door de aard van de waren wordt bepaald;
  2. de vorm van de waren die, of een ander kenmerk van de waren dat, noodzakelijk is om een technische uitkomst te verkrijgen;
  3. de vorm die, of een ander kenmerk dat, een wezenlijke waarde aan de waren geeft.
Casus Gömböc
De Gömböc is een vorm met slechts één stabiele positie als het op een plat oppervlak gelegd wordt. Twee Hongaarse wiskundigen rekenden een vorm uit die overal even zwaar is (homogeen), maar automatisch overeind rolt, hoe je hem ook neerlegt. vormmerk             In Hongarije was een registratie aangevraagd voor een vormmerk onder meer voor siervoorwerpen en speelgoed. De aanvraag werd geweigerd (i) omdat de vorm noodzakelijk was om een technische uitkomst te krijgen en (ii) omdat de vorm door de aard van de waar bepaald werd. Het Hof van Justitie EU[2] heeft in deze zaak richting gegeven aan hoe zo’n aanvraag beoordeeld moet worden. Door deze uitspraak weten we:
  • dat bij de beoordeling niet alleen naar de afbeelding gekeken hoeft te worden maar dat ook rekening gehouden mag worden met andere informatie (zolang deze informatie maar uit objectieve en betrouwbare bronnen afkomstig is)
  • dat registratie geweigerd kan worden wanneer uit informatie blijkt dat het publiek het product koopt vanwege de vorm
  • dat een vormmerk kan bestaan naast andere intellectuele eigendomsrechten zoals een modelrecht. De criteria voor een merk of modelrecht zijn afwijkend en dus ook het onderzoek dat verricht moet worden.
Wat is het alternatief?
Naast of in plaats van een merkrecht zijn er soms alternatieven:
  • Octrooi: een octrooi wordt verleend voor een technische vinding. De technische oplossing wordt dan beschermd.
  • Modelrecht: de vorm moet nieuw zijn en een eigen karakter hebben.
  • Auteursrecht: de vorm van een gebruiksvoorwerp kan auteursrechtelijk beschermd zijn. Niet beschermd zijn die kenmerken die louter technisch- of functioneel bepaald zijn.
Advies
Voor advies over (i) welke beschermingsmogelijkheden er zijn, (ii) welke passend zijn en (iii) hoe deze te realiseren, kunt u contact opnemen met Jos van der Wijst   [1] Artikel 4 lid 1, sub e EU Merkenrichtlijn 2015 [2] HvJEU 23 april 2020, zaak C-237/19 http://curia.europa.eu/juris/document/document.jsf?text=&docid=225524&pageIndex=0&doclang=NL&mode=req&dir=&occ=first&part=1&cid=7094262 Jos van der Wijst [post_title] => Kan ik de vorm van een product met een vormmerk (3D) beschermen? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => kan-ik-de-vorm-van-een-product-met-een-vormmerk-3d-beschermen [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2020-05-04 11:44:51 [post_modified_gmt] => 2020-05-04 09:44:51 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=20433 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [5] => WP_Post Object ( [ID] => 20427 [post_author] => 26 [post_date] => 2020-05-04 11:12:16 [post_date_gmt] => 2020-05-04 09:12:16 [post_content] => Nog steeds onduidelijk terrein: reclame maken voor geneesmiddelen. Veel websites staan vol met uitspraken zoals ‘dit product helpt bij uw nachtrust’ of ‘dit geneesmiddel voorkomt hart- en vaatziekten’. Dergelijke uitspraken worden ook wel gezondheidsclaims genoemd. In een eerdere blog is mijn collega is ingegaan op de do’s en don’ts bij het gebruiken van gezondheidsclaims in reclame. In deze blog zal ik de volgende vraag beantwoorden: mag ik ook reclame maken voor producten die ik niet zelf verkoop? Denk hierbij aan websites die informatie geven over verschillende geneesmiddelen. Bezoekers van dergelijke websites kunnen zoeken naar hun klacht en mogelijke oplossingen hiervoor. In feite geeft deze website slechts informatie over geneesmiddelen. In de praktijk kan het echter wel zo zijn dat deze websites deals hebben met fabrikanten, waardoor zij bepaalde geneesmiddelen zullen aanprijzen. Zij maken dan dus reclame. Doen zij dit zonder handelsvergunning, dan lopen zij kans op een grote boete. In de praktijk Het ging hier om een recente uitspraak van de Raad van State. Appellante is eigenaar van een website, waarop zij geneesmiddelen aanprijst. De Nederlandse Voedsel- en Warenautoriteit is van mening dat appellante de bestanddelen van haar geneesmiddelen, o.a. groene thee, cayenne en cacao, aanprijst zonder een handelsvergunning. Met de uitingen op de website worden personen beïnvloed om het geneesmiddel te kopen. Op haar website stond onder andere ‘Catechines in groene thee hebben een gunstig effect op de bloedstolling’ en  ‘Cayenne heeft een beschermende werking tegen hart- en vaatziekten’. Volgens appellante wordt er geen reclame gemaakt en werd de website ook niet gebruikt om geneesmiddelen te verkopen. De geneesmiddelen waren nergens te koop op dat moment. Echter, de rechtbank en de Raad van State in hoger beroep waren het hier niet mee eens. Appellante is een professionele partij, die zeer veel websites onder zich heeft en daarmee een bijzondere verantwoordelijkheid draagt. Het feit dat de geneesmiddelen op dat moment niet te koop waren via de website, betekent niet dat er geen sprake is van reclame. Anders gezegd: door bepaalde geneesmiddelen aan te prijzen, wordt er reclame gemaakt. Ook al is het geneesmiddel niet verkrijgbaar via die specifieke website. De conclusie was dan ook dat appellante reclame heeft gemaakt voor geneesmiddelen, zonder in het bezit te zijn van een handelsvergunning.  De boete bedroeg iets meer dan achtduizend euro.
Conclusie
In de praktijk is reclame maken voor producten en geneesmiddelen verbonden aan verschillende regels: wat mag wel en wat mag niet? Je begeeft je al snel op glad ijs. Het verkopen of aanprijzen van geneesmiddelen mag niet zónder handelsvergunning. U dient dus ook een handelsvergunning te hebben, ook al prijst u de geneesmiddelen alleen maar aan. Heeft u vragen over het maken van reclame voor geneesmiddelen via uw website? Wij kunnen u hierbij helpen. [post_title] => Reclame voor geneesmiddelen, maar niet zelf verkopen: mag dat zomaar? [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => reclame-voor-geneesmiddelen-maar-niet-zelf-verkopen-mag-dat-zomaar [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-10-27 08:58:37 [post_modified_gmt] => 2022-10-27 06:58:37 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=20427 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [6] => WP_Post Object ( [ID] => 20417 [post_author] => 10 [post_date] => 2020-05-04 10:48:46 [post_date_gmt] => 2020-05-04 08:48:46 [post_content] => Een fout in de inschrijving voor een aanbesteding en het herstel daarvan vormen vaak geen gelukkige combinatie. Een recent gepubliceerde uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam illustreert dat eens temeer. Een partij heeft bij haar inschrijving een fout gemaakt door een prijzenblad niet volledig en correct in te vullen. De aanbestedende dienst sluit om die reden de inschrijving uit van deelname aan de aanbestedingsprocedure. De inschrijver in kwestie stelt dat de omissie een kennelijke fout betreft die zich leent voor herstel. De vraag is of de aanbestedende dienst in strijd handelt met het proportionaliteitsbeginsel door de inschrijver niet de gelegenheid te geven om de fout te herstellen.
Feiten en omstandigheden
In de aanbestedingsleidraad van de aanbesteding is een prijsinvulformulier opgenomen. Inschrijvers moeten alle gevraagde prijzen volledig invullen met gebruikmaking van het prijzenblad. Inschrijvers dienen alle eenheidsprijzen op het prijzenblad invullen. Het prijzenblad dient rechtsgeldig ondertekend, te worden ingediend via www.tenderned.nl. Het niet volledig invullen van dit formulier zal leiden tot het uitsluiten van de Inschrijving. Het ingediende prijsinvulformulier is niet volledig en correct ingevuld. De inschrijver die met de beslissing van de aanbestedende dienst wordt geconfronteerd dat om die reden de inschrijving terzijde wordt gelegd, stelt dat sprake is van een misverstand omdat alle informatie de aanbestedende dienst ter beschikking stond, waardoor de enkele omissie in een Excel file beschouwd kan worden als een tekortkoming die voor herstel vatbaar is. De aanbestedende dienst deelt die mening niet.
Het geschil en de beoordeling  
De uitgesloten inschrijver vordert in kort geding dat aan haar gegund gaat worden en stelt dat hoewel juist is dat een fout is begaan bij het invullen van het prijzenblad, het besluit van de aanbestedende dienst dit te sanctioneren met het terzijde leggen van de inschrijving disproportioneel en onrechtmatig is. In dit geding staat aldus de voorzieningenrechter, de vraag centraal of het de inschrijver/eisende partij – ondanks de bepaling in de aanbestedingsleidraad dat het niet volledig invullen van het prijzenblad wordt gesanctioneerd met uitsluiting – moet worden toegestaan deze fout te herstellen. Nu is het in beginsel mogelijk een kennelijke materiële fout recht te zetten. In dit geval kan het niet (juist) invullen van bepaalde tabellen op het prijzenblad op zichzelf als een kennelijke fout worden aangemerkt. Toch is in dit geval herstel van die fout niet toegestaan. De verplichting van een aanbestedende dienst om de door hemzelf vastgestelde criteria nauwgezet in acht te nemen, betekent immers aldus de voorzieningenrechter, dat de aanbestedende dienst is gehouden een marktdeelnemer uit te sluiten die een stuk of een gegeven dat volgens de aanbestedingsdocumenten op straffe van uitsluiting moest worden overgelegd, niet heeft verstrekt. En van een dergelijke stringente uitsluitingsverplichting in de aanbestedingsleidraad is hier sprake. Dat aanbestedende diensten ook proportioneel moeten handelen doet daaraan niet af.
Conclusie
Fouten in inschrijvingen die in de aanbestedingsdocumenten gesanctioneerd worden met uitsluiting zijn eigenlijk altijd fataal. Heeft u als inschrijver hiermee van doen of hierover vragen? Neem dan vrijblijvend contact op met Rik Wevers via  wevers@bg.legal Rik Wevers     [post_title] => Fout in inschrijving aanbesteding vaak niet vatbaar voor herstel [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => fout-in-inschrijving-aanbesteding-vaak-niet-vatbaar-voor-herstel [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2020-05-04 10:49:39 [post_modified_gmt] => 2020-05-04 08:49:39 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=20417 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [7] => WP_Post Object ( [ID] => 20410 [post_author] => 10 [post_date] => 2020-04-30 15:49:50 [post_date_gmt] => 2020-04-30 13:49:50 [post_content] => De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) heeft de wijze waarop de Zorgverzekeringswet (Zvw) in 2019 door de zorgverzekeraars is uitgevoerd geanalyseerd. De bevindingen van de NZa zijn terug te vinden in een samenvattend rapport Zorgverzekeringswet 2019. De NZa is van oordeel dat veel goed gaat maar dat een aantal zaken nog beter kan. Om de zorg ook in de toekomst toegankelijk en betaalbaar te houden, verwacht de NZa meer regie van de zorgverzekeraars.
Zorginkoop
Zorgverzekeraars kopen de zorg in die op grond van de Zvw verzekerd is. Zij hebben zorgplicht en zijn daarmee medeverantwoordelijk voor het zorglandschap. Zij moeten de regie nemen, sturend optreden en gericht inkopen. Door samenwerking te zoeken met andere inkopers zoals gemeenten. Door samenwerking en coördinatie binnen de regio te stimuleren en faciliteren. En door zuinig te zijn in het belang van de premiebetaler, maar net zo belangrijk: investeren als de aanbieder zorg doelmatiger kan leveren. Aldus de Nza. Op het gebied van zorgplicht en zorginkoop waar we volgens de Nza voor grote uitdagingen in een veranderend zorglandschap staan verwacht de Nza meer inzet van zorgverzekeraars om de noodzakelijke veranderingen in de zorg op gang te brengen en te houden. Contracten zijn daarbij een belangrijk sturingsinstrument waarin de Nza nog verbeteringen nodig en mogelijk acht.
Contracteren  
Goed contracteren in het proces van zorginkoop berust betekent dat de afspraken die zorgverzekeraars en zorgaanbieders met elkaar maken verder moeten gaan dan prijs en volume. In contracten moeten ook afspraken staan om zorg op de juiste plek en waarde gedreven in te richten. Daarnaast moet het aantal gecontracteerde zorgaanbieders zodanig zijn dat voldoende zorg kan worden geleverd door de zorgverzekeraars aan de eigen verzekerden. Nu nog ziet de Nza te vaak dat van zorg zonder contracten sprake is. Uit onderzoek door de Nza naar de redenen hiervan is gebleken dat aanbieders de eisen die zijn opgenomen in de contracten soms onterecht toeschrijven aan de zorgverzekeraars, terwijl deze voortvloeien uit wet- en regelgeving. Of er is bij aanbieders onvrede over de inhoud van de contracten, het contracteerproces, de communicatie met zorgverzekeraars en het gebrek aan ruimte voor groei. Zorgaanbieders met vragen over het contracteren met zorgverzekeraars kunnen contact opnemen met BG.zorg. Rik Wevers   [post_title] => Zorgupdate: NZa wil meer regie van zorgverzekeraars [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => zorgupdate-nza-wil-meer-regie-van-zorgverzekeraars [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2021-11-30 14:39:55 [post_modified_gmt] => 2021-11-30 13:39:55 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=20410 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [8] => WP_Post Object ( [ID] => 20408 [post_author] => 19 [post_date] => 2020-04-30 14:33:20 [post_date_gmt] => 2020-04-30 12:33:20 [post_content] => In veel bezwaar- en beroepsprocedures stellen belanghebbenden aantasting van privacy aan de kaak. In de meeste gevallen zonder succes. Er wordt in deze bezwaar- en beroepsprocedures een strak onderscheid gemaakt tussen bestuursrecht en privaatrecht. Dat wil zeggen dat privaatrechtelijke aspecten – zoals privacy – niet van belang zijn bij vergunningverlening. Dat is slechts anders in het geval van een zogenoemde ‘evidente privaatrechtelijke belemmering’. Dat er niet snel sprake is van zo’n evidente privaatrechtelijke belemmering, beschreef ik in een eerder artikel hierover. Uit dit artikel blijkt dat er twee eisen zijn:
  1. Is er sprake van een privaatrechtelijke belemmering?
  2. Is die beperking evident zodat die in de weg staan aan vergunningverlening?
Dat zijn strenge eisen. Deze eisen gelden ook bij een aantasting van privacy. Desondanks is het mogelijk om vergunningverlening tegen te houden met een beroep op aantasting van privacy. Dit blijkt uit een recente uitspraak van de hoogste bestuursrechter van Nederland.
Wat speelde er in die zaak?
Er was door de gemeente Haarlem een vergunning verleend voor het realiseren van een dakterras op een aanbouw. De buren van de vergunninghouder zijn het niet eens met de verleende vergunning. De buren vrezen een aantasting van hun privacy door inkijk in de woonkamer vanaf het dakterras. Zij stellen dat er vanaf het dakterras rechtstreeks zicht is in hun woonkamer. De buren verwijzen naar artikel 5:50 BW. Daarin is bepaald dat het niet geoorloofd is binnen twee meter van de grenslijn van een erf vensters of andere muuropeningen, dan welk balkons of soortelijke werken te hebben voor zover deze op dit erf uitzicht geven. De gemeente stelt dat er van een evidente privaatrechtelijke belemmering geen sprake is, terwijl de buren stellen dat daarvan wel sprake is. Met het uitzicht wordt inbreuk gemaakt op hun privacy en tevens wordt gehandeld in strijd met het verbod van artikel 5:50 BW.
Wat zegt de hoogste bestuursrechter?
De hoogste bestuursrechter verwijst eerst naar de vaste rechtspraak waaruit blijkt dat van een evidente privaatrechtelijke belemmering niet snel sprake is. Vervolgens overweegt de bestuursrechter: “Op basis van de door partijen overgelegde en ter zitting getoonde foto’s stelt de Afdeling vast dat er vanaf de korte zijde van het door vergunninghouder gewenste balkon rechtstreeks zicht is op het naburige erf van appellanten. Omdat de korte zijde van het balkon rechtstreeks uitkijkt op dit erf, volgt de Afdeling het college niet in de stelling dat er om een hoekje moet worden gekeken en een kwartslag moet worden gedraaid om zicht te hebben op dit erf. De korte zijde van het voorziene balkon bevindt zich binnen twee meter van de grens met het erf van appellanten en heeft een open hekwerk met een hoogte van 1,20 m. Daarmee is er sprake van zicht op het erf binnen 2 m van de grenslijn als bedoeld in artikel 5:50 van het BW. Vanaf het balkon is er door de twee glazen lichtkoepels in het dak van de aanbouw van appellanten in ieder geval ’s avonds met kunstmatige verlichting aan rechtstreeks zicht in hun woonkamer. Daargelaten of het zicht vanwege de bolling van de lichtkoepels overdag beperkt is, levert ook zicht dat wegens verlichting in de woonkamer beperkt is tot de avonduren, rechtstreeks zicht op als bedoeld in artikel 5:50 van het BW. Aangezien in het bouwplan geen voorzieningen zijn opgenomen om het rechtstreekse zicht weg te nemen, levert het bouwplan strijd op met artikel 5:50 van het BW. Dit betekent dat sprake is van een evidente privaatrechtelijke belemmering die aan vergunningverlening voor het bouwplan in de weg staat. De rechtbank heeft dit niet onderkend.”
Conclusie en relevantie voor de praktijk
Er is dus sprake van een privaatrechtelijke belemmering. Maar dat niet alleen, de belemmering staat ook in de weg aan vergunningverlening. De belemmering is ‘evident’. De gemeente had de vergunning dus niet mogen verlenen. De reden is dat er niet voldaan is aan de eis van artikel 5:50 BW. Uit deze uitspraak blijkt dat privaatrechtelijke belemmeringen dus zeker van belang kunnen zijn bij vergunningverlening. Dat geldt in het bijzonder voor dit soort ‘harde normen’ die privacy beschermen. Dit soort beperkingen in het burenrecht zal een gemeente dus in de besluitvorming – zeker in bezwaar – moeten meenemen. In een eerdere blog ben ik hier wat verder op ingegaan en heb ik meerdere voorbeelden hiervan genoemd. BG.legal zal deze ontwikkelingen nauwgezet volgen. Heeft u een vraag over privacy of een evidente privaatrechtelijke belemmering? Neem dan gerust vrijblijvend contact met mij op. Rutger Boogers, Advocaat, specialist omgevingsrecht Rutger Boogers         [post_title] => Is aantasting privacy reden om vergunning te weigeren? Jazeker! [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => is-aantasting-privacy-reden-om-vergunning-te-weigeren-jazeker [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2020-04-30 14:34:49 [post_modified_gmt] => 2020-04-30 12:34:49 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=20408 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [9] => WP_Post Object ( [ID] => 20372 [post_author] => 10 [post_date] => 2020-04-29 10:38:57 [post_date_gmt] => 2020-04-29 08:38:57 [post_content] => Tegenwoordig kan elke Nederlander online zijn medische gegevens inzien. Of we nu ziek of gezond zijn: zelf je gegevens bijhouden en delen met huisartsen, ziekenhuizen en behandelaars, wordt steeds eenvoudiger. We krijgen niet alleen meer regie, maar ook meer rechten. Bijvoorbeeld het recht op inzage in ons elektronisch zorgdossier en een afschrift daarvan – geheel kosteloos. Het resultaat van een nieuw wetsartikel.  Op 1 juli 2020 treedt artikel 15d in werking van de Wet aanvullende bepalingen gegevensverwerking in de zorg (Wabvpz). Dit artikel verplicht zorgaanbieders om patiënten kosteloze elektronische inzage in hun dossier te geven. Ook moet de zorgaanbieder bijhouden wie in het elektronisch dossier kijkt en werkt. Want de patiënt heeft op grond van artikel 15e van diezelfde Wabvpz recht op een loggingsoverzicht.
Inzage op papier en elektronisch
Behalve recht op inzage in en afschrift van zijn papieren dossier (al vastgelegd in de Wet geneeskundige behandelingsovereenkomst, Wgbo) heeft de patiënt vanaf 1 juli dus ook recht op inzage in en afschrift van zijn elektronisch dossier. In tegenstelling tot het papieren dossier moet het afschrift van het elektronisch dossier kosteloos worden verschaft. Ook heeft de Wabvpz in vergelijking met de Wgbo een ruimer toepassingsgebied: ze geldt namelijk voor alle zorgaanbieders die een patiëntendossier bijhouden. Het elektronisch systeem dat elektronische inzage mogelijk maakt moet voldoen aan de normen NEN 7510 en NEN 7512. Dit volgt uit het zogenaamde Besluit elektronische gegevensverwerking door zorgaanbieders (Begz). De zorgaanbieder mag zelf bepalen hoe hij gegevens elektronisch beschikbaar wil stellen aan de patiënt. Dat kan bijvoorbeeld via een cliëntportaal of het verschaffen van elektronische inzage op een computer op een locatie van de zorgaanbieder.
Recht op loggingsafschrift
Nieuw zijn ook de rechten en plichten met logging. De zorgaanbieder moet het elektronisch systeem zo inrichten dat wordt vastgelegd wie het dossier heeft ingezien en wie gegevens ter beschikking heeft gesteld. Immers, met ingang van 1 juli 2020 heeft de patiënt recht op een afschrift van de logging. Met andere woorden: de patiënt kan verzoeken om een overzicht van wie en wanneer bepaalde informatie beschikbaar heeft gemaakt in het elektronisch systeem en wie wanneer bepaalde informatie heeft gezien. De logging moet voldoen aan de norm NEN 7513 op grond van artikel 5 lid 1 Begz. Zorgaanbieders met vragen over de Wabvpz en het voldoen aan de NEN-normen kunnen contact opnemen met BG.zorg via wevers@bg.legal Rik Wevers   [post_title] => Nieuw wetsartikel verplicht tot gratis inzage in elektronisch patiëntendossier [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => nieuw-wetsartikel-verplicht-tot-gratis-inzage-in-elektronisch-patientendossier [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2020-04-29 10:40:46 [post_modified_gmt] => 2020-04-29 08:40:46 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=20372 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) ) [post_count] => 10 [current_post] => -1 [before_loop] => 1 [in_the_loop] => [post] => WP_Post Object ( [ID] => 20562 [post_author] => 26 [post_date] => 2020-05-19 11:51:17 [post_date_gmt] => 2020-05-19 09:51:17 [post_content] => Niet alleen bedrijven, maar ook overheden zien de kansen en bedreigingen van data. Om een aantal grote bedreigingen te voorkomen en het delen van data te stimuleren heeft het Ministerie van Economische Zaken en Klimaat in februari 2019 een visie op datadeling gepubliceerd. [1] De visie op datadeling gaat uit van drie belangrijke pijlers, namelijk:
  1. Datadeling komt bij voorkeur vrijwillig tot stand;
  2. Datadeling komt zo nodig verplicht tot stand;
  3. Mensen en bedrijven houden grip op data.
Hoewel dit niet direct blijkt uit de tekst van de drie pijlers, ziet de overheid in elke pijler een rol voor zichzelf weggelegd.
De stimulerende overheid
De eerste pijler vormt het uitgangspunt zoals wij dat ook gewoon zijn in een liberale markt. Partijen die data houden, dienen namelijk zelf de keuze te maken of zij deze data met anderen delen. Partijen kunnen ervoor kiezen data te ruilen, te verkopen of beschikbaar te stellen zonder tegenprestatie. In sommige gevallen is het denkbaar dat de overheid het delen van data faciliteert in de vorm van financiële of organisatorische ondersteuning. Een bekend voorbeeld hiervan is de publiek-private samenwerking in de vorm van het Data Value Center Smart Industry in de Brainportregio. Een ander voorbeeld is Ishare, een afsprakenstelsel dat partijen in de logistieke sector in contact met elkaar brengt om data te delen. De overheid heeft in deze pijler dus een stimulerende functie.
De verplichtende overheid
In de tweede pijler komt de rol van de overheid duidelijker naar voren. Hoewel het belang van bedrijven ligt bij het beschermen van ‘hun’ data, zijn er situaties waarin de negatieve gevolgen publiek van het niet beschikbaar stellen van data dusdanig ernstig zijn dat overheidsingrijpen gewenst is. Enkele negatieve gevolgen zijn bijvoorbeeld de beperking van innovatie en concurrentie, maar ook negatieve gevolgen voor de volksgezondheid en het milieu. In de praktijk zijn al enkele voorbeelden van overheidsingrijpen zichtbaar. Zo is op Europees niveau de richtlijn van de Payment Service Directive 2 uitgevaardigd om grensoverschrijdend betalingsverkeer net zo gemakkelijk, efficiënt en veilig te maken als het binnenlands betalingsverkeer in elk EU-land. Twee andere (Nederlandse) voorbeelden vormen de wellicht toekomstige verplichting tot het delen van voertuigdata en WIBON, die verplicht bepaalde informatie te delen bij voorgenomen graafwerkzaamheden.
De beperkende en controlerende overheid
De derde pijler vormt een algemene beperking bij het verwerken van data. Datadeling dient namelijk plaats te vinden op een manier die recht doet aan de rechten en belangen van betrokken partijen. Hierbij kan worden gedacht aan bescherming van de privacy, maar ook aan vertrouwelijke bedrijfsinformatie of onderling gemaakte afspraken. Het is daarom van belang dat de betrokken bedrijven zelf grip op de data houden. De Algemene Verordening Gegevensbescherming bij persoonsgegevens en intellectuele eigendomsrechten (zoals auteursrecht en/of databankenrecht) kunnen van dienst zijn bij het houden van grip op data. Daarnaast is het van belang dat partijen vooral goede afspraken maken over het gebruik van data (zie ook onze checklist). Het verdient de voorkeur het soort gebruik ook te benoemen. Is er bijvoorbeeld sprake van inzage in data of zijn juist andere vormen van verwerking gewenst? Komt een bedrijf zijn verplichtingen niet na of handelt zij in strijd met de wet, dan staat de gang naar de rechter open. Hebt u vragen over de mogelijkheden en beperkingen bij het delen of juist beschermen van data, neem dan gerust contact op. Zo helpen wij u graag bij:
  • het opstellen van een data sharing agreement;
  • het controleren van een concept data sharing agreement;
  • het optreden wanneer een partij gehandeld heeft in strijd met uw (intellectuele eigendoms)rechten of met afspraken in een data sharing agreement.
[1] Ministerie van Economische Zaken en Klimaat, ‘De Nederlandse visie op datadeling tussen bedrijven’, februari 2019   [post_title] => Een toelichting op de ‘visie op datadeling tussen bedrijven’ [post_excerpt] => [post_status] => publish [comment_status] => open [ping_status] => open [post_password] => [post_name] => een-toelichting-op-de-visie-op-datadeling-tussen-bedrijven [to_ping] => [pinged] => [post_modified] => 2022-01-03 10:52:46 [post_modified_gmt] => 2022-01-03 09:52:46 [post_content_filtered] => [post_parent] => 0 [guid] => https://bg.legal/?p=20562 [menu_order] => 0 [post_type] => post [post_mime_type] => [comment_count] => 0 [filter] => raw ) [comment_count] => 0 [current_comment] => -1 [found_posts] => 1312 [max_num_pages] => 132 [max_num_comment_pages] => 0 [is_single] => [is_preview] => [is_page] => [is_archive] => 1 [is_date] => [is_year] => [is_month] => [is_day] => [is_time] => [is_author] => [is_category] => [is_tag] => [is_tax] => 1 [is_search] => [is_feed] => [is_comment_feed] => [is_trackback] => [is_home] => [is_privacy_policy] => [is_404] => [is_embed] => [is_paged] => 1 [is_admin] => [is_attachment] => [is_singular] => [is_robots] => [is_favicon] => [is_posts_page] => [is_post_type_archive] => [query_vars_hash:WP_Query:private] => a7d618657cb5aa938a58f7fbc3cc30ec [query_vars_changed:WP_Query:private] => [thumbnails_cached] => [allow_query_attachment_by_filename:protected] => [stopwords:WP_Query:private] => [compat_fields:WP_Query:private] => Array ( [0] => query_vars_hash [1] => query_vars_changed ) [compat_methods:WP_Query:private] => Array ( [0] => init_query_flags [1] => parse_tax_query ) [tribe_is_event] => [tribe_is_multi_posttype] => [tribe_is_event_category] => [tribe_is_event_venue] => [tribe_is_event_organizer] => [tribe_is_event_query] => [tribe_is_past] => [tribe_controller] => Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller Object ( [filtering_query:Tribe\Events\Views\V2\Query\Event_Query_Controller:private] => WP_Query Object *RECURSION* ) )
Niet alleen bedrijven, maar ook overheden zien de kansen en bedreigingen van data. Om een aantal grote bedreigingen te voorkomen en het delen van data te stimuleren heeft het Ministerie...
Lees meer
Moet bij een combinatiegebruik van medische hulpmiddelen ook voor de combinatie een klinische evaluatie hebben plaatsgevonden? Is bij de vormgeving van cartridges sprake van slaafse nabootsing? De rechtbank Rotterdam moest...
Lees meer
NL digital, de vereniging van IT leveranciers, heeft de algemene voorwaarden aangepast. wordt alleen de IT leverancier daar beter van? Gratis whitepaper: uitgebreide analyse Een uitgebreidere analyse (met kritische noten en suggesties) van de...
Lees meer
Gezinnen met kleine kinderen en beiden een baan staan onder druk tijdens de coronacrisis. Ach, eigenlijk staan we allemaal onder druk. Thuiswerken, een onzekere financiële toekomst, sociale eenzaamheid etc. Al...
Lees meer
Wanneer een object wordt ontworpen dan komt vaak ook aan de orde de vraag of en hoe die vorm beschermd kan worden. Een van de mogelijkheden is een vormmerk: een...
Lees meer
Nog steeds onduidelijk terrein: reclame maken voor geneesmiddelen. Veel websites staan vol met uitspraken zoals ‘dit product helpt bij uw nachtrust’ of ‘dit geneesmiddel voorkomt hart- en vaatziekten’. Dergelijke uitspraken...
Lees meer
Een fout in de inschrijving voor een aanbesteding en het herstel daarvan vormen vaak geen gelukkige combinatie. Een recent gepubliceerde uitspraak van de voorzieningenrechter van de rechtbank Amsterdam illustreert dat...
Lees meer
De Nederlandse Zorgautoriteit (NZa) heeft de wijze waarop de Zorgverzekeringswet (Zvw) in 2019 door de zorgverzekeraars is uitgevoerd geanalyseerd. De bevindingen van de NZa zijn terug te vinden in een...
Lees meer
In veel bezwaar- en beroepsprocedures stellen belanghebbenden aantasting van privacy aan de kaak. In de meeste gevallen zonder succes. Er wordt in deze bezwaar- en beroepsprocedures een strak onderscheid gemaakt...
Lees meer
Tegenwoordig kan elke Nederlander online zijn medische gegevens inzien. Of we nu ziek of gezond zijn: zelf je gegevens bijhouden en delen met huisartsen, ziekenhuizen en behandelaars, wordt steeds eenvoudiger....
Lees meer